Doopgetuigen: Cornelius de Bont en Elizabeth Hoevenaren loco Maria Velthoven.
Op 13.6.1793 krijgt Hendrika uit de nalatenschap van haar moeder Anna de Bondt een perceel weiland toebedeeld, groot 1 bunder 366 roede, in de Korte Blooken in de Royale polder onder Zevenbergen.
Jan verkoopt dat perceel op 22.7.1793 voor f 2.175 meteen door aan Jacobus Sensen. Bron: WBA, toegang 605, Schepenbank Zevenbergen, inv. nr. 200, ff. 227-227v.
Tegen het eind van 1795 is Hendrika voornemens te hertrouwen. Dat dwingt haar om een aantal zaken voor de kinderen nader te regelen.
Om te beginnen regelt ze op 27.10.1795 de voogdij. Jans testament had haar aangewezen als voogd en Cornelis Adriaans van Velthoven op de Hooge Zwaluwe als toeziend voogd. Maar omdat de laatste "hier verre van daan woond", stelt ze in haar plaats en na haar overlijden Cornelis van Rijsbergen en Johannis Janse Bogaarts, beiden in Fijnaart, tot voogden aan.
Verder laat ze op 5.11.1795 de gemeenschappelijke boedel taxeren, teneinde de legitieme portie van de kinderen te kunnen vaststellen. De zeer gedetailleerde inventaris laat zien dat Jan en Hendrika een huis hadden met schuur en erf, staande nabij het dorp, met daarin een winkel "zoo van linne, wolle, cruydeniersware, potte, panne etc.", een oude en nieuwe timmermanswinkel en een bakkerij. De boedel heeft per saldo een waarde van f 7.121-11-8.
Aansluitend belooft Hendrika op 24.12.1795 dat ze haar kinderen bij het bereiken van de mondige leeftijd een legitieme portie zal uitkeren van 1/3 van de 1/2 van de waarde van de boedel, ofwel f 1.186-18-10, en hun inmiddels zal alimenteren en zal doen "soo als een moeder schuldig en gehouden is."
Na het hertrouwen met Jan van Gils wordt er op 28.4.1796 een nieuw testament opgesteld. Afgezien van twee legaten benoemt Jan van Gils Hendrika tot zijn enige en universele erfgenaam. Hendrika legateert aan haar zoon Rijnier al haar kleding, zowel van linnen als van wol, en aan haar zoon Adriaan alle goud en zilver dat tot lijfsgebruik en versiering heeeft gediend van haar en haar eerste man Jan Rijnders. Tot haar erfgenamen benoemt ze haar twee (voor)kinderen en haar tegenwoordige man, en de eventuele kinderen uit haar tweede huwelijk, elk voor een gelijk deel. Tot voogden over eventuele minderjarige kinderen worden aangewezen Cornelis van Rijsbergen en Jan Janse Bogers.
Hendrika overlijdt een jaar later. Haar zoon Rijnier inmiddels getrouwd en daardoor mondig geworden, Adriaan wordt 11 en is dus nog minderjarig.
Jan van Gils, Rijnier en de twee testamentaire voogden van Adriaan regelen de verdeling van de nalatenschap.
Rijnier krijgt het ouderlijk huis met schuur en erf toebedeeld, nabij het dorp in de 6e hoek van de polder de Oude Fijnaart (in het belastingkohier vermeld op f. 113v), ter waarde van f 1.825. In combinatie met de inboedel wordt hij daarmee blijkbaar zodanig overbedeeld dat hij aan zijn broer Adriaan een bedrag schuldig blijft van f 1.250. Daarvoor wordt een officiële schepenbrief opgesteld, rente 4% (bij betaling binnen 4 weken na de vervaldatum 3,5%).
Adriaans vaderlijke en moederlijke erfdeel wordt vastgelegd in twee schuldbrieven, een van f 1.600 ten laste van Leendert de Been, de ander van f 1.250 ten laste van zijn broer.
Verder belooft Rijnier dat hij zijn broer behoorlijk zal alimenteren en verzorgen, hem zal laten leren lezen en schrijven en hem een ambacht zal laten leren, totdat hij de mondige leeftijd heeft bereikt. Als compensatie voor de kosten zal Rijnier de lopende rente op de twee schuldbrieven van Adriaan ontvangen.
Na het overlijden van Hendrika maakt Jan van Gils op 3.9.1797 opnieuw een testament. Afgezien van een reeks legaten benoemt hij zijn zus Martijna van Gils weduwe van Geert Peekels tot enige en universele erfgenaam.
Bronnen:
WBA, toegang 407, Schepenbank Fijnaart, inv. nr. 636, ff. 63-63v.
WBA, toegang 407, Schepenbank Fijnaart, inv. nr. 636, ff. 65v-71v.
WBA, toegang 409, Notariële archieven Fijnaart en Heijningen, inv. nr. 6, notaris G.A. van Breda.
WBA, toegang 407, Schepenbank Fijnaart, inv. nr. 369, ff. 76v-77v, 78-78v en 82-83 en inv. nr. 636, ff. 112-113v.
WBA, toegang 409, Notariële archieven Fijnaart en Heijningen, inv. nr. 7, notaris G.A. van Breda.
(1) She is married to Johannes Rijnders.
Permission for the marriage has been obtained in Hooge Zwaluwe on November 1, 1774.
They got married on November 22, 1774 at Fijnaart.Toestemming voor dit huwelijk is 2 november 1774 verkregen te Hooge en Lage Zwaluwe.
Child(ren):
(2) She is married to Jan van Gils.
They got married on January 17, 1795 at Fijnaart.
Jan en Hendrika maken op 18.9.1779 hun testament. Ze benoemen de langstlevende tot enige en universele erfgenaam, onder de verplichting hun kinderen eerlijk groot te brengen en hun t.z.t. als legitieme portie een zodanige som uit te keren als de langstlevende dan behoorlijk acht gezien de staat van de boedel. Verder benoemen ze de langstlevende tot voogd en Cornelis Adriaans van Velthoven op de Hooge Zwaluwe tot toeziend voogd over eventuele minderjarige erfgenamen.
Bron: WBA, toegang 407, Schepenbank Fijnaart, inv. nr. 632, ff. 212-213. Op 5.7.1775 hadden ze al eerder een in grote lijnen vergelijjkbaar testament gemaakt; zie daarvoor WBA, toegang 407, Schepenbank Fijnaart, inv. nr. 631, ff. 151v-152v.
Hendrica van Veldhoven | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1774 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johannes Rijnders | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1795 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jan van Gils |
The data shown has no sources.