Zij is getrouwd met Jan Aerts Barendregt.
Zij zijn getrouwd voor 1600.
Kind(eren):
INFO: https://www.rijerkerk.net/databank/person/14/i_I20109/maeijcken-pietersdr
Pieter Dircxz, wedr van Hillichgen Geleijnen, wonende in West-Barendrecht, testeert 25.6.1630 te Rotterdam. Aan zijn dochter Maertgen Pieters, wed. van Jan Jansz Perdoes wonende op Maaslandsluijs, en aan zijn dochter Maertgen Pieters, huisvr. van Jan Aertsz wonende in West-Barendrecht, vermaakt hij elk een helft van zijn nalatenschap. De twee kinderen van Bastiaentgen Pieters waarvan de vader Arien Gerritsz Boomen is, zullen 400 gld. ontvangen, terwijl het kind van Ariaentgen Vrancken, zijn dochters dochter, 150 gld. uitgekeerd zal krijgen. Tot voogden over de minderjarigen benoemt hij Arij Gerritsz Boomen en Henrick Cornelisz te Barendrecht.
Laatstgenoemde zal identiek zijn met Hendrick Cornelisz Binnendijck, tweede man van Lijntge Jansdr, kleindochter van de testateur. De voornoemde Hillichgen Geleijnen zal ook de moeder van de vrouw van Jan Aertsz zijn, daar deze naam ook onder hun nageslacht voorkomt.
Aktesoort: testament Datum: 25/06/1630 Archief: ONA Rotterdam Inventarisnummer: 186 Aktenummer/Blz.: 46/78 Notaris: Jacob Cornelisz van der Swan
In 1649 blijken Jan en zijn kinderen de naam Barendregt te voeren: op 4 juni dat jaar testeren te Dordrecht Jan Aertsoon Barendregt en zijn vrouw Maeijken Pietersdr, wonende te Barendrecht, op hun kinderen Aert en Lijntgen. Hun zoon Cornelis blijkt reeds overleden te zijn. Zoon Aert is nog ongehuwd en woont bij zijn ouders op de boerderij. Zijn ouders verklaren dat hij boven zijn erfdeel nog recht heeft op 2% mr. land en een uitzet, daar zijn broer en zuster dit bij hun huwelijk ook hadden meegekregen. Daarbij zal Aert nog 1000 Car. ontvangen, daar de overige kinderen dit naast hun huwelijksgoed hadden ontvangen. Aert zal de boerderij uit hun boedel toebedeeld moeten krijgen en indien hij voordien zonder nakomelingschap zou komen te overlijden, zal zijn part in de boedel komen aan de nakomelingen van zijn broer Cornelis en zijn zuster Lijntgen. Tot voogden en beheerders van hun boedel benoemen de testateurs de heer Blasius van Haarlem en Leenert Willemsz Verman. Zij bekrachtigen hun wilsbeschikking met hun merk. Interessant is de eerstgenoemde voogd, telg van een Dordtse regentenfamilie32 en ongetwijfeld identiek met de gelijknamige schout van Puttershoek over de jaren 1646-1648. Was hij op één of andere wijze verwant aan de testateurs of was hij alleen maar als goede bekende verkozen, omdat hij in Puttershoek een oogje kon houden op de weeskinderen van hun zoon? Uit deze akte valt op te maken dat de echtelieden behoorden tot de rijke boerenstand.
Een akte gedateerd 25.2.1651 noemt Jan Aertsz nog als inwoner van Barendrecht, maar op 4.11.1652 compareert Maertghen Pieters, weduwe en boedelhoudster van Jan Aertsz, Aert Jansz haar zoon en voogd in deze, en haar zwager (= schoonzoon) Heijndrick Cornelisz Binnendicx, allen wonende in Carnis van Barendrecht, en verklaren aan de te Rotterdam wonende Maeria van Soellen Cristiaen van Soellendochter 2000 Car. gld. schuldig te zijn n.a.v. een geldlening. Als zekerheid stelt zij 8 mr. vrij eigen land in het Oude Land van Carnis. Deze schuldbrief wordt pas 29.10.1705 door Gerrit A. van Vlieth ingelost
Marrichen Pieters, weduwe van Jan Aerts, wonend in West-Barendrecht, benoemt tot haar erfgenamen: -Lijntgen Jans, haar dochter, vrouw van Hendrick Cornelisz Binnendijck, Aert Jans, haar zoon de kinderen van Cornelis Jans, haar zoon za. Zij benoemt tot voogden over de kinderen van haar zoon za., Jan Cornelisz Schep, notaris te Vlaerdingen, haar cousijn, en Claes Coenen, haar buurman. Aktesoort: testament Datum: 02/09/1653 Archief: ONA Rotterdam Inventarisnummer: 358 Aktenummer/Blz.: 86/267 Notaris: Jacobus Delphius
Aert Jansz voor hem zelf, Claes Coenen als zijn gekoren voogd in deze, Heijnderick Corn. als man en voogd van Lijntien Jansdr voor hem zelf, en Jan Pieters Hertichvelt als gestelde voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Cornelis Jansz, wonende zo in Barendrecht als in Puttershoek, gezamenlijk erfgenamen van Jan Aertsz en Marijtgen Pieters, beiden overleden, transporteren 12.5.1654 aan de in Carnis van Barendrecht wonende Bastiaen Adriaens Plonnen 8 mr. 300 r. bouwland met boerderij in het Oude Land van Carnis. Dit goed was belast met een schuldbrief van 2000 Car. gld. ten behoeve van het weeskind van Cristiaen van Sollen te Rotterdam en met een brief ter grootte van 120 gld. ten behoeve van het lakenkopersgilde te Dordrecht
Op 8.10.1654 wordt er weer een transportakte voor het voornoemde goed opgemaakt. Ditmaal treed Bastiaen Lauwen op als voogd van de weeskinderen. Dezelfde dag wordt ten behoeve van de erfgenamen van Jan Aertsz en Maritge Pieters een schuldbrief groot 2800 Car. gld. opgemaakt, welk bedrag de koper Bastiaen Adriaensz per reste van 6970 Car. gld. nog aan hen schuldig is
Maeijcken Pieters | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
< 1600 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jan Aerts Barendregt |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.