belijdenis Hendrik Ido Ambacht 17 dec. 1645, boer in Sandelingenambacht, heemraad 1648-1676, schout 1676-1690 van Sandelingenambacht, diaken te Hendrik Ido Ambacht 1656, schout van Kijfhoek 1671-1690, 'Capiteijn"in Kijfhoek, Sandelingenambacht, Rijsoord en Strevelshoek 1672, Hoogdijkheemraad van de Zwijdrechtse Waard 1685, wellicht later boer in Kijfhoek op een pachtboerderij met landerijen aldaar en in Heerjansdam
Mayken Abrahamsdr. Jeyskoot, overl. na 16-8-1688, tr. voor 28-3-1648 Cornells Wlllemsz. Leenheer, ged. Hendrik Ido Ambacht 29-6-1625, boer te Sandelingenambacht, heemraad (1648-1676), schout (1676-1690) van Sandelingenambacht, diaken te Hendrik Ido Ambacht (1656), schout van Kijfhoek (1671-1690), kapitein van de burgermilitie in Kijfhoek, Sandelingenambacht, Rijsoord en Strevelshoek (1673), hoogdijkheemraad van de Zwijndrechtsewaard (1685), overl. (wellicht kort na 25-2) 1690, zoon van Willem Cornelisz. Leenheer, boer in Sandelingenambacht, schepen, heemraad van Heerjansdam, en Claertie (Claesjen) Bastiaensdr.
Dit echtpaar is uitgebreid behandeld in het boek over de familie Leenheer.1
Omstreeks twee uur in de middag van de 3e jan. 1671 kwam de Rijsoordse notaris Pieter van Gilst op "'t Hooster", de hofstede van he familie Jeiskoot op het terrein van het voormalige klooster Eemstein te Kijfhoek. Daar trof hij de zieke Abram Jeskoot (Jeyskoot), hoogdijkheemraad en schout van kijfhoek, bij de haard zittend en diens vrouw Yva Pieters, eveneens ziek zijnde, in bed liggend aan. Hij maakte vervolgens hun laatste wilsbeschikking op, waarbij de echtelieden eerst hun testament voor notaris Gualtery Gualtery te Dordrecht te niet verklaarden (de datum waarop dit testament werd gepasseerd is niet ingevuld). Het echtpaar Jeyskoot testeerde vervolgens op de langstlevende en zij verklaarden dat na diens overlijden de boedel onder hun kinderen en kindskinderen verdeeld moest worden. Tevoren dienden deze echter te zorgen dat de kinderen die destijds bij hun huwelijk meer hadden ontvangen dan de andere kinderen, het tekort verrekend kregen. Tevens werd door de testateurs gestipuleerd dat de twee nagelaten weeskinderen van hun zoon Isack Abramsz. Jeyskoot bij Maeycken Aryens: Aryen en Isack Isacksz., niet eerder dan bij de leeftijd van 25 jaar over hun grootouderlijk erfdeel zouden mogen beschikken. Tevoren zou dit niet verteerd mogen worden, noch mocht er door hen over beschikt worden. Bij vooroverlijden van deze kleinkinderen zou hun deel komen aan de resterende kinderen en kleinkinderen. Degenen die het niet eens waren met dit testament zouden alleen de legitieme protie ontvangen en verder worden uitgesloten. De langstlevende van de echtelieden zou voogd over de minderjarigen zijn en na diens overlijden hun zoon Ary Abramsz. en hun schoonzoon Cornelis Jacobsz. van Proyen. De echtelieden bekrachtigden hun laatste wil met hun respektieve handtekening.lga
Hoewel schout Jeyskoot die dag dus nog op de been was, kwam hij toch twee dagen later te overlijden, terwijl zijn te bed liggend vrouw herstelde en haar man nog vele jaren zou overleven!
Op 6-2-1677 kwamen enerzijds de in Groote Lindt wonende Dircxken Cornelis, weduwe en boedelhoudster van Adriaen Pietersen van Dalem, die een zoon en mede-erfgenaam was van Pieter Cornelissen en Maritgen Stevens, geassisteerd met haar op het Zwijndrechtse Veer woonachtige zoon Cornelis Aryensen van Dalem, en anderzijds Adriaen Abrahamsen Jeyskoot, wonende tot Willemstad, en Cornelis Jacobsen van Prooyen, getrouwd met Annitgen Abrams Jeyskoot, zo voor hen zelf als voor hun (schoon-) moeder Yfken Pieters, weduwe en boedelhoudster van Abraham Adriaensen Jeyskoot, en voor hun 'swager' Cornelis Willemsen Leenheer, getrouwd met Maycken Abrahams Jeyskoot, tot een akkoord. Het betrof een onderlinge kwestie over een tweetal ten laste van Abraham Adriaensen Jeyskoot opgemaakte obligaties, te weten op 1-5-1638 van 200 Car. gld. en op 1-8-1647 van 100 Car. gld. De tweede partij zou aan de eerste over vier weken 150 Car. gld. betalen en de gemaakte kosten voor de hoge vierschaar van Zuid-Holland, en aan diens zoon 2 zilveren ducaten. De obligaties zouden worden overgeleverd en de deugdzaamheid daarvan worden getoetst.
Zij is getrouwd met Cornelis Willemsz Leenheer.
Ze zijn in de kerk getrouwd voor 28 maart 1648.Bron 4
niet gehuwd te Hendrik Ido Ambacht, niet gevonden
Kind(eren):
Mayken Abrahams Jiskoot (Jeyscoot, Jeijskoot) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
< 1648 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Cornelis Willemsz Leenheer |
https://www.hofoda.nl/wp-content/uploads/archief/PDF/slijkerman/boeken/Duizend_jaar_Voorgeslacht.pdfhttps://www.hofoda.nl/wp-content/uploads/archief/PDF/slijkerman/boeken/Duizend_jaar_Voorgeslacht.pdf
DE OUDERE GENERATIES VAN HET GESLACHT JEYSKOOT (JISKOOT) UIT KIJFHOEK (deel 2) door K.J. Slijkerman, ONS VOORGESLACHT - 57eJAARGANG (2002) - No. 541 vanaf pag. 385
https://www.hofoda.nl/wp-content/uploads/archief/PDF/slijkerman/ijsselmonde/IJSSELMONDE_07.pdf
Plaats huwelijk niet vermeld in doopklapper, niet gevonden te Hendrik Ido Ambacht, DE OUDERE GENERATIES VAN HET GESLACHT JEYSKOOT (JISKOOT) UIT KIJFHOEK door K.J. Slijkerman Eerder gepubliceerd in ‘Ons Voorgeslacht’, jrg. 57