(1) Hij is getrouwd met Elisabeth Johanna Berends.
Zij zijn getrouwd op 7 oktober 1953 te Bussum , hij was toen 34 jaar oud.Bron 1
Het echtpaar is gescheiden 10 november 1980 te Bussum .Bron 1
Oorzaak: echtscheiding
Kind(eren):
Kind(eren):
Nummer van op 8 november 1941 afgegeven persoonsbewijs: PB 20643.
=
Adrianus verblijft tijdens het eind van de Tweede Wereldoorlog in Zella-Mehlis in Duitsland en is tewerkgesteld bij het Postamt. Dit tegelijkertijd met zijn broer Rutger.
(bron: Arolsen Archives)
=
Er is in het Nationaal Archief een uitgebreid dossier van Adrianus Voorhaar over zijn tijd als militair.
Hij heeft tot 3 april 1940 zijn militaire dienstplicht vervuld. Deze was ingekort tot een jaar. Een voorlopige vrijstelling wegens broederdienst is in 1939 ingetrokken. Een verzoek van zijn vader hem niet te laten dienen is niet gehonoreerd. Wel kreeg hij gedeeltelijke vrijstelling.
In 1945 treedt hij in dienst bij de Koninklijke Marine. Als beroep voor indiensttreding staat genoteerd: gedurende 6 jaar verkoper van levensmiddelen tevens verzorgen van etalages, reclameschilderen en controle voorraad magazijn. Dit bij Albert Heijn in Naarden. Voor het etaleren en reclameschilderen heeft hij bij zijn werkgever twee jaar een cursus gevolgd. Ook wordt vermeld dat hij 4 jaar besteller van brieven en pakketten is geweest bij de PTT in Bussum. Adrie doet aan voetbal en atletiek, speelt grote en kleine trom en houdt van motorrijden en fotografie.
Hij begint op 15 augustus 1945 als marinier 3e klas. Later wordt dat 2e en 1e klas. In de beginperiode verblijft hij in Hilversum, Bergen op Zoom en Amsterdam.
Begin 1946 dient hij een verzoek tot overplaatsing in om te worden opgeleid als hofmeester. Dat wordt niet ingewilligd aangezien hij gelet op zijn ervaring bestemd is om tamboer te zijn. Een paar maanden later staat vermeld dat hij ongeschikt is voor tamboer.
In het dossier zitten Conduite-boekjes met een foto van Adrianus Voorhaar. Op 10 april 1946 krijgt hij een slechte beoordeling. Zijn karakter wordt beschreven als: 'kankert altijd, lui, praat achter de rug van meerderen om, laf, pro-Duits.' Hij krijgt op een schaal van 1 tot 7 een 2 voor plichtsbetrachting, gedrag en militaire aard en eigenschappen. Op bruikbaarheid scoort hij een 4 en op bekwaamheid een 5. Hij wordt geschikt bevonden voor het derde echelon.
Kort daarna, op 4 mei 1946, vertrekt hij op de MS Tabinta naar Oost-Indië waar hij 3 juni 1946 aankomt. Daar krijgt hij op 31 juli 1947 een veel betere beoordeling. Nu krijgt hij op alle punten een 5. Bij karaktereigenschappen staat: 'is tevreden met zichzelf, goed werker, luidruchtig, correct.'
Met enige nuanceverschillen blijven de beoordelingen tot 1949 in hoofdzaak positief. Hij krijgt tegen het einde van die periode een keer een 6 en zeer goed voor bekwaamheid. Maar de karakterbeschrijving blijft negatieve kenmerken houden: 'kankert veel, met zichzelf ingenomen, ontevreden, langzaam, weinig initiatief, moeilijk in de omgang.' Wanneer hij in 1949 bij de ATDO (Amphibisch-Technische Dienst in het Oosten) wordt geplaatst keert dat ten goede: 'kalm, accuraat, heeft verantwoordelijkheidsgevoel'.
Tijdens zijn verblijf in Indië worden zijn ouders ziek, zijn vader is zelfs in levensgevaar. Adrie wil desnoods op eigen kosten terug naar Nederland om hem te zien. Maar voordat hierover definitief wordt besloten zijn zij aan de beterende hand en is overkomst niet nodig.
Op enig moment wordt Adrie vanwege gedragingen verwezen naar de Krijgsraad. Maar deze spreekt hem vrij van het ten laste gelegde.
Zowel in 1948 als 1949 wordt hij twee keer opgenomen in een hospitaal. Meestal het Marine Hospitaal. Maar in januari 1949 gaat daar een verblijf in een veldhospitaal aan vooraf (van 12 tot 19 januari 1949). Hij wordt overgeplaatst naar het Marine Hospitaal waar hij tot 9 maart 1949 verblijft. Het betreft een opgelopen verwonding. Een geneeskundige commissie verklaart hem medisch ongeschikt voor dienst in brigade. Daarna wordt hij voorlopig medisch geschikt verklaard voor plaatsing bij de ATDO.
Hij verblijft daar tot 31 juli 1949, op 25 augustus 1949 komt hij weer aan in Nederland. Daar wordt hij gelijk voor medische behandeling bij de Sociaal Medische Dienst in Leiden geplaatst.
Gedurende de periode dat Adrie bij de Koninlijke Marine is krijgt hij de nodige straffen. Op:
- 7 maart 1946: 14 dagen verzwaard arrest. Wegens ziekte mocht hij niet passagieren, maar op slinkse wijze heeft hij zich op de wal begeven.
- 14 maart 1946: 2 dagen verzwaard arrest. Adrie heeft gewaterd op een niet daarvoor bestemde plaats.
- 21 maart 1946: 6 dagen streng arrest. Hij heeft zijn taak als schildwachter op laakbare wijze vervuld.
- 6 augustus 1946: berisping. Hij heeft nagelaten bij het einde van zijn detachering op een andere locatie te melden bij zijn afdelingscommandant.
- 16 augustus 1946: 3 dagen licht arrest. Adrie heeft zich onttrokken aan de werkzaamheden.
- 20 september 1946: 2 dagen licht arrest. Hij meldt zich onnodig laat voor werkzaamheden.
- 16 november 1946: 8 dagen streng arrest. Dit vanwege overtreding van art. 29 van de baksorder (de bemanning van een oorlogsschip wordt verdeeld in bakken, variërend van 6 tot 15 personen - een baksorder is een verzamelin voorschriften en regels en begint in die tijd standaard met de tekst: “De Koningin begeert, dat orde en tucht door aanmoediging en beloning, terechtwijzing en bestraffing rechtvaardig en gestreng zal worden gehandhaafd; dat iedere militair der zeemacht aan boord en in de inrichting der zeemacht zijn plichten nauwgezet zal vervullen en zal tonen, dat hem de verdediging en handhaving van de eer en de onafhankelijkheid des vaderlands met vertrouwen kan worden opgedragen.” Wat artikel 29 inhoudt heb ik niet kunnen achterhalen - jv)
- 6 februari 1947: 3 dagen streng arrest. Hij heeft getracht maatregelen te ontduiken tegen onrechtmatig vervoer van suiker. Deze straf wordt doorgehaald en gecombineerd met de volgende.
- 7 maart 1847: 8 dagen streng arrest. Adrie heeft van het front meegenomen: 20 kg suiker, halve zak mais en halve zak rijst. Dit met de bedoeling deze goederen te delen met een andere marinier en voor eigen gebruik aan te wenden. Bij deze straf is bepaald dat de straf van 3 dagen voor het vergrijp van 6 februari hierop in mindering worden gebracht.
- 1 april 1947: 4 dagen licht arrest. Nu omdat hij zich heeft onttrokken aan de werkzaamheden.
- 14 april 1947: 2 dagen licht arrest. Adrie heeft de maximumsnelheid met een jeep overschreden. Ook deze straf wordt doorgehaald en gecombineerd met de volgende.
- 17 april 1947: 8 dagen licht arrest. Opnieuw vanwege overschrijding van de maximumsnelheid met een jeep. Dit nota bene twee dagen nadat de vorige straf hem is aangezegd. Op deze straf worden de 2 dagen arrest van 14 april in mindering gebracht.
Hieronder staat in rode letters '07-05-47 verwezen naar Marine Krijgsraad'. Of dit betrekking heeft op de voorgaande overtreding wordt niet duidelijk. De doorverwijzing staat wel zijn bevordering tot Marinier 1e klas in de weg. Na de vrijspraak krijgt hij deze twee maanden later alsnog na het afdoende afgelegd hebben van een proef.
- 24 februari 1948: 2 dagen licht arrest. Adrie heeft op onmilitaire wijze opgetreden tegen een meerdere.
- 30 september 1948: 7 dagen licht arrest met 6 dagen strafdienst van 1 uur per dag. Nu is het zich enige uren onttrekken aan de werkzaamheden de reden.
Ook terug in Nederland volgen er nog straffen:
- 10 mei 1950: 4 dagen licht arrest. Hij is niet direct met overal uit zijn kooi gekomen.
- 15 november 1950: 4 dagen licht arrest. Adrie heeft gespeeld met rijkseigendommen waardoor deze schade opliepen.
-
Van 19 december 1948 heeft Adrie tijdens de 2e Politionele Actie deelgenomen, dit beginnend met een de landing bij Glondong op Java. Hierbij heeft hij zijn verwonding opgelopen.
-
Op 1 juni 1951 eindigen zijn werkzaamheden bij de Marine als hij op groot verlof gaat en eervol ontslag krijgt. Hij wordt ongeschikt bevonden voor zeedienst vanwege gebreken. Bij de gebreken is voor 20% geen relatie met het dienstverband. Zijn behandeling doorgeven zodat deze na uitdiensttreding elders kan worden voortgezet heeft hij geweigerd. Bij het ontslag krijgt hij een paar vergoedingen waaronder f 400: f 10 voor elke maand dat hij in Indië is geweest. Ondanks 34 dagen licht arrest, 16 dagen verzwaard arrest en 22 dagen streng arrest luidt de algemene beoordeling 'goed'.
(bron: Nationaal Archief)
Adrianus Voorhaar | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1953 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Elisabeth Johanna Berends | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onbekend | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onbekend |