Stamboom Willems - Van den Heuvel » Henrick Thomas van den Snepschuet (????-1508)

Persoonlijke gegevens Henrick Thomas van den Snepschuet 

Bronnen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10

Gezin van Henrick Thomas van den Snepschuet

Hij had een relatie met Lisbeth.


Kind(eren):


Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Henrick Thomas van den Snepschuet?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Voorouders (en nakomelingen) van Henrick Thomas van den Snepschuet


    Toon totale kwartierstaat

    Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

    • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
    • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
    • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).

    Verwantschap Henrick Thomas van den Snepschuet



    Visualiseer een andere verwantschap

    Bronnen

    1. Bossche Protocollen, m.b.t. Best, periode 1440–1463
      BP 1225 (Best) okt 1454 – sept 1455 folio 33r
      (Aerle)
      Henrick zoon van Thomas van den Sneppenschoet en van wijlen Margriet Dirx van Aerle
      (ook folio 33v)
      Jan Janss van den Biechelaer
      Jan Janss van der Heijden (folio 33v)
    2. Bossche Protocollen, m.b.t. Oirschot, periode 1483–1501
      BP 1265 (Oirschot) okt 1495 – sept 1497 folio 104v
      Jan Henrix van den Scoet
      Willem Willems van Haren
      Henrick Maessn. van den Sneppenscoet en zijn zoon Thomas Henrick Maes van den
      Sneppenscoet
    3. R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1494 t/m 31 december 1494.
      =================182====================
      32-r)
      Henrick Thomaes van den Snepschuet en diens zoon Thomas, verder
      Jan Henrick van den Scoet als man van Margriet, Willem Lucassen
      als man van Dingen zijnde allen wettuige kinderen van genoemde
      Henrick verwekt bij Lisbeth, hebben een deling gemaakt van het
      bezit dat ze van hun moeder hebben geerfd.
      Bij deze deling krijgt hun vader wat betreft het vruchtgebruik een
      huis, tuin etc., gelegen in herdgang Aerle, groot ca. een Bosch
      mudzaad, b.p. de kinderen van Jan Ketelbueters, de straat. Nog
      krijgt hij een stuk land genoemd de Clammergaten eerder eigendom
      van Aleijt van Aerle gelegen in herdgang Aerle, b.p. Rutger
      Stayakkers, Herman Rentmeester en meer anderen, Gielis en Wouter
      Jan Crijns, het erf genoemd de Gelenrijt, Wreijs Happen. Nog krijgt
      hij een beemd genoemd de Bijvink, b.p. Gijb Quants, de erfgenamen
      van Thijs van Beeck, Dirck Moels, de straat. Hieruit moet Henrick
      jaarlijks alle chijnsen en pachten betalen die erop drukken en ook
      alle achterstand die eerder werd betaald door Dirck van Aerle.
      Verder krijgt Henrick ook alle roerend bezit dat op het erf is en zal
      ook alle achterstand voor zijn rekening nemen welke pachten etc.
      per jaar ongeveer 4 en een half mud rogge belopen. De kinderen
      zullen daarentegen alle lopende schulden betalen die ongeveer 105
      rijnsguldens beloopt.
      Genoemde Thomas, Jan en Willem krijgen samen een hoeve gelegen
      op het Snepschuet, te weten huis, tuin betimmering etc., b.p. een
      stuk land genoemd het Pollenland, de straat, de kinderen van Theeus
      van de Venne, de kinderen van Jan Eessen. Nog krijgen ze een stuk
      land genoemd de Herselakker, groot ca. 4 lopenzaad, b.p. Adriaen
      van den Doeren, Aert de Nagelmaker, Marie Alaerts, de
      gemeenschappelijke weg. Nog krijgen ze een akker gelegen in
      herdgang Straten in de Langestraat daar, groot ca. 2 lopenzaad, b.p.
      het erf eerder van Dirck Huijskens, Jan Goossens, de straat. Nog
      krijgen ze een akker en een heiveld eraan, genoemd de Haperdonk,
      gelegen tegenover de genoemde hoeve daar, b.p. Gerart Mathijssen,
      Peter Goijaert Raijmakers, Adriaen van den Doeren, de weduwe van
      Jan Ervaerts, Gerart van Creijelt, Jan Bruijstens, de straat. Nog
      krijgen ze een eeuwsel genoemd de Clocken, b.p. Aelbrecht van de
      Maerselaer, Gijsbrecht
      32-v)
      Gijsbrecht Hoppenbrouwers, de gemeijnte. Nog krijgen ze een
      beemd genoemd de Scoerdonksbeemd, b.p. meester Aert van
      Weijlhuijsen, Henrick de Hoppenbrouwer, Jan Peters, Marie
      Smollers en meer anderen, de ´uutfank´ van Dirck Hoppenbrouwers.
      Nog krijgen ze een beemd genoemd de Hage, b.p. Rutger Huijskens,
      de kinderen van genoemde Rutger, Peter Eessen, Henrick
      Hoppenbrouwers, genoemde Jan Peters, een andere akker. Uit de
      schuur en de gebouwen op de hoeve en uit al het vee daar, moeten ze
      jaarlijks alle lasten betalen die erop drukken met ook alle
      achterstand, en ook de schuld van ca. 105 rijnsguldens. Nog krijgen
      de genoemde kinderen een huis etc. gelegen in herdgang Straten dat
      eerder eigendom was van Peterken Goijaert Mersmans.
      Genoemde Willem Lucassen krijgt een pacht van een half mud
      rogge te ontvangen van Henrick van de Capellen en een half mud
      rogge per jaar uit een pacht van een heel mud te ontvangen op
      onderpand van een huis etc. gelegen in herdgang Straten, zoals in
      brieven ervan vermeld. Verder doet Willem afstand van alle verdere
      aanspraken op de erfenis en de erfdelen die Henrick Thomas
      Henricks van den Snepschuet, Jan Henricks van de Scoet vandaag
      toebedeeld zijn tegen Henrick Thomas van den Snepschuet. Datum
      op St. Leonardus dag in november 1494, (6 november, JT), getuigen
      Joerden en Beertken die het mij aandroegen.
      =================183====================
      Thomas Henricks van den Snepschuet verkoopt aan Jan Henricks
      van den Scoet zijn zwager zijn aanspraken in het erfdeel dat hij
      vandaag van zijn moeder Lisbeth heeft geerfd, en welk erfdeel hij
      samen met genoemde Jan en Willem Willem Lucassen heeft
      toebedeeld gekregen in het bezit van hun vader, waar dat bezit ook is
      gelegen, behalve wat betreft het bezit waarvan zijn vader nog het
      vruchtgebruik heeft waarvan hij zijn deel zal behouden na de dood
      van zijn vader. Datum 6 november 1494, getuigen Joerden en
      Beertken.
    4. Bossche Protocollen, m.b.t. Best, periode 1463–1501
      BP 1260 (Best) okt 1490 – sept 1491 folio 431v
      Henrick zoon van wijlen Thomass van den Sneppenschoet en van Margriet dochter wijlen
      Dirck van Aerle zoon wijlen Herman van der Bruggen
    5. R.A. Oirschot, inv. nr. 122A, periode 1 Jan. 1463 t/m 31 december 1463.
      =================010====================
      Verschenen is Henrick zoon wijlen Thomas van den Snepschuet en
      verkoopt hierbij aan heer Henrick Belaerts ten behoeve van hem en ten
      behoeve van zijn zusters Heijlwich en Margriet, wettige kinderen van
      Henrick Belaerts, die een jaarlijkse pacht van 12 lopen rogge, Oirschotse
      maat uit een pacht van 16 lopen rogge. Die pacht heeft genoemde
      Henrick van den Snepschuet steeds ontvangen gehad op Maria
      Lichtmisdag en de pacht was door Thomas, zijnde de vader van
      genoemde Henrick gekocht van Jan van den Hove ( of beloofd door?,
      JT), op onderpand van een huis, tuin etc., gelegen in Oirschot onder
      Best, b.p. Heijlwich zijnde ze zuster van Jan met haar kinderen, de
      gemeijnte. (geen datum, geen getuigen vermeld, akte is doorgestreept.)
    6. R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1513 t/m 31 december 1513.
      =================155===================
      Katalijn, verder Jan Jansen van Onstaden als man van Marij, Gerit
      Gerit Borgers als man van Hadewijch, nog Dingen, Elisabeth en
      Marij, met hun voogd Lupprecht Henricks van den Schoet
      verwekt bij Margriet dochter van Henrick van den Snepschuet,
      verder Henrick en Jan, broers, zijnde alle wettige kinderen van
      Jan Henricks van den Schoet, met Lupprecht Henricks van den
      Schoet als hun voogd, hebben een deling gemaakt van het bezit
      dat deze kinderen na de dood van hun vader Jan hebben geerfd.
      Katalijn en Elisabeth krijgen samen een huis, tuin etc., groot 5 en
      een halve lopenzaad, gelegen in herdgang Aerle, b.p. de straat, de
      kinderen van Willem Lucas, Jan Ketelbueters en meer anderen.
      Nog krijgen ze een half mud rogge aflosbaar en te ontvangen van
      de kinderen van Willem Lucas. Lasten uit het erfdeel zijn een
      mud rogge per jaar aan de kinderen of erfgenamen van Dielis de
      Leersmaker en nog de grondchijns.
      Genoemde Jan Jan van Onstaden en Gerit Gerit Borgers als
      echtgenoten krijgen samen een beemd genoemd de Schoerdonkse
      beemd, gelegen in herdgang Straten, b.p. Gijsbrecht Verschaut,
      Jan Wouters van Gestel, de kinderen van Dirk Hoppenbrouwers
      en meer anderen, Goijaert Peters van den Doeren en meer
      anderen. Er is recht om de pad te gebruiken die bijde beemd hoort
      naar de straat toe, maar die pad mag alleen gebruikt worden door
      diegenen die er recht op hebben. Verder ontvangen ze van Dirck
      van den Doeren een kapitaal van 4 gouden peters eens samen met
      de rente van een jaar. Lasten uit dit erfdeel zijn 8 lopen rogge aan
      hun zwager Jan en 6 en een halve stuiver als chijns.
      Genoemde Dingen krijgt 20 lopen rogge per jaar te ontvangen van
      Barbel Vergheelst, nog van haar zuster Marij de jongste een pacht
      van 4 lopen rogge op onderpand van een akker aan de Langestraat
      zoals aan Marie is toebedeeld geworden.
      Genoemde Marij de jongste krijgt een stuk beemd genoemd dat
      Quinckelresche Broek, in herdgang Straten bij Heerbeeck, b.p.
      Dirck van de Maerselaer, Henrick van Best, Gerit Gerits van
      Berse, de gemeenschappelijke straat.
      P 298-v)
      Nog krijgt ze een stuk land gelegen in herdgang Straten, b.p. Jan
      Goossens, Jan Henrick Huijskens, de lopende straat. Lasten uit de
      akker zijn 4 lopen rogge aan haar zuster Dingen en de
      grondchijns.
      Genoemde Henrick krijgt een pacht van 18 lopen rogge te
      ontvangen van Herman van Aerle, nog eenmalig 20 gouden
      peters te ontvangen van Dirck van den Doeren samen met de rente
      van een jaar.
      Genoemde Jan krijgt een heiveld gelegen in herdgang Straten in
      de Haperdonk daar, b.p. Peter van den Hoevel met meer anderen,
      het erf dat ervan is afgedeeld, Rutgers van der Hoeven. (de
      kinderen van Joerden de Brouwer = doorgestreept, JT). Nog krijgt
      hij ene pacht van 8 lopen rogge te ontvangen van zijn zwagers Jan
      Janssen van Onstaden en Gerit Gerit Borgers, op onderpand van
      een stuk beemd genoemd de Schoerdocnk dat aan zijn zwager Jan
      en Gerit werd toebedeeld. Nog krijgt hij 7 gouden peters eens te
      ontvangen van Dirck van den Doeren samen met de rente van een
      jaar.
      Datum 10 april 1513, getuigen Hersel en Meijen.
    7. R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1512 t/m 31 december 1512.
      =================129====================
      P 276-bis-v)
      Heer Thomas van den Snepschuet voor hemzelf handelend en
      voor de kinderen van zijn zuster Dingen, verder Lup Henricks van
      de Schoet als voogd over de wettige kinderen van Jan Henricks
      van de Schoet verwekt bij Margriet dochter van Henrick van den
      Snepschuet en met hem Henrick en Katarijn, kinderen van Jan
      Henricks van den Schoet, verder Jan Jan Dircks als man van
      Marie, dochter van Jan Henricks van de Schoet, voor hemzelf
      handelend en voor hun andere broers en zusters, alle wettige
      kinderen van Henrick Thomas van den Snepschuet, verkopen aan
      Dirck Adriaens van den Doeren die een huis, tuin etc., gelegen in
      herdgang Straten, b.p. Henrik Erven, de straat. Dat huis etc. had
      Andries Aert Vrients als man van Adriaen dochter van Goijaert
      Aert Bliecks die voor hemzelf optrad en voor diens zwager Peter,
      eerder verkocht aan genoemde Henrik Thomas van den
      Snepschuet. Datum 13 april 1512, getuigen Thomas Gielis en
      Henrick van de Velde.
    8. R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1508 t/m 31 december 1508.
      =================098====================
      16-r)
      Heer Thomas, priester en zoon van wijlen Henrick Thomas van den
      Snepschuet en Lupprecht Henrick Luppens van den Schoot als oom
      en voogd over de jonge kinderen van Jan Henricks van de Schoet
      verwekt bij Margriet dochter van wijlen Henrick Thomas van den
      Snepschuet en nog Thomas Gielissen als voogd over de jonge
      kinderen van Willem Lucassen die hij had verwekt bij Dingen
      dochter van wijlen Henrick Thomas van den Snepschuet, hebben een
      deling gemaakt van het bezit dat ze na de dood van Henrick Thomas
      van den Snepschoet hebben geerfd.
      Genoemde heer Thomas priester, krijgt een beemd genoemd de
      Bijvinck, groot ca. 10 lopenzaad, gelegen aan het Maerselaer, b.p..
      de kinderen van Michiel Smetsers, Jan van Beeck, de straat, de
      kinderen van Dirck Moels. Nog krijgt hij een beemdje met het land
      eraan, samen 7 en een halve lopenzaad, genoemd de Clammergaten,
      b.p.. Gielis Jan Crijns, Rutger van den Stayakker, de kinderen van
      Willem Lucas waarvan wordt afgedeeld, de erfgenamen van Wreijs
      Happen en meer anderen. Heer Thomas moet overpad verlenen aan
      de kinderen van Willem Lucas zodat die vanuit hun erf over de
      Clammergaten kunnen gaan met de minste schade. Uit dit erfdeel
      moet jaarlijks aan het gasthuis van heer Adam (van Miert, JT) in
      Den Bosch anderhalf mud rogge worden betaald.
      16-v)
      Lupprecht Henricks van den Schoet krijgt ten behoeve van de
      kinderen van zijn broer Jan Henricks van de Schoet verwekt bij
      diens vrouw Margriet, een huis, tuin etc., met houtopstand en
      boomgaard, gelegen in herdgang Aerle, b.p.. de gemeenschappelijke
      straat en meer anderen, Jan de Ketelbueter, een akker die 11
      lopenzaad groot is en voor de helft aan de kinderen toebehoort en
      voor de andere helft aan de kinderen van Willem Lucassen. Verder
      krijgt hij de helft van die 11 lopenzaad land, b.p.. de kinderen van
      Willem Lucassen waarvan wordt afgedeeld, Peterken Goens, Daniel
      de Brouwer, de gemeenschappelijke straat, hun eigen huis, Jan de
      Ketelbueter. Uit dit erfdeel jaarlijks 2 en een halve stuivers als
      grondchijns te betalen en nog een half oort, nog aan de kinderen van
      Gielis de Lersmaker in Den Bosch een Oirschots mud rogge in
      Oirschot te leveren.
      Genoemde Thomas Gielissen ten behoeve van de kinderen van
      Willem Lucas verwekt bij Dingen dochter van wijlen Henrick
      Thomas van den Snepschuet krijgt de helft van het stuk land van 11
      lopenzaad, gelegen in herdgang Aerle, b.p.. de kinderen van Jan
      Henricks van de Schoot waarvan is afgedeeld, Daniel van der Achter
      of ook wel Verclonen genoemd en meer anderen, Jan de Ketelbueter,
      de gemeenschappelijke straat. Lasten hieruit zijn 2 en een halve
      stuiver en en half oort, nog een half Bosch mud rogge aan het
      klooster van Couwenwater in Den Bosch te leveren. Nog krijgt hij 3
      stukken beemd aan elkaar gelegen, samen 8 lopenzaad, genoemd de
      Clammergaten, b.p..de Ghelenrijt, Herman de Rentmeester (=
      Cleijnaerts, JT), Heijmerick Scepens.
      17-r)
      heer Thomas Henricks van den Snepschuet waarvan is afgedeeld.
      Heer Thomas heeft moet dit perceel overpad over zijn erf verlenen
      met de minste schade en nadeel. Uit dit erfdeel moet jaarlijks aan
      Goossen Heren in Den Bosch een Bosch mud rogge worden
      geleverd ook in Den Bosch te leveren.
      De delers beloven in hun hoedanigheid en Lupprecht ook namens
      zijn broer Jan, deze deling gestand te zullen doen. Datum op St.
      Antonisdag 1508 , getuigen Jan Goossens en Aelbrecht.
      (de rest van de bladzijde is blanco, JT)
    9. Bossche Protocollen, m.b.t. Oirschot, (periode 1443–1455)
      BP 1225 (Oirschot) okt 1454 – sept 1455 folio 33r
      Thomas van den Sneppenschoet weduwnaar van Margriet Dirx van Aerle en zijn zoon
      Henrick
    10. R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1495 t/m 31 december 1495.
      =================108====================
      Willem Lucassen als man van Dingen dochter van Henrick Thomas van den
      Snepschuet verkoopt met schepenbrieven aan heer Henrick Corstens van de
      Velde, priester, een pacht van een half mud rogge Oirschotse maat, die Willem
      heeft geerfd en hem was toebedeeld in de deling tussen Henrick Thomas van
      den Snepschuet en Thomas zoon van genoemde Henrick en Jan Henrick Luppen
      van den Schoet. Dat half mud rogge had Henrik Thomas van den Snepschuet
      gekocht van Gijsbrecht Gijsbrechts Wouters die men ook wel Ketelbueters
      noemt en genoemde Gijsbrecht op zijn beurt had gekocht van Henrick Janssen
      van der Capellen, welke pacht eerder door Henrick van der Capellen beloofd
      was aan genoemde Gijsbrecht, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag op
      onderpand van een stuk land groot ca. een zesterzaad genoemd de Espenbosch,
      gelegen in herdgang Verrenbest, b.p. Henrick Janssen van der Capellen, het erf
      eerder van Willem van Dormalen, Jan Willems. De verkoper belooft alle lasten
      van zijn kant af te handelen. Datum 27 juli 1495, getuigen Snepschuet en
      Belaerts.

    Over de familienaam Den Snepschuet


    Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
    Sjoerd Willems, "Stamboom Willems - Van den Heuvel", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom-willems-van-den-heuvel/I14736.php : benaderd 17 mei 2024), "Henrick Thomas van den Snepschuet (????-1508)".