Zij is getrouwd met Goijaert Jan Riemslegers.
Zij zijn getrouwd rond 1568.
Kind(eren):
Jenneken Goijaert Schepens | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
± 1568 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Goijaert Jan Riemslegers |
==================264=======================
Goijaert zoon wijlen Jan Riemslegers als man van Jenneken dochter
van Goijaert Embrecht Scepens verkoopt een stuk land, deels akker en
deels weiland, gelegen in Oirschot herdgang de Notel, b.p. de
gemeijnte, de kinderen van Gijsbert Mathijs Roefs, Corstiaen
Huijskens. Hij verkoopt het perceel nu aan Peters Jans Crommen en
de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen, behoudens
de jaarlijkse grondchijns en de dorpslasten voor zover die erop
drukken. Datum 16 april 1568, getuigen Heijden en Crom die het
aandroegen.
==================174=======================
176)
Peter zoon wijlen Goijaert Embregt Jan Schepens, Aert zoon wijlen
Henricks van Gestel als man van Ikenen, Goijaert zoon wijlen Jans de
Riemeslach als man van Jenneken, voor henzelf en ook optredend
voor Jan Henrick Willems als man van Heijlkenen, gezusters en
dochters van genoemde Goijaert Embrecht Jan Schepens, verder nog
optredend voor Mathijs zoon van dezelfde Goijaert Schepens voor
zover deze nog in leven is, verkopen een weiland genoemd den
Eertborn, gelegen in Oirschot herdgang Straten, ter plaatse genoemd
de Castaerden, b.p. Jan Aerts, Gijsbert Jan Hoppenbrouwers, Henrick
int Ekerschot onze collega schepen, met een pad aan Eijmbrecht
Dielis Dircks. Het perceel wordt nu verkocht aan Gijsbrechten
Frederiks van der Aa en de verkopers beloven alle lasten van hun kant
af te handelend, behalve de grondchijns. Datum 19 april 1586,
getuigen Ekerschot en Metser die het aandroegen.
==================057=======================
Jan Willems als man van Heijlwicht, verder Aert Henricks als man
van Ijken, Daniel Eijmbrecht Scepens en Geraert Pennincks als
aangestelde voogden over Thijssen, Peter en Jenneken allen wettige
kinderen van Goijaert Eijmbrecht Jan Scepens verwekt bij wijlen
Mechtelden dochter van Henrick Thijssen, hebben een
boedelverdeling gemaakt inzake het bezit dat ze hebben verkregen
van genoemde Goijaerd en van wijlen Mechteld.
Bij deze verdeling krijgt Jan een beemd genoemd den Hendonck,
gelegen in Oirschot herdgang de Notel, b.p. Henrick Aerts in
Heerbeeck, de kinderen van Gijsbrecht Thijssen, Margriet
Hoppenbrouwers, de gemeenschappelijke straat. Verder krijgt hij een
jaarlijkse rente van 3 gulden te ontvangen van Sebastiaen Bierkens.
Daniel en Gerit ( eerste stond er Aert ) in hun hoedanigheid als
voogden over genoemde Thijssen en Jenneken krijgen samen een
akker met een weiland dat erbij ligt, genoemd de Vuijtvanck, gelegen
in Oirschot herdgang de Notel, b.p. Augustijn
64-v)
Vrancken, de kinderen van Gijsbrecht Mathijssen, de gemeenschappelijke
straat. Verder krijgen ze een bedrag van 50 gulden eens die uit
de hofstede betaald moeten worden per a.s. Maria Lichtmisdag over
een jaar met een rente tegen de penning zestien. Uit dit erfdeel moet
jaarlijkse de dorpslasten en de grondchijns worden betaald.
Genoemde Aerden krijgt het huis met tuin, grond etc. gelegen ter
zelfder plaatse, b.p. Roelof Jacop Smetsers, Daniel die Metsere,
Willem Henricks van de Venne, Eijmbrecht Jan Scepens met meer
anderen. Hieruit moet jaarlijks 10 lopen rogge worden betaald aan
Gijsbrecht die Wever, nog 10 lopen rogge per jaar aan Lauwereijns
Dirck Lauwerijns, nog 10 lopen rogge per jaar aan Eijmbrechten van
Roetelen, nog 10 lopen rogge per jaar aan Pauwels Beckers, nog 6
lopen rogge per jaar aan Adriaen Cleijnen Lijnen, nog 2 lopen rogge
per jaar aan de erfgenamen van Gijsbrecht Hoppenbrouwers en
de dorpslasten. Verder moet er aan de voogden ten behoeve van
Thijssen en Jenneken als minderjarige kinderen eenmalig 50 gulden
worden betaald per a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar en nog 5
stuivers 3 oort grondchijns aan de hertog per jaar en 7 stuivers
paijment in Den Bosch.
Daniel en Gerit als voogden over genoemde Peter krijgen een akker
genoemd de Lebosch,
65)
gelegen in Oirschot herdgang Straten, b.p. Goijaert Eijmbrecht
Scepens, Roelof Jacop Smetsers, de heer van Frentz, Jan Goessens,
een gemeenschappelijke weg. Verder krijgen ze een weiland genoemd
de Moesten, ter zelfder plaatse gelegen, b.p. Frans Eijmbrechts,
Jouffrouwe Mechtelden van Vlierden, Rutger Jan Erven, Jeronimus
Wijnants. Uit het perceel de Slebosch moet jaarlijks 4 lopen rogge
worden betaald aan Roelof Jacop Smetsers.
Genoemde personen van hiervoor beloven elkaar deze
boedelverdeling altijd gestand te zullen blijven doen en ook dat ieder
de lasten op het eigen erfdeel zodanig zal betalen dat de andere
erfgenamen daarvoor altijd gevrijwaard zullen blijven. Indien
iemands erfdeel minder waard zou blijken te worden vanweg meer
lasten dan zullen ze die gemenschappelijk dragen. Datum 30 januari
1566, getuigen Leemans en Heijden.