Stichtte het Minderbroederklooster
He is married to Margriet Dircksdr Benningh.Source 2
They got married
Child(ren):
Hendrick Coenensz van der Schellingh | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Margriet Dircksdr Benningh |
J. E. Elias, De Vroedschap van Amsterdam 1578-1795
deel I, nr. 23, bijlage 1, blz 66 e.v.
blz 67
(huwelijk van Coen Tijmansz . van der Schellingh en Christyne Schouten)
[...] Uit dit huwel. sproten verscheidene kinderen, w. o.:
[...]
b. Hendrick Coenenz. van der Schellingh, volgt:
Hendrick Coenenz. van der Schellingh, geb. 1427, st. 13 Sept. 1495, was zeer vermogend; stichtte het Minderbroederklooster te Amsterdam; tr. Margriet Dircksdr . Benningh, geb. 1430, st. 12 Jan. 1500, dr. van Dirck Gerritsz . (zie Aant. bij N° . 14) en van Geertruyd van Vliet. [...]
deel I, blz 39 e.v., nr. 14, aant.
[...] Margriet Dircksdr. Benningh, tr. Hendrick Coenenz. van der Schellingh (zie bij N°. 23, Bijl. 2). [...]
Noten:
(n) „Om de groote rijcdom, en(de) goede alliantien van dese Henrix kinderen, wiert tot een spreecwoord, doenmael geseit, van sijne 3 Dochteren:
Van Truij, Giert en Beert Is de stadt af verveert " (Schaep).
Elias, Johan Engelbert; De Vroedschap van Amsterdam, 1578-1795; 2 delen; Oorspronkelijke uitgave: Amsterdam, 1903,1905; Heruitgave: N. Israel; Amsterdam, 1963; Digitale Versie: Historici.nl.
Elias, De Vroedschap van Amsterdam 1578-1795
deel I, blz 69 e.v., nr. 23, aant.
(o) Men zie: Een Oud-Amsterdamsch Familiepaneel in het Koninklijk Museum te Berlijn, door Bern. J. M. de Bont, in 't Jaarboekje van Alberdingk Thijm, 1893, p. 149. Aan dit belangrijke opstel heb ik hier een en ander ontleend, zoomede aan 't M. M. van Schaep, p. 174, en aan de zich in 't familiearchief van Jhr. Mr. C. H. Backer te Amsterdam bevindende acte van scheiding van den nagelaten boedel van Hendrick Coenenz. van der Schellingh en zijne huisvrouw, ten overstaan van Schout en Schepenen van Amsterdam en van twee gecommitteerden uit den Hove van Holland te Amsterdam gepasseerd 13 Dec. I503, bij welk document eene berekening gevoegd is, waaruit zoude blijken, dat deze geheele nalatenschap, die voor dien tijd zeer aanzienlijk moet geweest zijn, 24 á 25 duizend gulden bedroeg . — Schaep zegt van dit echtpaar: „Dese Henric en(de) sijn huijsvrou voorsz. waren seer machtige rijcke Luyden, hadden het Minnebroers clooster tot Aemst(erdam) meest gedoteert , en(de) gestight, hadden aldaer haeren besondere(n ) Autaer en(de) Sitplaets" etc; [...]
Elias, Johan Engelbert; De Vroedschap van Amsterdam, 1578-1795; 2 delen; Oorspronkelijke uitgave: Amsterdam, 1903,1905; Heruitgave: N. Israel; Amsterdam, 1963; Digitale Versie: Historici.nl.