Het graf bevindt zich op de Joodse begraafplaats aan de Oude Jodenkerkhoflaan te Bourtange.
Informatie bij de grafsteen: zie bijlage
Bourtange
In de jaren veertig van de achttiende eeuw wordt er voor het eerst melding gemaakt van joodse inwoners in Bourtange. Organisatorisch behoorden zij tot de joodse gemeente Pekela. Rond 1835 ontstaat in Bourtange een zelfstandige joodse gemeente, die de beschikking heeft over een kleine synagoge. Aan dit gebouwtje, dat stond aan de Batterijstraat, werden in de loop van de negentiende eeuw enige malen veranderingen aangebracht.
Tussen 1840 en 1895 werd er gebruik gemaakt van een begraafplaats aan de Oude Jodenkerkhoflaan. Op deze begraafplaats staat nog een tiental zerken. De grafstenen op deze begraafplaats werden geïnventariseerd in het Stenen Archief.
In het gehucht Hebrecht, halverwege Vlagtwedde en Bourtange werd vanaf 1897 begraven. Op deze begraafplaats, de Stobben genaamd, zijn nog 26 zerken te zien.
De joodse gemeente in Bourtange was op haar hoogtepunt aan het einde van de negentiende eeuw, daarna liep het aantal joodse inwoners langzaam terug.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn bijna alle joodse inwoners naar Polen gedeporteerd. Slechts een enkeling kon onderduiken en heeft zo de oorlog overleefd. In 1948 werd de joodse gemeente van Bourtange bij Stadskanaal gevoegd.
De synagoge aan de Batterijstraat werd verkocht en is sinds 1989 in gebruik als Joods Synagogaal Museum.
Getuige bij overlijden was Jacques Lohman Sachs, 37 jaar., occupation: koopman in huiden.
Hij is getrouwd met Billegien Hartogs de Beer.
Zij zijn getrouwd in het jaar 1828 te Bourtange , hij was toen 24 jaar oud.
Married 1828 Bourtange to:
Billegien Hartog de Beer, birth 21 Nov 1800 Bourtange, died 6 Jul 1871 Bourtange,
Kind(eren):
http://akevoth.org/genealogy/from/8.htm : Genealogie
Hij werd de stamvader van een grote familie die tot na de Tweede Wereldorlog in Bourtange, Vlagtwedde, Sellingen en Ter Apel woonde. Het gezin was niet welvarend en betaalde slechts 8 jaar hoofdelijke omslag. Het ging om bedragen in de laagste cat egorieèen, van 15 tot 50 cent. In 1838 wordt Baruch veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 weken te Winschoten. De burgemeester deed een goed woordje voor hem, omdat hij de boete niet kon betalen. Het was december en Baruch had 4 kleine kinder en. De wegen waren onbegaanbaar, waardoor het voor zijn vrouw onmogelijk was voor het uitventen van goederen. Baruch had krediet bij de burgemeester, in mei had hij nog een certificaat van goed gedrag voor hem laten uitschrijven. Hij moest echter de straf uitzitten. Men bleef hem kritisch volgen nadien. Op 13 mei 1841 heeft Baruch een klacht ingediend bij de burgemeester tegen de heer Frank wegens belediging. In 1844 was er nog een verdachtmaking m.b.t. tot de bijenkorven van de heer Maarsingh. Doch na inmenging van de heer Beer is daar verder geen uitspraak over gedaan. Men bleef Baruch wel wantrouwen. From deed zaken, net als veel joden uit het grensgebied, in Duitsland. In 1858 leende hij geld aan een zekere Geert Mersman te Leer (Duitsland).
Na zijn overlijden werd zijn weduwe met een daalder per week bedeeld.
Hij was getuige bij aangifte van overlijden van Roosje Levi Jacobsen op 10-10-1838 te Bourtange.
Zijn echtgenote ligt begraven in het aangrenzende graf (12)08
Baruch Abrahams From | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1828 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Billegien Hartogs de Beer |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.