Hij is getrouwd met Johanna Maria Lagarde.
Zij zijn getrouwd op 30 september 1902 te Dreumel , hij was toen 33 jaar oud.
Kind(eren):
Op dezelfde dag gehuwd als zus en broer Johanna en Petrus Lagarde
Beroep 1905: planter, 1923: Steenkolenhandelaar
Hieronder een artikel uit De Gelderlandpers 30-01-1967.
Ook gepubliceerd in De Luij-Pen ter gelegenheid van de neven en nichtendag op 8-4-2000
GEHEIMEN VAN HET UITSTERVEND MANDENVLECHTERSAMBACHT
Opa Gradus Luypen (97 jaar) maakt nog "slaojbenne"!
(Van onze correspondent)
Dreumel, januari
De teenhoutcultuur die in Nederland nog ruim 1000 ha beslaat en welks oogst van november tot maart duurt, geeft veel kleur aan het kale winterlandschap. Vandaar, dat men bij aanleg van nieuwe recreatie gebieden steeds meer belangstelling voor wilgenhout gaat tonen. Hoe prachtig zijn sommige landgoederen en polders niet gestoffeerd met de teen van het zgn. Belgisch rood, Frans geel, de groene Rijsenburger kat, het Oostenrijks grauw, het Amerikaans rood of de Zwarte driebast. De wilgenvariëteiten worden voor veel doeleinden gebruikt, zoals voor de manden vlechterij, als bindmateriaal voor de wijnbouw, enz. Het vertakte hout van de 3- en 4-jarige grienden, ook van veel betekenis ter bescherming van de wildstand, doet dienst bij onze bedijking.
Aldus ir. WD.J. Tuinzing te Wageningen, rijkslandbouwconsulent voor onze griend en rietcultuur, die we eens bezochten om wat meer aan de weet te komen over het interessante hoofdstuk van de rechtop gaande tenen, die aan de haren van een reusachtige borstel doen denken. En natuurlijk ook wat meer over de huidge stand van de mandenvlechtenj, welk ambacht, waarmede de stukwerkers eeuwenlang in sociaal donkere dagen een karig loon ver dienden, tot de dertiger jaren (toen de ver pakkingstechniek en de houtbewerking nieuwe impulsen kregen) in ons land enorm floreerde. Eens ging immers alles in manden van aangepaste vormen van wasgoed tot biggen toe.
Na ons gesprek met de heer Tuinzing doken we ook nog in de praktijk en vonden ih Dreumel (het land van Maas en Waal staat bekend als het gebied voor de vervaardiging van flessenmanden) de oudste mandenvlechter van ons land, de 97-jarige opa Gradus Luypen. Als 13-jarige maakte hij in 1882 - toen wijlen Prinses Wilhemina dus 2 jaar was - zijn eerste werkstuk en thans kan hij het af en toe nog niet laten om voor eigen genoegen nog een mandje "op te zet ten."
In het naburige Alphen spraken wij met de 39-jarige Henk Jagtenberg, (wiens vader in de crisisjaren van '21 zijn boerderijtje opgaf en met zijn drie zoons pak- en jles mandjes ging maken), die vorig jaar zijn huidig mandenbedrijf uitbreidde met de vervaardiging van plastic containers, zoals jerrycans, vaten en flessen.
Terug naar de heer Tuinzing: Het is een kapitaalsintensieve teelt, die de boeren niet begapen konden en dus meer herenwerk is. De gesneden bossen brengen thans betere
prijzen op dan ooit, nl f 3 à 4000,- per ha.
De roeden tenen kunnen, mits het onderhoud niet vergeten wordt, 20 à 30 jaar blijven liggen.
In de mandenmakerijen van vandaag - en mede door de thuiswerkers - wordt letterlijk van alles van teen gemaakt. Ik denk aan aardappel-, papier-, groente-, fruit-, bloemen-, naai-, boodschappen- en hondenmanden; ook aan hoepels voor graf kransen en op de palen geplante kor/bakens bij onze grote rivieren. Nog steeds worden er pickingbaskets, plukmandjes dus, naar Engeland geleverd, welk land eens een enorme afnemer was van het Hollandse mandwerk.
In deze gemechaniseerde tijd , nu handen arbeid meer dan ooit een eigen charme krijgt, heeft ook het kleine gilde der artistieke mandvlechters goed zijn brood. Ze toveren, net als de pottenbakker, iedere gewenste vorm met hun handen te voor schijn. Teveel om op te noemen - hondendivans, vogelkooien, artistieke lam penkappen, surprisemandjes enz. Ik denk dat we in totaal nog zo'n 200 mandenmakers hebben. Er is nog steeds enige concentratie in de Langstraat, bijv in Vlijmen. Haarsteeg en Ammerzoden, waar voor '40 het ambacht ontzaglijk met 7 à 800 man bloeide. In Ameide heeft het ook stand gehouden; hier was vroeger het centrum voor het "luchtige" vlechtwerk, bedoeld als sla- peen- en gistmandjes. In Alblasser-waard en enkele andere streken leeft het ambacht nog.
Curieus is, dat uit alle mogelijke hoeken van de wereld flessenmanden worden geïm porteerd; o.a. uit de Ooststaten en zelfs uit Argentinië. Wagonladingen komen er bij ons binnen - dit is warenhuiswerk , dat onze duurdere arbeidsintensieve produkten aanvult.
MANNETJESPUTTER
Opa Luypen, die in juni 98 wordt en in Dreumel als een mannetjesputter bekend staat (hij was de eerste fietser, de eerste motorrijder en de eerste automobilist van het dorp, terwijl hij tot zijn 95ste op een zelf geconstrueerde brom-driewieler reed, waarna geen enkele WA-verzekering hem meer wilde hebben), troffen wij in het milieu van een van zijn kinderen. Hij is een verwoed lezer van cowboy- en liefdes romans (één boek per dag is voor hem niets), maar op een gegeven moment be ginnen zijn vingers te '"tintelen" en moet een bos teen gehaald worden. Dan schept hij een conisch gebouwde groentenmand of het standaardtype van een slamandje ("sloajbenne" zei men vroeger algemeen in het land van Maas en Waal).
Opa die nog helder van geest is vertelt graag en veel, maar is niet steeds goed te verstaan. We tekenden uit zijn mond aan, dat hij als leerlingmandenmaker f 1 per dag verdiende en tenslotte een eigen mandenmakerij met liefst 80 knechten had. Van de opbrengst kocht hij o.a. koeien; ook werd hij een der medeoprichters van de plaatselijke melkfabriek. Ja, wat deed hij allemaal niet meer? Hij stichtte een eigen busonder neming tussen Nijmegen en Den Bosch om de boeren naar de markt te pendelen ("ze betaalden te beroerd en daarom ben ik er maar mee opgehouden") en kan veel vertellen over zijn teen-handelstochten (''ik fietste makkelijk 100 km per dag) en zijn aankomst per trekschuit in Dreumel.
"Het mandenmaken is een prachtig vak. Je blijft er jong bij en daarom doe ik het nu nog zo graag", zo zei hij ons lachend.
Gradus Johannes Luijpen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1902 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna Maria Lagarde |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.