Blijkens het 10e penningkohier van Strijen over 1557 gebruikte Bastiaen Ariaen Andriesz. 15½ morgen ½ hont in het Oudeland van Strijen, waarvan 6 morgen eigendom was. Hiervan had hij 6 morgen 5 hont in pacht van ene Huych Jansz. van Groenenhoven.
In het 10e penningkohier van Strijen over 1561 is Bastiaen Adriaen Andriesz. tezamen met Adriaen Pietersz., ‘beyde vuyt Cromstrijen’, genoemd als bruikers van 13 morgen 4 hont van wederom Huych Jansz. van Groenenhove.
In hetzelfde kohier zijn genoemd de weduwe van Adriaen Andriesz. als bruikster van 28 morgen 4 hont eigen land in het Oudeland van Strijen, met daaronder direkt gevolgd door Bastiaen Adriaensz. als bruiker van 1372 hont eigen land aldaar, ongetwijfeld moeder en zoon.
Het kohier maakt ook melding van de pacht door Bastiaen Adriaensz. van 7 morgen in het genoemde Oudeland. Tevens mijnde hij het 15e blok, zijnde de visserij ‘van t geestrack’.
In Bonaventura gebruikte Bastiaen Adriaen Andriesz. nog eens een camp van 2 morgen 134 roeden eigen land.
Blijkens het kohier der 10e penning van Cromstrijen over 1561 had ‘Bastiaen Adriaensz. in Strien’ het 15e blok, zijnde een visserij, gepacht buiten de dijk van Cromstrijen.
In hetzelfde kohier is ook genoemd een Bastiaen Adriaensz. als pachter van 37 morgen 128 roeden van Jacob Quarre. Op dit land stond ook een ‘huysynghe met berch en schuyr’, waarover geen pacht hoefde te worden betaald, waarvan een voorzaat, d.w.z. een vorige pachter, van deze Bastiaen (in 1554 was ene Heynrick Adriaensz. hiervan de pachter een voorhuis had getimmerd. In het register der geannoteerde goederen staat geboekt dat Sebastiaen Adriaensz. nog 280 ponden 12 schellingen schuldig was als restant van de pacht over 1573 van deze zelfde 37 morgen 128 roeden, welke hij in gebruik had van de weduwe van Jacob Quarre in Cromstrijen.
In hetzelfde Cromstrijense penningkohier van 1561 is ook een Sebastiaen Adriaensz. genoemd als bruiker van 5 morgen 218 roeden eigen land in Striemond. Het lijkt mij dat de landgebruikers in Strijen en Cromstrijen identiek waren, want het zou wel erg toevallig zijn geweest als er twee personen met een gelijkluidend dubbelpatroniem met een flink boerenbedrijf in elkanders nabijheid zouden hebben geleefd, die bovendien van een zelfde persoon land in pacht hadden! Voor 7-6-1576 was de dan uitdrukkelijk te Strijen woonachtige Bastiaen Adriaensz. getrouwd met Beatrix Yngensdr., want op die datum kocht hij van Cornelis Joostensz. Sprayt uit Strijen, man van Bastiaentgen Adriaen Yemanszoonsdr., en van Adriaen Lenert Burgertsz., als erfgenamen van Adriaen Yemantsz. (de stiefvader van Beatrix), de helft van 6 morgen 2 hont in het Oudeland van Moerkerken. De wederhelft had Bastiaen (namens zijn vrouw) met de oude Adriaen Ynghensz., de jonge Adriaen Yghensz. en Jan Willemsz. te Poortugaal, getrouwd met Kunger Yghensdr., geërfd van hun moeder respektievelijk schoonmoeder Heyltge Cornelisdr., laatst weduwe van Adriaen Yemantsz.
Waarschijnlijk dezelfde dag - de akte is ongedateerd, maar volgend op de voornoemde koopakte - verkocht Bastiaen Adriaensz. uit Strijen zijn aangekochte helft van 6 morgen 2 hont door aan (zijn zwager) de jonge Adriaen Yngensz.
In akten gedateerd 11-3-1576 (stilo curie = 1577) verkochten de voornoemde erfgenamen van Heyl(t)ge Cornelisdr., waaronder Bastiaen Adriaensz. uit Strijen, getrouwd met B(eatrix) Yghensdr., land in het Oudeland van Moerkerken.
Van 1-7-1577 dateert een schuldbrief vanwege het restant van de koopsom van 13 hont thijnsland in het Oudeland van Moerkerken op naam van Cleys Jansz. Vinck ten behoeve de erfgenamen van Adriaen Yemansz. en de erfgenamen van diens laatste vrouw Heyltge Cornelisdr., waaronder Bastiaen Adriaensz., als man en voogd van Beatrix Ynghensdr.
Op 11-2-1581 had Bastiaen Ariaen Andriesz. voor schepenen van Strijen een geschil met Frans Franse vanwege koop van land.40 Aan Adriaen Meeusz. en Sebastiaen Adriaens kwamen in 1585 5 gld. aan landpachten, welke Stael Mateusz. beloofd had vooraf te betalen.
Bastiaen was ongetwijfeld identiek met de Bastiaen Aris Andriesz. die in 1589 een perceeltje van 400 roeden in het Mijnsheerenlandse gedeelte van de Oost- en West-Zomerlanden bezat. Vermoedelijk was dit erf- of huwelijksgoed van zijn vrouw.
Op 11-2-1589 had Bastiaen voor het gerecht te Strijen een geschil met Frans Jansz. betreffende de koop van land.
In een akte gedateerd 29-5-1590 zijn Bastiaen Adriaensz. en de zijnen en Meus Symonsz. genoemd als eigenaars van een ‘landeke’ bij de Oudendijk bij de haven van Strijen en in 1591 zijn Bartholomeus Symonsz. voor de ene helft, en Bastiaen Adriaensz. en Theungen Adriaens, weduwe van Adriaen Meeusz., met haar dochter, voor de andere helft genoemd als eigenaars van het Heiligegeestland in de Zuidkavel van de Broek. In deze Theungen meen ik een zuster van Bastiaen te kunnen zien.
In 1592 kocht Toentge Ariens 1200 halve schoven riet welke Bastiaen Ariens, heemraad van Oud-Strijen, had doen snijden van land waarover de dijk van Nieuw-Bonaventura gelegd was.
Bastiaen Adriaensz. is op 26 maart 1598 genoemd als ingeland van den Uyterdijk voor de Dolaert in Nieuw-Strijen.
In het huizenkohier van 1601 over Strijen is sprake van ‘Bastiaen Ariens huys’.
Nog in maart 1610 is hij genoemd als belender in het Oudeland van Strijen. In De Nederlandsche Leeuw jaargang 1958 is een Crijntje Bastiaens Verweel vermeld die in eerste echt getrouwd was met Thomas Aertsz. (Craeyensteyn) en in tweede echt met Pieter Pietersz. Als haar voogd is in 1610 een Antonis Bastiaensz. genoemd,48 van wie gesuggereerd wordt dat hij identiek zou zijn met de Strijense schepen Antonis Bastiaensz. Verweel. Ik heb
echter sterke bedenkingen om Crijntje als een Verweel aan te merken. Eerder denk ik dat zij een zuster was van Cornelis Bastiaensz. Bestebruer uit Sint Anthoniepolder, die in 1625 oom van Crijntje’s weeskind is genoemd
Tijdens een bezoek aan de Hervormde kerk te Strijen ontdekten wij een dwars in het middenpad liggende zerk van vrij grote afmeting, waarvan het opschrift niet te zien is en het wapen wellicht destijds werd uitgekapt. Van deze zerk maakt Mr. P.C. Bloys van Treslong Prins in zijn “Genealogische en heraldische gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Zuid-Holland” (Utrecht 1922) geen melding.
Op de boven- en onderzijde van de zerk rust een grote kerkbank, noch deze steunt niet onmiddellijk op de vloer. Plat op de grond liggend ontdekten wij na het verwijderen van een dikke laag vuil aan de bovenzijde het volgende opschrift:
Hier leyt be(gra)ven / De (e)erbare Byateris /
Ingens wedvwe wyle / Bastyaen Adrijaense /
sterf de 19 ivlivs 16(.)3 .
Op het derde cijfer van het jaartal rust een dikke poot van de kerkbank en is daardoor volkomen onzichtbaar geworden.
Vermoedelijk was deze Byateris Ingens de vrouw van Bastiaen Adriaen Andriesz., schepen van Strijen 1580-1599 en overl. vóór 1604, zoon van Arien Andriesz., waarschijnlijk landbouwer te Strijen en kerkmeester ald. in 1545. Zij zijn voorvaderen van de voorname landbouwersfamilie Verweel (Verwael, van der Wael) alias Meerenburgh alias Hoogewerf te Strijen. De voornoemde Bastiaen had een zoon Ingen en een kleindochter Beatrix, zodat deze Byateris Ingens wellicht de moeder was van zijn kinderen. Het is ons nog niet bekend tot welk geslacht Byateris behoorde. Vermoedelijk stamde zij uit een gezeten landbouwersfamilie in De Hoekse Waard of op het eiland IJsselmonde.
1 juli 1577 (68ve)
Claes Jansz. Vinck is schuldig aan Cornelis Joostenz. Spruijt en Adriaen Lenert Burgers voor de ene helft als erfgenamen van de overleden Adriaen Yemansz. en Bastiaen Adriaensz., echtgenoot van Beatrix Ynghensdochter, met meer erfgenamen van de overleden Heyltge Cornelisdr., in het laatst van haar leven weduwe van Adriaen Yemansz., de som van 162 Cgulden en 10 stuivers vanwege de ene helft van 325 Cgulden over de koop van 13 hont cijnsland bij Claes Jansz. van de voornoemde erfgenamen gekocht.
opschrift grafzerk:
"Hier Leyt be(gra)ven/ De (e)erbare Byateris/ ingens weduwe wyle Bastyaen Adriaense/ sterf de 19 ivlivs 16(.)3"
She is married to Bastiaen Adriaen Andries Verweel.
They were married in church before June 7, 1576.Source 1
(in de kerk onder een zerk met wapen)
Child(ren):
Beatrix (Beatrijs) Ingens | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
< 1576 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bastiaen Adriaen Andries Verweel |
DE OUDERE GENERATIES VAN HET GESLACHT MET DE NAAMDRAGERS VERWEEL, VERWAEL, VAN DER WAEL, HOOGEWERFF EN MEERENBURGH UIT STRIJEN door K.J. Slijkerman
EEN IN DE LITERATUUR NIET BESCHREVEN ZERK IN DE HERVORMDE KERK TE STRIJEN door R. KAPPERS* en K.J. SLIJKERMAN Ons voorgeslacht 1986 pag 782
https://www.hogenda.nl/wp-content/plugins/hogenda-search/download_attachment.php?id=1352&type=source