Oorzaak: Killed in action
Hij is getrouwd met Swane Pensée (Peinse) van Essen.
Zij zijn getrouwd in het jaar 1666, hij was toen 39 jaar oud.
Kind(eren):
http://www.inghist.nl/retroboeken/nnbw/#source=6&page=292&size=2&accessor=accessor_index
GENDT (Willem Joseph baron van) (1), gesneuveld bij Solebay 17 Juni 1672; zoon van Claes van G. tot Winssen en van Johanna, barones van Gendt. Hij trad in militairen dienst en zal dezelfde zijn als W.J.v. Gent, sergeant-majoor, die in 1663 (bij de verwikkelingen met den bisschop van Munster) met den kwartiermeester-ingenieur Pyrius Cool een rapport uitbracht met teekeningen toegelicht over den toestand der vesting Borculoo. Den 6en Maart 1663 benoemd tot majoor van het regiment Walen, werd hij 3 Dec. 1664 aangesteld tot luit.-kolonel van hetzelfde regiment. Hij was commandeur van Hellevoetsluis, toen hem 21 Dec. 1665 bij de oprichting van het regiment mariniers daarover het bevel werd opgedragen met den rang van kolonel, tevens kapitein over een compagnie van 170 man. In Aug. 1666 werd hij ter vervanging van Tromp tot luitenant-admiraal der vloot benoemd; wel verzocht hij, wegens zijn geringe kennis van zeezaken, van dezen post verschoond te blijven, doch op hooger bevel moest hij de betrekking aanvaarden. Reeds in Sept. van dat jaar bevond hij zich in zijn nieuwen rang op de vloot, die onder het opperbevel van de Ruyter in zee stak. Met andere onderbevelhebbers werd hij 29 April 1667 opnieuw op de vloot geplaatst; hij werd als plaatsvervanger van de Ruyter aangewezen. Hij had het bevel over een smaldeel van 17 oorlogsschepen, met adviesjachten, branders en galjoten, dat aangewezen was om de rivier de Theems op te varen (19 Aug.) en aldaar den eigenlijken aanval te doen. Voor deze welgelukte onderneming werd hij, evenals de Witt en de Ruyter, met een kostbaren beker beschonken en tevens voor zijn aandeel in de verovering van 'the Royal Charles' met een gouden ketting en gedenkpenning ter waarde van 2500 gulden. De ketting met den penning bevindt zich nog in het Kon. Penningkabinet te 's Gravenhage, maar de beker bestaat niet meer. Door vererving of aankoop in het bezit der familie van Schwartzenberg gekomen, werd hij door een der leden van dit geslacht bij gelegenheid van de gedwongen opbrengst van bewerkt goud en zilver in 1795 of 96, uit wrevel vertrapt en vernield, ter verduidelijking van zijn meening, dat zulk een historisch gedenkstuk vrij van heffing moest zijn.
In het voorjaar van 1670 met een smaldeel van zes schepen uitgezonden om de zeerooverij en
kaapvaart op de afrikaansche kust te beteugelen, gelukte het hem, in vereeniging met den engelschen vice-admiraal Allen, de piraten nabij Arzilla (zeehaven van Marokko) te verslaan, zes van hun beste schepen te veroveren en 144 christenslaven in vrijheid te stellen. Begin November in het vaderland teruggekeerd, bracht hij in het college der Admiraliteit van Amsterdam persoonlijk verslag uit van dezen zeetocht en ontving onder dankbetuiging voor de gewichte diensten aan handel en koopvaart bewezen een geschenk ter waarde van 800 gulden.
Bekend is de geschiedenis met de 'Merlin', het engelsche koningsjacht, dat de vrouw van den engelschen gezant Temple uit Nederland naar Engeland zou brengen en bij het passeeren waarvan van Gendt geweigerd had de vlag te strijken. Het werd één der redenen waarom Engeland ons in 1672 den oorlog verklaarde. Toen nu deze uitbrak kreeg van Gendt opdracht om opnieuw, zooals in Aug. 1667, de Theems op te varen. Met een eskader lichte schepen de rivier opvarende, ondervond hij bij Sheerness zooveel tegenstand, dat hij moest terugkeeren. Daarna had 7 Juni 1672 de beroemde zeeslag bij Solebay plaats, waarin van Gendt, dapper strijdende, reeds na een half uur door een kanonskogel doodelijk getroffen werd. Zijn lijk werd naar 's Gravenhage gebracht, aldaar gebalsemd en vervolgens te Utrecht in den Dom ter aarde besteld. Weinige dagen later namen de Staten het besluit zijn nagedachtenis met een fraaie graftombe te vereeren.
Hij was heer van Drakenburg, kanunnik ten Dom en proost van Elst, was omstr. 1665 gehuwd met Swana Pensée (Peinse) van Essen, overl. 13 Maart 1692, dochter van Frederik, lid der ridderschap van Utrecht en raadsheer in het Hof van Gelderland, en van Anna van Varick. Uit dit huwelijk sproot Frederik Hendrik van Gendt, geb. 1668, in de ridderschap van Nijmegen 21 Nov. 1691, raad en rekenmeester 1701, overl. 7 April 1713, echtgenoot van Helena Veronica van Aylva.
Van zijn portret bestaan schilderijen door onbekende kunstenaars in particuliere verzamelingen, een teekening door W. Eversdijck en prenten door H. Bary, J. Houbraken, A. de Winter en P.H. Weissenbruch. Voorts vindt men zijn borstbeeld door R. Verhulst in het Mauritshuis te 's Gravenhage en komt zijn beeltenis voor op de graftombe in den dom te Utrecht.
===========
https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?identifier=MMKB24:065244000:00234&query=%22nederlandsche+heraut%22&coll=boeken&page=4&rowid=6
===========
https://en.wikipedia.org/wiki/Willem_Joseph_van_Ghent
Willem Joseph van Gent | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1666 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Swane Pensée (Peinse) van Essen |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.