He is married to Johanna Margaretha Alida Bernardina Hesselink.
They got married on April 19, 1921 at Nijmegen , he was 28 years old.
Child(ren):
Jaap gaat als kind naar kostschool en volgt vervolgens zijn opleiding aan de Koninklijke Nederlandsche Militaire Academie (KNMA) in Breda, waarna hij in dienst komt van het Nederlandse leger. Jaap wordt begin jaren 20 aangesteld als 1e luitenant op Curacao. Bovendien is hij als adjudant van de gouverneur verantwoordelijk voor de verdediging van de gouverneur en woont hij op Fort Amsterdam. In de nacht van 8 op 9 juni 1929 vaart de Venezolaanse rebellenleider Rafel Simon Urbina naar Curacao. Urbina is een paar maanden ervoor op Curacao "persona non grata" verklaard omdat hij een tegenstander is van de Venezolaanse president Gomez. Met 150 man valt hij het Waterfort aan. Hij maakt machinegeweren en munitie buit en ontvoert de Nederlandse Gouverneur L.A. Fruytier en de garnizoenscommandant Borren. Tijdens de strijd sneuvelen er drie Nederlandse militairen. N.a.v. het feit dat Jaap als adjudant niet ingreep, is hij per direct oneervol ontslagen. Dit ontslag is diep ingehakt in de familie.
Er is uitgebreid onderzoek gedaan naar de gebeurtenissen:
Uit de Verrassing van Willemstad Rondom het proces Borren (door jurist mr. B. De Gaay Fortman), de volgende citaten:
pag. 511 "En het waren niet alleen het departement en kapitein Borren, die eenzijdig de politietaak van het "garnizoen" naar voren brachten. Allen leefden in de politiesfeer. Luitenant Hulst zag op den bewusten avond voor zich geen verplichting tot daadelijke medewerking in eenigen vorm, omdat hij niet bij de "politie" was. Luitenant Berger riep van het plat van zijn woning, toen hij in het fort schieten hoorde, in die richting: "Politie"." En verder op pagina 516: " Met de vervolging van kapitein Borren stemde in De Standaard. Van een meten met twee maten kon volgens dit blad in dit verband niet gesproken worden. De "misselijke houding" van den gouverneur moest met ontslag wegens ongeschiktheid gestraft worden, maar voor een andersoortig ambt was deze daarom niet ongeschikt. De gouverneur was niet de eerst geroepene om aan een gevecht deel te nemen, wat wel de taak der officieren is, als er gevochten moet worden. Wat gebeurt er met de andere officieren?, zoo vroeg het blad. Intusschen was toen reeds bekend, dat beide officieren Curacao hadden verlaten en aan luitenant Hulst ontslag uit den militairen dienst was verleend. De vraag van De Standaard houdt echter niet voldoende rekening hiermee, dat in de strafzaak uitsluitend aan de orde was kapitein Borrens gedrag voor den overval, en dat de beide luitenants, die soortgelijke taak als hun militaire chef niet hadden, door gelijke verwijten niet getroffen konden worden. Van luitenant Hulst, die niet bij de politie was geplaatst, maar wel als officier van munitie en bewapening een militaire taak had, hoort men in de geschiedenis van den overval nagenoeg niet.Ofschoon hij met luitenant Berger op het woningplat het schieten in het fort gehoord had, bleef hij tehuis, met de bij hem saamgekomen militairen, waar hem later ook de telefoonische mededeling, dat er niet geschoten mocht worden, bereikte en te kwart voor drieen de tijding van de afreis van de Maracaiibo. Hij was bovendien de adjudant van den gouverneur. Men kan vragen, wie van beide officieren de aangewezen vervanger van kapitein Borren was, toen deze in Venezolaansche gevangenschap verkeerde, en het antwoord kan een leek zeker niet geven. Verwarrend werkt ook hier weer de dubbele taak van den garnzioenscommandant: militair gesproken was luitenant Hulst de aangewezene, maar, als gezegd, deze stond buiten de politieorganisatie, al was het voorgekomen, dat hij bij ontstentenis ook als politiechef den kapitein vervangen had. Maar die gevangenschap van kapitein Borren is ook niet doorgedrongen tot luitenant Berger, die dadelijk op pad ging en last gegeven had, dat bij luitenant Hulst zich de manschappen zouden verzamelen. Het schijnt, dat kapitein Borren op weg naar zijn eerste onderhoud met den gouverneur van niemand vergezeld is geweest, maar niettemin zich als gevangene beschouwd heeft in dien zin, dat hij niet daadwerkelijk tot verzet kon optreden."
Het zou zijn dat er ook in de tweede kamer over het voorval is gesproken en dat later Jacob gerehabiliteerd is. Daar kan vooralsnog niets over teruggevonden wordenn. Jo Hulst had een geweldige tijd gehad op Curacao, en vond het niet fijn om weer terug te keren naar Nederland, waar het gezin in Assen gaat wonen. Twee jaar later wordt daar Albert geboren. Jacob gaat werken als administrateur bij Pro Senectute. Later verhuist het gezin naar Amsterdam Zuid, en vanaf 1937 naar de Madelievenlaan 8 in Aerdenhout. Jaap heeft in de achtertuin van de Madelievenlaan een eigen kwekerij van tabaksplanten. Dit had hij ook al in de oorlogsjaren. Daar heeft het gezin in de oorlog veel bate van, want toen sigaretten slecht verkrijgbaar waren, kwamen velen een rokertje halen bij Jaap, gemaakt van de gedroogde tabak. Zij hadden daar veel voor over en betaalden vaak met schaars voedsel.
Drie weken na het huwelijk van zoon Allard en vlak voor het huwelijk van zoon Ab overlijdt Jaap op 8 juni 1956 onverwacht aan een hartaanval, 63 jaar oud.
The data shown has no sources.