Genealogy Richard Remmé, The Hague, Netherlands » Cornelis de Vlaming van Outshoorn ridder; Heer van Oudshoorn (1613-1688)

Persoonlijke gegevens Cornelis de Vlaming van Outshoorn ridder; Heer van Oudshoorn 

• Alternatieve naam: Cornelis de Vlaming van Oudshoorn
• Hij is geboren op 13 augustus 1613 in Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands.
• Hij is overleden op 10 februari 1688, hij was toen 74 jaar oud.
• Een kind van Dirck Corneliszn. de Vlaming van Outshoorn en Weijntgen (Wendela Wendula) van Bronckhorst
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 12 mei 2022.

Gezin van Cornelis de Vlaming van Outshoorn ridder; Heer van Oudshoorn

Hij is getrouwd met Nicolaä (Claesgen) Hooft.

Zij zijn getrouwd op 26 januari 1644, hij was toen 30 jaar oud.

Kind(eren):

1. Maria de Vlaming van Oudshoorn  1646-1732 
2. Dirk de Vlaming van Outshoorn  1650-1668
3. Geertruida de Vlaming van Outshoorn  1658-1688 
4. Alida (later: Aletta) Cornelisdr. de Vlaming van Outshoorn  1651-????

Notities over Cornelis de Vlaming van Outshoorn ridder; Heer van Oudshoorn

Regent in Amsterdam 1657-1688

Gens_Nostra_1951.txt

In het noordelijke gewelf treffen wij aan het wapen van de stichter
der kerk, Cornelis de Vlaming van Outshoorn, omgeven door vier
kwartierwapens : en wel : Cornelis de Vlaming, Margaretha Wuytiers,
Vincent van Bronckhorst en Margaretha Haeck. (Het wapen van Van
Bronckhorst is hier foutief afgebeeld).
Als pendant geeft ons het zuidelijke gewelf het wapen van zijn echtgenote,
Nicola„ Hooft, te zien, eveneens met de vier kwartierwapens :
Willem Hooft, Geertuy Haeck, Albert Jonckheyn en Claesje Overlander,
genaamd Cijs (of : Seijs). (Ook het wapen Cijs is foutief).
Het oostelijke gewelf vertoont een schild, waarop met gouden letters
de initialen van de Vlaming, C.D.V., zijn geplaatst. '

==================================

[...], Ridder, Heer van Oudshoorn en Gnephoek, was Schepen van anno 1645 tot 1648, Raad anno 1656 (Schout van 1649 tot 1655), Burgemeester der stad Amsterdam, Anno 1656, 1660, 1662, 1663, 1668, 1672, 1676, 1677, 1679, 1680; gecommitteerde Raad anno 1657 tot 1659, Lide der Admiraliteit te Amsterdam anno 1669, 1670, 1671, Raad van State Anno 1673, 1674, 1675, Weesmeester van anno 1682 tot 1687, zoon van Jonker Dirk de Vlaming van Oudshoorn, Heerr van Oudshoorn en Gnephoek en van Wendela van Bronckhorst Vincentsdochter en Margaretha Haeck Hendriksdochter ex Nicole van der Hem

===========

Jonkheer Gornelis de Vlaming van Outshoorn, Ridder, Heer van Oudshoorn en Gnephoek, werd 13 Aug. 1613 te Amsterdam geboren uit het huwelijk van Jhr. Dirk en van Wendela van Bronckhorst. In zijn geboorteplaats was hij een gezien burger. Onderscheidene malen komt hij daar op de regeeringslijsten voor, nu eens als schepen en raad in de vroedschap, dan weer als burgemeester en eenige jaren achtereen was hij er hoofdschout. Bovendien telde
de admiraliteit van Amsterdam hem onder hare leden; in den Raad van State had hij zitting en eenige malen was hij lid der Gecommitteerde Raden van Holland en West-Friesland. Waren deze ambten en bedieningen reeds in staat hem tot een gewichtige persoonlijkheid te verheffen: zijn afkomst en verwantschap met bijna alle patricische familiÃBij den dood zijns vaders â€" 8 Februari 1644 â€" beÃSedert de Heer A. de Roever zijn studie over het geslacht de Vlaming van Outshoorn in het licht gaf (Amsterdamsen Jaarboekje van 1891), is die beweerde afstamming op losse schroeven gezet, zoo niet geheel verworpen, 't Zou echter kunnen zijn dat, wat in de mannelijke lijn onwaar was, in de vrouwelijke tot de mogelijkheden behoorde. Hoe het zij: de koop werd gesloten en de familie noemde zich van nu af: de Vlaming van Outshoorn.
Vader Dirck liet zich weinig gelegen liggen aan zijn heerlijkheid, doch de zoon poogde met alle hem ten dienste staande middelen het ambacht op te heffen en te maken, dat het met eere zijn plaats kon innemen onder de omliggende heerlijkheden. Welke pogingen hij daartoe aanwendde, hopen we later in een â€Å¾Geschiedenis van Oudshoorn" te beschrijven; het is hier de plaats niet daarover uit te weiden. Genoeg zij het te vermelden, dat hij zijn ideaal, Oudshoorn tot een kerkdorp te verheffen, verwezenlijkt mocht zien. In den smaak der Oosterkerk van Amsterdam verrees weldra aan een bevallige bocht des Rijns een doelmatig gebouw en familie en vrienden werden uitgenoodigd de jonggeborene met kostbare pillegiften te beschenken. De vroedschap van Amsterdam, waarin de stichter zitting had, ging voor en schonk reeds een jaar na de voltooiing het raam, beneden aangeduid met No. 14, terwijl een der Bickers gelijktijdig No. 11 deed plaatsen. Het volgend jaar ontving onze kerk er niet minder dan acht. Twee

daarvan, No. 6 en 7, werden door zusters van den ambachtsheer, één door den broeder (15), twee door de aan zijn vrouw verwante Ruytenburgh en Pauw (12 en 13), één door Hollands stemhebbende steden (9), één door het Hoogheemraadschap Rijnland (10) en één zelfs door den zeventienjarigen Prins, later Koning-Stadhouder aan de kerk vereerd. Toen Gornelis de Vlaming geroepen werd zitting te nemen in de admiraliteit van Amsterdam, wist hij dat college te bewegen zich door een gedenkraam (4) in de door hem gestichte kerk te doen vertegenwoordigen. In hetzelfde jaar schonken de burgemeesters van Leiden, I vrienden van den bouwheer, het raam No. 5. De admiraliteit van West-Friesland kan voor haar geschenk (3) geen andere reden gehad hebben, dan het voorbeeld van haar zustercollege te volgen. De regeering der kerkelijke en burgerlijke gemeente van Oudshoorn tastte in 1670 in de beurs en vulde de aan de zuidzijde opengebleven plaatsen aan. Wel mogen we aannemen, dat enkele ouderlingen of schepenen zich toen een wapen hebben â€Å¾aangeschaft", het blazoen van de een of andere oudadellijke, homonieme familie werd dan maar eenvoudig geüsurpeerd en men bekommerde zich weinig of in 't geheel niet over de gewichtige genealogisch-heraldische kwesties, die lange jaren later daaruit zouden voortspruiten.
De laatste hand aan de vensterbeschildering werd in 1671 gelegd, toen het geheel voltallig werd gemaakt door de schenking van twee vensters. Vincent van Bronckhorst, van moederszijde aan de familie de Vlaming van O. verwant, gaf No. 2; het andere (16) is een geschenk van vier nog jeugdige Oudshoornsche â€Å¾maegden," uit een zelfden *stam â€"die der van Toll's â€" voortgekomen.
Geen wonder, dat van dit schoone kerkgebouw een roep uitging door het geheele gewest. Dichters grepen naar hun lier; schilders naar het penseel en kroniekschrijvers naar de pen, om den roem der Oudshoornsche kerk tot in de wolken te verheffen. Wie daarvan een proefje begeert, sla Plempers beschrijving van Alphen maar eens op.
Maar bij al dien lof zweeg de laster niet. Men beweerde maar botweg, dat Gornelis de Vlaming van Outshoorn zijn 30000 gulden aan bijdragen voor den bouw getrokken had, enkel uit ... . bordeelen en speelhuizen; dat een ieder zich schamen moest den drempel te overschrijden van een gebouw, dat uit zulke middelen gesticht was! En wat dies meer'zij!
Onmogelijk is het niet, dat Cornelis de V. v. O. in zijn ambt van Hoofdschout der stad Amsterdam dergelijke baten genoten heeft, doch dat hij die speciaal heeft weggelegd om daarvan een kerk te stichten,
komt ons belachelijk voor. Wij laten dus die bewering voor wat zij is en merken terloops op, dat de meesten er ook anders over dachten. Op Zon- en feestdagen vloeide te Oudshoorn een talrijke schaar van belangstellenden samen; niet alleen uit de nieuwe parochie, maar ook uit de omliggende dorpen, ja, zelfs uit de groote Hollandsche steden. Voorname personen, uit de deftigste familiÃEén dezer huwelijken was voor onze gemeente van bizonder belang. Op den 12 Juli 1684 werd n.1. te dezer plaatse de echtverbintenis gesloten tusschen de dochter van den ambachtsheer, Maria de Vlaming van Outshoorn en Pieter baron van Reede tot Nederhorst, kapitein in dienst van den lande. Door dit huwelijk ging de heerlijkheid Oudshoorn over in de I familie van Reede, die zich sedert van Reede van Oudshoorn heeft genoemd en er nog heden ten dage de ambacblsheerlijke rechten over uitoefent.
We wilden trachten van elk der aanwezige wapens een goede be- en omschrijving te leveren; daartoe hebben we verschillende werken moeten raadplegen, doch zeker zou dit schrijven zeer onvolledig gebleven zijn, hadden niet de IJH. J. W O. Clant te Oudshoorn. A. A. Vorsterman van Oyen te Rijswijk en Mr. H. J. Koenen te Scheveningen ons welwillend ter zijde gestaan. De beide eersten leenden ons kostbare boeken, terwijl de laatste menige opmerking en mededeeling ten beste gaf. Zij ontvangen daarvoor onzen hartelijken dank!
Wij zullen, de hoofddeur der kerk binnentredende, aan de linkerhand beginnen en achtereenvolgens alle ramen de revue laten passeeren.
Raam No. I.
Het werd in 1670 geschonken en draagt tót opschrift: ,,Van de Ambagten van Outshoorn en Gnephoek Anno 1670".
Het bevat de namen en wapens van het bestuur deikerkelijke gemeente. De eereplaats wordt daarbij ingenomen door de wapens van den predikant en van diens echtgenoote. Daarom heen zijn die van ouderlingen, diakenen, armmeesters en kerkmeesters gegroepeerd.

â€Å¾Gerraerdus Haeck, predicant, met Maria van der Poel."
Hij was hier de eerste predikant en als zoodanig 2 October 1661 in den dienst bevestigd." Welke zijn geboorteplaats was bleef ons onbekend; misschien kwam hij uit Amsterdam, maar behoorde dan volgens zijn wapen niet tot de aan de Vlaming van Outshoorn verwante familie. Tot in 1702 heeft hij zijn gemeente trouw gediend; toen werd hij emeritus en is in 1705 elders overleden. In Juni 1669 huwde hij met Maria van der Poel, denkelijk een Haagsche jonge dame. Zij overleed te Oudshoorn in 1687, werd op den 5den September aldaar in de kerk begraven en liet een zoon en twee dochters na.

...

===========

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Cornelis de Vlaming van Outshoorn ridder; Heer van Oudshoorn?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Cornelis de Vlaming van Outshoorn ridder; Heer van Oudshoorn

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen