Elle est mariée avec Josephus de bruyn.
Ils se sont mariés le 16 novembre 1859 à Bornem, elle avait 31 ans.Source 1
Akte 33 jaar 1859
Tekst
Het jaer achttien honderd negen en vijftig den zestienden november om drie uren naer middag, voor ons Eduardus Van Roie, schepen gedelegueerden ambtenaer van den borgelijken staet der gemeente Bornhem, arrondissement Mechelen, Provincie Antwerpen, zijn gecompareedr in ons gemeentehuis,
Josephus De Bruyn, arbeider, woonachtig in deze gemeente & hier geboren den zestienden april achttien honderd acht en twintig, blijkens het extrakt uit den akt van geboorte, hierbij gevoegd, wettigen en meerderjarigen zoon van Cornelius De Bruyn, arbeider, oud acht en vijftig jaren, woonachtig in deze gemeente, hier tegenwoordig en toestemmende in het houwelijk van zijnen zoon & van Petronilla De Maeyer overleden te Bornhem den acht en twintigsten april achttien honderd drie en vijftig, blijkens het extrakt uit den akt van overlijden hierbij gevoegd ter een deze;
En Maria Josepha Borms, winkelierster, woonagtig te Bornhem en geboren te Sint Amands den eersten october achttien honderd acht en twintig, blijkens het extrakt uit den akt van geboorte hierbij gevoegd, wettige & meerderjarige dogter van Petrus Borms, oud zeven en vijftig jaren & van Anna Catharina Stevens, oud acht en vijftig jaren, beide arbeiders woonachtig te Sind Amands hier tegenwoordig en toestemmende in het houwelijk van hunne dochter; weduwe van Cornelius Michiels, overleden in deze gemeente den achtsten november achttien honderd acht en vijftig blijkens het extrakt uit den akt van overlijden hierbij gevoegd ter andere
Welke comparanten ons hebben aen zogt van voorste gaen met het voltrekken van het houwelijk onder hun beraemd & waarvan dat de afkondigingen & aenplakkingen zijn gedaen geweest voor de voornaemste deur van ons gemeentehuis op de zondagen van zes en dertien der loopênde maend november telkens om elf uren voormiddag.
Geen beletzel aen dit houwelijk ons te kennen gegeven zijnde, regt doende aen hun verzoek, wij hebben naer dat door ons aen de comparanten waren voorgelezen alle stukken hier vooren beroepen als mede het zesde kapittel van den titel van het borgerlijk wetboek geintituleerd van het houwelijk gevraegd aen den toekommenden bruidegom & aen de toekommende bruid of zij zich nemen voor man & voor vrouw, ieder van hun afzonderlijk geantwoord hebbende dat jae, wij verklaren in den naem van de wet dat Josephus De Bruyn en Maria Josepha Borms vereenigd zijn door het houwelijk.
En hebben deze gehuisschen ons verklaerd dat er geene houwelijks voorwerden tusschen hun door notaris zijn ontvangen.
Waervan wij dezen akt hebben opgesteld in de tegenwoordigheid van Petrus Joannes Van Gucht, schilder, oud twee en twintig jaren, Julianus Heiremans, kleermaker, oud vier en dertig jaren, Adolphus Guilielmus Cammaert, koster, oud negen en twintig jaren en Petrus Roels, winkelier, oud drie en veertig jaren, alle vier kennissen van den bruidegom & de bruid, woonagtig te Bornhem.
En den bruidegom, de bruid met de getuigen hebben dezen akt benevens ons geteekend, den vader van den bruidegom, den vader en de moeder van de bruid hebben verklaerd niet te konnen schrijven bij faute van geleerdheid, naer hun voorlezing gedaen te hebben.
Enfant(s):
Maria Josepha Borms | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1859 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Josephus de bruyn |