Oorzaak: ziekte van Parkinson/Coma na CVA
Tijdstip: 23:45
Hij is getrouwd met Gezina Ceacilia Antonia Petronella Wegman.
Zij zijn getrouwd op 2 mei 1950 te Dieren , hij was toen 26 jaar oud.
Kind(eren):
Domien is tijdens de oorlog opgeroepen voor Arbeitseinsatz en tewerkgesteld in Duitsland Isselberger Hutte een metaalfabriek waar wielen voor treinen werden gemaakt en ander zwaar materieel. Isselberg ligt net bij Ulft over de grens. De eigenaar was een vriendelijke anti-nazi. Er werd regelmatig ijzer achtergehouden om kacheltjes van te smeden in Ulft. Domien had zich ingeschrven in Gendringen en viel daarmee on der de categorie "grensgangers" waarmee hij thuis kon blijven slapen.
Domien is na verloop van tijd na weekendverlof niet meer teruggegaan naar de fabriek en ondergedoken in een boerderij in de Achterhoek. Een groep jongens uit Doesburg was verstopt in de hooiberg. Ze hadden een zeer goede band met de boeren familie waar ze lagen. Totdat er eind september 1944 een nieuwe onderduiker bij kwam, die jongen hebben ze niet vertrouwd en later bleek ook dat deze hen heeft verraden.
Alle onderduikers werden te voet afgevoerd naar Zevenaar en daar door de landwacht overgedragen aan de SS.
Ze werden in de zogenaamde SS bunker opgesloten in een keldertje van hotel Beenen.
Zonder licht zaten ze onder de vloer, het enige spleetje licht tussen 2 planken door werd zorgvuldig afgedekt door een mat.
1 x perdag eruit voor sanitaire behoeften.
Zijn beide lotgenoten werden na enige tijd overgeplaatst en ingedeeld bij het graven van loopgraven.
Domien werd diverse malen "verhoord" in het hoofdkwartier van de SSeenheid aan de Arnhemseweg door sturmbahnfuhrer Teezmann.
Het verhoor bestond hoofdzakelijk uit het gebruikelijke geschreeuw en gedreig.
Er werd hem toegesnauwd dat hij zich moest beseffen dat hij een "todeskandidat war".
Op zekere dag moesten de gevangenen uit de bunker, ze waren inmiddels met 7 personen, tussen Babberich Herwen aan een tankgracht werken, onder bewaking uiteraard.
Er was een Jehovagetuige bij die principieel weigerde te werken, zelfs na hardhandige sommatie.
De volgende dag werd hij door de gewaarschuwde sturmbahnfuhrer Teezmann voor een vuurpeloton geplaatst en neergeschoten. Teezmann zelf gaf , wat de Duitsers eufemistisch noemen, hem het genade schot.Het lijkwerd zonder verdere plichtplegingen daar in de grond gestopt.
Zijn ouders die net 25 jaar getrouwd waren probeerde op die dag 11 november 1944 wat aan zijn situatie te doen maar werden door Teezmann arrogant afgeblaft. Ze kregen te horen dat er een voorbeeld gesteld zou worden en daarom hun zoon niet meer terug zouden zien.
Via de relaties van Domiens vader wist hij een Wehrmacht officier te inetresseren. Hoe het precies gebeurde is onbekend maar plotseling werd hij om 2 uur 's nachts uit de kelder omhoog gehaald door de offcier Hans von Klunz. die vertelde dat hij de volgende dag werd vrijgelaten.
Een tijdje later is Domien terug gegaan naar het SS kantoor en heeft zijn gestolen fiets opgeëist, terwijl hij helemaal niet zo stoer was.
Domien werd in 1949 winkelier in textiel in Delden in een groot pand met een oorspronkelijk bouwjaar rond 1650.
Hij had een bestaande kleding en fourniturenzaak in Delden overgenomen van de gebroeders Bloemen. Een aantal zusters van Domien hebben zijn vrouw Ceciel ingewerkt in het zakenleven.
Zij trouwden in mei 1950 en voor die datum werd er door de huishoudster van de gebroeders Bloemen nauwlettend op toegezien dat de slaapkamers van het aankomend echtpaar niet onder hetzelfde dak lagen. Dat kon echt niet voor het huwelijk.
De winkel werd aan de eisen van de tijd aangepast en in het begin verkochten zij ook nog kurk- en kapokmatrassen, die hij zelf maakte en linoleum wat hij dan bij de klanten legde. Na een paar jaar is hij daar mee gestopt .
Nadat de laatste van de gebroeders Bloemen was overleden liet de huishoudster in de appelhof een nieuw huis voor zichzelf bouwen.
In 1963 werd de zaak volledig verbouwd en gemoderniseerd.
Nu werden de 3 panden naast elkaar (Langestraat 33 en 35 ) hun eigendom en werden middels een nieuwe facade met elkaar verbonden. De gevel werd verplicht een paar meters naar achteren verplaatst, de nieuwe rooilijn.
In het midden stond het diepe winkelpand en aan een kant ons woonhuis met veel ruimte aan de tuinzijde en de 1e verdieping. Boven aan de straatkant kwam een aparte bovenwoning en aan de andere kant ook een gezinswoning met alleen een voordeur en verder alle kamers aan de tuinzijde en op de 1e verdieping.
De rest van de gevel werd voor etalageruimte gebruikt.
Met 4 opgroeiende kinderen was het wel een druk leven, maar wij werden wel heel vrij gelaten. Op het moment zelf hadden we dat niet in de gaten maar later horen we van vriendjes en vriendinnetjes dat bij ons alles kon.
De achterbuurman Bertus Reuvers heeft een boekje geschreven over zijn jeugd in Delden, vooral in de Zuidwalstraat. Hierin haalt hij herinneringen op over o.a. mijn moeder. Zij voetbalde met de jongens uit de straat eind 50, begin 60er jaren. Dat deed geen enkele Deldense moeder toen. (ma kwam wel uit een gezin met 3 broers, dat verklaart het misschien)
Mijn vader was eigenaar van een van de eerste Vespa scooters in Nederland. Hij reed hierop zonder rijbewijs en als hij aangehouden werd zei hij dat het een bromfiets was. Mijn moeder reed er ook op.
Toen de status van de scooter bekender werd is hij overgestapt op de auto, een Opel Olympia 1957.
Meteen kwam de lesauto voorrijden en moest mijn moeder tegen wil en dank instappen om haar rijbewijs te halen.
Er werd een vouwwagen gekocht bij een boer in de noord-oostpolder. Deze had een constructie gemaakt in een bestaande aanhanger waar een loodzware tent uitgetrokken werd. Het bed lag in de bak. Voor de 3 kinderen was er een apart punt tentje.
Ieder jaar kamperen in de Ardennnen, Nunspeet, Hillegom, en zelf naar Riva aan het Gardameer in Italië.
Klasgenootjes kwamen niet verder dan een dagje uit op de fiets in de vakantie. Dat verschil voelde ik wel.
Als tiener hebben we onze ouders overgehaald om spijkerbroeken en ribbroeken te gaan verkopen. Er werd mondjesmaat mee begonnen maar het werd al snel zo'n succes dat een hele hoek in de winkel werd leeggeruimd voor het spijker- en ribgoed.
Rond 1985 zijn ze gestopt met de zaak door gebrek aan een opvolger. Alles werd uitverkocht en na een paar jaar werd het gehele pand verkocht aan de projectontwikkleaar Lammersen, die de achterzijde van de panden volledig heeft verbouwd tot meerdere appartementen op de 1e verdieping en begane grond de winkelruimtes heeft vergroot, waardoor er nu 3 winkels ontstonden. In de grootste zit nu de Hema.
Pa en ma zijn verhuisd naar een nieuwbouwwoning in Duiven, in hun geboortestreek. Nadat de gezondheid van mijn moeder achteruit ging zijn zij beide rond 2000 naar een verzorgingstehuis in Doesburg verhuisd, Ijsselzicht. Toen openbaarde zich al de eerste verschijnselen van de ziekte van Parkinson bij mijn vader. In de loop van de jaren trad er steeds meer dementie op en in 2007 is hij een half jaar na zijn vrouw overleden.