Spellingvariant: Enno Ewesma, Onne Ewesma, Onna van Ewsma, Onne van Ewsum, Onna Ewesma, Unna van Ewesma of Onno Ewesma.
Onno van Ewsum (? - 1489) was een hoofdeling in Groningen en borgheer van de borg Ewsum nabij Middelstum. Van Ewsum was een zoon van Hidde Tamminga en van Menneke van Ewsum (ook Ewsema). Hij was een invloedrijke jonker en borgheer uit de Groninger Ommelanden. Hij had een groot aantal bezittingen en rechten in en buiten Groningen. In Drenthe bezat hij onder meer het huis Mensinge te Roden. Hij maakte in 1450 in gezelschap van de oud-burgemeester van Groningen Albert Jarges een bedevaartsreis naar het Heilige Land. Beiden werden tot ridder geslagen. Als dank zou hij opdracht hebben gegeven om de Sint-Hippolytuskerk in Middelstum te verbouwen, waardoor deze kerk zijn gotische vorm kreeg. Van Ewsum stelde als collator van deze kerk de pastoor aan. Als tweede pastoor benoemde hij Egbert Onsta. Op een epitaaf voor Onsta zou wellicht Van Ewsum als stichter van de kerk staan afgebeeld. Van Ewsum stichtte ook één of meer gasthuizen, waaronder een gasthuis in Middelstum.
In 1472 versterkte Van Ewsum zijn borg bij Middelstum met een gevechtstoren, tegen de zin van de stad Groningen, die zich bedreigd voelde door Van Ewsum, die bondgenoot was van de Bourgondiërs. Een gevelsteen in de toren vermeldt "An 1472 Heeft Jr. Onno van Ewsum dit gebout tegens de wille van Groningen vid. Schotanim".
Van Ewsum was een geletterd man. Hij had onder meer kennis opgedaan aan het hof van de Franse koning Karel VII en aan de universiteit van Keulen. Hij behoorde tot de humanistische kring van de Abdij van Aduard. In 1479 zou hij een verzameling rechtsteksten, de Codex Hummercensis, hebben laten aanleggen.
Van Ewsum was getrouwd met Gela Manninga. Hij overleed in 1489. Uit hun huwelijk werden acht of negen kinderen, drie of vier zonen en vijf dochters, geboren. Bij zijn overlijden bezat hij 1899 hectare aan landerijen en nog eens 647,5 hectare grond in gemeenschappelijk bezit met de familie Tamminga. Ook was hij eigenaar van huizen in de stad Groningen en beschikte hij over redger-, zijl- en collatierechten in de Ommelanden.
Onno Ewesma zou in zijn jonge jaren naar het Heilige Land en Cyprus zijn geweest en daar tot ridder zijn geslagen. Na zijn terugkomst zou hij in 1445 de kerk van Middelstum hebben herbouwd. Betrouwbare gegevens hieromtrent hebben we niet, want pas in 1458 wordt hij in gelijktijdige bronnen voor het eerst vermeld. Dan is hij ridder en reeds getrouwd met de Oostfriese Gela Manninga, een dochter van een zuster van Ulrich Cirksena. In dit stuk van 1458, slechts in een afschrift van 1512 over, is sprake van een ruil tussen Ewe en Onno Ewesma. Ook na 1458 breidde Onno zijn bezittingen uit. Bij zijn dood besloegen zijn landerijen in volle eigendom 1899 hectare, waarbij nog 647½ gemeenschappelijk met de familie Tamminga.
Onno van Ewsum trouwde a) N. thoe Hancken en b) Gele Lutetsd. Manninga.
Onno van Ewsum, Ewes(ma) (zoon van Hiddo Tamminga/van Ewsum en Menneke Ewsema) was gehuwd met G(h)ele Manninga, (dochter van Lutet Manninga van Lutzberg en Adda Cirksena).
Ewoo's jongere broeder Enno, Ridder der koninklyke Orde van Cyprus, was gehuwd aan Gela Manninga, Heer Lutet Manningaa's dochter. Hy deed een tocht naar Palestina, en stichtte, van daar in welstand te rug gekeerd, in 1445 de kerk te Middelstum, toegewijd aam Sint Hippolitus.
In 1445 was door Onne van Ewsum na zijn behouden terugkeer uit het Heilige Land een nieuwe kerk (te Middelstum) gebouwd; later bouwde hij er nog een kapel bij en in 1487 werd de toren voltooid. Ook stichtte hij te Middelstum nog een gasthuis.
Onno van Ewsum kocht in 1485 de havezate (= versterkt huis, hofstede) Mensinge in Roden van Wigbolt Wigboldus. De bijbehorende rechten werden hem beleend door de bisschop van Utrecht.
(1) Hij is getrouwd met N. N. thoe Hancken.
Zij zijn getrouwd
(2) Hij is getrouwd met Gele Lütetsdr. Manninga.
Ze zijn in de kerk getrouwd in het jaar 1458.Bron 4
Kind(eren):
Onno van Ewsum | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
N. N. thoe Hancken | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1458 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gele Lütetsdr. Manninga |
“Anna van Ewsum. Haar afkomst, haar leven, haar wereld” van Wouter van Schie
"De Ommelander Borgen en Steenhuizen" van Wiebe Jannes Formsma, R. A. Luitjens-Dijkveld Stol, A. Pathuis; "Stamboek van den Frieschen vroegeren en lateren adel, deel 1"; Wikipedia; "Merkwaardige kasteelen in Nederland", Deel 2, van Jacob Lennep; "Het geslacht Ewsum" van dr. M. Hartgerink-Koomans; “Anna van Ewsum. Haar afkomst, haar leven, haar wereld” van Wouter van Schie
Wikipedia; "Het geslacht Ewsum" van dr. M. Hartgerink-Koomans; “Anna van Ewsum. Haar afkomst, haar leven, haar wereld” van Wouter van Schie