1644-11-06 Trijntien Leendert Geeritsen Neeltien Teunis Grietie Leenders
Willem Pietersz. Penning, ged. Ridderkerk 4-4-1638, j.m. van en wonende Ridderkerk (1665), boer aan de Grasdijck in Nieuw-Reyerwaard, overl. na 1680, tr. Rijsoord (met attestatie van Ridderkerk, otr. ald. en bescheid gegeven 3-10) 1-11-1665 Trijntje Leendertsdr. Mijnlief, ged. Ridderkerk 6-11-1644, j .d. van en wonende Ridderkerk (1665), overl. na 1680, dochter van Leendert Gerritsz. Mijnlief, boer aan de Grasdijck onder Ridderkerk, heemraad, ouderling van Ridderkerk, en Neeltien Teunisdr. Cranendonck.
Willem Pietersen Penninck en zijn vrouw Trijntje Leenders werden op 23-12-1665 na belijdenis lidmaat te Ridderkerk.123 Uit een hiervoor al behandelde akte van 6-1-1667 kocht Willem Pietersen Penning van zijn broer en zusters hun deel in de ouderlijke hofstede aan de Grasdijck in Nieuw-Reyerwaard. Op dezelfde dag leende hij 600 Car. gld. van Pieter Stoffelsen Vinck, waarvoor hij zijn hofstede op hypotheek zette.
Leendert Gerritsen Mijnlief, oud-heemraad van Ridderkerk, stelde zich als zijn borg.
Op 8-3-1669 verklaarde Wilm Pietersen Penning, wonende te Ridderkerk, vanwege verlopen en onbetaalde pachtpenningen 350 car. gld. schuldig te zijn aan jouffr. Maria van Benschop, weduwe van de heer Alard van Rijn. Voor de aflossing stelde hij zijn persoon en goederen als zekerheid.124 Willem geraakte verder in de schulden; zo tekende hij op 11-4-1672 een schuldbrief ten bedrage 235 Car. gld. 3 st. ten behoeve van Pieter van Gilst, gaarmeester der verponding over het dorp Ridderkerk, vanwege afrekening van verpondingen en gemaakte onkosten tot het jaar 1672. Als borg stelde zich (zijn schoonvader) de Ridderkerkse oud-heemraad Leendert Gerritsen Mijnlieff.125 Bij akte van 11-8-1672 verklaarde Willem Penningh 180 gld. schuldig te zijn aan de te Dordrecht wonende juffr. Maria van Benschop, weduwe van de heer Allard van Rijn, en dat vanwege pacht van 4 morgen 300 roeden in Nieuw-Reyerwaard over de jaren 1669 en 1670. Als zekerheid voor deze inlossing stelde Willem Penningh in het bijzonder twee paarden.
Door de in Ridderkerk residerende notaris Pieter van Gilst werd op 11-1-1675 te Dordrecht een pachtkontrakt opgemaakt waarmee de Dordtse schepen de heer S. Everwijn aan Willem Pietersen Penninck percelen van 4 morgen 3 hont en 3 morgen 2 hont 25 roeden weide- en zaailand in Nieuw-Reyerwaard voor zeven achtereenvolgende jaren verhuurde voor 120 gld. jaarlijks. De pacht was reeds met kerstmis 1673 ingegaan. Indien hij telkenmale op kerstmis de pachtsom zou voldoen zou hij maar 110 gld. hoeven tebetalen. Met deze akte werd de schuld aan landpacht van Penninck tot het jaar 1673 geliquideerd en verklaarde hij vervolgens een som van maar liefst 851 gld. 6 st. aan Everwijn schuldig te zijn, welk bedrag hij beloofde jaarlijks af te betalen naast zijn landpacht en wel ‘soo veel het doende es en na mij Godt de Heer gelieft te zegenen’.
Op 3-6-1677 transporteerde Willem Pietersz. Penning, getrouwd hebbende Trijntie Leenders Mijnlief, met zijn mede onder Ridderkerk wonende zwagers Cornelis en Jan Leendersz. Mijnlief, allen kinderen en erfgenamen van Leendert Gerritsz. Mijnlief bij diens eerste vrouw, zaliger Neeltie Teunis, hun gedeelten in een van hun moeder geërfd perceel land in Nieuw-Reyerwaard aan hun zwager Aert Cornelisz. van Leeuwenburgh (man van Soetje Leendertsdr. Mijnlief).
In het in 1680 opgemaakte kohier der huishoudens te Ridderkerk valt het volgende te lezen: ‘Willem Pietersse Penninck en sijn huysvrouw met twee kinderen boven de acht jaeren, is door misfortuyn uit gebouwen en kan nu qualijck aen de kost geraecken’.
Gerrit Leendertsz Mijnlieff wonend aan de Grasdijk te Ridderkerk. Hij benoemt tot zijn enige universele erfgenamen zijn broers en zusters en zijn zusters kinderen. Als voogd benoemt hij zijn vader Leendert Gerritsz Mijnlieff.
impost op overlijden 17-oktober 1733
Maarten Jansz huijser sullende begraven het lijk van Trijntje Leenderts Mijnlief, wede van Willem Pieters Penning pro deo
She is married to Willem Pietersz Penning.
Permission for the marriage has been obtained in Ridderkerk on October 3, 1665.Source 5
They were married in church on November 1, 1665 at Rijsoord.Source 6Willem Pietersen Penninck J.M. van Ridderkerk met Trijntje Leenderts J.D. mede van Ridderkerk beijde woonende alhier
Besegeijt gegeven om te trouwen in Rijsoort
Te Rijsoord ; zijn hier getrouwd met attestatie van drs Hermes Celosse excel Ridderkerk
Child(ren):
Trijntje Leenderts Mijnlief | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1665 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willem Pietersz Penning |
FS 37/638, dooplijst Ridderkerk via Hogenda
http://www.hogenda.nl/wp-content/plugins/hogenda-search/download_attachment.php?id=792&type=genealogy
https://stadsarchief.rotterdam.nl/zoek-en-ontdek/notariele-akten/zoekresultaat-notarieel/?mistart=16&mivast=184&mizig=365&miadt=184&miamount=4&milang=nl&misort=unitdate%7Casc&miview=ldt&mizk_alle=grasdijk&miaet=1
https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/3.04.17.092/invnr/5.II/file/NL-HaNA_3.04.17.092_5.II_0064?eadID=3.04.17.092&unitID=5.II&query=
FS 147/638
FS 147/638, https://www.familysearch.org/ark:/61903/3:1:3QS7-99QJ-YR96?i=290&cc=2037907