Hij is getrouwd met Nn van Beveren.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
Dordt's archief:
175 Akte waarbij door Willem III verklaard wordt dat de burgers gevrijwaard zullen blijven van eventuele vorderingen van de erfgenamen van de heer van Amstel, 1334. "
========================
Leenheer van Amstelland
Schout van Amstelland
In een brief van 1105 vermeld vóór de vrije mannen (liberi homines). Dat bewijst dat hij zeker tot de Vrije, zoo al niet tot de Edele Dienstmannen van de Bisschop behoorde.
Van Amstels:
Wolfger was de eerste heer van Amstel. In oorsprong leenmannen van het (Utrechts) Sticht.
Wolfger's zoon Egbert (die in onmin leefde met de bisschop van Utrecht) bouwde het slot van Aemstel.
Gijsbrecht II had gravin Ada geholpen bij haar vlucht uit Haarlem., waarop in 1204 het slot door de Kennemer's werd verwoest (olv Wouter van Egmond en Albrecht Banjaert, die graaf Willem I steunden).
Gijsbrecht II ging naar zijn woning in Utrecht (op de Oude gracht) om bij de bisschop voor zijn verliezen gecompenseerd te worden, hetgeen gebeurde.
Gijsbrecht had eea namelijk vooral op aansporing van de bisschop, van Loon's bondgenoot, gedaan. Met het geld dat Gijsbrecht II kreeg bouwde hij een nieuw sterk kasteel. Op een andere plek echter, daar hij besefte dat hij meer gevaar te duchten had van (de graaf van) Holland dan van de utrechtse bisschop, met wien hij een goede relatie had.
Zijn zoon, Gijsbrecht III raakte met het Sticht in onmin, zocht hulp bij de hollandsche graaf, en droeg zijn utrechtse huis aan die graaf op, waarna hij het van hem terug als erfelijk leen ontving.
Gijsbrecht 3 bouwde de stenen dam in de Amstel en stierf in 1252.
Zijn zoon, jonker Gijsbrecht 4, kwam zo op 18jarige leeftijd in het bezit van het kasteel.
Gijsbrecht4 huwde met Badeloch, zuster van Herman6 van Woerden. Twee jaar daarvoor (in 1250) was zijn neef Gosewijn afgezet als Bisschop van Utrecht en opgevolgd door Hendrik van Vianden. Gosewijn was domproost van Sint Jan en door het kapittel tot bisschop gekozen. Graaf Floris en de aartsbisschop van Keulen spanden samen om Gosewijn af te zetten.Gijsbrecht3 (en zijn zijn Gijs4) trok daarop samen met Gelre, Woerden, Voorst, Almelo en Ghoor ten strijde tegen de bisschop. De bisschop won. Gijsbrecht3 en van Woerden werden aan weerszijden van het paard van de bisschop in triomftocht utrecht binnengeleid.
Op voorspraak van koning Willem kwam Gijsbrecht vrij. Moest echter met 500 aanhangers barrevoets letterlijk het boetekleed aantrekken en geknield in de utrechtse domkerk de bisschop om genade smeken.
De bisschop bouwde van de door hem behaalde buit het slot Vreeland, om de heren van Amstel in toom te kunnen houden.
Gijsbrecht4 nam wraak. In 1268 trokken de Kennemer boeren (samen met West-Friezen en Waterlanders) op tegen hun onderdrukkende heren. Na enige sloten vernield te hebben trokken zij op richting het kasteel van Amstel. Gijsbrecht4 stelde zich aan hun hoofd, en gezamelijk trokken ze op naar het door Gijs gehaatte slot Vreeland. Dat werd te goed verdedigd, waarop in plaats daarvan de steden Utrecht en Amersfoort werden ingenomen, en de kastelen van diverse van Gijsbrechts vijanden werden vernietigd (Gijsbrecht van Abcoude, Willem van Rijzenburg, Hubrecht van Vianen).
Gijsbrecht stuurde zijn ongeregelde troepen naar huis met de raad om de oogst binnen te halen en volgende jaar terug te komen, om Gelre (die zich verbonden had met de verslagen utrechtse Bisschop) te tuchtigen. Zij kwamen niet terug. Op hun terugtocht wilden zij Haarlem innemen, maar Jan van Persijn had dat zien aankomen. Hij had een aantal van hun dorpen in brand gestoken en sloeg zodanig ongenadig hard toe dat de opstandige Kennemers de lust tot opstand verging.
Na zijn nederlaag moest de bisschop het schandelijke slot Vreeland aan Gijsbrecht afstaan.
Gijsbrecht was oppermachtig en hief (illegaal?) tol op alle scheepvaart in de Vecht, hetgeen de Utrechtsche handel benadeelde. Bisschop Jan eistte daarom in 1278 het slot Vreeland terug, hetgeen geweigerd werd. De bisschop bood geld: ook dat werd geweigerd. Daarop valt de bisschop het land van Amstel binnen, die de bisschop bij Zoesterenge verslaat. In die slag sneuvelden aan de kant van de bisschop twee bloedverwanten van Zwder van Zuylen. Dat was de oorzaak van de vete tussen Amstel en van Zuylen.
De bisschop zocht steun bij de hollandsche graaf., die daarop Vreeland belegerde, dat door Arent (van IJsselstein) dapper werd verdedigd. In 1279 verloren de Amstels de slag bij Loenen aan de Vecht, waarbij Gijsbrecht gevangen werd genomen. Kort daarop wed slot Vreeland overgedragen.
De graaf van Holland trok daarop naar slot Montfoort, dat de zwager van Gijsbrecht ( Herman van Woerden) van de bisschop in pand had. Het slot werd ingenomen, maar Herman had reeds het land verlaten.
Gijsbrecht bracht toen 6 jaar in gevangenschap door, en kwam slechts vrij op na harde voorwaarden. Zo moest hij een groot deel van zijn bezittingen aan graaf Floris van Holland afstaan, en het overige aan hem opdragen, om het vervolgens als leen terug te krijgen. Vanaf dat moment was van Amstel geen 'vrij baroen' meer, maar een leenman van de hollandsche graaf.
Ook Woerden werd onder gelijke voorwaarden 'vergiffenis' geschonken, en werd ook leenman.
De hollandsche graaf paaide van Amstel aan alle kanten: hij benoemde Gijsbrecht tot raadsheer, maakte hem ridder in de orde van Sint Jacob etc... = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = == = = = = = = = = = = = =
jonkvrouw Elizabeth, toen twintig jaren oud, begaf zich in 't klooster der Witte Vrouwen te Utrecht.'
De arme gravin Ada, door Wassenaar en Egmond op den burg te Leiden belegerd, werd daar gevangen genomen en naar Engeland vervoerd. Wel wendde van Loon in 't volgende jaar pogingen aan, om zich in 't bewind te herstellen; wel versloeg hij de benden van Wouter van Egmond aan den Rijn bij Leiden; maar kort daarop werd hij door graaf Willem zelf bij het dorp Voorschoten geheel en al verslagen; en was deze nu in het volkomen bezit van zijn graafschap.'
'Was 't niet bij gelegenheid van gravin Ada's over-haaste vlugt uit Haarlem, dat heer Gijsbrecht II van Aemstel de grafelijke familie hielp?'
'Juist! En dit kostte hem zijn kasteel te Ouwer-Amstel, dat door de Kennemers verwoest werd.
Gysbrecht, de eerste van dien naam, wierd, als Leenman van Utrecht, gewikkeld in den twist tusschen Lodewyk, Grave van Loon, (die Ada, Dochter van Diederik den VIIden, Grave van Holland, had getrouwd,) en Willem, Diedriks Broeder. Dewyl de Bisschop de zyde des eersten hield, moest Gysbrecht de vlucht van Adelheide, Grave Diedriks Weduw, (door wier staatzuchtig oogmerk het huwlyk van den grave van Loon te ontyde was volvoerd,) en de vlucht van Lodewyk en Ada helpen bevorderen. Hierop vielen de Kennemers in Amstelland, staken den dyk door, en brandden alles plat, in 1204, schoon zy naderhand, by verdrag, iet van de geleden schade moesten boeten.
De Bisschop gaf Amsteldam, en mogelyk Amstelland, bezwaard met de gemelde jaarlyksche uitkeering, aan Jan van Persyn, heer van Waterland; die een jaar daar na, in 1282, hetzelve overgaf aan graaf Floris. De Graaf den aanwas van Amsteldam ziende, en de goede gelegenheid van de plaats kennende, heeft, waarschynlyk op eene listige wyze, Jan van Persyn gebruikt om deze gift van den Bisschop te verzoeken;
Zyne eigene goederen, in Holland gelegen; by voorbeeld Kroonenburg, aan de Vecht by Loenen, dat Gysbrecht bezat. Hy belooft noch in een' brief van later tyd, van 1291, de huizen te Loenen gebouwd of noch te bouwen, van den Graaf ter leen te zullen houden.
Bladz. 87. Vs. 3.
Bie my iet ter leen weêr aan;
Zyn eigen goed, den Grave opgedragen, ontfing hy van hem ten rechten leen behalven Amsteldam; waarvan hy de gifte aan Jan van Persyn, en zyne overgifte aan den Grave, moest goedkeuren; en behalven het Bendelmeirebroek en 't Reigersbosch, en Muiden en Muiderpoort, en zyn recht op Naardingerland; dat alles in handen van den Graaf bleef; die hem echter het bestier over Amstelland gaf, en hem tweeduizend ponden van de vierduizend ponden jaarlyks inkomen uit Amstelland kwytschold.
Bladz. 87. Vs. 4.
Waant ge u dus een' vriend te maken?
Dit hard verdrag wierd niet alleen met eeden bevestigd; maar
ook dat Gysbrecht, noch zyn geslacht, noch nakomelingen, tegen den Graaf noch zyne nakomelingen zich ooit zouden mogen verzetten, of het gemaakt verdrag breken, op verbeurte van alle hunne goederen aan den Graaf. De Stichtsche Leengoederen zou de Graaf, in dat geval, van het Sticht ter leen houden; en de eigen goederen in vollen eigendom: dit wierd met borgen bekrachtigd, die het gestanddoen met eeden beloofden; en in geval van schending, dat zy den Graaf tegen Amstel met een zeker getal manschap, op hun eigen kosten, te paard of te scheep zouden dienen. Deze zoenbrief is van den 2den van Wynmaand 1285. Dus vernederd en uiterlyk met den Graaf verzoend, is het geen wonder dat Amstel een doodelyken haat tegen hem behield.
Velzen vluchtte naar het slot Kronenburg, daar hy na eene belegering gevangen wierd, en vervolgens, waarschynlyk te Dordrecht, geradbraakt. Woerden verliet terstond het land. Amstel vluchtte; doch men meent dat hy zich drie jaren daarna in zyne bezitting, of in zyn slot poogde te herstellen, waaruit hy, weder verdreven, naar Pruissen week. Sommige meenen dat Amstel en Woerden zich noch eenigen tyd in het leger van Guy, Graaf van Vlaanderen hebben opgehouden; en daar zelve verschenen zyn in tegenwoordigheid van Graaf Jan, die, tot aanvaarding der regeering, uit Engeland overkwam.
Graaf Floris is omgebragt op woensdag den 28. van Wiedemaand 1296.
===============================================================
Dit is een versie van <http://www.nd.nl/htm/dossier/bijl/opinie4.htm> zoals opgeslagen in het cachegeheugen <http://www.google.com/intl/nl/help/features.html> van G o o g l e op 22 maart 2005 14:30:48 GMT. G o o g l e's cache is de momentopname die we van deze pagina hebben gemaakt toen we het web doorzochten. De pagina kan ondertussen gewijzigd zijn. Klik hier voor de huidige pagina <http://www.nd.nl/htm/dossier/bijl/opinie4.htm> zonder selectie Deze in cache opgeslagen pagina bevat mogelijk koppelingen naar afbeeldingen die niet meer beschikbaar zijn. Klik hier voor de in cache opgeslagen tekst <http://216.239.59.104/search?q=cache:XEHJmVbxcLQJ:www.nd.nl/htm/dossier/bijl/opinie4.htm+%2B%22van+amstel%22+%2B%22van+woerden%22+%2Bbisschop+%2Bboete&hl=nl&lr=&strip=1>. Gebruik de volgende URL om deze pagina aan je Favorieten toe te voegen of ernaar te linken: http://www.google.com/search?q=cache:XEHJmVbxcLQJ:www.nd.nl/htm/dossier/bijl/opinie4.htm+%2B%22van+amstel%22+%2B%22van+woerden%22+%2Bbisschop+%2Bboete&hl=nl Google heeft geen banden met de auteurs van deze pagina en is niet verantwoordelijk voor de inhoud ervan
Deze zoektermen werden geselecteerd: van amstel van woerden bisschop boete
Thuispagina Nederlands Dagblad <http://www.nd.nl>
Het millennium van de familie Van Amstel door Rien van den Berg In dit verhaal volgen we duizend jaar lang één familie, als een spiegel van het voorbije millennium. Het is op één enkel punt historisch: rond het jaar 1296. De rest is verzonnen.1296. Waar kent u dat jaar van? Nog van de lagere school, waarschijnlijk. 1296: Floris de Vijfde door edelen vermoord. Het is een van de bekendste feiten uit de vaderlandse geschiedenis. Maar was het wel moord? Een nazaat van Gijsbrecht IV, heer van Amstel, concludeerde afgelopen zomer na uitgebreid onderzoek dat moord nooit de bedoeling was geweest. Gijsbrecht van Amstel is een uit het rijtje van beroemde schurken in de Nederlandse historie. Onterecht. Maar daarover later. Stel: in het jaar 975 wordt de eerste Egbert van Amstel geboren. Rekenen we voor het gemak dertig jaar voor een generatie, en wordt iedere zoon naar opa genoemd, dan wordt in 1970 de laatste Egbert van Amstel geboren. Egberts vrouw is hoogzwanger. Maar eerst terug naar het jaar duizend. Egbert I (986-1048) De oudste historische stamvader die Theo van Amstel heeft kunnen opsporen, werd geboren rond 1075. Dat betekent dat we drie geslachten terug moeten fantaseren om een geboorte te kunnen vieren in het jaar 1000. Deze baby is de overgrootvader van Wolfger, de schout van Amestelle. Hij werd geboren in Nederhorst den Berg, dat toen nog Werinon heette, aan de Vecht. Het kereltje, laten we hem Egbert noemen, had het tij mee.De macht van de bisschop van Utrecht groeide, na eeuwenlang gebakkelei met Friezen, Noormannen en toen weer Friezen. Otto I, koning van Duitsland, gaf in 953 uitgebreide moerasgebieden ter ontginning aan de bisschop. Kort nadat Egbert geboren was, gaf het klooster van Werden haar vele bezittingen langs de Vecht (nog een erfenis van de edelman-zendeling Liudger) aan de bisschop. De bisschop zat gebakken, en Egbert ook. Toch zou hij nooit een vrij man zijn. Hij diende de bisschop. Trouw kennelijk. Want hij en zijn nazaten kregen belangrijke taken. Egbert moest rechtspreken in Hollands Ankeveen, belasting heffen en hij mocht de pastoors benoemen in Nederhorst den Berg en Stichts Ankeveen. De moerasgebieden werden ontgonnen en kwamen tot grote bloei, wat Egbert en zijn kinderen geen windeieren legde. Egbert II (1031-1087) Egberts kleinzoon, die ook wel Egbert geheten zal hebben, kreeg in 1050 toestemming van de bisschop om de moerassen van Amestelle te ontginnen. Dat waren dezelfde moerassen die de bisschop al in 953 van koning Otto gekregen had. Kleinzoon Egbert ging in Ouderkerk (aan de Amstel) wonen, ongeveer op de plek waar nu de beroemde Portugees-Joodse begraafplaats ligt. Van daaruit hield hij toezicht op het ontginningswerk en daar sprak hij recht. Egbert had de stichter van Amsterdam kunnen worden, als hij zich aan de monding van de Amstel gevestigd had, maar hij durfde niet. Die plek was te zeer onderhevig aan eb en vloed. Een onveilig plekje, zeker ook met die eeuwige West-Friezen als je naaste buren.Historische Van Amstels In 1105 duikt dan eindelijk de eerste historische Van Amstel op: Wolfger, schout van Amstel. Als je schout bent, ben je tenminste een jaar of dertig oud. Wolfger is dus geboren rond 1075, en derhalve een zoon van onze verzonnen Egbert II. Wolfger was een machtig man, maar bevrijd van zorg was hij zeker niet. Het zou niet voor het eerst zijn als een familie een bloeiperiode van enkele eeuwen doormaakte, en vervolgens terugzakte in volstrekte anonimiteit.De macht van de Van Amstels nam met hun welvaart toe. Ze bouwden kastelen, verwierven zich bezittingen van Texel tot de Over-Betuwe, ze bouwden - heel bijzonder - al vlak na 1200 een bakstenen huis in Utrecht (iets dat de meeste rijken zich pas honderd jaar later konden veroorloven - en ze leefden als ridders. Hun directe heer, de bisschop, had direct contact met de Duitse vorsten of keizers, zodat Wolfgers zoon Egbert (de enige Egbert van Amstel in dit verhaal die echt bestaan heeft) wel eens aanwezig was als er een of ander belangrijk verdrag getekend moest worden. Gijsbrecht IV (1230(?)-1303) Gijsbrecht IV was de machtigste telg uit het geslacht tot dan toe. Hij keerde zich net als zijn vader tegen de Utrechtse bisschop, en daar had hij ook wat bij te winnen. Nog maar een klein beetje bezit erbij en hij zou heersen over een zelfstandige heerlijkheid. Macht was een familiebedrijf in die dagen, met vele obscure bv'tjes.Macht was onbetrouwbaar ook. Wie denkt dat de woorden beginselloosheid en opportunisme zijn uitgevonden door moderne politici, moet zich eens in de geschiedenis van Gijsbrecht IV verdiepen. Floris V, Graaf van Holland, sluit een verbond met de Engelse koning tegen de Vlaamse adel, die op de hand van de Franse koning is. De Vlaamse adel sluit kort daarna echter een verbond met de Engelse koning, waarop Floris V zonder omhaal overloopt naar de Franse koning. Zo ging dat. Die laatste stap kostte Floris wel het leven. De Graaf werd niet het slachtoffer van een paar opstandige edelen, maar van een internationaal complot. Koning Edward van Engeland stak erachter. Edward was niet van plan Floris te vermoorden. Het doel kon immers ook zonder bloedvergieten bereikt worden? Iemand gevangennemen en hem een poot uitdraaien was niet ongebruikelijk in die dagen.De Engelse koning kon het vuile werk laten opknappen door een aantal hoge edelen, die stuk voor stuk nog een appeltje met Floris te schillen hadden. Onder hen was de Heer van Amstel. Floris had hem een paar jaar eerder gevangengenomen, een financieel uitgekleed, en hem in feite politiek monddood gemaakt. Hij was weliswaar leenman in zijn gebieden gebleven, maar hij mocht geen kastelen meer bouwen, hij moest een onwaarschijnlijk hoge boete van tweeduizend pond betalen, Nardinkland, Muiden, Muiderpoort en Weesp werden hem afgenomen, enzovoort. Voor Gijsbrecht was er bepaald winst te halen. Na een etentje in Utrecht toog het gezelschap naar de stadsweide (eigendom van Gijsbrecht, die het terrein dus op zijn duimpje kende) waar de Graaf tijdens de valkenjacht werd gegijzeld. Gijsbrecht keerde naar de stad terug, en Herman van Woerden en Gerard van Velzen brachten de Graaf naar het Muiderslot, waar ze scheep zouden gaan naar Engeland. Was de boot kapot of was er windstilte? In elk geval werd het vertrek uitgesteld. Floris bleef gevangen - weer een bewijs dat moord niet de opzet was.Toen gebeurde er iets dat niemand had kunnen voorzien. Boeren wilden de Graaf bevrijden en de edelen raakten in paniek. Naar verluidt was het Gerard van Velzen die de Graaf doodstak. En Gijsbrecht, arme Gijsbrecht, had althans met de moord niets van doen, maar bleek toch uiteindelijk de grote verliezer. De nieuwe bisschop van Utrecht zag zijn kans schoon en pikte de oude bezittingen, die hij ooit in leen had afgestaan aan de Van Amstels, weer terug. Gijsbrecht kon in Gelre terecht. Vijanden van Holland waren tenslotte per definitie vrienden van Gelre. Maar van het imago schurk is hij nooit meer afgekomen en de familie, in het nieuwe onderkomen in Oss, verarmde langzaam maar zeker. Gijsbrechts zoon Jan van Amstel was nog wel rijk en ridder, maar hij had niet meer de rijkdom en de invloed van zijn vader, en bovendien had de ridderschap sowieso het tij tegen. De steden waren in opkomst en al snel zou het feodale systeem met zijn talloze familietwisten en geldverslindende oorlogjes zichzelf overleefd hebben. Egbert VIII (1612-1672) 1637. Het had Egbert van Amstel allemaal niet meegezeten. Het kleine landgoed was maar moeilijk te onderhouden en de verplichtingen die adeldom nu eenmaal met zich meebracht, drukten zwaar op zijn portemonnee. Hij verwenste Gijsbrecht om zijn stommiteit met de Graaf van Holland.Gelukkig was hij op tijd gaan speculeren. Daar was een prachtige bloem, de tulp, die iedereen wilde. Tulpenbollen waren goud waard. Letterlijk. En hij wist eraan te komen. Hij had wat eigen lijntjes naar Antwerpen. Waar iedereen ze in Amsterdam probeerde te krijgen, tikte hij ze nog redelijk goedkoop op de kop. Vorige week nog had hij een wagen, bespannen met twee paarden gekregen, als betaling voor één enkele tulpenbol. En nu had zijn contact in Antwerpen beslag weten te leggen op een kist vol tulpenbollen. Alles wat hij tot dusver verdiend had, had Egbert geïnvesteerd. Hij had zelfs wat van het laatste land dat bij het huis hoorde verkocht om de partij te kunnen inslaan. Met de verkoop ervan zou hij in één klap weer op stand kunnen gaan leven. Regelmatig hoorde hij de verkoopkoersen. Een pond zogenaamde 'Switsers' ging op 15 januari nog voor 120 florijnen van de hand. Op 23 januari ving je voor dezelfde hoeveelheid bollen al 385 florijnen, op 1 februari 1400 florijnen en op 2 februari 1500 florijnen. Egbert werd wachtend rijk.Dacht hij. Want de markt stortte in en krabbelde niet weer op. Egbert X (1729-1801) 1794. Het vriest dat het kraakt. De Franse Revolutie heeft plaatsgegrepen en roodjassen trekken plunderend door het oosten van Nederland in de richting van Hannover. De adel heeft afgedaan, vinden ze. Egbert is het er wel mee eens. Hij heeft geen cent meer over. Eigenlijk komt het wel goed uit dat hij geen edelman meer is. Hij denkt erover zich bij de idealen van de revolutie aan te sluiten. Vrijheid, gelijkheid, broederschap klinkt mooi. Mooier dan de grote woorden over God. Stadhouder Willem V had opgeroepen tot strijd tegen de Fransen: ,,In God zullen wij kloeke daden doen.'' Maar had de dominee de Fransen niet vanaf de kansel de 'vinger Gods' genoemd, komende om wraak te oefenen over Holland?Egbert wist het niet meer. De Franse 'idealisten' ontvingen een gezantschap van de Hollandse adel met een onbegrijpelijke hoffelijkheid. Ze moesten natuurlijk niks van adel hebben, maar wel alles van geld. En dat bracht Holland mee. Zo kocht de Republiek een wapenstilstand af. De revolutie was dus ook al omkoopbaar, dacht Egbert bitter. En toen bleek dat de Franse legerleider Pichegru ineens wel aanviel toen bondgenoot Pruisen Holland liet vallen, keerde Egbert zich van het gebeuren af. Hij was een oude man. Egbert XII (1851-1929) ,,Breekt af! Breekt af! Tot op den grond ermee!'' Egbert schreeuwde het bijna, op de vergadering van Bouwvereeniging de Eendracht. Deze woningbouwvereniging had hij zelf vorig jaar, in 1883 opgericht. Het Noorderbolwerk was al geslecht, de Noordenbergpoort afgebroken. Alleen de Duistere Brinkpoort stond er nog, en die moest ook plat, vond Egbert van Amstel. Hij was een vurig socialist. ,,Kijk eens achter de wallen en muren,'' beet hij de regenten toe. ,,Kijk eens hoe alles daar dicht tegen elkaar gebouwd moet worden, zodat er onverantwoord veel mensen op elkaar gepakt wonen. U loopt door de Noordenbergstraat en u ziet alleen de nette voorgevels van de herenhuizen en de geveegde kasseien. Bij iedere steeg knippert u met de ogen en u bent er alweer voorbij. Maar had u erin gekeken, u had de ontstellende armoede van de arbeider gezien.''Toen hij weer was gaan zitten, na een denderend applaus, staarde Egbert voor zich uit. Wat had hij gedaan als hijzelf nog in het Utrechtse patriciërshuis had gewoond, of op de ridderhofstad Vreeland? Als hij alom gerespecteerd was als edelman uit een oude familie, en alleen daarom prachtige, goedbetalende functies toegeschoven kreeg? Egbert XIII (1913-1989) In het begin was de oorlog nog onschuldig. Egbert woonde in Twente waar hij werk gevonden had in de textielindustrie. Zo nu en dan werd er een razzia gehouden, waar Egbert lachend aan ontsnapte. Hij had een vriend die vlak aan de grens woonde. Samen met hem gingen ze tijdens de razzia op bezoek bij zijn achterbuurvrouw. Die woonde in Duitsland en daar zochten Duitsers niet.Midden in de oorlog vierden Egbert en zijn vrouw een nieuwe zwangerschap. Ondertussen werd het grimmiger. Egbert raakte betrokken bij het verzet. Hij kende de geschiedenis van zijn eigen familie goed genoeg om te weten dat je niet voorzichtig genoeg kunt zijn met het schenken van vertrouwen. Je kent van de ander nauwelijks meer dan het gezicht dat die van zichzelf wil laten zien. Egbert werd leider van het verzet in Twente en organiseerde diverse tot de verbeelding sprekende sabotage-acties. Halverwege de oorlog was hij al een droom-opa voor later. Toen stond in het laatste oorlogsjaar de grote gok voor de deur: de bevrijding van zo'n vijftig gevangenen uit de strafgevangenis. Op een dinsdagavond was de definitieve voorbereidende vergadering gepland. Alle kopstukken uit het verzet zouden er zijn.,,Zeg maar dat ik wat later kom'', zei Egbert tegen Johan Andringa van de knokploeg, die diezelfde morgen nog even op bezoek kwam. ,,De weeën van mijn vrouw zijn begonnen.'' Rond de klok van zessen werd er een zoon en stamhouder geboren. Toen bleek dat alles goed was, spoedde Egbert zich naar het afgesproken adres. Overvalwagens en SD-agenten trof hij aan. De boel was verraden. Net op tijd hield hij zich schuil achter een muurtje van een arbeidershuisje in een van de fabriekswijken. Dwars door het Aamsveen ontsnapte hij naar de Duitse boerin bij wie hij in het begin van de oorlog aan de razzia's ontkwam. Egbert XIV (geboren 1970) Egbert had zijn opa nooit over de oorlog horen praten, en nu stond hij aan zijn graf. Op het condoleancebezoek had half crimineel Twente gezeten, zo begreep hij van zijn vader. Opa was na de oorlog via de Binnenlandse Strijdkrachten bij de politie gekomen. Hij was er een van dat slag dat de gevangenen met oudjaar oliebollen bracht.Egbert had de afgelopen dagen de meest wonderbaarlijke verhalen gehoord. Opa was een regelrechte held geweest. De ooms en tantes hadden hem als stamhouder opa's koninklijke onderscheiding toegeschoven, ter herinnering. Waarom had opa nooit stoere verhalen verteld over de oorlog, over het politiewerk? Waarom vertelde hij altijd maar weer over Gijsbrecht van Amstel, die middeleeuwse voorvader? ,,Dat verhaal,'' zei hij dan, ,,daar zit alles al in.'' Egbert besloot dat hij eens diep in zijn familiegeschiedenis zou duiken. Zijn vrouw was hoogzwanger en hij wilde zijn kind wat te vertellen hebben.
Thuispagina Nederlands Dagblad <http://www.nd.nl>
============================================================
Kasteel Beverweerd:
In 1274 worden de oudst bekende bewoners genoemd: ridder Zweder van Zuylen en zijn vrouw Hillegonda van de Velde, vrouwe van Beverweerd. Geschiedenis De oudst bekende bewoner, Zweder van Zuylen, behoort tot de groep, die de elect-bisschop Jan van Nassau steunt. Gijsbrecht IV van Amstel doet in 1274 een inval in Utrecht en de bisschop ziet zich genoodzaakt te vluchten. Zweder blijft fungeren als maarschalk van de bisschop. In het geheim belooft hij in 1278 Floris V van Holland te steunen bij het heroveren van Utrecht. Deze actie lukt en de bisschop mag weer terug naar Utrecht.
=======================================================================
http://www.wazamar.org/Familiewapens/hist-famwpn/hs-49.htm
Cornelis van Beveren (de Bevere), geb. Dordrecht 1524, overl. Dordrecht 1585. Burgemeester van Dordrecht.
Wapen: In rood een dwarsbalk van zilver, beladen met een bever van zwart, gekroond en genageld van goud.
Het geslacht Van Beveren is voortgekomen uit dat van de Van Amstel en het voerde eertijds ook hetzelfde wapen, echter met verwisselde kleuren.
Diderik, broer van Egbert, Heer van Amstel (begin 12e eeuw) huwde n.l. Anna, dochter van Boudewijn, Heer van het Land van Aalst en Waas, die hem het Land van Beveren bij het huwelijk aanbracht. Hij en zijn opvolgers noemden zich daarna "Heren van Beveren".
Roelof van Beveren (midden 13e eeuw) nam het wapen van de Van Lovens, (het geslacht van zijn moeder) aan, zijnde: In rood een zilveren dwarsbalk. Zijn kleinzoon Daniel plaatste op die dwarsbalk als sprekend wapenfiguur de gekroonde bever. Ook het devies van de familie "Per Mare, Per Terras" (ter zee en te land) doelt op dit wapenfiguur
=========================
Oorlog om Holland, 1000-1375 e, Ronaio p. de Graat
74 Opperman, Stadt und Stift, 22;Maris, Voogdij, 120-5: in 1105 wordt een heer van Amstel in één adem genoemd met de burggraaf van Utrecht en de schouten van Utrecht en Muiden. Reedt in 1169 bleken deze heren uit te zijn op feitelijke vergroting van hun onafhankelijkheid. Toen moest aartsbisschop Philips van Keulen ingrijpen, aangezien Egbert van Amstel eigenmachtig bisschoppelijke leengoederen in bezit wilde nemen.
=========================
Geschiedenis van Amsterdam By Marijke Carasso-Kok, Nienke Huizinga, Ester Wouthuysen, Wiard Krook
In 1126 wotdi Wolfger voor hei laatst genoemd als getuige In een oorkonde onder de naam Wolfgerus de Amestelle.10 Zl)n opvolger was Egbcrt. genoemd tussen 1131 cn 1172. Niet langer wordt hl| seniens genoemd, maar mlntslerialls. hetgeen erop wijst dat Egbcrt opgenomen was in dc kleine kring van intimi rond dc bisschop. Over dc opvolgers van Egbcrt. Gljsbrecht i. zijn zoon Gijsbrecht li en kleinzoon Gijs-brecht in. is weinig bekend. Zeker Is wel dat de familie In aanzien Is gestegen, getui-ge het feit dat dc Gi|sbrcchtcn zich lieten aanspreken met ml/es (ridder) en op zeker moment zelfs met domtnus (heer). Ter onderstreping van hun nieuwe sociale status was hel bewonen van een riddermatige hofstede, een kasteel, een vereiste. In 1204 wordt dit kasteel voor het eerst genoemd. Naar aanleiding van een machtsstrijd die in Holland uitbrak na de dood van graaf Dirk VII. trok een groep Kennemers Amstel-land binnen. De Kennemers staken eerst de dijk van Amstclland. ofwel de Amstcldljk (u^crem Amesttf), door. Daarna stichtten ze brand in het moerassige land (het 'Vene') dat aan Gi|sbrccht toebehoorde, waarbij ze ongelofelijke hoeveelheden vee en kledingstukken buitmaakten. Ten slotte verschenen de Kennemers voor het eerbied-waardig gebouwde kasteel van Gljsbrecht idomum Gtselbcrtl honortficc sltvcture).10 Op dit huis zullen wc nog uitvoerig terugkomen.
Ongeveer dertig jaar later blijken dc Amstels over een tweede huis tc beschik-ken, en wel In dc stad Utrecht. In 1231 schonk ccn Gljsbrecht. dc tweede of dc derde met die naam. al of niet daartoe gedwongen, dit stenen huis aan graaf Floiis iv van Holland. Gijsbrecht kreeg het vervolgens in leen terug, zodat vanaf die tijd dc heren van Amstcl twee heren moesten dienen: dc bisschop van Utrecht cn dc graaf van Hol-land. Daarmee werden dc Amstels spelers In het dcrtlcndc-ceuwsc machtsspel over het politieke gezag in het Ncdcrsticht.
=========================================
http://www.geni.com/projects/van-AMSTEL-Family
Familie van Amstel uit Noord Holland
Nederlands Wikipedia: De Heren van Amstel.
English Wikipedia: van Aemstel family, Founding fathers of Amsterdam
Van Amstel is een van de oudste familienamen in Nederland. Oorsponkelijk waren de Heren van Amstel belangrijke ministerialen van de bisschop van Utrecht rond 1200-1296. Na de moord op Floris de Vijfde door Gijsbrecht IV Van Amstel, Herman VI Van Woerden en Gerard Van Velzen moest Gijsbrecht vluchten, waarschijnlijk naar Brabant voor bescherming onder Jan I van Cuijk. Veel van de geschiedenis van de familie van Amstel is gedocumenteerd door Rijksvrijheer W.A. Van Spaen, eerste voorzitter van de Hoge Raad van Adel, in 1807 (een nazaat van Maria Hagedoorn en Willem van Amstel uit Kleef van slot Moyland). Later is een uitgebreide studie over de Heren van Amstel 1105-1378 gepubliceerd door Th.A.A.M. van Amstel in 1999 bij Uitgeverij Verloren in Hilversum (www.verloren.nl/home). Een beschrijving van de voorouders van de Haarlemse familie Van Amstel is gedaan door W. Wijnandts van Resandt en verschenen in 1983 in het Jaarboek van het Centraal bureau voor Genealogie deel 37 pagina 71 tot 97. De familierelatie van de geslachten van Amstel en van Cuijk werd in 1981 aangetoond door Dr. J.A. Coldeweij in zijn geschiedenis van De Heren van Kuyc 1096-1400. Uitgeverij Stichting Zuidelijk Historisch Contact. Tilburg 1981.
Rond 1105 zijn de ontginningen van de Amsteloever gestart. Op een later moment (1260 tot 1270) is een dam in de Amstel gelegd en daarmee de kiem voor de ontwikkeling van de stad Amsterdam. Opgravingen in 1990 in de binnenstad hebben de fundamenten blootgelegd van mogelijk een kasteel van Amstel. Onderzoek aan de resten hebben geen eenduidig bewijs geleverd voor deze hypothese van een kasteel in de binnenstad. De resultaten van het onderzoek zijn uitgebreid beschreven door de stadsarcheoloog en medewerkers van de Universiteit van Amsterdam in het boek Het Kasteel van Amstel, burcht of bruggehoofd?, onder redaktie van M.B de Roever en gepubliceerd in 1995 door de Stadsuitgeverij Amsterdam. Populair wetenschappelijke informatie over de geschiedenis van Amsterdam kan worden gevonden bij www.theobakker.net
Het gevecht om de macht in Amstelland, dat in 1280 leek te zijn gestreden, laaide na de staatsgreep tegen graaf Floris V van Holland weer op en duurde met onderbrekingen tot 1304. De verwikkelingen van deze machtsstrijd hebben slechts noodlottige gevolgen gekend voor degenen die bij de strijd betrokken waren. Gijsbrecht van Amstel zat vijf jaar gevangen (1280-1285). De elect bisschop Jan van Nassau werd uit zijn ambt ontheven (1290). Floris V werd gedood (1296). Gijsbrecht IV van Amstel en Herman VI van Woerden verloren have en goed en gingen in ballingschap. Wolphaart van Borselen werd na de toeeigening van de goederen van Amstel en Woerden gelyncht door het volk (1299). Bisschop Willem Berthout kwam om het leven bij de poging tot herovering van de Stichtse goederen (1301). Willem van Cuijk sneuvelde mogelijk tijdens de Vlaamse inval in Zeeland (1303). Jan van Renesse, Arnold van Benschop (zoon van Arnold van Amstel) en Jan II van der Lede verdronken in de Lek na hun overhaast vertrek uit Utrecht (1304). Jan I van Amstel bereikte evenwel de overzijde van de rivier en wist te ontkomen aan de rampzalige gevolgen van de machtsstrijd in het Sticht, echter met verlies van rechten op have en goed.
In 1126 werd het toponiem Amestelle (Amstelland) verbonden met de doopnaam van de dienstman van de bischop van Utrecht, die het schoutsambt in het gelijknamige rechtsgebied uitoefende: Wolfger van Amestelle. Diens nazaten, die eveneens het bischoppelijk gezag in Amestelle uitoefenden, werden ook naamdragers van Amestelle en aldus ontstond de geslachtsnaam van het bekende middeleeuwse geslacht van Amstel. Wolfger en zijn familie waren afkomstig uit Werinon (Nederhorst den Berg), de oudste parochi van de noordelijke Vechtstreek. Toen de abdij van Werden (aan de rivier de Roer in Duitsland) tussen 1050 en 1080 haar goederen overdroeg aan de kerk van Sint Martinus, kwamen ook haar onvrije dienstmannen, waaronder de pre-Amstels, onder gezag van de Utrechtse bisschop. De van Amstels klommen op tot erfelijke rentmeesters van de Utrechtse bisschop en maakten carriere in zijn militia. Hoezeer zij in macht en aanzien stegen, blijkt wel uit de inlijving van Gijsbrecht II in het ridderschap en uit het huwelijk van Gijsbrecht III met Aleidis een dochter van het geslacht van Cuijk. Omdat hij deelgenomen had aan de staatsgreep tegen Floris V werd Gijsbrecht IV verbannen. Hij vluchtte naar Den Bosch (s Hertogenbosch), waar hij bescherming zocht bij zijn invloedrijke neef Jan I van Cuijk. Gijsbrechts zoon, Jan I, probeerde tevergeefs om de rechten op de geconfisqueerde leengoederen te herstellen. Hij kon ontkomen na de gevechten en vestigde zich na 1304 in het hertogdom Brabant.
Zijn nazaten konden op den duur niet meer aan de verplichtingen van hun stand voldoen en verloren geleidelijk hun maatschappelijk gezag. Toch wisten zij zich als aanzienlijke landeigenaren 680 jaar staande te houden in het kwartier Maasland van de Meierij van Den Bosch. Een van de nazaten van Sophia van Amstel (1330-1400) en Henric van der Scaut, namelijk Barent Tybout van Weert van Amstel trouwde op 25 januari 1636 met een Haarlemse jonkvrouwe Sijntgen Sacharyas en daarmee ontstond wederom een Noord Hollandse tak van de Van Amstels.
===========
https://archive.org/details/gri_33125010886949/page/n49
===========
Geschichte der westphälischen Geschlechter: under besonderer ...
By Anton Fahne (jurist, historicus, genealoog)
p. 46
https://books.google.nl/books?id=ZJtfAAAAcAAJ&pg=PA46
===========