Zij is getrouwd met Philips van Spangen.
Zij zijn getrouwd op 25 mei 1470 te Of Meeuwen, Noord Brabant, Netherlands.
E: op de Ridderhofstede [Merwede].htm
Vrouwe Johanna van der Merwede huwde op 25 mei 1432 met Heer Philips van der Spangen. Zijn Huis stamde uit de Burggraven van Leiden. Zelf was hij Heer van Spangen en Vlijmen en bewoonde het Slot Spangen. Tevens was hij ook lid van de heemraad van Schieland en de Raad van de Hove van Holland te ’s Gravenhage, zoon van Heer Engelbert van Spangen en Vrouwe Stefana van Alkemade. Vrouwe Johanna stierf helaas kinderloos in 1476 en bracht bij leven haar man de goederen Burgst en ’s Gravenmoer aan.
...
Kwaad bloed
Reeds in 1454 kreeg Vrouwe Odillia een geschil met de buren van Wijck, waarin de mede betrokkenen waren, haar halfbroeders Jan en Claes van der Merwede en waarvoor zij op 30 april 1453 procureurs benoemde.
Als haar tegenpartij trad daarbij op Heer Willem Spierinck met Heer Aernt van Wijck, Heer Jan van Wijck en Heer Jan Spierinck.
Dit proces was als het ware een voortzetting van een proces door Heer Willem Spierinck, gevoerd tegen haar vader. Dat zoiets kwaad bloed had gezet ten Huize van Vrouwe Odillia op het slot te Meeuwen, bleek wel uit het feit dat zij in maart van het jaar 1455 haar beide broers Jan en Claes tegen Heer Willem opzette en beide als gevolg van dit aanstichtten, Heer Willem Spierinck van Wel nadat ze hem eerder op hun slot hadden uitgenodigd, ter plekke doodsloegen. De gevolgen daarvan zouden niet uitblijven……
Vrouwe Odillia werd samen met haar broeders Jan en Claes aangehouden door de soldaten van Heer Philips de Goede, Hertog van Bourgondië en vervolgens gevankelijk afgevoerd. Het moet voor haar een diepe vernedering zijn geweest om op deze manier te worden afgevoerd, maar de haat jegens ridder Willem Spierinck zat diep en voor haar gevoel zal zij haar vader hebben gewroken van de aangedane smaad. De eer van de familie was in het geding.
Zij werd eerst gevangen gezet in het kasteel te Heusden, waar haar vader eerder burggraaf was geweest, en daarna in Den Haag en vervolgens te Gouda. Van Heer Jan, haar halfbroer is bekend dat zij hem gevankelijk wegvoerden naar Brussel waar hij in slechte omstandigheden omstreeks 1456 in de gevangenis aan zijn einde kwam. Daarmee kwam aan wat aanvankelijk een veelbelovend leven leek een onverwachts en droefelijk einde.
Johanna van der Merwede | ||||||||||||||||||
1470 | ||||||||||||||||||
Philips van Spangen |