Zij zijn getrouwd in het jaar 1370 te Leeuwarden, Frysland, Nederland., zij was toen 20 jaar oud.
Kind(eren):
Afkomstig uit Leeuwarden.
Zij was de bezitster van Camminghaburg bij Leeuwarden.
Ella era el poseedor de Camminghaburg en Leeuwarden.
Voor 1424.
Zij is getrouwd met Gerrolt Gherbeth Taeckes Kammyngha Cammingha 1370 te Leeuwarden.
Vermeld in 1399 als heer van Leeuwarden op Camminghaburg, verkregen door zijn vrouw Hack.
Listado en el año 1399 como señor de Leeuwarden en Camminghaburg obtiene su esposa Hack .
Kinderen:
Zoon van Camminga Cammingha 1370-?.
Zoon Gerrolts Cammingha 1371-?.
- Saeck Gerrolts Cammingha Camminga 1380-?.
Wick Wiek Gerrolts Gerroltsdr Cammingha Camminga 1380-1424.
CAMMINGHA (pietee Van), een zoon van den voorgaande, bij diens tweede vrouw, wordt beschuldigd zijne zuster Wiek van Cammingha, erfgename geworden van zijne oudere broeders, die kinderloos overleden zijn, met geweld van de erfenis, waartoe Camminghaburg behoorde, te hebben ontzet. Hij behoorde tot de partij der Vetkoopers, en teekende in 1422, toen de overheersching van den Hertog Jan van B e ij e r e n overal misnoegen verwekte, met eene menigte Oost-Fricsche en Groningsche Edelen en Friesche Schieringers en Vetkoopers, te Groningen een zocnverdrag, ten einde zicli gezamenlijk tegen de dwingelandij te kunnen vereelten; welk verdrag, gevolgd door eenige gelukkig uitgevallen krijgsverrigtingen, oorzaak was, dat de Hertog genoodzaakt werd de vrijheden der Friezen op nieuw te bevestigen en zelfs te vermeerderen. .
In 1437 werd hij Grietman van Lccuwardcrdeel, doch werd reeds in 1438 door Oene van Wiarda opgevolgd en testeerde in 1440. Hij was gehuwd met Syts of Sitte Lousma, weduwe van den Olderman Petrus vanCamstra, en liet bij haar twee zoons en twee dochters na.
Zie Sjoerds, Friesche Jaarb. D. IV. bl. 471—487; Bncrdt van Sin in ia, Nieuwe Nuaml. der Grietm. bl 13; Stamboek van den Fneschen adel.
---------------------------------------------
Cammingha (pietee Van), un hijo de la anterior, en su segunda esposa, acusó a su hermana W iek de Cammingha, se convirtió en heredero de sus hermanos mayores que no tienen hijos fallecidos, por la fuerza de la herencia, que Camminghaburg debe tener horrorizado. Pertenecía al partido de Vetkoopers, y dibujó en 1422, cuando la dominación del duque Juan de B e ij honra levantó todas partes descontento, con una multitud Oriente Fricsche y Groninger nobles serbios y Fries Schieringers y Vetkoopers, Groningen una zocnverdrag en terminan zicli endurecer juntos contra la tiranía; que la convención seguida por algunos get inoperante feliz verrig ordenanzas, fue la causa, que el duque se vio obligado a confirmar las libertades de los frisones de nuevo e incluso se multiplican. .
En 1437 se convirtió en Grietman de Lccuwardcrdeel, pero ya ha sido sucedido por Oene de Wiarda en 1438 y la prueba generada en 1440. Estaba casado con Syts o Sitte Lousma, viuda del olderman Peter vanCamstra, y se fue con sus dos hijos y dos hijas.
Ver Sjoerds, añob frisón. D. IV. bl. 471-487; Bncrdt del Pecado en ia, Nueva Nuaml. der Grietm. BL 13; Pedigree de la nobleza Fneschen.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------
Zie Leeuwarder Historische Reeks VI-74.
Zij was de bezitster van Camminghaburg bij Leeuwarden.
Uit haar huwelijk 2 zoons, die vroeg en kinderloos overleden, en ook 2 dochters.
In 1424 is sprake van de erfenis van Gerrolt en Hack en is hun enig overgebleven kind, dochter Wick, hun erfgenaam.
----------------------
Ver Leeuwarden Historical Series VI-74.
Ella era el poseedor de Camminghaburg en Leeuwarden.
De su matrimonio con dos hijos, que pidieron y sin hijos fallecidos, y dos hijas.
En 1424 se encuentra el legado de Gerrolt y Hack y es su único hijo restante, hija Wick, su heredero.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Cammingha afkomstig uit Ferwerd,
Hij wordt ook vermeld als Gerrard of Gerrit en was afkomstig van Camminghastate bij Ferwerd.
Aanhanger van Albrecht van Beieren in 1398 en door deze tot baljuw benoemd van Zuidelijk Oostergo.
Vermeld in 1399 als heer van Leeuwarden op Camminghaburg, verkregen door zijn vrouw Hack.
Camminghaburg werd toen door de Schieringers onder Dekema, Hania en Botnia ingenomen en hij moest vluchten naar Holland en bleef daar tot 1401 in ballingschap.
Genoemd met Botte van Helbada in OFO I-27 d.d. 2-2-1418.
Hij wordt later genoemd in het testament van zoon Peter.
Zie voor hem en zijn nageslacht Leeuwarder Historische Reeks VI-74.
------------------------------
Cammingha de Ferwerd ,
También se menciona como Gerrard o Gerrit y vino de Camminghastate en Ferwerd .
Seguidor de Albrecht de Baviera en 1398 y nombrado Oostergo Sur. Estos al alguacil
Listado en el año 1399 como señor de Leeuwarden en Camminghaburg obtiene su esposa Hack .
Entonces Camminghaburg fue ocupada por los Schieringers bajo Dekema , Hania y Botnia y tuvo que huir a Holanda , donde permaneció hasta 1401 en el exilio.
Nombrado con Botte van Helbada en OFO I- 27 de fecha 02/02/1418 .
Más tarde, se menciona en el testamento del hijo Peter .
Para él y para su descendencia Leeuwarden Historical Series VI- 74 . Ver
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Cammingha State te Ferwerd
Ligging Deze State stond ten noordwesten van Ferwerd, gemeente Ferwerderadeel.
Tekening van de State door onbekende tekenaar (18e eeuw?)
Ontstaan De state of stins is al vóór 1400 gebouwd.
Geschiedenis Cammingha te Ferwerd werd als gebouw voor het eerst in 1468 genoemd: als een slotken dat beheert is van een geheeten Ticke. In 1511 heette het Kammyngen guedt to Ferwert. Deze Ferwerder stins was een van de huizen van de Cammingha's, een der aanzienlijkste en ook vroegst vermelde Friese adellijke geslachten.
In de 12de eeuw worden verschillende edellieden, waaronder een Kempo, in Blija, een dochterparochie van Ferwerd, genoemd. In de 16de eeuw werden zij door Sibrandus Leo als voorouders van de Cammingha's van Cambuur en van die te Ferwerd beschouwd.
Als we de gegevens in oorkonden en kronieken over de Ferwerder Cammingha's combineren met de aanwijzingen die de 16de-eeuwse genealogische handschriften geven, valt voor Cammingha state te Ferwerd met enige moeite een mogelijke verervingslijn vanaf het einde van de 14de eeuw te construeren. Een mooie entree is een citaat uit het genealogische handschrift van Upcke van Burmania uit 1597. Die vertelt dat "Camminghastins aan de noordzijde van de kerk in het dorp Ferwerd lag, waar tegenwoordig geen resten van wat voor stins ook maar aanwezig zijn. De plaats heeft de naam Cammingha tot op de dag van vandaag echter steeds behouden, hoewel zij aan anderen, de Mockema's, is gekomen".
In 1399 werd Gerrolt Cammingha uit Ferwerd door de Hollandse graaf Albrecht van Beieren beleend met de heerlijkheid van ondermeer Ferwerd en Leeuwarden. Hij was getrouwd met Hac Sidses Cammingha van Cambuur. Hun stins te Camminghaburen was in de jaren rond 1400 een Hollands steunpunt in het opstandige Friesland. Cammingha te Ferwerd kan aan verwanten van Gerrolt zijn gekomen, maar de belening met Ferwerd en ook de latere gegevens over de Cammingha's wijzen er op dat hij ook met zijn geboorteplaats Ferwerd relaties bleef onderhouden. Gerrolts dochter Wick trouwde met Taco Cammingha uit Ferwerd, een verwant in de vierde graad van haar vader Gerrolt, die in 1422 als Vetkoper hoofdeling voorkomt.
Een tijdgenoot, mogelijk een neef, van Taco was Gerbeth Kammingha van Ferwerd. In 1418 wordt hij als eeheer (dorpsrechter) in Ferwerd, in 1422 als Schierings hoofdeling en in 1448 als mederechter in Ferwerderadeel vermeld. Hij zou getrouwd zijn geweest met Doedt Bottesdr Helbada van Ferwerd. Indien we aannemen dat deze de naam van zijn moeder aannam, zou Taeke Helbada of Hilderda hun zoon geweest kunnen zijn. Voor 1475 trouwde hij met Doedt Holdinga, de weduwe van Taeke Mockema.* In 1468 werd Taeke ("Ticke") vermeld als militair belangrijk hoofdeling in Oostergo: een Hollandse spion spreekt van het dorp geheeten Ferwart mit een slotken dat beheert is van een geheeten Ticke. In 1475 werd Mockema-huys in Dokkum, waar Taeke en Doedt toen verbleven, door Sydts Bottinga en Aede Jongama zonder succes belegerd.
Een van hun zonen was Taeke Mockema, die trouwde met Auck Jellinga alias Markla.** Een andere zoon was Gerbeth Mockema, die in 1511 op Kammyngen guedt to Ferwert woonde. In 1512 werd hij, verdacht van heulen met graaf Edzard van Ostfriesland, samen met zijn neef en buurman Gemme Herjuwsma onthoofd.
Na zijn dood kwam Cammingha-goed waarschijnlijk aan zijn zuster Rints van Mockema, die gehuwd was met Syds van Sjuxma. Haar zoon Aebe wordt in 1540 als eigenaar vermeld en was van 1520-1528 grietman van Ferwerderadeel. Zijn achternicht Womck van Mockema (plm. 1600) zou de state geërfd hebben; zij was gehuwd met Roeland van Achelen, sedert omstreeks 1572 grietman van Dantumadeel, die er op het einde van zijn leven een plantage liet aan¬leggen. In 1640 is Womck van Unia eigenaresse, kleindochter van Roeland van Achelen. Zij verkocht driekwart van de state aan Hendrik van Marssum, burgemeester van Leeu¬warden, van wie het goed voor een deel vererfde op een dochter gehuwd met Jurjen van Vierssen. In die periode (1645) valt een meting waarvan het verslag bewaard is. De meting wordt gedaan wegens een acte tussen Oene Andries van Albada requestrant tegen Jac. Marssum c.s. gedaagde. 'Het hornleger is met de graft, singel ende coy samt uytreed tesa¬men ruim 23 pondemaat groot bevonden'. Ten noorden van de oprit lag een kooltuin, van het hornleger gescheiden door een bouwland van twee pondemaat. De broeder van Jurjen van Vierssen, Assuerus was de nu volgende eigenaar, die zich in tweede huwelijk bond aan Jisca van Geersema. Zijn dochter Titia werd de echtgenote van Fr. Azn. van Burum op wiens naam `nomine uxoris' de stem staat in 1698 (stemkohier). Hun zoon Allard van Burum was in 1721 eigenaar (Stellingwerf). Hij was sedert 1722 Grietman en stierf in 1729.
Hij heeft de aanzet gegeven tot het later zeer omvangrijke familiebezit van de Vegilins en Eysinga's in deze grietenij. Eerst was hij grietman van Doniawerstal, van 1705 tot 1722, daarna van Ferwerderadeel, tot zijn dood in 1729.
Door zijn weduwe, Alexandrine Eleonore van Plettenberg, wordt de state in 1730 verkocht aan Assuerus Vegilin van Claerbergen. Een jaar later wordt ze weer medebewoonster door haar huwelijk met deze Assuerus.
De state wordt tussen 1738 en 1748 gekocht door Tjalling Homme van Haersolte. Hij sterft in 1789, waarna zijn nicht Anna Elisabeth van Echten de state erft. Zij was getrouwd met Horatius Allard Hiddema van Knijff, een achterkleinzoon van Allard van Burum die de laatste bewoner van het Huis geweest is. Na zijn dood en die van zijn weduwe twee jaar later, werd het goed in 1810 verkocht aan D.J. Folkertsma, die de state kort daarna liet afbre¬ken. De tuinen waren blijkens die verkoop verdeeld in een 'Naantje hof', een 'ka'tuin, een Vijvertuin, de Noordercingel en de Wildernis.
Cammingha-state was samen met Herjuwsma het belangrijkste adelshuis in Ferwerd. Het bijbehorende land grensde aan het geestelijk goed van de parochiekerk en lag deels in de opstrek daarvan. Bij een opmeting van 1645 werd de omgeving van het huis als volgt omschreven: het hornleger is met de graft, singel ende coy samt uytreed tesamen ruim 23 pondemaat groot bevonden. Op de kaarten van 1718 en 1832 is een ruim patroon van grachten, singels en lanen te zien. Een laan verbond de state en de kerk rechtsreeks. Rond 1600 werd bij het huis een "plantage" aangelegd, en ook rond 1720 schijnt opnieuw aan de tuinaanleg gewerkt te zijn.
De tekening van Stellingwerf laat een eenvoudig langwerpig huis uit de 16de en 17de eeuw zien. Het bestond uit 4 delen, waarvan drie gedeelten in elkaars verlengde stonden en een vierde deel dat loodrecht op het middelste gedeelte stond. Deze 4 bouwdelen waren allemaal slechts één verdieping hoog en voorzien van zadeldaken. Eventuele middeleeuwse resten zijn niet zichtbaar.
Het terrein waar de state op stond was toegankelijk via een bijzonder fraai poortgebouw, dat stellig een van de mooiste van Friesland geweest moet zijn. Het gebouw werd waarschijnlijk tegen het einde van de 16e eeuw gebouwd en was daarmee veel ouder dan het vergelijkbare poortgebouw van de Poptaslot te Marssum.
Het poortgebouw had boven de doorgang drie verdiepingen met ramen en was daarmee zo hoog, dat het door steunberen geschraagd moest worden, terwijl de korfbogige doorgang door pilasters geflankeerd werd.
De geveltop was overdadig versierd met rolwerk in de stijl van Hans Vredeman de Vries. Tegen het poortgebouw aan stond een achtzijdige traptoren, die hoog opging en bekroond werd door een spits met ui. Het is erg jammer dat ook dit poortgebouw in 1818 is afgebroken.
Rond 1976 heeft er een ruilverkaveling plaats gevonden, waarbij de oude grachtenstructuur weer grotendeels hersteld werd. Bij deze herstelwerkzaamheden stuitte de kraanmachinist op restanten van het poortgebouw. Het lijkt er op dat het hier alleen om puin gaat, geen funderingen meer. Het terrein werd toen gekocht door de familie Van Herpen, waarna het terrein "in de loop van de jaren uitgegroeid [is] tot een 3 ha. groot conceptueel kunstwerk; het is een leef- en gebruiksruimte die gebaseerd is op symbiotische natuurbenadering". Het huidige "Cammingha Hof' wordt incidenteel opengesteld.
* UvB, sub Mockema en Unema, noemt de tweede man van de weduwe van Taeke Mockema niet Taeke Helbada, maar Taeke Unema. Vanwege de hypothetische verervingslijn Cammingha-Helbada-Mockema en de continuïteit van de voornaam Gerbeth is gekozen voor Rispens' versie. Ook SFA I, 278, en NO, II, 302, doen dat trouwens. Unema's en Helbada's waren verwant: zie Helbada te Ferwerd.
** Zie Markla te Hallum.
Bewoners rond 1400 Gerrolt Cammingha, in 1399 te Camminghaburen bij Leeuwarden
1412 Taco Cammingha van Ferwerd en zijn vrouw Wick Gerroltsdr. Cammingha
1418, 1422, 1448 Gerbeth Kammingha van Ferwerd
1468 Taeke Helbada, getrouwd met Doedt Holdinga, wed. van Taeke Mockema
1511 - 1512 Gerbeth (of Gerbrand) Mockema
Rints van Mockema en Syds van Sjuxma
1540 Aebe van Sjuxma
ca 1600 Womck van Mockema, gehuwd met Roeland van Achelen
Womck van Unia
Hendrik van Marssum
Jurjen van Vierssen
Assuerus van Vierssen
1698 Titia van Vierssen en Fr. Azn. van Burum
- 1729 Allard van Burum, getrouwd met Alexandrine Eleonore van Plettenberg
1729 - 1730 Alexandrine Eleonore van Plettenberg
1730 Assuerus Vegilin van Claerbergen
ca 1740 - 1788 Tjalling Homme van Haersolte
1789 - 1808 Anna Elisabeth van Echten
1818 D. J. Folkertsma
1976 - heden familie Van Herpen
Huidige doeleinden Van de State is niets meer terug te vinden. Het terrein is privé-eigendom.
Wat nog resteert zijn twee waterputten van respectabele ouderdom; deze zijn van los gestapelde stenen. Recht voor het huis liggen de structuren van de vroegere gracht; daar bevinden zich ook de restanten van het poortgebouw.
Opengesteld Op het vroegere terrein bevindt zich nu de "Camminga Hof" (INFO).
Foto's Foto van het huidige woonhuis en Cammingha Hof (2008) Satellietfoto van de Cammingah Hof (2008, Google Earth) Tekening van de State door J. Stellingwerf uit 1722
Tekening van de State door onbekende tekenaar (18e eeuw?) Plattegrond van het State terrein ca 1830 Kaartje met ligging Cammingha State
Bronnen Tekst: Jan Leemburg
de heer A. van Herpen
Elward en Karstkarel, Stinsen en States, Adellijk wonen in Friesland, 1992
P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009
Herma M. van den Berg, De monumenten van geschiedenis en kunst, Noordelijk Oostergo, Ferwerderadeel
A. Algra, De historie gaat door het eigen dorp, ca. 1955
Foto 1 en 2: de heer A. van Herpen
Afb. 1: States en Stinsen, adellijk wonen in Friesland, 1992
Afb. 2 en 3: Joh. van Dijk, 'Van ter sted tot olde stins', Nunspeet, 1987.
------------------------------------------------
Cammingha Estado Ferwerd
Ubicación Este Estado fue al noroeste de Ferwerd , municipio Ferwerderadeel .
Dibujo del Estado por el artista desconocido ( siglo 18 ? )
Génesis El estado de Stins ha sido construida antes de 1400 .
Historia Cammingha a Ferwerd era como construir mencionado por primera vez en 1468 : como slotken que se ejecuta es un ticke geheeten . En 1511 fue llamado Kammyngen guedt a Ferwert . Este Ferwerder Stins fue una de las casas de los Camminghas , una nobleza de Frisia de los más distinguidos y más temprana en la lista.
En el siglo 12 , varios nobles , como Kempo , en Blija , llamado parroquial hija de Ferwerd , . En el siglo 16 eran Sibrandus Leo como antepasados de los Camminghas de Cambuur y que Ferwerd considerado .
Si combinamos los datos de los documentos y las crónicas de los Camminghas Ferwerder con las instrucciones que dan los manuscritos genealógicos del siglo 16 , se enamora de estado Cammingha a Ferwerd con alguna dificultad de construir. Posible línea de herencia desde el final del siglo 14 Una hermosa entrada es una cita del manuscrito genealógico de Upcke de Burmania de 1597. ¿Quién dice que " Camminghastins en el lado norte de la iglesia en el pueblo Ferwerd era donde ahora no hay restos de lo que incluso presentar para Stins . El lugar se llama Cammingha hasta la actualidad , sin embargo , siempre mantuvo , aunque a los demás el Mockema de , ha llegado " .
En 1399 fue Gerrolt Cammingha de Ferwerd empeñado por los holandeses Conde Albrecht de Baviera con la gloria de incluir Ferwerd y Leeuwarden . Estaba casado con Hac Sidses Cammingha de Cambuur . Sus Stins a Camminghaburen fue en los años alrededor de 1400 un punto de apoyo en el holandés Friesland rebelde. Cammingha a Ferwerd puede haber llegado a los familiares de Gerrolt pero con préstamos Ferwerd y los datos posteriores sobre Camminghas indicar que se mantuvo . Ferwerd relaciones con su lugar de nacimiento Hija Gerrolts Wick casó Taco Cammingha Ferwerd de un pariente en el cuarto grado de Gerrolt su padre , que se producen como cabeza del carril Vetkoper en 1422 .
Un contemporáneo , posiblemente un primo, Taco era Gerbeth Kammingha de Ferwerd . En 1418 , él como eeheer ( tribunales de aldea ) en Ferwerd , en 1422 como jefe Schie Anillos ambiente y en 1448 como co - juez indica en Ferwerderadeel . Habría sido Doedt Bottesdr Helbada de Ferwerd casado. Si asumimos que este tomó el nombre de su madre, que podría ser. Taeke Helbada o Hilderda sido su hijo En 1475 se casó con Doedt Holdinga , la viuda de Taeke Mockema * En 1468 fue Taeke ( " ticke ") aparece como headling importante militar en Oostergo : . Un espía holandesa habla de la aldea geheeten Ferwart con slotken que se ejecuta es una geheeten ticke . En 1475 fue Mockema - huys en Dokkum , donde Taeke Doedt y luego se quedó, asediado por Sydts Bottinga y Aede Jongama sin éxito.
Uno de sus hijos fue Taeke Mockema que se casó Auck Jellinga alias Markla . ** Otro hijo era Gerbeth Mockema , quien en 1511 en Kammyngen guedt a Ferwert vivido . En 1512 , era sospechoso de colaborar con el Conde Edzard de Frisia oriental , junto con su primo y vecino Gemme Herjuwsma decapitado .
Después de su muerte Cammingha raíces probablemente llegó a sus Rints hermanas de Mockema , que estaba casada con Syds de Sjuxma . Su hijo Aebe aparece como titular en 1540 y fue desde 1520 hasta 1528 grietman de Ferwerderadeel . Su Womck primo Mockema (alrededor de 1600 ) habría heredado el estado , que estaba casada con Roeland van Achelen , circa 1572 grietman de Dantumadeel , que al final de su vida de una plantación de izquierda a sentar ¬ puesto . En 1640 Womck del propietario Unia , nieta de Roeland van Achelen . Vendieron tres cuartas partes del estado a Enrique de Marssum , el alcalde de León ¬ guardia , cuyo bien en parte heredado una hija casada con Jurjen van Vierssen . Durante este período ( 1645 ) una medición de los cuales es el informe guardado . Falls La medición se realiza a causa de un acto entre Oene Andries van Albada requestrant contra Jac . Marssum acusado et al. " El ejército del cuerno con el injerto samt tímido, solo ingreso uytreed tesa ¬ talla grande encontró más de 23 libras. Al norte de la entrada era un jardín repollo, el ejército cuerno separados por terreno cultivable por dos libras. El hermano del Jurjen van Vierssen , Asuero era el nuevo propietario ahora , que están en segundo vínculo matrimonial a Jisca de Geersema . Su hija Titia era la esposa del padre . Azn . de Burum en cuyo nombre ` nomine uxoris ' el estado de voz en 1698 ( stemkohier ) . Su hijo Allard van Burum fue en 1721 propietario ( Stellingwerf ) . Fue Grietman desde 1722 y murió en 1729.
Se ha iniciado la última gran familia es propietaria de la Vegilins y Eysinga en este grietenij . Primero fue grietman de Doniawerstal , 1705-1722 , después de Ferwerderadeel , hasta su muerte en 1729.
Por su viuda, Eleonore Alexandrine Plettenberg , el Estado vendió en 1730 a Asuero Vegilin de Claerbergen . Un año más tarde se vuelve a co - residente a través de su matrimonio con el Asuero .
El estado está entre 1738 y 1748 compró Tjalling Homme Haersolte . Murió en 1789, después de que su sobrina Anna Elisabeth van echten los hereda del estado. Se casó con Horace Allard Hiddema de Knijff , nieto de Allard van Burum que el último ocupante de la casa era . Después de su muerte y la de su viuda, dos años más tarde , se vendió bien en 1810 para DJ Folkertsma , que abandonó poco después el estado de degradación ¬ ken . Los jardines fueron divididos de acuerdo a las ventas en un tribunal Naantje , "a" ka'tuin un estanque de jardín , la Noordercingel y el desierto .
Estado Cammingha era Herjuwsma junto con la casa principal en la nobleza Ferwerd . El suelo correspondiente limita al bien espiritual de la iglesia parroquial y estaba en parte en el opstrek mismo. En una encuesta de 1645 , el área alrededor de la casa , se describe de la siguiente manera : el ejército cuerno con el injerto samt tímido, solo ingreso uytreed a más de £ 23 eran de gran tamaño. En los mapas de 1718 y 1832 se muestra . Que un patrón de canales , avenidas y calles Una avenida vinculado el estado y la iglesia directamente . Alrededor de 1600 la casa fue una " plantación " distribuido, y parece ser . Trabajando nuevamente también el paisaje alrededor de 1720
Dibujo Stellingwerf muestra una sencilla casa rectangular de los siglos 16 y 17. Consistía en cuatro partes , tres partes en una línea y un cuarto fuera perpendicular a la sección media era . Estos cuatro componentes eran sólo un piso alto y con techos a dos aguas . Los restos medievales no son visibles.
El área donde el Estado insistió se accedió a través de una hermosa puerta de entrada , que debe ser . Ciertamente ha sido una de las más bonitas de Friesland El edificio fue construido probablemente a finales del siglo 16 y fue por lo tanto, mucho más antigua que la casa del guarda comparable del Poptaslot a Marssum .
La puerta de entrada tenía tres pisos por encima de pasaje con ventanas y por lo tanto era tan alto que tuvo que ser apoyado por contrafuertes , mientras que el paso korfbogige estaba flanqueado por pilastras .
El frontón estaba decorado profusamente con el trabajo de desplazamiento en el estilo de Hans de Vries Vredeman . Por la puerta de entrada estaba en una torre de escalera octogonal , que se fue alto y estaba coronada por un chapitel con cebolla . Es muy lamentable que esta caseta fue demolida en 1818.
Alrededor de 1976 , la consolidación de la tierra se llevó a cabo , en la antigua estructura de canal fue en gran medida reanudó . En esta restauración corrió el operador de la grúa sobre los restos de la casa del guarda . Parece que casi ruinas aquí , no hay más fundaciones . El sitio entonces fue comprado por la familia Van Herpen , el campo "en el curso de los años tiene [ es ] un 3 ha trabajo conceptual del arte. Es la vida y la utilización basada en el enfoque de la naturaleza simbiótica " . La actual " Cammingha Corte en ocasiones se abrió .
* UVB , sub Mockema y Unema , llama al segundo esposo de la viuda de Taeke Mockema no Taeke Helbada pero Taeke Unema . Debido a la herencia línea hipotética Cammingha - Helbada - Mockema y la continuidad del nombre fue elegido versión Gerbeth Rispens ' . SFA también I, 278 , y NO, II , 302, hacerlo de todos modos . Unema y de Helbada fueron relacionados : ver Ferwerd Helbada .
** Ver Markla para Hallum .
Los residentes alrededor de 1400 Gerrolt Cammingha , en 1399 a Camminghaburen en Leeuwarden
1412 Taco Cammingha de Ferwerd y su esposa Wick Gerroltsdr . Cammingha
1418, 1422, 1448 Gerbeth Kammingha de Ferwerd
Taeke Helbada 1468, se casó con Doedt Holdinga , apuesta. de Taeke Mockema
1511 - 1512 Gerbeth ( o Gerbrand ) Mockema
Rints de Mockema y Syds de Sjuxma
1540 Aebe de Sjuxma
ca 1600 Womck de Mockema , casado con Roeland van Achelen
Womck de Unia
Enrique de Marssum
Jurjen van Vierssen
Asuero de Vierssen
1698 Titia de Vierssen y el Padre . Azn . de Burum
- 1729 Allard de Burum , casado Alexandrine Eleonore Plettenberg
1729 - 1730 Alexandrine Eleonore Plettenberg
1730 Asuero Vegilin de Claerbergen
ca 1740 - 1788 Tjalling Homme Haersolte
1789 - 1808 Anna Elisabeth de Echten
1818 D. J. Folkertsma
1976 - La familia presentes Van Herpen
Propósitos actuales del Estado no es más que encontrar. El sitio es propiedad privada.
¿Cuáles son otros dos pozos de edad respetable , que se apilan sin apretar piedras. Justo en frente de la casa son las estructuras del antiguo canal, también están los restos de la casa del guarda .
Inaugurado en el sitio anterior es ahora el " Camminga Court" ( INFO) .
Fotos de la vivienda actual y la imagen satelital del Cammingah Corte (2008, Google Earth) Dibujo del Estado por J. Cammingha Tribunal de Justicia ( 2008 ) Stellingwerf de 1722
Dibujo del Estado por el artista desconocido ( siglo 18 ) Mapa de las tierras del Estado ca tarjeta de 1830 con la ubicación Cammingha Estado
Fuentes del texto : Jan Leemburg
Sr. A. van Herpen
Elward y Karstkarel y Stinsen Unidos, Noble en vivo en Frisia, 1992
P. N. Noomen , La casas stins en Frisia medieval y sus habitantes, 2009
Herma M. van den Berg , Los monumentos de historia y arte , en el norte Oostergo , Ferwerderadeel
A. Algra , La historia pasa por la aldea local , c.1955
Foto 1 y 2 : Sr. A. van Herpen
. Figura 1 : Los Estados y Stinsen noble que vive en Friesland , 1992
. Figura 2 y 3 : Joh. van Dijk, " Desde el sted a Stins olde , Nunspeet , 1987 .
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Gerrolt van Cammingha, afkomstig uit Ferwerd, overleden 1401/1424.
Hij wordt ook vermeld als Gerrard of Gerrit en was afkomstig van Camminghastate bij Ferwerd.
Aanhanger van Albrecht van Beieren in 1398 en door deze tot baljuw benoemd van Zuidelijk Oostergo.
Vermeld in 1399 als heer van Leeuwarden op Camminghaburg,verkregen door zijn vrouw Hack.
Camminghaburg werd toen door de Schieringers onder Dekema,Hania en Botnia ingenomen en hij moest vluchten naar Holland en bleef daar tot 1401 in ballingschap.
Genoemd met Botte van Helbada in OFO I-27 d.d.2-2-1418.
Hij wordt later genoemd in het testament van zoon Peter.
Zie voor hem en zijn nageslacht Leeuwarder Historische Reeks VI-74.
Gerrolt was gehuwd (1) met Hack van Cammingha, afkomstig uit Leeuwarden, overleden v 1424, dochter van Syds van Cammingha en N.N..
Zie Leeuwarder Historische Reeks VI-74.
Zij was de bezitster van Camminghaburg bij Leeuwarden.
Uit haar huwelijk 2 zoons, die vroeg en kinderloos overleden, en ook 2 dochters.
In 1424 is sprake van de erfenis van Gerrolt en Hack en is hun enig overgebleven kind,dochter Wick, hun erfgenaam.
Uit dit huwelijk:
1 Wick van Cammingha.
Gerrolt was gehuwd (2) met Tjemck Ndr.
Was zij een dochter van Botte van Helbada ?
Uit dit huwelijk:
2 Peter van Cammingha.
Eintrag.
--------------------
Gerrolt de Cammingha , desde Ferwerd , fallecido 1401/1424 .
También se menciona como Gerrard o Gerrit y vino de Camminghastate en Ferwerd .
Seguidor de Albrecht de Baviera en 1398 y nombrado Oostergo Sur. Estos al alguacil
Listado en el año 1399 como señor de Leeuwarden en Camminghaburg obtiene su esposa Hack .
Entonces Camminghaburg fue ocupada por los Schieringers bajo Dekema , Hania y Botnia y tuvo que huir a Holanda , donde permaneció hasta 1401 en el exilio.
Nombrado con Botte de Helbada en OFO I- 27 DD2 -2- 1418.
Más tarde, se menciona en el testamento del hijo Peter .
Para él y para su descendencia Leeuwarden Historical Series VI- 74 . Ver
Gerrolt estaba casado ( 1 ) con Hack Cammingha , de Leeuwarden , fallecido v 1424, hija de Syds de Cammingha y NN .
Ver Leeuwarden Historical Series VI- 74 .
Ella era el poseedor de Camminghaburg en Leeuwarden .
De su matrimonio con dos hijos , que pidieron y sin hijos fallecidos , y dos hijas.
En 1424 se encuentra el legado de Gerrolt y Hack y es su único hijo restante, hija Wick, su heredero.
De este matrimonio :
1 de Cammingha Wick .
Gerrolt se casó ( 2) con Tjemck Ndr .
Ella era una hija de Helbada Botte ?
De este matrimonio :
2 Peter Cammingha .
Eintrag .
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hack Hac Sydses Sidses Cammingha Cammmgha van Cambuur | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1370 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.