N.C. van Dinther -De oudste generaties van Herlaer ; p.22
Op 7 juli 1281 dragen Diederik, heer van Herlaar, en zijn zoon Arnold, (primogenitus=eerstgeborene), aan Diederik van Teede de eigendom over van goederen onder Reusel, welke deze tot dusver van hen in leen hield.[94: OBNB I.1 nr. 374, blz. 470-471]
NB: Het gebied 'Theereheide' is ook nu nog direct zuidelijk van Nieuw Herlaer gelegen. De Theerestraat loopt vanaf Halder naar de brug van St.Michielsgestel.
41. Elisabet(?) filia Theodorici de Thede, bona dicta de ... Hilwarenbeke quod funt ipid.. Th.. {Zie 48}.
[in het Latijnsboek: Theodiricus de Thede, mansum terre de Pomerio cum appendiciis, de molendino venti apud Hildewarenbeke. Filia tenet bona de Pomerio] (f.107r, p.252).
[Vertaling: Theodiricus van Thede, een landhuis uit Pomerium met zijn aanhorigheden, afkomstig van een windmolen te Hildewarenbeke. De dochter houdt de goederen van Pomerium].
Kasteel Oud-Herlaar
M. Spierings (5) heeft uitvoerig over het “Sterke huis van Oud-Herlaar” geschreven .
In het grondcijnsboek van de hertog van Brabant van Vught staat opgetekend :. “uyt het Blochhuys van Out Herlaer, eertijds Goossen Cock”.
In een oorkonde van 1246 verklaren Dirck, heer van Herlaer, en Aernt zijn eerstgeboren zoon, dat zij aan Dirck van Thede een goed in Reuzel dat deze van hen in leen had, in eigendom hebben opgedragen. Zoon Aernt beschikt nog niet over een eigen zegel en vraagt daarom aan Goossen Coc, ridder, dat deze voor hem zou willen zegelen, aan welk verzoek Goossen Coc voldoet.
In 1266/1267 ligt een heer van Herlair overhoop met het kapittel vanUtrecht over een waterloop in Ameide aan de Lek en in 1286 wordt deze kwestie geregeld door heer Arnout van Herlaer, hij is een zoon van (1258) Dirck.
Hij is getrouwd met Beatrice van der Dussen.
Zij zijn getrouwd.
Kind(eren):
Arnout [Heer] van Herlaer, gen. van Teede | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beatrice van der Dussen |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.