Hij is getrouwd met Sidonia van Saksen.
Zij zijn getrouwd in het jaar 1545, hij was toen 16 jaar oud.
In 1540 volgde hij zijn vader op als hertog in Kalenberg-Göttingen - tot in 1545 als minderjarige, onder voogdij van zijn moeder, Elisabeth van Brandenburg, die de reformatie invoerde. Erik trad echter in 1547 toe tot het katholicisme.
Erik diende in het leger van Karel V and Filips II, en nam deel aan de Schmalkaldische Oorlog (1546-1547) en de Habsburg-Valois Oorlog (1551-1559) onder Lamoraal van Egmont. Gedurende the Slag van Saint-Quentin (1557) maakte hij zich verdienstelijk door Maarschalk van Frankrijk Anne de Montmorency en Jacques d'Albon de Saint-André gevangen te nemen. Deze gijzelaars waren van belang bij de onderhandelingen voor de Vrede van Cateau-Cambrésis. Ter compensatie gaf Filips II hem in 1558 de Baronie van Liesveld en de Heerlijkheid van Woerden in onderpand.
In september 1566, het jaar van de Beeldenstorm, onderdrukte Erik van Brunswijk met harde hand een poging om de Lutherse eredienst in te voeren in de Petruskerk in Woerden. In datzelfde jaar benadrukte hij zijn trouw aan de Katholieke religie met de schenking van het glas De tempeluitdrijving van Heliodorus aan de St.-Janskerk in Gouda, Catholicae religionis ergo (vanwege de Katholieke godsdienst).
Na de slag bij Oosterweel (1567) hielp hij met het herstellen van de orde door Vianen te veroveren op 'Grote Geus' Hendrik van Brederode (5 mei 1567). Nadat Woerden op 8 augustus 1572 zich aansloot bij de Nederlandse opstand namen de Staten van Holland de heerlijke rechten over van Erik van Brunswijk, maar hij behield de inkomsten.
Bij Katharina van Weldam, een buitenechtelijke relatie, had hij een zoon, Willem, en een dochter, Catharina, welke kinderen een aantal jaren na de geboorte zijn gelegitimeerd.
Na zijn overlijden ging het hertogdom over naar zijn neef Julius van Brunswijk-Lüneburg.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.