Stamboom Van den Aker, Van Eindhoven, Schepens en Verhoeven » Claes Heijmerick Daniel Schepens (< 1477-± 1507)

Persoonlijke gegevens Claes Heijmerick Daniel Schepens 


Gezin van Claes Heijmerick Daniel Schepens

Hij is getrouwd met Heijlwich Alaert Wuest.

Zij zijn getrouwdBron 1


Kind(eren):



Notities over Claes Heijmerick Daniel Schepens

BP 1247 (Oirschot) okt 1477 – sept 1478 folio 470v
Daniel, Aert, Claes, Goijart en Henrick en Lijsbeth. kinderen van wijlen Heijmerick Scepens en Aleit
Jan Adamss van Berct man van Geertruijt dochter wijlen Heijmerick voornoemd en Aleijt

BP 1250 (Best) okt 1480 – sept 1481 folio 261v
Aert en Claes zonen van wijlen Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B, periode 1 Jan. 1481 t/m 31 december 1481.
Verschenen zijn Daniel die voor hemzelf handelt, verder Aert, Claes en Goijaert broers, Elisabeth met haar voogd voor henzelf en voor hun broer Henrick en nog Jan Damen van Berckt als man van Geertruid, zijnde allen wettige kinderen van Heijmerick Scepens en hebben een deling gemaakt van het bezit dat ze van hun vader Daniel (rara, heet hun vader nu Heijmerick of Daniel?, JT) en hun moeder Aleijt hebben geerfd.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B periode 1 Jan. 1482 t/m 31 december 1482.
Komen is Adriaen Henricks van Eckaert en zijn wettige vrouw Mechteld en verkopen met schepenbrieven aan Claes Heijmerick Schepens en aan Jan Jan Gerit Elias een stuk beemd genoemd de Nageldonk, gelegen in herdgang Straten, b.p. Jan van Acht, Dirk als koper, de gemeijnte. Dat stuk beemd had Dirck de Cuijper verkregen met schepenbrieven van Oirschot. De verkoper belooft alle lasten af te handelen. Datum 12 augustus 1482, getuigen Claes en Maes.

De zelfde Adriaen uit de vorige akte verkoopt aan Claes (Schepens, JT) een stuk land genoemd het …. (?) gelegen in herdgang Straten, b.p. de kinderen van Maes Crommen, Dirck Cuijpers, …… (?), Joerden Eessen, zoals Adriaen dat perceel steeds gebruikt heeft gehad. Actum als boven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B periode 1 Jan. 1482 t/m 31 december 1482.
Komen zijn Aert, Claes en Goijaert als kinderen van wijlen Heijmerivk Schepens, voor henzelf handelend en voor hun zusters Henrick en Lisbeth, en verkopen met schepenbrieven aan Aert Jacop Smollers die een pacht van 1 mud rogge, maat van Oirschot, welke pacht Claes en Henrick als zoons van Jan Smollers hadden beloofd aan Claes van Lieshout, steeds te betalen op St. Jacopsdag uit al het bezit dat hun vader Jan hen had nagelaten, waar dat ook gelegen is etc. Die pacht had Claes van Lieshout verkocht aan Daniel natuurlijke zoon van Daniel Crommen, welke Daniel was verwekt bijde zuster van genoemde Claes (van Lieshout, JT) en welke pacht de verkopers van hun grootvader hadden geerfd. De verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen, ook namens de erfgenamen van Daniel natuurlijke zoon van Daniel van Lieshout (dus is Daniel Crommen senior de zelfde als Daniel van Lieshout, JT). Datum 25 juni 1482, getuigen Vlierden en Oudenhoven.

BP 1252 (Oirschot) okt 1482 – sept 1483 folio 86r
Claes Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 124BA periode 1 Jan. 1483 t/m 31 december 1483.
Komen is Daniel zoon wijlen Heijmerick Schepens en belooft aan Jan natuurlijke zoon van Gielis Crijns een jaarlijkse rente van 10 stuivers, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een huis, tuin etc., b.p. Aert van Lievendael, zijn broer Claes Schepens waarvan is afgedeeld, de straat. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 19 februari 1483, getuigen Crom, Lieveld en Braxatoris.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B periode 1 Jan. 1484 t/m 31 december 1484.
Komen is Claes zoon Heijmerick Schepens en belooft aan heer Henrick Belaerts ten zijnen behoeve en ten behoeve van diens wettige zusters Heijlwig en Margriet, een jaarlijkse rente van een rijnsguldens te gaan betalen, elke gulden van 20 stuivers, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd de Nageldonk, gelegen in herdgang Straten nabij de Verdonk, b.p. Aert van den Gruijthuijsen, de gemeijnte, Wouter Coolen. Nog op onderpand van een stuk beemd genoem het Elsbroek, b.p. de gemeenschappelijke straat, Aert Jacop Smollers, Willem Goijaerts, meester Aert van Weijlhuijsen. De schuldenaar belooft de onderpanden in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum op St. Mathijsdag 1484, getuigen Belaerts en Ven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A periode 1 Jan. 1486 t/m 31 december 1486.
Aert zoon wijlen Dirck Faes (Bierkens ofwel de Cuijper, JT) belooft aan Aert, Claes, Henrick, Goijaert en Lisbeth kinderen van Heijmerick Schepens die voortaan een pacht van 1 mud rogge te gaan betalen, maat Oirschot, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd de Braeck, groot 9 lopenzaad gelegen in herdgang de Notel, b.p. Peter Laenen, de verkoper. Datum op St. Laurentiusdag (=10 augustus, JT) 1486, getuigen Vlierden, Ansems en Snellaerts.

Aert uit de vorige akte mag de pacht aflossen tegen betaling van 28 peters, elke peter gerekend tegen 18 stuivers, samen metde volle termijn etc.

Voetnoot :
Is door mijn Jaspar van Esch doorgehaald met instemming van partijen. Datum Maria Geboortedag 1509, getekend : Jaspar van Esch (met fraaie handtekening, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A periode 1 Jan. 1487 t/m 31 december 1487.
Komen zijn Daniel, Henrick, Aert en Goijaert, broers en kinderen van Heijmerick Schepens van Lieshout, voor henzelf handelen en voor Claes en Lisbeth zijnde hun broer en zuster, en verkopen met schepenbrieven van Oirschot aan Joerden Ansems van Lieveld ten behoeve van de tafel van de H. Geest te Oirschot, een pacht van 4 lopen rogge maat van Orischot, welke pacht Dirck Willem Huijpermans had beloofd aan Aert Henrick Smeets, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag op onderpand van een zesterzaad land genoemd de Braeck, gelegen in herdgang Straten, b.p. Jacop Goessens, Wouter van den Grotenhuijs, de straat, Ermgaert de vrouw zijnde van Willem Huijpermans. Die rogpacht hadden ze geerfd van hun oom Henrick Aert Smeets zoals ze zeiden. De verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen. Datum 15 februari 1487, getuigen Crom en Dijck.

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A, periode 1 Jan. 1488 t/m 31 december 1488.
Claes Schepens belooft aan zijn broer Goijaert die voortaan jaarlijks een rente van anderhalve rijnsgulden, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land groot 3 lopenzaad, gelegen in herdgang Straten, b.p. Willem Goijaert Beckers, heer Aert de Crom, genoemde Claes, Gijsbrecht Gijben Hoppenbrouwers. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 5 juli 1488, getuigen Hersel en Aert Vos.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1493 t/m 31 december 1493.
Aernt Heijmerick Schepens heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met schepenbrieven van Oirschot inzake een pacht van 2 lopen rogge per jaar, maat van Oirschot die 5 jaar achterstallig is, welke pacht Jan Daniels van Berckt verklaard had in een schepenbrief van Oirschot dat hij die schuldig was volgens inhoud van een testament van Henrick de Smit, op onderpand van een beemd genoemd de Grootdonksbeemd, b.p. Henrick Gijben, verder rondom inde gemeijnte volgens de schepenbrief d.d. 12 maart 1481. Rutger de vorster heeft de uitwinning verzorgd en de koop is gegund aan Claes Schepens . Datum 10 september 1493, getuigen Jacop en Rutger.
Voetnoot :
Anno 1500 heeft Claes het bezit weer doorverkocht aan genoemde Aernden en de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 30 maart 1500, getuigen Jacop Henricks en Caerle.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1495 t/m 31 december 1495.
In het jaar 1498 op 9 september hebben Jan Janssen van Hoelst van Mol (woonachtig daar, JT) voor een helft en Peter Mathijs Mollers van Boxtel voor de andere helft, aan Aernden Henricks van der Ameijden beloofd dat ze hem zullen ontslaan voor de 3 laatste jaren van de pacht van de windmolen en de pacht zullen overnemen, zoals Aert die molen had gepacht van de heer van Merode, staande in herdgang de Kerkhof en zoals eerder gepacht van Adriaen Vos, schout etc.zoals op het blad hiervoor is vermeld. De pacht voor de nieuwe pachters vangt aan per a.s. St. Jansdag 1498 en dat voor 3 jaar lang, met alle verplichtingen dienaangaande zoals in dat eerdere kontrakt staan vermeld. Aert is verplicht de twee nieewe pachters te ontlasten voor de termijn van afgelopen St. Jansdag tot aan St. Jacopsdag erna. Genoemde Jan van Hoelst en met hem Gerat Janssen van de Ven, voor een helft en Peter Mathijs Smollers samen met Rutger Rutger Cluijstermans en Claes Heijmerick Scepens voor wat betreft de andere helft, beloven alle toekomende huurtermijnen zo te betalen dat Aernt van der Meijden en zijn borgen daarvoor verder gevrijwaard blijven. De huurtermijnen moeten betaald worden onder beding van parate exceutie en men kan geen beroep doen op privileges, poorterschap of klerkdom. Getuigen Jorden Hoppenbrouwers en Daniel Leeuw. (attentie jaartal is 1498, JT)

BP 1265 (Oirschot) okt 1495 – sept 1497 folio 419v
Claes Heijmerick Scepens

BP 1265 (Oirschot) okt 1495 – sept 1497 folio 419v – 420r
Die hoeve tot Roetelen (van Claes Heijmerick Scepens) in de herdgang van den Kerkhof

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1496 t/m 31 december 1496.
Claes Heijmerick Scepens verkoopt nu aan meester Daniel van Hersel, kanunnik te Oirschot, een pacht van 14 lopen rogge per jaar, Oirschotse maat, welke pacht Jan Jan Goossens van den Kerkhof, eerder had beloofd aan Daniel zoon heer Henrik Daniels, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd ´t Roestken, dat Daniel aan deze Jan had verpacht voor die 14 lopen rogge per jaar. Dat bezit is gelegen tussen het kerkhof van de St. Petruskerk, de akker van Rutger Willems van Oudenhoven en Claes had die pacht geerfd van zijn ouders en was hem in een boedeldeling met zijn broers en zusters toebedeeld. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant en de kant van zijn broers en zusters af te handelen. Datum 1 april 1496, getuigen Jan en Jacop Henricks.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1496 t/m 31 december 1496.
Jonker Wernaer van Merode heer van Oefalise, verkoopt met een vonnisbrief aan Claes Schepens een hoeve met toebehoren etc., gelegen in herdgang de Kerkhof, genoemd de hoeve ter Rotelen, zoals hij dat bezit had verkregen van Alaert Wuesten, de vorige eigenaar. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen, behalve wat betrft zijn aanspraken op het bezit van voor de datum van de vonnisbrief. (geen datum en geen getuigen vermeld, is handschrift van heer Henrik Jacops van Esch, JT)

Genoemde Claes Schepens uit de vorige akte belooft jonker Wernaert van Merode die per a.s. Maria Lichtmisdag een bedrag van 347 gulden en 5 stuivers te betaen, waarbij de gouden overlandse gulden 28 stuivers is, het vuurstaal 3 vlaamschen, de Philips- en karolusstuiver voor een brasdenarius en ander goed gangbaar geld. Verder moet hij een rente betalen van 1 gulden voor elke 15 gulden kapitaal. Maar behalve een brief van 3 gouden guldens en een van 4 gouden guldens, samen 95 gulden die deel zijn van die som geld, zal hij de som in Den Bosch in de secretarie daar brengen, of uit ander bezit betalen. Als hij dat bedrag heeft betaald, dan zal jonker Werner hem voor schepenen waar hij dat wenst te doen, de brief overhandigen over de aanspraken die hij op deze hoeve heeft en afstand doen van al zijn rechten, ...... behalve als er ... in deze brief is.. (volstrekt onleesbaar handschrift van heer van Esch, JT). Datum 17 april 1496, getuigen Jan en Jacop Henriks.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1496 t/m 31 december 1496.
Alaert Goossens van der Rotelen doet afstand van al zijn rechten die hij in een hoeve heeft, genoemd ter Rotelen, gelegen in herdgang de Kerkhof, welke rechten hij heeft geerfd van Aleijt dochter van Wouter van den Dijck. Dat betreft een pacht van 4 mud rogge en hij draagt deze aanspraken nu over aan Claes Heijmerick Schepens. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 3 juli 1496, getuigen Dirck en Jacop.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1497 t/m 31 december 1497.
Claes Heijmerick Scepens verkoopt nu aan zijn broers, Aert, Henrick en Goijaert en aan zijn zuster Lisbeth een huis, tuin etc., groot ca. een zesterzaad gelegen in herdgang Straten, b.p. Aert van Seelst, de straat. Nog verkoopt hij zijn deel in een akker genoemd de Tiendeloze akker en verder doet hij afstand van alle andere rentes, pachten etc., welk bezit Claes was toebedeeld in een brief. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 13 januari 1497, getuigen Rutger en Crom.

Genoemde Claes doet nog afstand ten behoeve van Henrick Heijmerick Scepens zijn broer, inzake een stuk land groot ca. 5 en een halve lopenzaad, gelegen in herdgang Straten, b.p. heer Aert de Crom, Willem Goijaert Beckers, Marcelis Jan Eessen, Aert van Seelst, Gijsbrecht Gijsbrecht Hoppenbrouwers. Daaruit moet hij jaarlijks 3 mud rogge betalen aan de H. Geest van Oirschot en anderhalve stuiver chijns aan Willem Hinckaerts. De verkoper belooft verder alle andere lasten van zijn kant af te handelen. Actum als boven.

Claes Heijmerick Schepens en Aert zijn wettige broer hebben afstand gedaan (akte is niet afgemaakt en doorgestreept, JT)

Claes Heijmerick Schepens uit de vorige akte heeft afstand gedaan van zijn aanspraken ten behoeve van Jan Janssen van Best inzake een stuk beemd genoemd de Nageldonk, gelegen in herdgang Straten, ter plaatse genoemd de Nageldonk, b.p. Gerart Jan Gerarts, Wouter Willem Colen, de gemeijnte. De koper moet hieruit jaarlijks een Philipspenning betalen. De verkoper belooft alle andere lasten van zijn kant af te handelen. Actum als boven.

Claes, Aert, Henrick, Goijart en Lisbeth uit de vorige aktes (kinderen Schepens, JT) hebben afstand gedaan van hun aanpspraken ten behoeve van Gerart Jan Gerarts inzake de helft van een beemd die nog onverdeeld is, genoemd het Elsbroek, waarvan Daniel Schepens de andere helft heeft, gelegen in herdgang Straten in het Quinckersche Broek daar, b.p. Jacop Smollers, de gemeijnte, Willem Goijaert Beckers, meester Aert van Weijlhusen. Daaruit moet hij het vierde deel van een oude grote betalen en de verkopers zullen verder alle lasten van hun kant afhandelen. Datum 15 januari 1497, getuigen Stayakker en Brouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1497 t/m 31 december 1497.
Claes Heijmerick Schepens heeft beloofd om voortaan aan Aernt Jacop Smollers die twee rijnsguldens per jaar te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer bper a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar, op onderpand van de hoeve ter Rotelen, gelegen in herdgang de Kerkhof hier, b.p. Jan Henricks van der Vloeten, Jacop van Dormalen en meer anderen, Aernt Henricks van der Ameijden, Jan Vervloet en meer anderen, de gemeenschappelijke straat, Peter Pels, Cleijs zoon heer Philips (van Geldrop, JT) en zijn broers en zusters. Nog op onderpand van een beemd genoemd de Berckt, gelegen onder Boterwijk hier, b.p. Dirck Goossens, Henrick van de Hagelaer, de gemeijnte, Dirck van de Hagelaer. De schuldenaar belooft de onderpanden in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 30 januari 1497, getuigen Crom en Hoppenbrouwers.

De rente uit de vorige akte kan altijd worden afgelost tegen betaling van 30 rijnsgulden, elke gulden tegen 20 stuivers, mits er 3 maanden vooraf is opgezegd. Actum als boven.

Claes Heijmerick Schepens heeft beloofd om voortaan aan Agnees dochter van wijlen Herman van der Heijmen, waarvan zij er het vruchtgebruik van krijgt en haar zoon Andries verwekt bij Jan Andries van de Laeck het erfrecht, die jaarlijks 2 rijnsguldens te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar, op onderpand van de hoeve ter Rotelen zoals in de vorige aktes is omschreven. Actum als boven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1497 t/m 31 december 1497.
Claes Heijmerick Schepens heeft beloofd aan Willem Goijaert Beckers die voortaan een jaarlijkse rente van 3 rijnsguldens te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag, op onderpand van een hoeve , huis, tuin etc., bouwland etc. alles tot die hoeve behorend genoemd de Hoeve ter Rotelen, groot ca. 4 mudzaad, gelegen in herdgang de Kerkhof, b.p. Jan Henricks van der Vloeten en meer anderen, Aert Vermeijden, Peter Pels, de gemeenschappelijke straat. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de pacht. Hij mag de pacht altijd aflossen op Maria Lichtmisdag, tegen betaling van 16 rijnsgulden voor elke gulden rente, waarbij de Andriesgulden 28 stuivers waard is, de gouden overlandse gulden 27 stuivers, de nieuwe kroon 35 stuivers, de oude kroon 34 stuivers, het vuurstaal 2 stuivers 1 oort etc. Datum 29 maart 1497, getuigen Gerart en Schoet.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1498 t/m 31 december 1498.
Claes zoon wijlen Heijmerick Scepens heeft aan zijn broer Goijaert beloofd die voortaan jaarlijks een pacht van 2 mud rogge te gaan betalen, Oirschotse maat, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land met een huis erop, groot ca. 5 mudzaad gelegen in herdgang de Kerkhof, b.p. de kinderen van Aleijt van de Schoet, Aert Vermeijden, Peter Pels, de straat. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de pacht. Datum op St. Paulusdag 1498, getuigen Joerden en Leeuw.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126, periode 1 Jan. 1500 t/m 31 december 1500.
Heer Aernt de Crom, priester en kannunik te Oirschot, heer Merten Vlemmincks priester, Jan van Os, Daniel van der meijden, Daniel van Vlierden, Joerden Ansems, Willem van den Borchakker, Everaert Marcelis, Henrick van den Dijck, Heijn van Riel, Claes Scepens, Henrick Peter Agnesen, Jan Faes, Aert de Crom, Willem Lambrechts, Willem de Brouwer, Jan Francken, Wouter Oijen, Lemmen Oijen, Gerart van Gestel, Goijaert Loijs, Gielen Gheerlicks en Peter Oijen als inwoners van herdgang de Kerkhof, machtigen hierbij Daniel de Leeuw en Wouter de Verwer on ten behoeve van de herdgang 60 Rijnsguldens op te nemen en daarvoor een jaarlijkse rente te werven en deze rente ook jaarlijks te helpen zetten. Maar de rente heeft een onbepaalde looptijd. Datum op St. Bartholomeusdag 24 augustus 1500 (= Oirschot kermis, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 126, periode 1 Jan. 1500 t/m 31 december 1500.
Aernt van Seelst (van der Schueren, JT) heeft beloofd om aan Claes Scepens die per a.s. Maria Lichtmisdag over twee jaar 12 Rijnsguldens te betalen, en elke Maria Lichtmisdag een rente tegen de penning 15. Datum op St. Dionijsdag 1500, getuigen Jacop en Thomas.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1503 t/m 31 december 1503.
Aert van Seelst belooft aan Claes Schepens die per a.s. Maria Lichtmisdag een bedrag van 14 rijnsguldens en 14 stuivers te betalen. Datum op St. Dionijsdag 1503, getuigen Brouwer en Maes.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1504 t/m 31 december 1504.
Claes Heijmerick Schepens verkoopt aan Joerden Dirck Brouwers een stuk broekland, groot anderhalve bunder gelegen in de gemeente Oostelbeers, b.p.de verkoper, de sloot aan de kant van genoemde Joerden, een vaarweg, heer Willem Daniels van Petershem. Genoemde Claes en Aert Heijmerick Schepens beloven samen de verkoop gestand te doen en het perceel heeft ook recht van overpad over het erf van Claes als verkoper dat ervan is afgedeeld. Datum 20 februari 1504, getuigen Cremer en Hoppenbrouwers.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1504 t/m 31 december 1504.
Aert Heijmerick Schepens als gemachtigde voor Henrick Meeus Crommen heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met een dokument van huwelijkse voorwaardes en andere schepenbrieven van Oirschot inzake een pacht van 2 mud rogge per jaar, die Alaert Wuest bij de huwelijkse voorwaardes had beloofd aan Claes Heijmerick Schepens met Heijlwich natuurlijke dochter van genoemde Alaert, op onderpand van al zijn bezit, zowel roerend als onroerend zoals dat dokument daarover inhoudt, opgemaakt door heer Henrick Belaerts, priester d.d. 4 juni 1480 des voormiddags om 10 uur. Daarop heeft de heer (de schout namens de heer, JT) een onderpand geleverd zijnde een stuk beemd genoemd ´t Tregelaer gelegen achter Oudenhoven daar, b.p. de kinderen van Onstaden, de gemeijnte, Joerden de Hoppenbrouwer. Melis Peters al vorster heeft de uitwinning verzorgd en de koop is gegund aan Claes Schepens voor de achterstalligheid en de kosten van de uitwinning. Het bezit is ook in Den Bosch gepubliceerd geweest volgens een vidimusbrief. Datum 10 mei 1504, getuigen Colen, Cremer en Hoppenbrouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1505 t/m 31 december 1505.
Aernt Jansen van der Scueren heeft beloofd aan Claes Heijmerick Schepens die per a.s. Maria Lichtmisdag over twee jaar een bedrag van 15 rijnsguldens te betalen samen met een rente van een gulden per jaar. Datum op St. Antoniusavond 1505, getuigen Gielis en Goijaert.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1505 t/m 31 december 1505.
Wouters, Lupprecht Verhaegen, Joen de Maelder (= Jeroen Bosch, JT), de straat daar. De straat hoort bij dit perceel tot aan het Hagelaer toe daar. Lasten hieruit zijn een half Bosch mud rogge per jaar te leveren aan de H. Geest van Vught en de grondchijns, nog 3 rijnsguldens per jaar die Claes Schepens eerder had beloofd aan Willem Goijaert Beckers. De verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen en als er enige onbekende de lasten zijn, dan zullen ze die samen betalen. Actum als boven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1507 t/m 31 december 1507.
Henrick de Crom verklaart dat Heijlwich weduwe en kinderen van Claes Heijmerick Scepens een pacht van 2 mud rogge mogen aflossen, na het overlijden van Henrick de Crom en diens vrouw Heijlwich, welke pacht Alaert Wuesten eerder had beloofd aan Claes Schepens met Heijlwich dochter van Alaerts Wuesten volgens een dokument daarover met huwelijkse voorwaardes, en welke pacht genoemde Claes had verkocht aan genoemde Henrick de Crom. Betaling kan geschieden met 28 peters voor elk mud rogge. Datum 13 maart 1507, getuigen Leeuw en Berse.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128 A periode 1 Jan. 1509 t/m 31 december 1509
Philips zoon wijlen Claes zoon heer Philips (van Geldrop, JT), Adriaen Aert Mengelen als man van Heijlwich dochter van wijlen Henrick heer Philips (van Geldrop) en Lisbeth dochter van wijlen Henrick Heer Philips met Goossen Peter Ruelens als haar voogd, welke Goossen ook handelt als man van Wouter dochter van wijlen Aleijt Henrick heer Philips van Geldrop, verkopen aan Cornelis Smeets ten behoeve van Heijlwich weduwe van Claes Scepens waarvan zij er het vruchtgebruik van krijgt en haar wettige kinderen van Claes daarvan het erfrecht, een stuk land, gelegen in herdgang de Kerkhof, b.p. de koper, Lupprecht van Hersel en zijn kinderen, Peter Pels, Heijlwich weduwe van Aert Thomas van de Venne. Datum 17 juni 1509, getuigen Happo, Dirck, Jan Henricks en Goijaert Aelbrechts.

R.A. Oirschot, inv. nr. 133A periode 1 Jan. 1538 t/m 31 december 1538
Henrik Rutger Belaerts doet hierbij afstand van het recht van vruchtgebruik inzake de helft van een akker, in totaal groot ca. 6 lopenzaad, gelegen in Oirschot herdgang de Kerkhof, b.p.de straat daar, de kinderen van Henrick Philips van den Scoet, de kinderen van Dirck Corstiaens, de kinderen van Thomas van den Ven, Henrick van der Vloet. Hij doet er nu afstand van ten behoeve van heer Joest en Henrick, zijnde zijn zoons voor zover dat die daar een rente op kunnen nemen van 2 Karolusguldens van Heijlwich weduwe van Claes Scepens. Actum als boven.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Claes Heijmerick Daniel Schepens?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Claes Heijmerick Daniel Schepens

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

  • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
  • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
  • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).

Verwantschap Claes Heijmerick Daniel Schepens



Visualiseer een andere verwantschap

Bronnen

  1. Bewerking van het oud rechterlijk archief Oirschot door Jan Toirkens
  2. R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1497 t/m 31 december 1497.

Aanknopingspunten in andere publicaties

Deze persoon komt ook voor in de publicatie:

Over de familienaam Schepens

  • Bekijk de informatie die Genealogie Online heeft over de familienaam Schepens.
  • Bekijk de informatie die Open Archieven heeft over Schepens.
  • Bekijk in het Wie (onder)zoekt wie? register wie de familienaam Schepens (onder)zoekt.

Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
Kees van den Aker, "Stamboom Van den Aker, Van Eindhoven, Schepens en Verhoeven", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom_van_den_aker/I5018.php : benaderd 21 mei 2024), "Claes Heijmerick Daniel Schepens (< 1477-± 1507)".