Oorzaak: Overleden in Ziekenhuis Heilige Familie 's Herenbaan 240
Zij is getrouwd met Petrus Hendricus "Hendrik" de Roeck.
In 1883 werd in Niel Hendrik De Roeck geboren. Zijn vader Philip was een steenbakkersman te Niel. Hendrik’s moeder was afkomstig uit Ruisbroek en was arbeidster. In 1905 behoorde Hendrik als nummer 0244 voor de vervulling van de dienstplicht, maar werd niet opgeroepen hoewel hij aan alle voorwaarden voldeed. Hendrik verhuisde begin 20ste eeuw voor een tijdje naar Hemiksem. In 1906 keert hij terug naar zijn geboortedorp Niel, waar hij trouwde met fabriekswerkster Marie Pauwels, gekend als “Marie Van Sander Viool”. Marie kwam uit een metsersfamilie uit Boom maar woonde zelf een tijdje in De Hornesstraat te Antwerpen. Wanneer het koppel trouwt, gaf Hendrik’s moeder haar toestemming niet om te trouwen.
Het koppel gaat wonen in de Prins Albertstraat 18 te Niel. Daar krijgen ze hun eerste zoon: Frans. Eén jaar later woont het koppel op de Antwerpsestraat 217, eveneens in Niel. Daar werd hun dochter Irma geboren. Enkele maanden later, in 1910, kwam hun tweede zoon genaamd Gustaaf ter wereld. Het gezin was toen opnieuw verhuisd, deze keer woonden ze in de Krijtstraat 72 (heden Emiel Dewittstraat) in Niel. Hun vierde kind, Sophia werd in 1913 geboren in hun toenmalige woning in de Kerkhofstraat. Nadien volgde nog een dochter; Madeleine, genoemd naar Marie’s jongere zus Leen. Het gezin ging wonen in de Landbouwstraat 1 te Niel, aan het kruispunt met de Antwerpsestraat.
Als jonge vrouw werkte Marie Pauwels, oftewel Mieke, in de Boomse Steenbakkerijen. Tijdens de oorlog ging ze boter smokkelen. In de jaren 20 werkte haar man, Hendrik De Roeck op “De Zilveren” (heden ten dage Metallurgie Hoboken). Hendrik werkte daar in een besturingscabine. In 1928 krijgt hij een zware klap te verwerken. De zoon van zijn goede vriend Corneel Van Ranst, genaamd Ulric had een werkongeval. Hendrik zelf zat op dat moment in de besturingscabine van de rolbrug. De24-jarige Ulric Van Ranst had daarbij ruggenwervels gebroken en overleed nadien aan de gevolgen hiervan. De ouders van Ulric waren al jaren bevriend met Hendrik De Roeck en zijn vrouw Mieke Pauwels. Het ongeval had geen invloed op hun vriendschap. Sterker nog, Hendrik’s zoon Gustaaf zou later trouwen met de dochter Elza Van Ranst. Echter heeft Hendrik zelf dit nooit meegemaakt. Hendrik werd op 48-jarige leeftijd geëlektrocuteerd in zijn besturingscabine. Hij had inwendige brandwonden en overleed enkele dagen nadien.
In de jaren ’30 werkte zoon Frans als koffiebrander. In 1941 bevond Frans zich in Villingen, Duitsland.Hendrik’s vrouw, Mieke Pauwels bleef alleen achter. Ze bleef wonen in het huurhuis gevestigd op de Landbouwersstraat 1 te Niel. De woning van Marie Pauwels was een klein huisje en stond in Niel bekend als “Het Cemente Huisje”. Het huisje had maar één raam aan de voorkant. Langs de zijkant kon je tussen het naastgelegen café en de woning naar het bescheiden binnenplaats van het huisje gaan. Daar bevond zich dan het toilet en de regenput. In Mieke haar woonkamer hing een uitvergrote foto van haar overleden man Hendrik. Marie's huis in de landbouwstraat was altijd goed opgewarmd. Het snikhete huisje werd op warmte gebracht door een kleine Leuvensestoof, waar Mieke ook op kookte. Ondanks de hoge temperaturen in huis, was Marie zelf steeds warm aangekleed met een dikke trui en zelfgebreide knielappen. Marie was geen sociale dame, hele dagen lang zat ze binnen. Haar zussen, die ook in Niel woonde, kwamen wel regelmatig langs. Samen klaagde ze dan over de kinderen en kleinkinderen. Samen zaten ze dan aan de keukentafel, waar ook haar grasparkietje een plaatsje had gekregen.
Marie’s oudste zoon “Frans’ke” is nooit gehuwd geweest. Hij bleef bij zijn moeder wonen in de Landbouwstraat.
Frans’ke zijn dag begon met een goede fietstocht. Elke dag reed hij met zijn fiets van Nielnaar zijn werk bij De Petrol te Hemiksem nabij Hoboken. Daar stond hij in voor het kuisen van de ketels. S ’Avonds na zijn shift zette hij zijn fiets in de gang en trok hij naar het café “Bij Netteke”, dat net gelegen was naast hun woning. In deze kroeg was Frans niet vies van wat te gokken. Er waren kaartspelen voor grof wat geld. Frans’ke was, in tegenstelling van zijn moeder, een grappige en enthousiaste man. Hij was ook sociaal en ging regelmatig naar de avondmis. Als vriendendienst ging Frans regelmatig de duiven bewaken en controleren van kennissen.
Frans zijn jongere broer, Gustaaf, verhuisde rond 1940 met zijn vrouw Elza en zoon Hendrik naar Bornem. Als jonge knaap was Gustaaf altijd graag goed opgekleed en droeg hij een hoed. Gustaaf was ,tot tegenstelling van zijn broer, niet zo een Caféganger. Wél heeft hij een tijdje op de bollenbaan gespeeld op de Rijkenhoek in Bornem. Op oudere leeftijd kreeg hij last van zijn maag en moest hij een maagoperatie ondergaan. De kinderen van Gustaaf gingen regelmatig op bezoek bij hun grootmoeder, “De Grote Moe”. Ze reden van Bornem naar Niel met de fiets. S’avonds zat Marie dan met haar kleinkinderen in het donker, Marie was immers een erg pinnige dame die geen geld wou uitgeven aan elektriciteit . Wel luisterde ze samen naar de radio. Haar zoon Frans kwam op een dag wel eens thuis met een televisie met een antenne. Deze antenne bevatte een motortje dat regelmatig vast zat. De slechte werking hiervan zorgde voor vele discussies tussen Frans en zijn moeder.
De ouderdom had Marie stevig te pakken. De laatste jaren van haar leven had heel haar lichaam last van reuma. Hierdoor liep ze noodgedwongen met een stok. Zelf stak ze deze achteruitgang op haar zware werk in de Boomse steenbakkerijen. Haar keukentafel stond volledig vol met medicatie en de huisarts was nooit ver weg. Ook de gezondheid van haar oudste zoon Frans’ke gaat snel achteruit. Hij werd invalide door het zware werk op De Petrol, waarbij hij eens bevangen werd door het gas. Het steeds roken van zelfgerolde sigaretten had natuurlijk ook geen goede invloed op zijn lichaam, maar hierbij kreeg hij ook nog eens last van slecht zicht. Na enkele jaren eiste dit zijn tol en werd hij nagenoeg blind. Samen met zijn moeder Mieke verhuizen hij naar het -Zorgcentrum Maria Boodschap in Niel. Marie Pauwels zelf overleed op 11 jul 1976 in het ziekenhuis van Rumst. Haar oudste zoon stierf rond diezelfde periode. Marie’s lichaam werd begraven bij haar man op het kerkhof van Niel, op een eeuwig eigendom. Marie’s zoon Gustaaf werd p as na de begrafenis op de hoogte gebracht van het overlijden van zijn moeder. Dit zou de wens van Marie geweest zijn.
Dochter Irma trok naar een tijdje naar Wenduine, maar keerde nadien terug naar de Landbouwstraat in Niel. De andere dochter, Madeleine huwde met Jean Asselberg. Hij werkte bij Volkswagen en Madeleine werkte net zoals haar twee broers op de Petrol. Het koppel verhuisde naar de Sint-Bernardsesteenweg in Hemiksem waar ze een nieuwbouw hadden geplaatst. Madeleine overleed in een rusthuis in de buurt van Lippelo.
Zij zijn getrouwd op 15 oktober 1906 te Niel, België, zij was toen 21 jaar oud.
Kind(eren):
grootouders
ouders
broers/zussen
kinderen
Maria Coleta "Marie'ke" Pauwels | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1906 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Petrus Hendricus "Hendrik" de Roeck | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.