Hij is getrouwd met Johanna N..
Zij zijn getrouwd
1370 januari 4
Arnold van Wachtendonck de Jonge, ridder, draagt voor schout en schepenen van Breust tevens "richter en laten des hoefs heren Arnolts van Wachtendonck over aan "Henric, soene wilne Karsilys van Hoelseet, riddere, geldende in orber syns ende Karsilys ende Johans sinre bruederen", een erfpacht van 113 gulden en 4 mud even. Voor deze erfpacht stelt hij tot onderpand zijn hof te Oost.
1382 mei 9
Theodericus van Oys, ridder, gehuwd met Felicitas van Uppey, maakt zijn testament, waarbij hij legateert aan Petrus van der Hallen, zoon van Winand, camerarius van den hertog van Brabant, zijn "curia de Oys". In dit testament verklaart de erflater "quod dictam curiam cum suis attinentiis nemini cognosceret seu scieret obligatam", m.a.w. dat de hof van Oost geen ander gerecht boven zich erkende en volledig onafhankelijk was. Het testament geeft verder een volledige beschrijving van de tot den hof behorende terreinen.
1384 januari 31
Voor schout en schepenen van Breust verschijnt "Peter Wynants soen van der Hallen" en bekent schuldig te zijn aan zijn zuster Margaretha een erfpacht van 10 mud rogge Trichter maat. Als onderpand verbindt hij 24 akkerland, behorende onder zijn hof te Oost.
1390 oktober 9
Arnold van Wachtendonck de Jonge verkoopt zijn hof te Oost aan aan Karsilis van Holsit.
1411 januari 13
Voor schout en schepenen van Breust verschijnt Karsilis van Holsit, rentmeester-generaal van het bisdom Luik en toont brief en zegel, waarbij Hendrik Gruter en diens echtgenote Margriet hem hebben overgedragen een erfpacht van 10 mud roggen, alsmede een schepenbrief, waarbij Margriet deze erfpacht had verkregen. Karsilis verzoekt "goedinge" in de rente confrom de brieven. Tevens doet Philips van Breust, schout aldaar, als momber zijner echtgenote Kathryne, dochter van Margriet van der Hallen, afstand van alle rechten, die hij op de erfpacht van 10 mud rogge zou "
1438
Akte van overdracht door Johanne, weduwe van Karsielis van Holsit, aan het kapittel van Onze-Lieve-Vrouw van een rente van 5 schellingen ten laste van een erf te Sint-Pieter.
Karsilius van HOLSIT | ||||||||||
Johanna N. |