ca 1920
Hij is getrouwd met Johanna van 't Veldt (ook Veld).
Zij zijn getrouwd op 14 maart 1914 te Loosdrecht , hij was toen 34 jaar oud.Bron 1
Kind(eren):
Het echtpaar is gescheiden 20 september 1927 te Loosdrecht .Bron 1
Oorzaak: echtscheiding
Op 3 maart 1904 komt Hendrik Wingelaar voor in een klapper op naam van de veroordeelden van de Arrondissementsrechtbank in Amsterdam. Hij wordt verdacht van 'met iemand beneden den leeftijd van zestien jaren ontuchtige handelingen plegen'. Op 22 februari 1904 heeft hij op de openbare weg (de Lage Klompweg) in Weesperkarspel op ontuchtige wijze zijn hand onder de rokken van de 7-jarige Cornelia Kleijn gebracht en daarna dat kind met de hand haar blote billen en vrouwelijkheid betast en bevoeld. Hendrik bekent. Hij is het meisje tegengekomen, heeft haar aangesproken en terwijl hij langs de kant van de weg op de grond ging zitten op schoot genomen en daarna heeft bevoeld en betast. Het meisje verklaart dat dit is gebeurd terwijl ze lopend onderweg was van school naar huis.
Hendrik wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 maanden.
(bron: www.noord-hollandsarchief.nl)
Op 29 april 1904 wordt Hendrik Wingelaar opgenomen in de strafgevangenis in Goes. Dit vanwege een veroordeling door de rechtbank Amsterdam op 1 april 1904 voor de tenuitvoerlegging van bovengenoemd vonnis. De straf is ingegaan op 16 april 1904 en eindigt 13 oktober 1904.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 22 april 1904 veroordeelt de kantonrechter in Breukelen-Nijenrode Hendrik tot 4 dagen hechtenis vanwege een overtreding van het motor- en rijwielreglement. Hij zit de straf uit in de Strafgevangenis in Utrecht. In de praktijk wordt dit twee keer twee dagen: 6-8 mei en 1-3 juli 1904.
Op diezelfde dagen veroordeelt dezelfde rechter hem nogmaals tot 4 dagen hechtenis nu vanwege een overtreding van de jachtwet. Van die straf in dezelfde gevangenis zit hij maar 2 dagen uit omdat hij tegen de straf in verzet komt. In het gevangenisregister staat dat hem na het uitzitten van de straf nog 3 weken gevangenis te wachten staat.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 2 februari 1910 veroordeelt de kantonrechter in Breukelen-Nijenrode Hendrik tot 2 dagen hechtenis vanwege overtreding van het motorreglement. Hij zit de straf van 20-22 juni 1910 uit in de Strafgevangenis in Utrecht.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 17 oktober 1910 veroordeelt de rechtbank in Utrecht Hendrik vanwege heling tot 1 jaar gevangenisstraf met aftrek van voorarrest. Hij zit de straf van 1 november 1910 tot 9 september 1911 uit in de Strafgevangenis in Utrecht.
(bron: www.archieven.nl)
Op 9 september 1911 wordt Hendrik Wingelaar ontslagen uit de gevangenis in Utrecht. Hij heeft een straf uitgezeten voor heling. Behalve een foto bevat het signalement in het Stadsarchief Amsterdam enige persoonsgegevens:
- lengte 1.646m
- haarkleur blond
- baard rossig
- ogen lichtgrijs
(bron: Stadsarchief Amsterdam)
=
Op 3april 1912 veroordeelt de kantonrechter in Breukelen-Nijenrode Hendrik tot 14 dagen hechtenis vanwege stroperij. Hij zit de straf van 13 tot 27 mei 1912 uit in de Strafgevangenis in Utrecht.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 22 mei 1912 veroordeelt de kantonrechter in Breukelen-Nijenrode Hendrik tot 4 dagen hechtenis vanwege openbare dronkenschap. Hij zit de straf van 20-23 maart 1914 uit in de Strafgevangenis in Utrecht.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 22 april 1914 veroordeelt de kantonrechter in Breukelen-Nijenrode Hendrik tot 3 weken hechtenis vanwege stroperij. Hij zit de straf van 3 tot 24 juli 1914 uit in de Strafgevangenis in Utrecht.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 3 september 1914 veroordeelt het Gerechtshof in Amsterdam hem tot 3 maanden gevangenisstraf vanwege diefstal. Hij zit de straf van 23 december 1914 tot 23 maart 2015 uit in de Strafgevangenis in Utrecht.
(bron: www.archieven.nl)
=
Op 30 september 1918 veroordeelt de rechtbank in Utrecht Hendrik tot 4 maanden hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 21 november 1922 tot 21 maart 1923 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 17 februari 1919 veroordeelt de rechtbank in Utrecht Hendrik tot 4 maanden hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 19 juli tot 16 november 1923 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 5 mei 1919 veroordeelt de rechtbank in Utrecht Hendrik tot 3 maanden hechtenis vanwege twee misdrijven van diefstal. Hij zit de straf van 20 april tot 19 juni 1923 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 6 oktober 1919 veroordeelt de rechtbank in Utrecht Hendrik tot 7 maanden hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 1 november 1920 tot 30 mei 1921 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 13 oktober 1919 veroordeelt de rechtbank in Utrecht Hendrik tot 4 maanden hechtenis vanwege 'opzettelijk behulpzaam bij het plegen van het misdrijf van diefstal.' Hij zit de straf van 16 november 1923 tot 15 maart 1924 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 23 januari 1920 veroordeelt de rechtbank in Amsterdam Hendrik tot 1 maand hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 21 maart 1923 tot 20 april 1923 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 18 februari 1920 veroordeelt de rechtbank in Amsterdam Hendrik tot 6 maanden hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 30 mei tot 26 november 1921 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 29 juni 1920 veroordeelt de rechtbank in Amsterdam Hendrik tot 6 maanden hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 26 november 1921 tot 25 mei 1922 uit in de Strafgevangenis in Breda.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
Op 2 november 1920 veroordeelt de rechtbank in Amsterdam Hendrik tot 6 maanden hechtenis vanwege diefstal. Hij zit de straf van 25 mei 1922 tot 21 november 1922 uit in de Strafgevangenis in Breda. Het is de bekrachtiging van een vonnis d.d. 23 maart 1920. Mogelijk is Hendrik daartegen in verzet gekomen.
(bron: Brabants Historisch Informatie Centrum)
=
In de documenten over zijn verblijf in strafgevangenissen staat als beroep vermeld 'kruidenzoeker'. Verschillende kranten berichten op 27 maart 1897 over de familie Wingelaar in Loosdrecht die al generaties lang dit zeldzame beroep uitoefenen. Het artikel noemt het een uitgebreide familie die al bijna een eeuw bezig zijn met het zoeken van geneeskrachtige kruiden voor mensen en dieren. Na de kruiden te hebben gezuiverd en zo nodig gedroogd leveren zij die aan apothekers, drogisten, veeartsen, etc. Iedereen van de familie wordt ingewijd in de medico-botanische kennis, maar de Latijnse namen van de kruiden kennen zij niet. En dat is nog wel eens een bezwaar omdat zij zonder nadere aanduiding van de plaatselijke benaming niet weten wat te zoeken.
(bron: Haagsche Courant)
=
Zijn vrouw Johanna van 't Veldt en hun zonen Teunis Johannes en Johannes verblijven als 'verpleegden' in oktober en november 1918 een aantal weken in het Toevluchtsoord van het Leger des Heils voor vrouwen en kinderen, Rapenburgstraat 2 in Amsterdam. In dezelfde periode zit vader Hendrik ook in zo'n toevluchtsoord aan het Rapenburg.
(bron: bijzondere registers in Stadsarchief Amsterdam)
Hendrik Wingelaar | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1914 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna van 't Veldt (ook Veld) |