Hij is getrouwd met Maria Josepha Pellegroms.
Ten jare duizend negen honderd en acht, den vijf en twintigsten der maand Juli [Deurne, zaterdag 25-07-1908] te negen uren voormiddag, zijn voor ons Joannes Carolus Fredegandus Palms, schepen, gedelegeerd ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Deurne, arrondissement en provincie Antwerpen, openbaarlijk ten Gemeentehuize verschenen, ter eene zijde:
Eduardus Van den Heuvel, zeeman, te Borgerhout gehuisvest en blijkens bijgaand uittreksel zijner geboorteakte aldaar geboren den derden Maart duizend achthonderd acht en zeventig [Borgerhout, 03-03-1878], meerderjarigen [30] zoon van Arnoldus Van den Heuvel, zonder beroep, te Borgerhout gehuisvest en van wijlen Maria Catharina Van den Heuvel, blijkens bijgaand uittreksel harer overlijdensakte te Borgerhout overleden den achttienden Februari duizend negenhonderd en twee [Borgerhout, 18-02-1902], de vader alhier tegenwoordig en in het huwelijk van zijnen zoon toestemmend,
en ter anderen zijde Maria Josepha Pellegroms, zonder beroep, alhier gehuisvest en blijkens bijgaand uittreksel harer geboorteakte geboren te Borgerhout den vierden November duizend achthonderd zes en zeventig [Borgerhout, 04-11-1876], meerderjarige [31] dochter van Modestus Pellegroms en van Coleta Laumans, beiden volgens bijgaande uittreksels hunner overlijdensakten overleden, te weten de vader alhier den dertienden Mei duizend negenhonderd en acht [Deurne, 13-05-1908] en de moeder te Borgerhout den vijfden Maart duizend achthonderd negentig [Borgerhout, 05-03-1890].
Welke comparanten ons hebben aanzocht over te gaan tot het sluiten des Huwelijks tusschen hen beraamd, en waarvan de afkondiging is gedaan geweest op de daartoe bestemde plaats in deze gemeente en te Borgerhout op Zondag vijf Juli laatstleden [Deurne en Borgerhout, 05-07-1908].
Geene tegenkanting ons wegens dit Huwelijk beteekend zijnde, recht doende aan het gemelde verzoek, na aan de partijen en getuigen te hebben voorgelezen al de stukken ten dezes vereischt, alsmede het zesde hoofdstuk des vijfden titels van het eerste boek van het burgerlijk wetboek over de wederzijdsche rechten en verplichtingen der echtgenooten,
hebben wij gevraagd aan den toekomenden bruidegom en aan de toekomenden bruid of zij zich willen nemen voor man en vrouw; ieder van hen, in het bijzonder, bevestigend geantwoord hebbende, verklaren wij in den naam van de wet, dat door het Huwelijk vereenigd zijn:
Eduardus Van den Heuvel en Maria Josepha Pellegroms
Van allen hetgene wij deze huwelijksakte hebben opgemaakt in bijzijn van Henricus Van den Heuvel, briefdrager, oud drij en veertig jaar [43], broeder des bruidegoms gehuisvest te Borgerhout en van Josephus Pellegroms, wijnbewerker, oud een en veertig jaar [41], broeder der bruids, insgelijks te Borgerhout gehuisvest. Tevens melden de belanghebbenden dat er tusschen hen een huwelijksverdrag bestaat, verleden op achttien Juli laatst [Borgerhout, zaterdag 18-07-1908] voor meester Josephus Fredericus Maria De Ridder, notaris, te Borgerhout verblijvende.
Waarvan akte, in dubbel, door ons ten Gemeentehuize opgemaakt, en na voorlezing geteekend door ons en al de verschijnenden voorgemeld
Ed. Van den Heuvel – J. Pellegroms – A. Van den Heuvel – H. Van den Heuvel – Jos Pellegroms – Cl. Palms
Zij zijn getrouwd op 25 juli 1908 te Deurne, België , hij was toen 30 jaar oud.
Kind(eren):
Mijn peter en bompa Edward Van den Heuvel (°1878)
was zeeman (steward) op de Red Star Line 1912-1921.
Edward heeft als zeeman (steward) vele zeereizen gemaakt met de stoomschepen (SS) van de Antwerpse rederij Red Star Line voor de overtochten met de emigranten van Antwerpen naar New York in de jaren 1912, 1920, 1921. Waarschijnlijk was dit voor de durvers met zeebenen een goed betaalde en ‘propere’ job.
In de archieven van 'The Statue of Liberty-Ellis Island Foundation Inc.' (op het internet www.ellisisland.org) is zijn naam op de passagiers- en bemanningslijsten van de SS VADERLAND en SS FINLAND terug te vinden
Zo vinden we de naam Edward Van den Heuvel effectief terug bij aankomst in New York vanuit Antwerpen/Southhampton van de volgende heenreizen (duurtijd 10 à 12 dagen), van de terugreizen (duurtijd 9 à 10 dagen) is niets terug te vinden:
RED STAR LINE: ANTWERPEN H/T NEW YORK
SS VADERLAND
1H - zaterdag 27 januari 1912 > dinsdag 6 februari 1912 - 10d
(1T - dinsdag 20 februari 1912 < zondag 11 februari 1912 - 9 d ?)
SS FINLAND
2H - woensdag 2 juni 1920 > maandag 14 juni 1920 - 12d
(2T - woensdag 30 juni 1920 < zondag 20 juni 1920 - 10d ?)
3H - woensdag 7 juli 1920 > zondag 18 juli 1920 - 11d
(3T - zaterdag 31 juli 1920 < donderdag 22 juli 1920 - 9d ?)
4H - dinsdag 10 augustus 1920 > zaterdag 21 augustus 1920 - 11d
(4T - dinsdag 7 september 1920 < zondag 29 augustus 1920 - 9d ?)
5H - dinsdag 14 september 1920 > zaterdag 25 september 1920 - 11d
(5T - dinsdag 12 oktober 1920 < zondag 3 oktober 1920 - 9d ?)
6H - dinsdag 19 oktober 1920 > zaterdag 30 oktober 1920 - 11d
(6T - dinsdag 16 november 1920 < zondag 7 november 1920 - 9d ?)
7H - vrijdag 26 november 1920 > dinsdag 7 december 1920 - 11d
(7T - vrijdag 24 december 1920 < woensdag 15 december 1920 - 9d ?)
8H - vrijdag 31 december 1920 > dinsdag 11 januari 1921 - 11d
(8T - vrijdag 28 januari 1921 < woensdag 19 januari 1921 - 9d ?)
9H - zaterdag 5 februari 1921 > woensdag 16 februari 1921 - 11d
(9T - zaterdag 5 maart 1921 < donderdag 24 februari 1921 - 9d ?)
10H - zaterdag 12 maart 1921 > woensdag 23 maart 1921 - 11d
(10T - zaterdag 9 april 1921 < donderdag 31 maart 1921 - 9d ?)
11H - zaterdag 23 april 1921 > woensdag 4 mei 1921 - 11d
(11T - zaterdag 21 mei 1921 < donderdag 12 mei 1921 - 9d ?)
Als ik een klein manneke was in de jaren vijftig, hij was toen al in de zeventig, geraakte hij niet uitgepraat over de tijd die hij doormaakte op deze schepen, over het leven aan boord en zijn bezoeken aan de wereldstad New York. Edward was steward, als de ‘gangway’ (loopplank met relingen of ‘valreep’) was ingetrokken begon zijn taak, hij zorgde voor de eerste- en tweede-klasse passagiers en hun kajuiten. De derde-klasse passagiers verbleven in de ‘steerage’ (tussen- of onderste dekken), waar het erg stonk, een onvergetelijke walgelijke stank (zweet- en lijfgeur, braaksel en ontsmettingsmiddelen zoals carbol en formol). Er waren soms ‘stowaways’ (verstekelingen) aan boord die vroeg of laat toch werden gevonden doordat ze voedsel en drank in de keuken stalen. Ze werden gedwongen de vuilste werkjes te doen of werden opgesloten in het ‘provoost’ in het vooronder en ze moesten onverrichterzake mee terug naar Antwerpen. Ook was er ongedierte aan boord, insecten: luizen, vlooien, schurft, bedwantsen, vliegen en kakkerlakken gaven veel problemen alsook muizen en (zwarte) ratten, daarvoor waren er scheepskatten aan boord.
Zijn schoenen poetsen kon hij als geen ander, die blonken steeds als een spiegel. Hij kon zelfs ‘steppen’ (tapdansen) samen met z’n wandelstok en bolhoed en hij had speciale ‘tap shoes’ met ijzeren beslag laten maken, ook kon hij goed ‘schamoteren’ (goochelen) vooral met de kaarten, waarschijnlijk geleerd van de entertainers die ’s avonds optraden aan boord.
Hij ging met mij soms wandelen aan de Scheldekaaien op de wandelterrassen waar eertijds de stoomschepen van de Red Star Line en later de Kongoboten van CMB vertrokken. Daarna gingen we langs de bureaus van de Red Star Line en de iets verder gelegen droogdokken om naar de schepen te kijken die daar in herstelling lagen op de werven van Beliard-Crighton.
Hij heeft ‘de ramp van de Titanic’ op 15 april 1912 van de White Star Line van heel dichtbij opgevolgd, hij was toen pas terug uit New York met de SS Vaderland, einde februari 1912. Dat heeft een diepe indruk gemaakt op zijn gezin en hij heeft zijn verre zeereizen een tijd lang onderbroken tot de kinderen wat groter waren. Er waren toen al 2 kleine kindjes in het gezin Van den Heuvel: Maria (°1909) en mijn vader Jos (°1911) later zijn er nog 3 dochters, Martha (°1913), Jeanne (°1915) en Gaby (°1916), geboren. Het gezin woonde in de Sint-Rochusstraat in Deurne-Zuid.
Zijn vrouw, mijn bomma, was Maria Josefina Pellegroms (°1876). Zij was als jong meisje ernstig ziek geworden aan haar bekken, hierdoor was zij heel slecht te been en kon zij niet meer lopen. Zij liep met krukken en haar slecht been werd steeds korter en ze werd steeds meer kreupel, volgens de dokters was er geen herstel meer mogelijk. Verschillende malen is ze naar Lourdes op bedevaart getrokken tot ‘het grote wonder’ geschiedt op 4 mei 1902. Ze komt volledig genezen terug aan in het (vroegere) houten (Centraal) Station Antwerpen Oost op het Astridplein onder massale belangstelling van vele duizenden (op het internet terug te vinden in verschillende krantenknipsels uit die tijd). Schijnbaar is de genezing definitief want zij huwt op latere leeftijd in 1908 en bevalt in de volgende 8 jaar huwelijk van 5 gezonde kinderen waaronder mijn vader Jos (°1911) die 94 j wordt, zelf wordt ze 84 j, al een zeer respectabele leeftijd in de 60-er jaren van vorige eeuw.
Ik heb nog een foto van mijn bompa in het uniform van steward.
Als aandenken heb ik nog een zwaar geel koperen souvenir, een ‘Vrijheidsbeeld’ met een elektrisch lampje dat bij ons thuis vroeger steeds op de schouw heeft gestaan.
In de periode 1921-1939 heeft hij nog veel zeereizen gemaakt met de 'Kongoboten' SS Albertville en SS Léopoldville van de rederij CMB (Compagnie Maritime Belge). Daarvan zijn spijtig genoeg geen archiefstukken op het internet terug te vinden. De oudste dochter Maria (°1909), mijn tante nonneke, is waarschijnlijk daarom missiezuster geworden bij de ‘zwarte mannekes’ en dat in verschillende leprozerieën (bij de melaatsen) in Kongo van 1935 tot 1985.
GEBOORTEAKTE
Borgerhout nr. 1878-154, 3 maart 1878 (p. 612 van geboorteakten 1870-1879)
***********************************
HUWELIJKSAKTE
Deurne nr. 1908-57, 25 juli 1908
Akte nr. 57
Ten jare duizend negen honderd en acht, den vijf en twintigsten der maand Juli te negen uren voormiddag, zijn voor ons Joannes Carolus Fredegandus Palms, schepen, gedelegeerd ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Deurne, arrondissement en provincie Antwerpen, openbaarlijk ten Gemeentehuize verschenen, ter eene zijde:
Eduardus Van den Heuvel, zeeman, te Borgerhout gehuisvest en blijkens bijgaand uittreksel zijner geboorteakte aldaar geboren den derden Maart duizend achthonderd acht en zeventig, meerderjarigen zoon van Arnoldus Van den Heuvel, zonder beroep, te Borgerhout gehuisvest en van wijlen Maria Catharina Van den Heuvel, blijkens bijgaand uittreksel harer overlijdensakte te Borgerhout overleden den achttienden Februari duizend negenhonderd en twee [Borgerhout, 18-02-1902], de vader alhier tegenwoordig en in het huwelijk van zijnen zoon toestemmend, en ter anderen zijde Maria Josepha Pellegroms, zonder beroep, alhier gehuisvest en blijkens bijgaand uittreksel harer geboorteakte geboren te Borgerhout den vierden November duizend achthonderd zes en zeventig, meerderjarige] dochter van Modestus Pellegroms en van Coleta Laumans, beiden volgens bijgaande uittreksels hunner overlijdensakten overleden, te weten de vader alhier den dertienden Mei duizend negenhonderd en acht en de moeder te Borgerhout den vijfden Maart duizend achthonderd negentig.
Welke comparanten ons hebben aanzocht over te gaan tot het sluiten des Huwelijks tusschen hen beraamd, en waarvan de afkondiging is gedaan geweest op de daartoe bestemde plaats in deze gemeente en te Borgerhout op Zondag vijf Juli laatstleden.
Geene tegenkanting ons wegens dit Huwelijk beteekend zijnde, recht doende aan het gemelde verzoek, na aan de partijen en getuigen te hebben voorgelezen al de stukken ten dezes vereischt, alsmede het zesde hoofdstuk des vijfden titels van het eerste boek van het burgerlijk wetboek over de wederzijdsche rechten en verplichtingen der echtgenooten, hebben wij gevraagd aan den toekomenden bruidegom en aan de toekomenden bruid of zij zich willen nemen voor man en vrouw; ieder van hen, in het bijzonder, bevestigend geantwoord hebbende, verklaren wij in den naam van de wet, dat door het Huwelijk vereenigd zijn:
Eduardus Van den Heuvel en Maria Josepha Pellegroms
Van allen hetgene wij deze huwelijksakte hebben opgemaakt in bijzijn van Henricus Van den Heuvel, briefdrager, oud drij en veertig jaar, broeder des bruidegoms gehuisvest te Borgerhout en van Josephus Pellegroms, wijnbewerker, oud een en veertig jaar, broeder der bruids, insgelijks te Borgerhout gehuisvest. Tevens melden de belanghebbenden dat er tusschen hen een huwelijksverdrag bestaat, verleden op achttien Juli laatst voor meester Josephus Fredericus Maria De Ridder, notaris, te Borgerhout verblijvende.
Waarvan akte, in dubbel, door ons ten Gemeentehuize opgemaakt, en na voorlezing geteekend door ons en al de verschijnenden voorgemeld
Ed. Van den Heuvel – J. Pellegroms – A. Van den Heuvel – H. Van den Heuvel – Jos Pellegroms – Cl. Palms
EDUARDUS VAN DEN HEUVEL | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1908 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Josepha Pellegroms |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.