gerrit was tot 1769 baas kaartenmaker
(1) He is married to Sara magdalena Samuels.
They got married on May 13, 1757 at Amsterdam, Nederland, he was 21 years old.
Child(ren):
Event (Death of Spouse).
(2) He is married to Johanna Geertruida Veerman.
They got married on June 1, 1764 at Amsterdam, Nederland, he was 28 years old.
zaterdag 12 december 2009
Gerrit de Haan: Mocha tot Djeddah
Nationaal Archief, 4. VELH 156.2,16.
[Geerit de Haan, 1761]:
[Mocha tot Djeddah].
[Mocha to Jeddah].
1 kaart: ms op papier, gekleurd, 875 ´ 520 cm.
1 map: ms on paper, coloure, 875 ´ 520 cm. (zie foto"s)
Orientatie: het noorden is rechts.
Orientation: north is right.
Gerrit de Haan was the chief-map-maker (baaskaartenmaker) of the VOC (the Dutch East India Company) in Batavia, the Companys trading center in Asia, from 1748 to 1769. In the second half of the seventeenth century, a map-maker-shop (kaartenmakerswinkel) was opened in Batavia under the supervision of a chief-map-maker who was responsible for supplying charts to ships returning to the home country or sailing to various trading posts of the Company. Being a chief-map-maker made De Haan capable to finish compiling a two-volume manuscript atlas Ligtende zeefakkel off de geheele Oost-Indische Waterweerelt (Blazing Beacon or the Whole of the East India Sea World), which illustrates the coasts and waters between the Cape of Good Hope and Japan, in the years 1760-1761. The first volume of this atlas was completed in 1760 and contains mainly the part of the VOC charter area lying to the east of Sunda Strait. The second volume covers principally the areas of land and sea between the Cape of Good Hope and the west coast of Sumatra, plus the west coast of Australia and the coasts of Java, and was concluded in February 1761. The atlas is partly based on the surveys and charts by earlier map-makers, like Joan Blaeu (1596-1673) and Victor Victorsz. However, comparing with the previous maps, most of the charts in the atlas are less accurate. This sea-chart here is taken from this atlas.
The chart shows the Red Sea between two important trading ports, Mocha and Jeddah. The Dutch established a chief factory in Bandar Abbas, the Persian Gulf in the 1620s, which made the Arab world become a part of the Companys trading network in Asia. Mocha, as now a port city on the Red Sea coast of Yemen, is famous for being the major marketplace for coffee from the 15th century until the 17th century. It was also the principal trading port along the Red Sea for the Europeans during that time.
Geplaatst door Dhr. C.Zhang op 03:01
Labels: European Cartography, Gerrit de Haan, VOC
Bron:
Dhr. C.Zhang
Leiden, Zuid-Holland, Netherlands
Year Description Repository Fonds code Item no. Section Page
1756 Copia berigt van den baas kaartemaaker Gerrit de Haan, nopens de reijzen van de barken de Rijder en de Buijs naar het Zuijdland of de Bogt van Carpentaria bijeen gebragt uijt de journalen van de gezaghebbers der gemelte kielen [gedateerd 30 September 1756]. NA 1.04.02 2866 Batavia 213 - 223
"Uit het Indisch Naamboek is mij gebleken dat Gerrit de Haan toen (1760 & 1761) was Capitein-Luitenant ter Zee en Baas-Kaartenmaker: tevens dat hij Capitein-Luitenant reeds was sedert 1752 en kaartenmaker sedert 1747. In het Indisch Naamboek van Ult. Dec. 1768 vind ik De Haan ook nog als Capitein-Luitenant doch in het Indisch Naamboek van Ult. Dec. 1769 niet meer, maar hem, op de lijst der personen die met de retourschepen van 1769 naar Nederland vertrokken zijn, of nog te vertrekken staan. Als Baas-Kaartenmaker vind ik in dat jaar vermeld: Klaas de Lous, opperstuurman. In het naamboek van 1773 komt als Baas-Kaartenmaker voor Wigle Sicma, die onder de 'zeeofficieren' vermeld staat als schipper, sedert 1772. Zeker is het dus dat Gerrit de Haan van 1747 tot 1769 Baas-Kaartenmaker was te Batavia en dat hij als zoodanig is opgevolgd door Klaas de Lous."
Akte van indemniteit door Gerrit de Haan van aanspraken op gelden der VOC, opgesteld door notaris Egbert Blomhert. Afschrift.
periode: 28-09-1769
plaats: Batavia
archiefnummer: VIBDNI007948
persoonsnamen: Gerrit de Haan,
Gerrit de Haan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1757 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Sara magdalena Samuels | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1764 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna Geertruida Veerman |
Jambi
In 1615 had de Verenigde Oostindische Compagnie voor de peperhandel al een klein kantoor in Jambi, de hoofdstad van het gelijknamige koninkrijk aan de oostkust van Sumatra, gebouwd, even later gevolgd door de Engelse EIC. In 1617 werd dat kantoor door brand verwoest toen de Portugezen de plaats aanvielen. Daarop werd een nieuwe loge gebouwd die in 1636 op eenzelfde manier verloren ging. In 1638 werd opnieuw een handelskantoor gebouwd die in 1643 alweer verbouwd moest worden. Rond 1658 vond er weer een verbouwing plaats.
Jambi plaats was van belang voor de leverantie van peper want het was een van de meest productieve gebieden en de peper was er goedkoop. In het begin van de zeventiende eeuw waren het vooral Portugezen en Chinezen waarmee de compagnie moest concurreren. Ook de Engelsen waren voortdurend geduchte rivalen in de strijd om de peper uit Jambi. Pieter Soury slaagde erin in 1643 voor de VOC het pepermonopolie te bemachtigen, in ruil voor haar bescherming van de stad Jambi. Daarna werd Jan Puijt resident en werd de handel en de loge verwaarloosd. Rijckloff van Goens werd aangewezen als zijn opvolger.
In 1690 werd het opperhoofd van de factorij Sybrand Zwarts vermoord waardoor de goede verstandhouding met Jambi verstoord werd. Omdat de inkomsten uit dit comptoir verminderden besloot de Hoge Regering in Batavia in 1696 de bezetting van de handelspost in te krimpen en het kantoor onder het comptoir van Palembang te stellen. Hoewel de Engelsen Jambi al in 1679 hadden verlaten meende de VOC in 1707 dat het verstandig was de bezetting toch weer te vergroten om er zeker van te zijn dat de Engelsen niet terug konden komen.
Toen Abraham Parras in september 1707 als resident in Jambi kwam was de loge in zeer vervallen staat. Het jaar daarop besloot de Hoge Regering tot de bouw van een nieuwe pagger aan de zuidwest-zijde van de rivier. Mogelijk is dit dezelfde loge als die bij de monding van de rivier was gebouwd en die in 1756, blijkens een kaart in de Ligtende Zeefakkel van Gerrit de Haan, verlaten was.
In 1766 werd de loge platgebrand als vergelding voor de arrestatie van enkele Jambiërs die het handelsmonopolie van de VOC ontdoken. In 1768 werd de vestiging Jambi definitief gesloten.
1756 Copia berigt van den baas kaartemaaker Gerrit de Haan, nopens de reijzen van de barken de Rijder en de Buijs naar het Zuijdland of de Bogt van Carpentaria bijeen gebragt uijt de journalen van de gezaghebbers der gemelte kielen [gedateerd 30 September 1756].
zoon Gerrit
vader Lourens de Haan
moeder Catharina Nick
getuigen Abraham Mulder
Anna Mulder
pastor Jacobus Boon
doop 20 juli 1735
religie Evangelisch-Luthers, Lutherse kerken
bron 218 p. 60 (folio 35) nr. 3