Hij had een relatie met Gheertrude Niclaes Sterts.
Kind(eren):
202. 07-08-1432 1202 / 136v-1 Ermgardis weduwe van Hermanus Witen droeg over aan Henricus Rutgeri Buerinx van Essche een akker in Oisterwijk in de gemene akkers van Haaren, beiderzijds tussen eertijds Henricus van der Amervoirt nu zijn erfgenamen, strekkend van Arnoldus van Laerhoven tot aan een weg, welke akker genoemde Ermgardis in pacht verworven had van meester Godefridus van Rode als h.geestmeester van 's-Hertogenbosch. Belast zoals in de brieven vermeld.
170. 1223/64v-9/12-04-1453. Solvit. Christina, weduwe van Hermanus Witen, en Godefridus Godefridi van Hulsel verkochten aan Leonio Ghisberti van Megen de Laarakker, onder Oisterwijk, tussen erfgoed van Johannes Lupprechs en tussen erfgoed van Johannes Stijnen, strekkend van erfgoed van Petrus die Beer tot aan een waterlaat, belast met 1. een erfpacht van 10 lopen rogge aan de tafel van de H.Geest in Oisterwijk, 2. een erfpacht van 4½ lopen rogge aan Engbertus die Greve.
Christina relicta quondam Hermani Witen, Godefridus de Hulsel filius quondam Godefridi cum tutore peciam terre dictam den Laerecker, sitam infra libertatem de Oesterwijck, inter hereditatem Johannis Lupprechs ex uno et inter hereditatem Johannis Stijnen ex alio, tendentem ab hereditate Petri die Beer ad aquaductum, ut dicebat, hereditarie vendiderunt Leonio de Megen filio quondam Ghisberti, promittentes divisi super omnia et habenda, scilicet dicta Christina pro una tercia parte et dictus Godefridus pro duabus terciis partibus warandiam et obligationem deponere, exceptis hereditaria paccione decem lopinorum siliginis mense sancti spiritus in Oesterwijck et hereditaria paccione quatuor et dimidii lopinorum siliginis Engberto die Greve exinde e iure solvendis, ut dicebant. Testes Scilder et Berkel. Datum supra. (XII aprilis, quinta post quasimodo).
Herman Herman Wijtmans Loeders | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gheertrude Niclaes Sterts | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1445 november 3 847.Sch.Otw,R.155,026r-01
[nogal beschadigd laatste vel van dit protocol]
Jan geh. S[tert] - - - [K]atelijn geh. Boxs sijn suster kijnder qd Claus Sterts, Claus ende Aert gebr[uederen] zonen Claus? Sterts? des jonghen z. des voirs. qd Claus Sterts voer hen selven ende voer hoer ander brueders [ende zuste]ren mondich ende onmondich wesende kijnder des voirs. qd Claus Sterts des jongen daer - - - woerdich wesende dair voer Claus ende Aert gebruederen voirs. geloeft hebben; Thom[aes] - - - Thomaes geh. Stert z. qd Claus Sterts voer hem selven ende voer Claus sinen brueder - - - [on?]mundich wesende als hi seyde zoen des voirs. qd Thomaes Sterts daer voer Thomaes voirs. - - - [he]eft Reyneer z. Reyners geh. van Broechoven hoer swager mar. et tut. leg. Margrieten sijns wijfs dochter qd Thomaes voirs. voer hem selven ende voer Heylwigen dochter qd Thomaes voirs. nyet tegenwoerdich wesende daer voer Reyner hoir zwager voirs. geloeft heeft ende Henrick geh. van Spul z. [doorgeh. qd] Godevaerts van Spul mar. et tut. leg. Elisabetten sijns wijfs dochter qd Claus Sterts van Tilborch c.t. Katarine Box predictis etc. op zeventien lopen rogs jaerlijcs ende erfelijcs pachts van twee mudde ende drie lopen rogs jaerlijcs ende erfelijcs pachts welc twee mudde ende drie lopen rogs erfpacht voirs. Henrick Willem Melijs z. geloeft hadde hem te geven ende te gelden Godevaerde z. qd Wouter Back Ommaten ende sinen nacoimelingen allen jaer op onser Vrouwen dach alsmen kersen dreeght van ende vut
twee stucken lands gelegen inder prochye van Westilborch vanden welken dat een stuck gelegen in een stede gen. tEynthoven < der erfenis Bartholomeeus Venmans ... > der erfenis Jans van Oerle die daertegen deylt ^aen der erfenis Henrick Willem Melijs soen voirs. v aen die gemeyn straet
ende dat ander stuck geh. dat Dyesken [of Dyesven?] gelegen by der wyntmolen tot Velthoven <
847. Archief van de Schepenbank in de Eninge van Oisterwijk, 1418-1811. Regestenlijst inv.nr. 155 (1444-1445)
52
der erfenis Henrics voirs. opt? > der erfenis Jans van Boerden ^aen die gemeynt v aen der erfenis Henrics voirs.
welc twee stucken lands voirs. Henrick Willem Melijs soen voirs. jegen Godevaerte z. qd Wouter Back Ommaten ende sinen nacomelingen ende voer sommigen anderen commer jaerlics daervut te voeren? van rechts te vergelden te erven? gecregen? hadde put in litt. scab. de Otw cont. ende van welken erfpacht vande xvij lopen rogs be- - - xij lopen rogs erfpacht [doorgeh: Elisabetthen dochter Jans geh. Sterts z. qd? Claus Sterts voers.] Elisabeth weduwe des vors. qd Godevaerts z. qd Wouter Back Ommaten in hoeren testament te besitten? - - gemaect heeft Elisabetten hoire nichte Jan Sterts dochter ende die ander vijf lopen rogs erfpacht vander xvij lopen rogs erfpacht voers. Jan geh. Stert z. qd Claus Sterts voirs. der voirs. Elisabetten sijnre dochter gegeven ende bewijst heeft vanden erfpacht voirs. ut dixit ende opten alingen recht den voergh. erfgenamen wilner Elisabet weduwe qd Godevaert Wouter Back Ommaten voirs. ende hoire mede erfgenamen daerin enigerwijs toebehorende tot behoef Elisabetthen Jan Sterts dochter voirs. leg. et her. renunciavit effect.. etc. scab. Henrick Jan Wijtmans soen ende - - - Jacobs soen van Ele in die sancti Huberti episcopus
204. 1445 november 3 847.Sch.Otw,R.155,026r-02
Jan Stert z. qd Claus Sterts, Claus ende Aert gebruederen pro se et pro suis fratres et sororibus ut sup. Thomaes Reyneer sijn zwager pro se et pro suis ut supra ende Henrick van Spul op een half mudde rogs erfpacht vanden voirs. erfpacht vande twee mudde ende drie lopen rogs welc half mudde rogs erfpacht Katelinen weduwe qd Gherijt Boxs eensdeels vander doet qd Elisabetthen weduwe qd Godevaerts Wouter Back Ommaten z. huer zuster met recht van versterve erfelic toecomen is ende Kathelijn voers. vyer lopen rogs erfpacht jegen Wouteren geh. Pluym hoeren zwager als manne ende momboer - -[Aleyten?] sijns wijfs dochter [qd doorgehaald] Herman Wijten vanden selven Herman Wijten ende vut qd Gertruden doen sij leefde sine wive dochter qd Claus Sterts des oude en tsamen gewonnen ende soe? welc vyer lopen - - erfpacht wilner Elisabet de? weduwe qd Godevaerts Wouter Back Ommaten voirs. der voers. - - Aleyten Herman Wijten dochter in testamente gemaect heeft in cope gecregen hadde ut dixit ende op - - alinge rechte hen ende hoeren mede erfgenamen in dit voirs. half mudde rogs erfpacht enigerwijs toebehorende tot behoef Kathelinen weduwe qd Gherijt Box voirs. leg. et her. renunciavit? effect.. etc. scab. predicti datum supra Katarina ... de tut..
205. 1445 november 3 847.Sch.Otw,R.155,026r-03
Jan Stert Katelijn sijn suster voirs. c.t. Thomaes Reyneer sijn zwager pro suis ut supra Henrick van Spul voirs. op een half mud rogs erfpacht vanden erfpacht van twee mudde - - lopen rogs erfpacht voirs. welc half mudde rogs erfpacht voirs. Elisabeth wedewe qd Claus Stert
[26v scan 30] - - - Claus Sterts? voirs. ende hoer kynder vut derselver Elisabe
1437 februari 11 847.Sch.Otw.149, f. 56v-2
Jan zoon wijlen Claus Sterts heeft van alle pachten die Claus in huwelijkse voorwaarden had gegeven aan Claus Sterts, zijn oudste zoon, uit
? een goed genaamd tgoet van Heyst, gelegen in Udenhout aan de Winckel,
waarvan Jan, Thomas, Claus junior, Kathelijn, kinderen wijlen Claus Sterts, Henrick Henrick Hubrecht Wijten als man van Ermgard, Herman Herman Wijten als weduwnaar van Geertruid, dochters Claus voors., Herman ook namens Aleid, zijn dochter bij Geertruid, tot behoef van Claus senior hadden afstand gedaan; en ook op een pacht van zes lopen rogge, Bossche mate welke pacht Jan Zibben vanden Schueren beloofd had aan Engbrecht Elyas vanden Hezeacker uit
? een stuk land genaamd Hesseling, in Belver, tussen Dirc, zoon ridder Jan Rover, en tussen Zibben vander Schueren;
? uit een stuk land genaamd die Castart gelegen aldaar, tussen Lambrecht van Luyssel en tussen Dirck Rover voors. en Luytgaard vander Teynden,
welke twee stukken Jan Zibben tegen Engbrecht vanden Hezeacker voor de pacht van zes lopen had gekregen; en van een pacht van drie lopen rogge, welke pacht Jan Boen aan Engbrecht Elyas van den Hezeacker had beloofd uit
? een stuk land in Belver genaamd de Hesseling, tussen Jan Boek voors. en tussen Dirck Rover,
welk stuk Jan tegen Engbrecht voor die pacht van drie lopen had gekregen; en van een pacht van een zester rogge, welke Jan Aert Gyelijs soen had beloofd aan Engbrecht Elyas vanden Hezeacker uit
? een stuk land genaamd die Castart, te Belveren, tussen Jan vanden Venne en tussen [f. 57r] Lambrecht van Luyssel,
welk stuk Jan Aert Gyelijs tegen Engbrecht voor die pacht van een zester rogge had gekregen; en van een pacht van een zester rogge die Everaert Zibben vander Schueren aan Engbrecht Elyas vanden Hezeacker had beloofd uit
een stuk land genaamd dat Cleyn Steltken, in Belveren, tussen Frederic Sceper en de erfgenamen van Jan vander Kijnder, en tussen Everarts Zibben voors.,
welk stuk Everart van Engbrecht voor die pacht van een zester rogge had verkregen; en van een pacht van drie lopen rogge die Goyaert Poynenborch had beloofd aan Engbrecht uit
? een stuk land genaamd die Stelt, in Belveren, tussen Henric Appel en tussen Goyaert voors.,
welk stuk Goyaert tegen Engbrecht voor die pacht heeft gekregen, afstand gedaan tot behoef van Engbrecht, Claus en Lijsbeth, kinderen wijlen Claus Claus Sterts en Enghelberen Aert Brocken, tot behoef van Elisabeth en Margriet, dochters wijlen Peter Sterts zoon Claus Sterts voors. en Elisabeth Aert Nouwen, tot behoef van Henric van Spul als man van Elisabeth dochter wijlen Claus Sterts. Schepenen Willem de Becker en Willem Sappeels, maandag na Agathe, ofwel 11 februari anno 36.
159. 24-01-1430 1200 / 184-2 en 3 184-2. Hermanus Hermani Witen droeg over aan zijn wettige dochter Aleidis, door hem verwekt bij Gertrudis Nycolai Stert, het vruchtgebruik in een huis en tuin in Oisterwijk, nabij de linde, tussen Johannes Vos en tussen eertijds Petrus Bloijs, welk huis en tuin genoemde Hermanus verworven had van Johannes Nycolai Sceijve. 184-3. Dezelfde Hermanus beloofde aan Aleidis, dat hij zijn onmondige dochter Katharina hiervan afstand zal laten doen.
1200/184(183)-2/24-01-1430. Non solvit. Hermanus filius quondam Hermani Witen usufructum sibi, ut dicebat, competentem in domo et orto sitis in prochia de Oesterwijc prope tiliam ibidem inter hereditatem Johannis Vos ex uno et inter hereditatem quondam Petri Bloijs ex alio, quos domum et ortum predictos Hermanus predictus erga Johannem Sceijve filium Nycolai acquisierat prout in litteris, legitime supportavit Aleidi sue filie legitime ab eodem Hermano et ex quondam Gertrude sua uxore filia quondam Nycolai Stert genite, cum dictis litteris, aliis et iure promittens super omnia et habenda ratam servare et omnes obligationem et impeticionem ex parte sui et ex parte quorumlibet aliorum heredum et liberorum eiusdem Hermani deponere. Testes, datum supra. (Dicbier et Stier. Datum XXIIII januarii). 1200/184(183)-3/24-01-1430. ?Non solvit. Idem Hermanus promisit super omnia et habenda dicte Aleidi quod ipse Katharinam filiam eiusdem Hermani impuberem dum ad annos sue pubertatis provenerit super premissis et iure faciet hereditarie renunciare ad opus Aleidis predicte et obligationem ex parte sue deponere. Testes, datum supra.
105. 26-10-1413 1188 / 279v-1 Hermanus Wijten zv Hermanus Wijten Luers verkocht aan Willelmus de Kuijck gewantsnijder een erfpacht van ½ mud rogge maat van Oisterwijk, met lichtmis te leveren, gaande uit een huis, erf, tuin en aangelag, in Oisterwijk, ter plaatse Kerkhoven, naast Arnoldus de Laerhoven en naast de gemeint van Haaren, strekkend van de gemeint van Haaren tot aan Hilla van der Amervoirt.
466. 01-06-1441 1211 / 74v-5 t/m 7 74v-5. Hermanus Hermani Witen, weduwnaar van Katharina Nycolai Nycoel, en zijn dochter Katharina, droegen over aan Jacobus (de jonge) Jacobi Scheijven een hofstad met een huis erop en met de tuin, onder Oisterwijk, tussen Godefridus Godevaerts soen Buckincs en tussen een weg, welke hofstad genoemde Hermanus Witen verworven had van Willelmus (de jonge) Willelmi die Becker. 74v-6. Wijtmannus Johannis van den Loe deed afstand van zijn recht tot vernaderen. 74v-7. Genoemde Jacobus erkende dat Hermanus de "scharen" daarvan af mag halen.
1211/74v-5/01-06-1441. Solvit. Hermanus Witen filius quondam Hermani Witen et Katharina eius filia ab eodem Hermano et quondam Katharina sua uxore dum vixerat filia quondam Nycolai Nycoel pariter genita, #cum tutore#, domistadium cum domo in eodem consistente et orto sibi adiacente situm infra libertatem de Oesterwijc, inter hereditatem Godefridi Buckincs Godevaerts soen ex uno et inter communem plateam ex alio, quod domistadium cum domo et orto predictis dictus Hermanus Witen erga Willelmum die Becker iuniorem filium quondam Willelmi die Becker acquisierat, ut dicebat in litteris de Oesterwijc contineri, hereditarie supportaverunt Jacobo Scheijve #iuniori# filio Jacobi Scheijven cum litteris, aliis et iure, promittentes super omnia et habenda indivisi ratam servare et obligationem et impeticionem ex parte eorum deponere. Testes Hoesch et Berwout. Datum prima junii quinta post exaudi. 1211/74v-6/01-06-1441. Solvit. Wijtmannus van den Loe filius quondam Johannis prebuit et reportavit. Testes, datum supra. 1211/74v-7/01-06-1441. Solvit. Dictus Jacobus palam recognovit et super omnia dicto Hermano promisit quod ipse idem Hermanus a fundo abstrahere poterit quoslibet p..... #dictos scaren# in premissis ?per presente consistentes, omni dolo secluso. Testes, datum supra.
Nr. 778.
RA Tilburg, 847. Archief Schepenbank en Eninge van Oisterwijk, 1418-1811, inv.nr.143, microfiche 5-A8, f.100-3, aktenr. 778, 20-06-1421.
Op 20-06-1421 maakten kinderen van Claus Starts en Elisabeth, 1. Claus Start die oudste zoen, 2. Jan, 3. Claus, 4. Thomaes, 5. Kathelijn, 6. Elisabeth, gehuwd met Godevaert Wouter Back Ommaten, 7. Ermgaerd, gehuwd met Henric Henric Hubrecht Wijten zoen, 8. wijlen Gheertrude, haar onmondige dochter Aleijt verwekt door Herman Herman Wijten zoens, (namens haar de heer), een erfdeling, naar vonnis der schepenen van Oisterwijk, van goederen gelegen in Udenhout.
Claus Start die oudste kreeg
1a. de Achterste Akker aan de Kruisstraat, tussen Mechteld Brocken en haar kinderen en tussen Jan Starts, hieraf gedeeld, strekkende aan eertijds Goeswijn Steenwechs en aan de Groenstraat,
2a. een deel van de Grote Weide, tussen Laureijns Jan Hadewigen zoen in het oosten en tussen Jan Starts, daaraf gedeeld zoals afgepaald,
3a. 1 lopen heideveld, tussen de Hofstad en tussen Jan Starts, daaraf gedeeld.
Jan Start kreeg
1b. de Bergakker, tussen Claus Starts de oudste en tussen Godevaert Wouter Bac Ommaten zoen, strekkend aan eertijds Goeswijn Steenweghs en aan de Groenstraat,
2b. een deel van de Grote Weide, tussen Claus Start die oudste, daaraf gedeeld, en tussen zijn zwager Godeverd, die ook hiertegen deelt,
3b. 1 lopen heideveld tussen Claus de oudste en tussen voornoemde Godeverd.
Godevert Wouter Bac Ommaten kreeg
1c. het deel naast de Bergakker gelegen in de Middelste Akker, tussen Jan Starts, daaraf gedeeld, en tussen Henric Wijten, daaraf gedeeld,
2c. een deel in de Grote Weide, tussen het deel van Jan en dat van Henric Wijten,
4. 1/3 van een beemd genaamd de Mortel, gelegen aan de Kruisstraat.
3c. 1 lopen heideveld tussen Jan en Henrick.
Henric Henric Hubrecht Wijten zoen kreeg
1d. het deel van de Middelste Akker naast de Rijt gelegen, tussen Godevert, daaraf gedeeld, en tussen Kathelijn, daaraf gedeeld,
2d. een deel in de Grote Weide, tussen Godevert en Kathelijn,
3d. 1 lopen heideveld, tussen Godefridus en Katharina.
Kathelijn kreeg
1e. het deel van de akker gelegen voor de Rijt, tussen Claus Starts de jongste, daaraf gedeeld, en tussen Henric Wijten, daaraf gedeeld,
5a. het deel van de Weide in de stroom, naast Claus Steenwechs goed en tussen Claus Start de jonge, daaraf gedeeld,
2e. een deel van de Grote Weide, tussen Claus Start de jonge en tussen Henric, daaraf gedeeld,
3e. 1 lopen heideveld, tussen Nycolaus de jonge en Henricus.
Claus Start de jonge kreeg
1f. het deel van de akker voor de Rijt, tussen Kathelijn, daaraf gedeeld, en tussen Aleijt,
5b. een deel van de weide in de stroom, naast de straat en tussen Katharina,
2f. een deel van de Grote Weide, naast Aleit Reijneers goed en tussen Katharina, hieraf gedeeld,
3f. 1 lopen heideveld, tussen Aleijt, hieraf gedeeld, en tussen Katharina, hieraf gedeeld.
Aleijt Herman Herman Wijten zoens kreeg
1g. een deel van de erfenis naast de hofstad, tussen Claus Starts de jonge, hieraf gedeeld, en tussen Thomaes Claus Starts zoen, daar ook af gedeeld,
6a. een deel in de beemd, naast Laureijns Vannijs en tussen Thomas, daaraf gedeeld,
7a. 1/2 van een erfcijns die wijlen Claus Start beurde met de erfgenamen van Peter Vannijs,
3g. 1 lopen heideveld, tussen Claus de jonge, daartegen gedeeld, en tussen het deel van Thomaes, daaraf gedeeld.
Thomaes Claus Starts zoen kreeg
8. de hofstad, tussen Claus Starts de oudste en tussen zijn nicht Aleijt,
6b. het deel van de beemd naast de erfgenamen van Engbrecht van den Eijnde en tussen het deel van Aleijt,
7b. 1/2 van deze erfcijns.
3h. 1 lopen heideveld, tussen Mechtelt Brocken en haar kinderen en tussen het deel van Aleijt.
Ieder moet zijn lasten dragen en daarnaast een erfpacht van 1 mud rogge, uitgezonderd Jan Start die niet meer dan 14 lopen zal leveren.
101-1. Henric Boef en Claus Ackerman, schepenen in Oisterwijk, verklaren dat de heer, namens het onmondige kind van Herman Herman Wijten zoens en wijlen Geertrude Claus Starts, een erfdeling heeftbgemaakt.
na f.100 los vel recto-1. Henric Boef en Claus Ackerman, schepenen in Oisterwijk, verklaren dat de schout van sheren wegen een erfdeling gedaan heeft op verzoek van Claus Starts die oudste zoen van Claus Starts, zijn broers en zuster Jan, Claus, Thomas en Katharina, Godevert Wouter Bac Ommaten zoen man van Elisabeth, Henricus Henric Hubrecht Wijten soen man van Ermgardis Nycolai Start, de schout van sheren wegen namens Aleijt, onmondige dochter van Herman Herman Wijten zoens en wijlen Gheertrude Claus Starts. Aleijten Herman Herman Wijten kreeg goederen in Udenhout gelegen, te weten een deel in de erfenis naast de hofstad, tussen Claus Starts de jonge, daartegen gedeeld, voor de lasten en voor een erfpacht van 1 mud rogge. Claus Start die oudste, zijn broers en zuster Jan, Claus, Thomas en Katelijn
62. 1221/54-1/11-02-1451. Niets in margine (niet gepasseerd). Zie volgende akte.
Wolterus filius quondam Nycolai Pluijm tutor et maritus, ut dicebat, legitimus Aleidis sue uxoris filie Hermani filii quondam Hermani Wijten domum et aream sitas in parrochia de Oesterwijck, prope tiliam ibidem, inter hereditatem Johannis Vos ex uno et inter hereditatem quondam Petri Bloijs ex alio, quas domum et aream dictus Henricus erga Johannem Sceijve filium Nycolai acquisierat et de quadam domo et orto dictus Hermanus usufructum suum dicte Aleidi supportaverat prout in litteris, hereditarie supportavit (verder niets).
63. 1221/54-2/11-02-1451. Niets in margine (niet gepasseerd). Hermanus Hermani Wijten wilde overdragen aan Aleidis, dochter van hem en van wijlen Gertrudis Nycolai Stert, het vruchtgebruik in een huis en tuin in Oisterwijk, nabij de linde, tussen erfgoed van Johannes Vos en tussen erfgoed van wijlen Petrus Bloijs, welk huis en tuin genoemde Hermanus verworven had van Johannes Nycolai Sceijve; daarna zou Wolterus Nycolai Pluijmen, man van genoemde Aleidis, het huis en tuin overdragen aan Gerardus Gerardi Groijs.
Notum sit universis quod cum Hermanus filius quondam Hermani Wijten usufructum sibi, ut dicebat, competentem in domo et orto sitis in parrochia de Oesterwijck, iuxta tiliam ibidem, inter hereditatem Johannis Vos ex uno et inter hereditatem quondam Petri Bloijs ex alio, quos domum et ortum dictus Hermanus erga Johannem Sceijve filium Nycolai acquisierat prout in litteris, legitime supportaverat Aleidi sue filie legitime, ab eodem Hermano et ex quondam Gertrude sua uxore filia quondam Nycolai Stert pariter genite prout in litteris, constitutus igitur coram scabinis infrascriptis Wolterus Pluijmen filius quondam Nycolai Pluijmen tutor et maritus, ut dicebat, legitimus dicte Aleidis domum et ortum predictos hereditarie supportavit Gerardo Groijs filio quondam Gerardi Groijs cum dictis litteris, aliis et iure, promittens super omnia et habenda ratam servare et obligationem et impeticionem ex parte sui et dicti quondam Hermani et heredum et successorum eius deponere. Testes (verder niets).