In de R.K. Kerk "'t Boompje" (Bron: SAA DTB 1752 321 29)
Godparents:Willem Aan en Marta van Hukkel
Oorzaak: Natuurlijk / Ouderdom
Overleden in het "Binnengasthuis" om 17:00 uur (Bron: SAA BS 1824 6 64v)
Op het "Sint Anthonius Kerkhof"
(1) She is married (Pui) to Thomas van Lunsen.
Thomas van Lunsen en Cornelia Aan waren binnen Amsterdam als volgt woonachtig:
- li>iv class="MsoNormal">09-1774, “Lourierstraat” (Jordaan). (vrouw).
They got married at Amsterdam.
Pui
Child(ren):
Event (Ondertrouw) on November 4, 1785 in Amsterdam .
(Bron: SAA DTB 1785 755 303)
Getuige was Jacobus van Lunsen.
(2) She is married to Jacobus van Onkelen.
Jacobus van Onkelen en Cornelia Aan waren binnen Amsterdam als volgtwoonachtig:1774, "In de Elandstraat" (Jordaan) (man).
1774, "In de Louerierstraat" (Jordaan) (vrouw).
They got married at Amsterdam.
Child(ren):
Event (Ondertrouw) on September 23, 1774 in Amsterdam .
Getuigen waren Jannetje ten Have en Willem Aan.
Op 13 augustus 1813 liet Cornelia Aan voor Notaris Huijbert van Varick een akte opmaken waarin zij verklaarde toestemming te verlenen voor het huwelijk van haar zoon Jacobus van Lunsen (1786-1862) met Elisabeth Vossepoel (1786-1840).
Cornelia Aan overleed op 27 augustus 1824, 's middags om vijf uur, in het "Binnengasthuis" te Amsterdam. Haar laatste adres voor haar overlijden was "Roosestraat nr.5". Ze was op 28 Juli in het "Binnengasthuis" opgenomen. Volgens het overlijdensregister van dit gasthuis verbleef zij op zaal V.V. (= Vrouwenverband) en overleed zij aan "verval van krachten". Cornelia Aan werd begraven op het "Sint Anthonius kerkhof", één van de Amsterdamse armenkerkhoven.
Opname in het "Binnengasthuis" betekende in de negentiende eeuw dat je als patiënt een groot risico liep er in een kist uitgedragen te worden. In het begin van de negentiende eeuw verkeerde het "Binnengasthuis" in een zeer slechte toestand. Het "verplegend" personeel bestond uit volk van zeer laag allooi zonder enige vorm van opleiding. Drankmisbruik kwam herhaaldelijk voor. De inrichting zelf was donker en weinig fris. Hygiënische voorzieningen ontbraken vrijwel geheel. Er was in het gasthuis maar één badkuip aanwezig en die werd zo goed als niet gebruikt. Indien de patiënten zelf geen nachtgoed of verschoning meegebracht hadden dan werden zij met de kleren die zij droegen, in hun "krib" gelegd. Het wemelde er dan ook van het ongedierte. Aan het wassen van de patiënten dacht niemand. Het sterftecijfer bedroeg in het gasthuis in het begin van de negentiende eeuw 13%. Voor het gros van de Amsterdammers was dit aanleiding om er dan ook vooral niet opgenomen te worden. Het waren alleen de allerarmsten en daklozen die in het gasthuis hun toevlucht zochten. Op de zolder boven de vrouwenzaal verbleef een aantal aan chronische kwalen lijdende oude vrouwen. Daar Cornelia Aan op het moment van haar overlijden de leeftijd van tweeënzeventig jaar had bereikt, is het niet onwaarschijnlijk dat zij op deze afdeling verbleef.
Cornelia Aan dreef haar nering in groenten en kruiden op de Noordermarkt in de Jordaan te Amsterdam.
Cornelia Aan | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Thomas van Lunsen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jacobus van Onkelen |
The data shown has no sources.