Hij heeft/had een relatie met Katarijn Rutger van der Hoven.
Kind(eren):
=================308====================
Schepenen verklaren hierbij plechtig dat Goijaert Ervaert (?) Loijen
tot nu toe het recht heeft gehad om te wegen over een stuk land
genoemd dat Venne ofwel het Han Loijen Venne, gelegen in
herdgang Straten, b.p. het erf van Laureijs Peter Ansems. Hij mocht
wegen naar twee stukken land toe, het ene genoemd de
Vrouwenakker en het ander de Clovenakker (?), beide aan elkaar
gelegen volgens zijn schepenbrieven daarvan. Voor ons is nu
verschenen deze Goijaert ter ener zijde en Jan Goossens ter zndere
zijde en zijn beiden minnelijk met elkaar overeengekomen dat
Goijaert vanaf nu voortaan altijd zijn weg zal hebben voor de
genoemde Vrouwenakker en de Clovenakker over een stuk land dat
eigendom van Jan Jan Goossens is, genoemd de Groten Aftersten
Hof, ook in de genoemde herdgang van Straten.
P 364-v)
Nummering is niet gebruikt.
P 365-r)
Goijaert en zijn nakomelingen zullen voor altijd daar mogen wegen
langs de waterloop die tussen hun beider erf loopt en Jan is
gehouden om een ´schoer´over de waterloop te onderhouden zonder
kosten voor Goijaert. En Goijaert voor zover het erf van Goijaert
loopt, zal niet langer wegen over de oude weg volgens de oude
brieven. Goijaert doet hierbij ook afstand van het recht op die andere
weg zoals in de oude brieven stond begrepen. Datum op St.
Leonardusdag 1483, getuigen Lieveld en Braxatoris.
=================080====================
Jan zoon wijlen Daniel Schepens als man van Heijlwig, verder
Geertruit, gezusters en kinderen van Goijaert Everaerts hebben
een deling gedaan van het bezit dat ze samen hebben geerfd van
Katarijn dochter van wijlen Rutger van der Hoven, zijnde hun
moeder.
Bij deze deling krijgt Jan Daniel Schepens een stuk land genoemd
de Braecken, groot een half mudzaad, gelegen in herdgang
Straten, b.p. de gemeenschappelijke straat, Adriaen Ieven. Nog
krijgt hij een akker groot 3 lopenzaad, genoemd de
Vrouwenakker, b.p. Geertruit dochter van Goijaert Ervaerts dat
ervan wordt afgedeeld, Adriaen van den Doren, het erf eerder van
Rutger Goijaert Ervaerts. Nog krijgt hij een beemd groot een
halve bunder, b.p. Gerard Stijnen, de straat. Lasten uit de Braken
zijn 11 lopen rogge per jaar en een oude grote en uit de
Vrouwenakker een mud rogge. Nog uit het beemdje een half mud
rogge aan het heer Daems gasthuis in Den Bosch (=Adam van
Mierde, JT) en nog de grondchijns.
Genoemde Geertruit krijgt een huis, tuin en betimmering etc.
gelegen in herdgang Straten, b.p. Jan Goossens, Peter Wouter
Vernooijen, Jan Schepens, het erf dat ervan is afgedeeld. Lasten
hieruit zijn
15-v)
een half mud rogge aan de H. Geest van Oirschot, (15 stuivers aan
Henrick Meeus van Driemijlen=doorgestreept, JT), en 3 lopen
rogge aan het O.L. Vrouwe-altaar 3 lopen rogge, de St. Petruskerk
te Oirschot 3 lopen rogge en de grondchijns.
Datum 19 maart 1503, getuigen Goijaert en Jan Henricks.
(rest van bladzijde is blanko, JT)
=================003====================
De genoemde zoons uit de vorige akte verkopen dit stuk land
genoemd de Vorste Braeck nu aan Goijaert zoon wijlen Evert Loijen
en de verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen,
behalev een pacht van een half mud rogge , maat van Oirschot en 1
oude grote als chijns aan de hertog. Ze beloven als verkopers aan
Goijaert ook de ´naderschap´(vernadering, JT) af te handelen. ( of
bedoelt men dat ze afstand doen van hun recht van vernadering?,
JT). Datum als boven.
=================004====================
Verschenen is Goijart Evert Loijen en verkoopt (waarschijnlijk
belooft hier, JT) aan Aert Thomas de Crom een pacht van 16 lopen
rogge, maat van Oirschot, steeds op Maria Lichtmisdag op
onderpand van een gedeelte van een huis, tuin etc. en uit 2 delen
van een huis, tuin etc., gelegen in herdgang Aerle, b.p. Henrick
Roeskens, de gemeijnte, Jan van den Stayakker. Nog op onderpand
van een stuk land genoemd de Braecke gelegen in herdgang Aerle,
b.p. de kinderen van Henrick Peperkorens, de kinderen van Jan
Marien, Goijaert Brants, de gemeijnte. De verkoper belooft alle
lasten van zijn kant af te handelen. Actum als boven.
=================005====================
P 73-v)
Verschenen is Goijaert Everaert Loijen en belooft als schuldenaar
aan Aert Thomas Crommen die een pacht van 5 lopen rogge per jaar
te gaan betalen, maat van Oirschot, steeds op Maria Lichtmisdag en
voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar, op
onderpand van een stuk land, genoemd de Voorste Braeck, gelegen
in herdgang Straten, b.p. de gemeenschappelijke straat, Daniel
Daniel Scrommen. De schuldenaar belooft het onderpand in goede
staat te houden voor de betaligfn van de pacht. (geen datum en geen
getuigen vermeld, JT).
=================055====================
Rutger Goijaert Ervaerts heeft afstand gedaan van zijn aanspraken
ten behoeve van zijn zuster Geertruid en ten behoeve van Jan Daniel
Scepens als man van Heijlwich dochter van genoemde Goijaert,
inzake een huis, tuin etc., groot ca. 4 lopenzaad, gelegen in herdgang
Straten, b.p. Jan Goossens, Peter Marie Alaerts zwager, Heijlwich
weduwe van Wreijs (= Lauwreijs, JT) Brants, de straat. Nog inzake
een stuk land genoemd de Vrouwenakker groot ca. 3 lopenzaad, b.p.
Adriaen van den Doeren, de Coelenakker eigendom van genoemde
Rutger Goijaert Ervaerts. Nog inzake een stuk land genoemd de
Braeck, groot ca. een half mudzaad, b.p. Meeus Colen, Adriaen
Ieven, de gemeijnte. Nog inzake een beemd genoemd de Heijn
Nevenbeemd, b.p. Gerart Stijnen, de gemeijnte. De verkrijger moet
hier jaarlijks een oude grote als chijns aan de hertog betalen uit de
Braeck en aan Gevarden van Onstaden 6 lopen rogge, aan Aert de
Crom 5 lopen rogge en een mud rogge uit het huis etc. en 15 stuivers
en 19 plakken als chijns aan het kapittel en een mud rogge per jaar
aan Goijaert Loijch Neven, nog een halve brasdenarius als chijns uit
de Vrouwenakker en een half mud rogge aan het heer Daems
Gasthuis in Den Bosch (= Adam van Miert, JT) alles volgens de
brieven ervan. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant hierin af
te handelen. Datum 5 maart 1496, getuigen Jorden, Jan en
Aelbrecht.
=================056====================
8-v)
Geertruit dochter van Goijaert Ervaerts met haar voogd, verder Jan
Daniel Scepens als man van Heijlwich hebben afstand gedaan van
hun aanspraken teen behoeve van Rutger Goijaert Ervaerts inzake
een stuk land en eeuwsel genoemd dat Nulant, gelegen in herdgang
Straten, b.p. Dirck Hoppenbrouwers, meester Aert van Weijlhusen,
Aert Willems van Esch, Jan Goossens, een weg. Nog inzake een stuk
land genoemd de Coelenakker, b.p. Jan Goossens, Adriaen van den
Doeren, een stuk land genoemd de Vrouwenakker, Nog inzake een
beemd genoemd de Verdonk, b.p. de Verdonk daar, Peter van den
Gruijthuijsen, Henrik van Colle. De koper moet hieruit aan de
kinderen van Schepens 2 mud rogge betalen en een oude grote als
chijns aan de hertog en anderhalve rijnsgulden per jaar. Verder uit de
Colenakker ca. een blank als chijns aan het kapittel en 11 lopen
rogge, nog uit het Nuland 9 lopen rogge per jaar. De verkopers
beloven alle lasten van hun kant af te handelen. Datum 5 maart
1496, getuigen Joerden, Jan en Aelbrecht.
=================105====================
18-v)
Dirck en Aert, broers en kinderen van wijlen Aert Thomas de Crom
en nog Ansem Jacop Ansems als gemachtigde voor Peter en Adam
kinderen van genoemde Aert de Crom, verkopen aan Jan Heijmerick
Schepens een pacht van 5 lopen rogge per jaar, steeds op Maria
Lichtmisdag te betalen, welke pacht Goijaert Ervaert Loijen eerder
had beloofd aan Aert Thomas Crommen op onderpand van een stuk
land genoemd de Vorste Braeck gelegen in herdgang Straten, b.p. de
gemeenschappelijke straat, Daniel Daniel Crommen. De verkopers
beloven alle lasten van hun kant af te handelen. Datum 3 mei 1504,
getuigen Leeuw, Cremer en Colen.