Stamboom Hobers » Dirck Hobers (1710-1747)

Persoonlijke gegevens Dirck Hobers 

• Hij is geboren in het jaar 1710 in Amsterdam.Bron 1

  Dirck wordt geboren in Amsterdam "inde St. Nicolaasstraat tusschen de nieuwendijk en het holl"
  Hij wordt gedoopt in de Nieuwe Kerk.
  Getuigen: "Gerrit Rottink" (oom) en "Jannetje Rottink" (tante)
  (Broer en zus van moeder Johanna Rottinck)

• Hij werd gedoopt op 17 augustus 1710 in Amsterdam.Bron 1
• Beroepen:
• in het jaar 1730 Boekbinder.Bron 2
• in het jaar 1733 Boekverkoper.Bron 3
• van 1745 tot 1747 Botteliersmaat.Bron 4
• Geloof: Nederduitsch Gereformeerd.Bron 1
• Woonachtig:
• van 1710 tot 1730: Amsterdam "inde St. Nicolaasstraat tusschen de nieuwendijk en het holl".Bron 5
• in het jaar 1720: Amsterdam "inde St. Claasstraat int midden".Bron 6
• van 1730 tot na 1742: Amsterdam in de "Jonge Roelofsteeg".Bron 3
• in het jaar 1744: Amsterdam "op de Lindegragt N:Z bij de Katuijsersbrug".Bron 6
• van 14 november 1745 tot 30 juli 1747: VOC-schip "Lekkerland".Bron 4
• Hij is overleden op 30 juli 1747 in de Indische Oceaan, hij was toen 37 jaar oud.Bron 4

  Scheepssoldijboek van VOC-schip "Lekkerland" vermeldt dat botteliersmaat Dirk Hobers
  

  "op de thuijsrijze op dit schip, niets nalatende is komen te overlijden"

  
  De thuisreis van de 'Lekkerland' is van China naar Texel. Dirk Hobers werd 36 jaar oud.

• Een kind van Jan Coenraatse Hobers en Johanna Rottinck
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 11 januari 2021.

Gezin van Dirck Hobers

Hij is getrouwd met Judith Elisabeth van Hutten.

Toestemming voor het huwelijk is 13 juli 1730 verkregen te Amsterdam.Bron 7

"Donderdag den 13 Julij 1730
Dirk Hobers van A[msterdam] oud 22 Jaar, in de St. nicolaasstraat, geass[isteer]t met sijn moeder Johanna Rotting & Judith Elisabeth van Hutten van A[msterdam] wed[uwe] Hendrik Lampe inde jonge roelofsteeg"

Beiden naamtekenen: "Dirk Hobers Judith E: van hutten"

In de marge: "Sij weeskamer voldaan den 12 Julij 1730"

Op 11 juli was Judith bij notaris Jan Alexander Creijghton om de rechten van haar zoontje Hendrik Egbertus te waarborgen.

Kind(eren):

1. Johanna Hobers  1731-> 1744

Notities over Dirck Hobers

Dirck Hobers en het middeltje dat "de aldervuylste Tanden ivoor wit maekt"

Amsterdam
Dirck Hobers wordt in 1710 geboren in de Sint Nicolaasstraat, een smal straatje tussen de Nieuwezijds Voorburgwal en de Nieuwendijk (afb. 1). Hij is de derde zoon in het gezin van Jan Coenraatse Hobers en Johanna Rottinck.
Dircks oudste broertje (de reeds overleden) Koenraat was naar vaderskant, opa Koert Hobers, vernoemd; zijn broertje Warnar naar opa Warnar Rottingh, moederskant. Het nieuwe jongetje Dirck is vernoemd naar zijn oma Dirckje Willems. Beide opa's waren zo'n 40 jaar eerder van het oosten van het land naar het verre Amsterdam getrokken. Opa Koert Harmense Hobers komt van 't erve Hobers in Ane. Opa Warnar is afkomstig van een boerderij in de "Deldener Broeck".

Dirck wordt net als zijn broers Koenraat en Warnar Hobers gedoopt in de Nieuwe Kerk (afb. 2). De kerk ligt slechts op een een paar minuten lopen van de Sint Nicolaastraat waar vader Jan Hobers "distelateur" en "wijnkooper" is. Jan Hobers had daar op 17 december 1706, vier jaar voor Dircks geboorte, een huis gekocht: "een huijs en erve inde sinter klaas straad uijtkomende met een vrije uijtgang in het holl, staande en geleegen tusschen de nieuwendijk en het holl". Het Holl is een steegje halverwege de Sint Nicolaasstraat dat er anno 2014 nog steeds is en ook nog dezelfde naam draagt. In dit huis wordt Dirck geboren en hier groeit hij op. In dat huis worden ook nog twee zusjes geboren. De zusjes, beiden Johanna genoemd, worden echter niet oud; ze overlijden in hun eerste levensjaar. Dirck groeit dus op met zijn enige broer Warnar Hobers.

Dircks vader Jan Coenraatse Hobers had zijn eigen vader nauwelijks gekend; hij was nog maar 6 jaar oud toen Koert Harmense Hobers overleed. Opa Koert had zich in Amsterdam in 15 jaar tijd opgewerkt van "backergesel" tot "meester backer". Zoals wel vaker, herhaalt zich ook hier de geschiedenis: Dirck is nog maar 4 jaar als zijn vader overlijdt. In de winter van 1715 loopt de kleine Dirck achter de 14 dragers met de baar met daarover 'een zwarte roef' naar de Nieuwe Kerk waar vader Jan Coenraatse Hobers wordt begraven, nog maar 35 jaar oud. Het begraafregister vermeldt:

"Jan(uari) 21 Jan Hobers wijnkooper in de Nicolaasstraat 15:--:--"

Naast de 15 gulden die er voor de begrafenis aan de kerk betaald wordt, moet de familie 3 gulden begraafbelasting betalen. Hieruit blijkt dat de familie enige welstand heeft. Waar de meeste Amsterdammers geen begraafbelasting betalen, "klasse onvermoogende Leijken", betaalt de familie Hobers volgens:

"De Vierde Classis a drie guldens; voor Jan Hobers f 3:--:--"

Nieuwe vader
Moeder Johanna Rottinck, nog maar 27 jaar oud, blijft dus met twee kleine kinderen alleen achter: de 7-jarige Warnar Hobers en de 4-jarige Dirck. Welke toekomstdromen hadden deze broertjes naarmate ze ouder werden? Net als vader in de 'wijnhandel'? Ze zullen geen moment bevroed hebben dat Dirck een zeemansgraf in de Indische Oceaan zal krijgen en zijn broer Warnar later burgemeester van Almelo zal worden.

Moeder kan als weduwe met twee kleine kinderen onmogelijk alleen blijven. Reeds zeven maanden na het overlijden van haar man hertrouwt de jonge weduwe met haar buurman Jan ter Bruggen. De "van Almelo" afkomstige Jan is ook "distalateur" en woont met zijn vier jaar jongere broer Everwijn ter Brugge ook "inde St: nicolaastraat". Het is goed mogelijk dat Jan knecht was bij Jan Hobers of met hem samenwerkte.

Voordat het huwelijk wordt voltrokken, stelt moeder Johanna bij de notaris een akte op waarin ze de erfenis van haar zoontjes veilig stelt:

"Op huiden den 30 Aug: 1715
Compareerde voor mij Paulus vanden Ende, Notaris publicq, bij den Hove van Holland geadmitteert, binnen Amsterdam resideerende, Juff(rouw)e Johanna Rotting, weduwe van Jan Hobers, woonende binnen deze stadt; Ende verklaarde, vermits zij voorneemens is zig ten tweeden huwelijke te gegeven ....."

Bij het opstellen van deze akte zijn "Gerrit Rotting, haren broeder" en "Hendrik Lampe, haren swager" aanwezig. Zwager Hendrik is getrouwd met Johanna's zus Willemijntje Rotting. Zij worden als voogd aangesteld om er op toe te zien dat het vaderlijk erfdeel van Warnar en zijn broertje Dirck goed geregeld wordt:

"... overeengekomen te zijn, dat zij Johanna Rotting aan hare twee kinderen, met naamen Warnar en Dirk Hobers, voor, en tot voldoeninge van den zelver vaderlijke erffenisse zal bewijsen, zoo als zij doet bij deze, tesamen de somme van ses hondert guldens eens, en zulks aan ider van de zelve eene somme van driehondert guldens; behoudelijk dat de zelve somme onder haar Johanna Rotting, als voogdesse zal verblijven, ter tijd en wijle de voorsz(ijde) haar twee zoonen resp(ectievelij)k zullen zijn gekomen tot den ouderdom van 25 jaaren, huwelijken ... staat ....
Aldus gedaan binnen Amsterdam ....
Johanna Rottinck"

Ook de andere getuigen zetten hun handtekening en daarmee is Dircks kindsdeel van zijn vaders erfenis veilig gesteld (afb. 3).

Nadat moeder Johanna de akte met de lakzegels in ontvangst heeft genomen gaat ze met haar nieuwe toekomstige echtgenoot nog diezelfde dag naar het stadhuis op de Dam om in ondertrouw te gaan:

"Jan Ter Brugge van Almelo oud 26 jare, inde St: nicolaastraat, sijn moeder helena holtbarens tot Almelo & johanna Rotting van A(msterdam) wedue jan hobers woon als voorn(oemd)"

Hoewel Dirck zijn nieuwe vader (en buurman) al wel van jongs af gekend heeft, zal het toch voor zo'n kleine jongen 'wennen' zijn geweest: een half jaar na het overlijden van zijn eigen vader al weer een nieuwe.

In de jaren die volgen krijgt Dirck er een nieuw broertje en twee zusjes bij: Gerrit, Helena en Johanna. Dit is de derde Johanna in dit gezin, maar ook dit meisje overlijdt al weer na drie maanden. De broertjes Warnar en Dirck Hobers en hun halfbroertje en zusje Gerrit en Helena ter Brugge groeien samen op en houden de rest van hun leven een warm onderling contact. Zo benoemt Warnar Hobers bv. later zijn halfbroer Gerrit ter Brugge in zijn testament.

Huwelijk met Judith
De Sint Nicolaasstraat waar Dirck Hobers opgroeit ligt iets noordelijk van de Nieuwe Kerk en het stadhuis op de Dam; iets ten zuiden van dat stadhuis ligt de Jonge Roelofsteeg (huidige Jonge Roelensteeg). In 1728 komt daar een nieuw gezin wonen. De dan 27-jarige Judith Elisabeth van Hutten en haar man Hendrik Lampe hebben begin dit jaar hun eerste kindje verloren. Het gezin woont er nog maar net als ook echtgenoot Hendrik overlijdt. In november 1728 brengt ze haar man naar het kerkhof bij de Westerkerk; ze is op dat moment zwanger van een nieuw kindje. In mei 1729 wordt haar zoontje geboren; vanzelfsprekend krijgt het jongetje de naam van zijn overleden vader "Hendrik". Een weduwe met een baby blijft nooit lang alleen; onmogelijk om in je onderhoud te voorzien. Dirck Hobers wordt haar nieuwe echtgenoot en (stief)vader van zoontje Hendrik.

In de zomer van 1730 trouwt de dan nog maar net 20-jarige Dirck Hobers met de 29-jarige weduwe Judith. Dirck smokkelt wat met zijn leeftijd als ze zich laten inschrijven voor hun huwelijk:

"Donderdag den 13 Julij 1730
Dirk Hobers van A(msterdam) oud 22 Jaar, in de St. nicolaasstraat, geass(isteer)t met sijn moeder Johanna Rotting &
Judith Elisabeth van Hutten van A(msterdam) wed(uwe) Hendrik Lampe inde jonge roelofsteeg"

Beiden naamtekenen: "Dirk Hobers Judith E: van hutten"

In de marge: "Sij weeskamer voldaan den 12 Julij 1730" (afb. 4)

De dag voor hun ondertrouw had Dirck namelijk de weeskamer bezocht om de rechten van zijn stiefzoontje te waarborgen. De doodgraver van de Westerkerk had toen Judiths man daar begraven werd aan de weeskamer opgegeven dat de door hem begraven Henrik Lampe een minderjarig (ongeboren) kind naliet. De aan de weeskamer verbonden klerk schreef in het zgn. 'doodboek':

"Hendrik Lampe Jonge Roelofsteeg 6 Nov(ember)"

Nu vlak voor haar tweede huwelijk moet moeder Judith zich bij de weeskamer melden om te zorgen dat de weeskamer bij testament wordt uitgesloten of 'gesecludeerd'. Deze taak neemt Dirck Hobers blijkbaar op zich. De klerk schrijft naast de begraafinschrijving:

"Den 12 Julij 1730 heeft Dirck Hobers inde naem van Judith Elisabeth van Hutten de wed(uwe), vertoont het testament van den overledene gepass(eert) voor den Notaris Jan van Muscher en getuijgen op den 27 maert 1727 waerbij de weeskamer is gesecludeert; mitsgaders de acte van bewijs gepass(seer)t voer den Notaris Jan Alexander Kreijghton en getuijgen op den 11 Julij 1730 waermee Jan Hendrick Taubert de gedeligeerde voogd genoege hadde genomen"

Nu de zaken met de weeskamer goed zijn afgehandeld kunnen ze in het huwelijk treden. Moeder Johanna en broer Warnar Hobers zullen ongetwijfeld bij dit feest aanwezig zijn geweest.

De jonge bruidegom trekt in bij zijn bruid Judith in de Jonge Roelofsteeg. Hij wordt boekbinder en boekverkoper. Een paar maanden na zijn huwelijk vraagt Dirck zijn 'poorterschap' aan. Op 23 november 1730 wordt Dirck Hobers poorter van Amsterdam als "ingeborene", wat wil zeggen dat hij het poorterschap door vererving via zijn vader kreeg:

1730 23 9ber
"Dirck Hobers Boekbinder, zoon van Jan Coert Hobers in sijn leeven distelateur en poorter is een ingeboorne Poorter belastende"

Dirck is nu een burger die toegang heeft tot de privileges en voorrechten van de stad. Hij is min of meer verplicht poorter te worden. Om later lid van het gilde te kunnen worden, moet hij namelijk poorter zijn. Nadat hij de eed aan de stad heeft afgelegd kijgt hij een ingezetencedel (klein poortercedel).

Ruim een jaar later wordt hun eerste kindje (later blijkt enige kindje) geboren. Het is een meisje en krijgt de naam van Dircks moeder Johanna. Vlak na kerst, op vrijdag 28 december 1731 wordt het meisje gedoopt in de Nieuwezijds Kapel; de doopgetuigen zijn broer Warnar Hobers en moeder Johanna Rotting. Warnar is er speciaal voor overgekomen uit Almelo waar hij inmiddels woont. Een paar maanden eerder was hij in Weerselo getrouwd met een burgemeestersdochter:

"Warner Hobers S(oon) van Jan Hobers j(onge) m(an)
Harmina Bouw dogter van de oud Burgem(eester) Jan Vrerijcks Bouw j(onge) d(ochter) beide tot Almelo
getr(ouwd) den 16 sept(ember) tot Weerselo met Att(estatie)"

Dit is blijkbaar een opstap naar zijn eigen burgemeesterschap van Almelo. [Lees daarover het uitgebreide verhaal bij broer Warnar Hobers].

Dirck verkoopt in zijn winkel niet alleen boeken. Hij adverteert met de nodige 'wondermiddelen' tegen nogal wat kwalen: "maagziektens, rottig tandvlees en hoofdpyn". Hij adverteert in de Amsterdamse Courant van 18 juli 1733:

De TINCTURA STOMACHICA ANGLICANA of Engelse Maeg-Tinctuur, om desselfs uytmuntende - en nutte Werkinge in, alle MAAG-ZIEKTENS zonder onderscheyd, in geheel Europa so beroemd ! roeyende in korten tyd uijt alle Walginge, Brakinge, Zuure en Galagtige opgevinge, alle Pynen, Krimping en Vreetinge der Maeg voor of na 't eeten, Bezwaerdheyd det Spyzen, Wurmen der Maeg & wonderlyk hersteld het den Appeteyt; word in commissie verkogt t'Amsterdam by Dirk Hobers Boekverkoper in de Jonge Roelofsteeg, werd in commissie verkogt het Opregte Opiatum Aromaticum Castigatum, welkers aengenaem gebruyk in weinig dagen de aldervuylste Tanden ivoor wit maekt, het rottig, bloedig Tandvlees vernieuwend, den stinkende adem geneest, zynde des alom by den grooten Adel veel in gebruyk, 't Potje a 12 stuyvers, by den zelven is ook te koop de Venetiaense Hooftpynstillende Zinkings Zalve, de Doos a 6 stuyvers.

Dit is de oudste advertentie m.b.t. een Hobers die ik heb kunnen vinden.(afb. 5)

In 1742 grijpt de dood weer in in het jonge gezin. Dircks (stief)zoontje Hendrik dat zijn eigen vader nooit gekend heeft, overlijdt nog maar 12 jaar oud. Op maandag 12 maart loopt de begrafenis stoet naar het Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof:

12 Maart Ao: 1742
Hendrik Egbertus Lampe inde Jonge Roelofsteeg"

Nu is alleen nog de 11 jarige Johanna in huis. Het jaar erop verhuist het gezin naar de Lindegragt. Wellicht is de reden dat Dircks halfzus en broer Helena en Gerrit ter Brugge daar ook wonen. Ze kunnen niet lang van hun nieuwe huis genieten. Ze wonen er krap twee jaar als moeder Judith overlijdt; zwager Gerrit ter Brugge doet op 8 december aangifte van haar overlijden:

onvermoogenden 8 dec(ember)
Gerrit ter Brugge v(oo)r Judik Elisabeth van Hutte

Ze wordt twee dagen later begraven op het Karthuizer Kerkhof; 14 dragers dragen de gehuurde baar met daarover een zwarte 'roef'. (afb.6)

Op donderdag Den 10 desember
Judith Elisabeth van hutten Huijsvrouw van Dirk Hobers op de Lindegragt N:Z bij de Katuijsersbrug laat 1 kind na 1 baar 14 R(oef)

Nu woont Dirck dus alleen met zijn 13 - jarige dochtertje Johanna Hobers. Ik heb het overlijden van dit meisje (nog) niet kunnen vinden, maar ik sluit niet uit dat zij kort na het overlijden van haar moeder ook overlijdt en dat dat voor Dirck de reden is Holland vaarwel te zeggen en zich te melden bij de VOC.

Als 'Botteliersmaat' naar China
Een krap jaar na het overlijden van zijn vrouw Judith meldt Dirck zich aan bij de VOC. Als totaal onervaren varensgezel tekent hij voor een baan als botteliersmaat. Hulpje van de bottelier en dus mede verantwoordelijk voor de rantsoenering van de victualiën. Hij moest de kok van de vereiste hoeveelheid gort, erwten, bonen, kaas e.d. voorzien en de bemanning op gezette tijden van zout vlees, spek of stokvis. Bovendien moet hij de bemanning hun rantsoen water, azijn, dun bier en brandewijn verstrekken.

Dirck Hobers heeft ieder jaar honderden mannen en jongens hem zien voorgaan. Als kleine jongen zal hij al wel eens met de tambours meegelopen zijn als die door de straten trokken langs de kroegen en gasthuizen om de varensgasten te waarschuwen dat ze zich moeten melden bij de Montelbaenstoren. Vandaar vertrekken de opvarenden van de VOC met kleine bootjes naar hun schip dat voor anker ligt op de rede van Texel. In het najaar van 1745 loopt Dirck mee in zo'n stoet, nu voor het 'echie'. Het is altijd weer een drukte van belang met hartverscheurende taferelen. Moeders en echtgenotes lopen huilend mee omdat iedereen wel weet dat de kans op gezond terug komen klein is: tweederde van alle opvarenden keert niet terug in de Republiek.

De eerste stroomrafelingen worden zichtbaar op de rede van Texel; het teken dat de kentering er aan komt. Op dit moment heeft schipper "Jan de Boer" gewacht. Vanmorgen vroeg zat de wind al in het oosten en nu terwijl de ebstroom inzet is hij naar het oost-zuid-oosten geruimd. Het weer is vandaag, 14 november 1745, zeer betrokken en met 5,0 ° C is het koud. Dan gaat alles razendsnel: matrozen en hooplopers klimmen het want in. Eén voor een ontrollen de razeilen zich en op het moment dat de "Lekkerland" zich om haar anker draait, geeft schipper De Boer het bevel het anker te lichten. Hoe meer zeil wordt bijgezet, hoe meer de Lekkerland in haar element is. Opperstuurman "Jacobus van Wieler", ook uit Amsterdam, geeft de koers door aan de roerganger: zuidzuidwest.
Schipper Jan de Boer is afkomstig van "Buijksloot" een dorpje iets ten noorden van het IJ. Hij voert het commando over een relatief groot schip: De Lekkerland is een 1150 tonner. Ze is een jaar eerder van stapel gelopen op de VOC-werf in Amsterdam; aan boord zijn in totaal 317 koppen; 162 zeevarenden, 123 soldaten, 30 ambachtslieden en 2 passagiers. De zeevarenden - scheepsofficieren en matrozen - zijn verantwoordelijk voor de vooruitgang, het onderhoud en het schoonhouden van het schip. Voor de soldaten is het schip een troepenschip. Zij hebben slechts wachttaken aan boord. Bij het watervat, de munitie- en wapenkamer en bij de hut van de schipper. In zware weersomstandigheden ontkomen de soldaten echter niet aan matrozentaken. Onder de 162 zeelieden bevindt zich 35-jarige Dirck Hobers uit Amsterdam. Slechts weinigen aan boord zullen geweten hebben dat er een heel bijzondere lading aan boord is. Schipper Jan de Boer heeft als opdracht f 250,000 in contanten naar Batavia te brengen.

Op het moment dat de Lekkerland Holland achter zich laat, noteert de klerk in het scheepssoldijboek wat ieder bemanningslid en soldaat aan "schuld" bij de VOC heeft. Dirck heeft voor vertrek zijn scheepskist in orde gemaakt. Voor die officiële VOC-scheepskist moest hij 5 gulden en 15 stuivers betalen. Dirk heeft een schuldbrief getekend bij de VOC voor f 300,00. Als botteliersmaat verdient Dirck f 14,00 per maand. Een scheepsjongen krijgt slechts f 5,00 per maand, terwijl schipper De Boer f 80,00 per maand verdient. Bij zijn inschrijving bij de "equipagecommissie" in het Oostindisch Huis had Dirck twee maanden gage "op de hand" gekregen. Ook had hij daar voor 3 gulden en 7 stuivers een hoed aangeschaft. De VOC zorgt aan boord voor een perfecte salarisadministratie. Alles wat Dirk heeft aangeschaft noteert de administrateur aan de debetkant (afb. 7):

                  In 't Schip Lekkerland A(nn)o 1746 voor Amsterdam

       Dirk Hobers van Amsterdam botteliersmaat
                  niet gemaekt (geen maandbrief gemaakt)

1745 14 9ber à de Comp.   ....   ....    .... over 2/m(aanden) gag(e) op hand ............... f 28:--: --
1745 14 9ber à de Comp.   ....   ....    .... over sch(ul)d â J Jans ..    ... . ... . .. .  .. .. . f 300:--:--
1745 14 9ber à de Comp.   ....   ....    .... over 1 ps. kist   ...................... ........ ............. f 5:15:--
1745 14 9ber à de Comp.   ....   ....    .... over 1 st. Hoeden ............ ......... .... ............. f 3: 7:--
1746  ultimo febr à hembden over 6 st(uks)   ....   ....    .............................................. f 12:18:--

                              In totaal begint Dirck met een schuld van  .. ..    .. ..     .. ...... ......... f 350:--:--
Met een gage van f 14,00 zal hij na precies 25 maanden in dienst van de VOC zijn schuld weggewerkt hebben.

De bemanning komt uit heel Europa; relatief veel Duitsers en Denen, een enkele Vlaming, maar ook veel Hollanders. Kerst en Oud en Nieuw wordt ergens op de Atlantische Oceaan gevierd. De reis naar de Kaap is zeer voorspoedig, 'slechts' één keer (een, twee, drie in Godsnaam) een zeemansgraf. Na een kleine drie maanden, 4 februari 1746, komt de Tafelberg in zicht en ankert de Lekkerkerk op de rede van Kaap de Goede Hoop. De aankomende drie weken worden gebruikt om nieuw voedsel in te slaan en reparaties uit te voeren. Ook verlaat een aantal opvarenden het schip: 7 bemanningsleden, 11 soldaten, 1 handwerksman en 1 passagier. Op 26 februari 1746 is alles weer gereed om het anker te hijsen en koers naar Batavia te zetten. Net na vertrek uit de Kaap heeft Dirck Hobers nog zes hemden a 12 gulden en 18 stuivers gekocht. De klerk noteert het in het scheepssoldijboek (afb. 7)

De reis over de Indische Oceaan is minder voorspoedig: 15 zeelieden, 15 soldaten en 8 ambachtslieden overlijden op dit deel van de reis. Hun familie in het vaderland zal pas maanden later hier bericht van krijgen, voor zover de Duitsers en Denen dit ooit te horen krijgen. Dirck Hobers komt op 13 mei 1746 gezond aan op de rede van Batavia.
Op het moment dat hij van boord gaat sluit de schrijver de boeken; het scheepssoldijboek vermeldt aan de creditzijde wat Dirck verdiend heeft (afb. 8):

1746 13 Meij Voor d' E Comp. f 90:10:10 over 6 maanden 14 dagen gage á f 14 per maant
van 14 9ber 1745 dat aan boort is gekomen tot heden
dat ter Reede Batavia de boeken sluiten en aan land gaat ...................... f 90:10:10
                                          ;           over te quaad         ..........................     f 259: 9: 6
                                                   ........................ .... ..... .. ... .......... ..        f 350:--: --

"over te quaad" is het bedrag dat Dirck nog aan schuld bij de VOC heeft. Hij zal dus nog wat maanden bij de VOC moeten blijven werken. Na een korte stop in Batavia vertrekt de Lekkerland met schipper Jan de Boer om haar reis in de Oost te vervolgen. Aan boord is weer de botteliersmaat Dirck Hobers. In 1746 zal hij heel wat van dit deel van de wereld zien. Waar de lekkerland allemaal precies geweest is is niet duidelijk, maar China wordt in ieder geval aan gedaan. Pas in januari 1747 vertrekt de Lekkerland vanuit China voor haar thuisreis naar het vaderland, alle ruimen gevuld met winstgevende specerijen en porcelein. Dirck Hobers zal het vaderland niet bereiken, ergens op de Indische Oceaan vindt hij zijn zeemansgraf. Het scheepssoldijboek vermeldt het als boekhoudkundige post:

Dat Dirck Hobers "op de thuijsrijze op dit schip, niets nalatende is komen te overlijden"

Hij werd 36 jaar oud. Moeder Johanna zal maanden later het bericht van het overlijden van haar zoon ontvangen hebben. Van de vijf kinderen die ze met haar man Jan Coenraatse Hobers had , is er nu nog één in leven. Warnar Hobers, burgemeester in Almelo.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Dirck Hobers?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Dirck Hobers

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen