Remmelt is vernoemd naar zijn grootvader van moeders kant: Remmelt Veldhuis
Hij is getrouwd met Hilligje Bijker.
Zij zijn getrouwd op 24 mei 1928 te Enschede , hij was toen 26 jaar oud.Bron 5
Kind(eren):
Remmelts jeugd
Remmelt Hobers wordt geboren op dinsdag 7 januari 1902. Hij is vernoemd naar zijn opa Remmelt Veldhuis. Zes jaar daarvoor in het voorjaar van 1896 zijn zijn ouders Jurrie Hobers (24 jaar) en Jetiena Veldhuis (20 jaar) getrouwd. Moeder Jetiena heeft haar eigen moeder Hilligje Wisman nooit gekend. Als ze nog maar net twee jaar is, overlijdt haar moeder in het kraambed bij de geboorte van Jetiena's zusje Hilligje. Een dag later, op 23 september 1878 doet vader Remmelt in Emmen aangifte van het overlijden van zijn vrouw Hilligje en de geboorte van zijn dochter Hilligje.
Als Jurrie en Jetiena een krap jaar na hun trouwdag hun eerste dochtertje krijgen noemen ze dit meisje dan ook Hilligje, naar Jetiena's moeder en zus. De andere kinderen worden daarna met de regelmaat van de klok tweejaarlijks geboren: Margrietha, Willemina Henderika en Remmelt. Na de geboorte van Remmelt verhuist het gezin; was de keet te klein geworden? Het wordt tijd voor een grotere veenkeet; de nieuwe woning meet zo'n 3.5 bij 4.5 meter (!).
Adressen
Het is erg moeilijk (anno 2010) uit te zoeken waar Remmelts geboortehuis precies stond. Er zijn drie bronnen die een indicatie geven:
Er is een briefje uit 1902 waaruit de onderhandse verkoop van een woning door Jan Knorren aan vader Jurrie Hobers blijkt. Dit briefje is in bezit van kleinzoon Jurrie Hobers, Ridderkerk.
"De ondergetekenden Jan Knorren arbeider wonende te Nieuw-Amsterdam, verklaart: de woning thans door hem bewoond, te hebben verkocht aan Jurrie Hobers, arbeider wonende te Nieuw Amsterdam voor de som van twintig gld en verklaar door ondertekening dezes dezelfde te hebben ontvangen en verbind zich mij de woning voor of op den 16 April 1902 te ontruimen en ter vrije beschikking van Jurrie Hobers te stellen.
Tevens neemt Jurrie Hobers op zich de achterstallige huur zijnde vijftien gld voor of op den eersten Mei 1902 in handen van de Wed. J. Vos Hz. te betalen."
Aldus gedaan te Nieuw-Amsterdam den 15 April 1902.
J. Knorren Jurrie Hobers
Jurrie Hobers en Jetiena Veldhuis met hun kinderen Hilligje (5 jaar), Margrietha (4 jaar), Rika (2 jaar) en de 2 maanden oude baby Remmelt, hebben vanaf 16 april 1902 een eigen woning. De totaalprijs van 35 gulden betekent dat het een eenvoudige keet is, wat ook blijkt uit de beschrijving hieronder.
Uit een nota van de "Emmer Courant" d.d. derde kwartaal 1906 ten laste van Jurrie Hobers blijkt het gezin aan de Heerendijk te wonen.
EMMER COURANT
Nieuws- en advertentieblad voor den Zuidoosthoek van Drenthe
ONTVANGEN van den Heer Jurrie Hobers te Nieuw-Amsterdam Heerendijk
de somma van vijf en vijftig cent voor ABONNEMENTSGELD over het derde kwartaal 1906
Emmen , 1 Oct 1906
Omstreeks dezelfde tijd (1903 tot 1906) vindt er in Nieuw-Amsterdam door een "gezondheidscommissie" een woningonderzoek plaats, waarbij alle hutten, veenketen en arbeiderswoningen in Nieuw-Amsterdam zeer nauwkeurig worden beschreven, als ook de "zindelijkheid" van de bewoners. Ik concludeer dan ook dat Remmelt in de hieronder beschreven keet aan of in de directe omgeving van de Heerendijk is geboren. Hij woont hier tot zijn 20e jaar.
Beschrijving van de veenkeet van Remmelt Hobers
De commissie geeft zo'n nauwkeurige beschrijving van de keet waarin Remmelt opgroeit, dat deze tot op de centimeter nauwkeurig is te reconstrueren:
(met dank aan Wim Visscher en het Gemeente Archief Emmen, doos 51):
In de hut (Nieuw-Amsterdam, Wijk GA, huisnummer 179a) van Jurrie Hobers wonen 2 volwassenen en 5 kinderen. Vader Jurrie huurt de keet niet, hij is "zelf eigenaar". De keet kent slechts 1 vertrek. Dit vertrek heeft een hoogte van 2.24 meter, een inhoud van 35.480 kubieke meter (dit is weinig in vergelijking met de omringende keten). Het aantal kubieke meters luchtruimte is nog minder dan in andere keten: 8. In de woning zitten 2 ramen van 1.10 vierkante meter, die niet open kunnen. De vloer is van hout en heeft een oppervlakte van 15.84 vierkante meter. Bij andere keten is de vloer soms van steen of leem. De ambtenaar heeft keurig berekend dat dit 3.4 kub. meter per persoon is. Als privaat ( wc) wordt "een ton" genoemd. Buurman H. Volkers heeft geen ton, maar "een beerput". Er zijn 2 slaapplaatsen in "1" vertrek: "Hoeveel personen daar slapen is 7". Er is geen afvoer naar buiten voor afval water. Het gezin haalt het drinkwater uit een put. "Kleur, smaak en bruikbaarheid van het water is goed". De put is voor gemeenschappelijk gebruik en ligt slechts 4 meter van de keet. Sommige buren hebben geen put maar "halen uit kanaal". Het onderhoud aan de hut is "goed". Ook met de "zindelijkheid" van het gezin is het "goed" gesteld, waar anderen soms met "matig" aangeduid worden. De muur is van steen met de aantekening: "deels een zodenmuur". Andere keten hebben soms een turfmuur . Het dak is "pannen". In de omgeving vind je nog geregeld "stro of plaggen".
In 1904 woont dus aan de Heerendijk in hun veenkeet van zo'n 3.5 bij 4.5 meter, in één ruimte het gezin van Jurrie en Jetiena Hobers-Veldhuis met hun kinderen Hilligje, Margrietha, Willemina Henderika, Remmelt en Willem, het eerste kind dat hier in 1903 geboren is. Ze slapen met z'n zevenen in twee bedsteden. Het daglicht kan binnenkomen door twee ramen van zo'n 30 bij 35 centimeter. Tussen de ramen tegen de stenen voorgevel zal de turfkachel gestaan hebben. Hier las vader 's avonds bij de olielamp de Emmer Courant.
Dan overlijdt in 1904 op 6-jarige leeftijd het oudste meisje Hilligje. Het eerste meisje dat daarna geboren wordt (1905) wordt dan ook vanzelfsprekend weer Hilligje genoemd.
Er worden daarna nog vijf kinderen geboren, waarvan er twee overlijden. De kinderen die blijven leven zijn Albert, Johanna en Jurrie Jetienus.
Als de jongste van de acht in 1920 geboren wordt, is Margrietha 22 jaar. Het is intussen overvol in de veenkeet : acht kinderen tussen de 0 en 22 jaar en beide ouders. Het wordt tijd dat de kinderen uitvliegen.
De kinderen vliegen uit
In het voorjaar van 1921 heeft vader Jurrie een stukje grond gekocht met de bedoeling daar een nieuw huis op te bouwen. Het lapje grond ligt aan de andere kant van het kanaal dat Nieuw-Amsterdam doorsnijdt, aan het Akkermansdijkje, de latere Wijkstraat. Het gezin zal de veenkeet verlaten en naar een echte woning verhuizen. Dit moment is voor een aantal kinderen waarschijnlijk de reden hun toekomst ergens anders op te bouwen.
De gezinskaart van het bevolkingsregister (Gemeentearchief Emmen) vermeldt wanneer de kinderen zijn uitgeschreven en naar welk 'adres' ze zijn vertrokken. De uitschrijfdatum hoeft niet de exacte vertrekdatum te zijn, maar geeft een prima indicatie.
Margrietha Hobers wordt uitgeschreven op 19 september 1921 naar Sleen Veenoord. Ze is in juni van dat jaar getrouwd met Johannes Brand en zal dus toen al het huis verlaten hebben.
Haar broer Willem is een maand eerder vertrokken. Kort na de koop van de grond aan het Akkermansdijkje vertrekt hij naar Hoogeveen. Hij laat zich uitschrijven op 17 mei 1921 en als adres geeft hij op de familie Bover in Hoogeveen. Hij zal daar zijn toekomstige vrouw Geesje Knol ontmoeten.
Hilligje vertrekt eerst naar een andere woning in Nieuw-Amsterdam en later naar de Beilerstraat 6 in Assen. In het voorjaar 1933 komt ze nog een maand terug naar huis, maar op 15 mei 1933 (trouwdag met Jo Gerritsen) wordt ze definitief uitgeschreven naar de Anreeperstraat 93 in Assen.
De Wijkstraat
Er is een stukje land te koop aan het Akkermansdijkje, de latere Wijkstraat. Er mag een huis op gebouwd worden. Op 21 april 1921 tekent vader Jurrie een koopovereenkomst met Roelof Witvoet. De akte (Kadaster Groningen; dagregister 119 No 1086, afbeelding) vermeldt:Koopcontract
De ondergetekende Roelof Witvoet, arbeider wonende te Nieuw-Amsterdam gemeente Emmen, verklaart verkocht te hebben aan de medeondergetekende Jurrie Hobers, arbeider wonende aldaar, die verklaart van eerstgenoemde gekocht te hebben de zuidelijke helft van een perceel grond aan het Akkermansdijkje te Nieuw-Amsterdam [.....] ter grootte van ongeveer dertien aren vijftien centiaren [....] dat deze koopovereenkomst is gesloten voor de som van drie honderd vijf en twintig gulden door den kooper op heden aan den verkoper voldaan, waarvoor deze verklaart te kwiteren.
Geteekend den 15 April 1922
R. Witvoet J. Hobers
Het jaar daarop heeft Jurrie Hobers al een woning op dit stukje land gebouwd. Het adres is geworden Wijkstraat 29. Op de foto uit 1923 (afbeelding) staat de trotse moeder Jetiena voor haar splinternieuwe woning met haar jongste kinderen Johanna en Jurrie Jetienus. De grond om het huis is nog vrijwel onbegroeid en wat er staat is nog maar net geplant. De kinderendie die met hun ouders mee verhuizen naar de Wijkstraat zijn:Remmelt(20 jaar), Albert (15 jaar), Johanna (10 jaar) en Jurrie Jetienus (2 jaar).
Remmelt woont nog zo'n twee jaar op het nieuwe adres. Hij is de eerste die vandaar vertrekt. Op 29 augustus 1925 verlaat hij Nieuw-Amsterdam en gaat naar Borculo bij de familie H. Legters wonen.
Jurrie Hobers zal tot aan zijn dood in de Wijkstraat blijven wonen .
Herinneringen van zoon Derk
Remmelt Hobers is al op jeugdige leeftijd werkzaam geweest bij de Nederlandse Heidemaatschappij en is al snel als uitvoerder-grondwerken, uitgezonden naar verschillende werken, o.a. naar Borculo ( hier was hij ten tijde van de cycloon in 1925.)
Het volgende karwei was inpoldering van de Biesbosch op het eiland van Dordrecht. Hier is dan ook een kosthuis gezocht voor deze periode. Remmelt had al verkering met Hilligje (want die kende hij al vanuit Nieuw Amsterdam)
De familie Bijker is van Drente naar Enschede verhuisd en Hilligje kreeg een betrekking voor dag en nacht bij een familie in Almelo. Daar Remmelt toen al een motorfiets had, was de afstand Borculo Almelo wel te overbruggen, maar de afstand naar Dubbeldam op het eiland van Dordrecht , was wel te veel en dus werden er al snel trouwplannen gemaakt.
In mei 1927 zijn zij dan ook getrouwd en gaan wonen in de Burgemeester Jaslaan (schuin tegenover het kosthuis. ) Daar werden de zoons Jurrie en Derk geboren en toen was het huisje al snel te klein en verhuisden zij naar de Hoofdstraat in oktober 1931 en daar is Jetiena geboren.
In 1930 of 1931 was de inpoldering van de Biesbosch voor de Heidemij klaar en zou Remmelt wel weer naar een volgend karwei gezonden worden; dat was het lot van werken bij de Heidemij ,maar toen was er bij de stichting de Biesbosch (volledig eigendom van de gemeente Dordrecht) behoefte aan personeel voor de verdere inrichting en aanleg van wegen, watergangen en bruggen. Daar is Remmelt toen in dienst getreden en dat is de reden dat de familie in Zuid- Holland terecht is gekomen.
Jerry is naar Canada vertrokken op 2 maart 1954 om daar zijn geluk te zoeken.