Zij is getrouwd met Willem EKDOM.
Zij zijn getrouwd op 26 april 1817 te De Bilt (Utrecht, The Netherlands), zij was toen 24 jaar oud.
Kind(eren):
Bron: De Biltse Grift - september 1997 - Schippers in de Bilt door Lies Haan-Beerends.
Waarom het zo lang geduurd heeft, voordat Jacob Harskamp officieel als schipper benoemd werd is
onduidelijk. Wel blijkt uit de archieven dat het toen ook in De Bilt roerige tijden waren. In de gerechtsnotulen werd de inkwartiering van soldaten meermalen vermeld. Zo ook alle ongemakken die dat tot gevolg had. Pas op 9 januari 1804 vergaderde het gerecht over de opvolging van Wulfert van Tammelen: â¨Nog is in Deliberatie genomen hoe ten aanzien van de vacante Schippersplaats te handelen en daarop gedelibereerd zijnde is beslooten bij meerderheid van de Schepenen (willende den Schout hierin geene stem uitbrengen, tenzij Schepenen wilde besluiten de aanstelling van de Schipper aan den Ambagtsheer wierde overgelaten) dat Jacob Harskamp als schipper van hier op Utrecht en vice versa zal worden aangesteld, zooals dezelve aangesteld word bij deze; en zal aan hem eene behoorlijke Acte van aanstelling daarvan worden ter hand gesteld.âÆ
Het meningsverschil, dat kennelijk bij schout en schepenen bestond betreffende het aanstellingsrecht, heeft deze vertraging wellicht veroorzaakt. Het is zeer waarschijnlijk, dat Dirkje na het overlijden van haar eerste man het schippersambt officieus heeft bekleed. Zij overleed eind 1803.
Daardoor moest er toen in ieder geval een beslissing genomen worden betreffende de aanstelling van een beurtschipper. Jacob was slechts korte tijd officieel als schipper werkzaam. Op 30 juni 1804 overleed ook hij en in de gerechtsvergadering van 30 juli 1804 werd met algemene stemmen besloten om Willem van Tammelen, een zoon van voornoemde Wulfert en Dirkje, tot schipper te benoemen.
Bijna dertig jaar heeft Willem het schippersambt bekleed. In de raadsvergadering van 19 september 1832 werd melding gemaakt van het overlijden van Willem van Tammelen. Met algemene stemmen werd
besloten Willem van Ekdom, reeds schipper zijnde, tot officiâ´le schipper van De Bilt te benoemen. Deze Willem was een zoon van Comelis van Ekdom, die op zijn beurt weer een zoon was van Willem Cornelisz.van Ekdom, de vader van de eerdergenoemde Dirkje en broer van Ernst
van Ekdom. Blijkens de gemeenteverslagen van De Bilt voer er nog steeds â¨een vaste veer- of vragschuit
tweemaal per week van hier op UtrechtâÆ.
Tijdens de raadsvergadering van 13 november 1848 werd melding gemaakt van het overlijden van Willem van Ekdom. Besloten werd, dat zijn weduwe, Adriana Grootenhuis, het schippersambt voorlopig mocht waarnemen. In de raadsvergadering van 7 mei 1849 kreeg zij een officiâ´le benoeming, daar ze gedurende de waarneming volgens de mening van de raad getoond had volkomen voor deze betrekking berekend te zijn. Met algemene stemmen was dan ook tot haar aanstelling besloten.
Zoals blijkt uit de gemeenteverslagen voer de dorpsschuit van De Bilt ook toen nog tweemaal per week naar Utrecht en terug en kwam de Zeister schuit dagelijks door de Biltse Grift. Nog altijd werden er alleen goederen per schuit vervoerd. Personen moesten gebruik maken van de door het dorp rijdende diligences.
Blijkens de â¨Nominatieve staat der bevolkingâÆ uit 1857 waren niet alleen de weduwe van Willem van Ekdom en haar zoon Cornelis als schipper werkzaam, maar ook Jacob van Amerongen, Hendrik van Ekdom, Steven van Ekdom en Willem Peereboom, de laatste als turfschipper aangeduid.
In de raadsvergadering van 13 april 1859 kwam ter tafel, dat Adriana Grootenhuis te kennen had
gegeven met haar ambt te willen stoppen. Zij vroeg de raad haar zoon Cornelis aan te stellen, hetgeen tijdens de raadsvergadering van 29 april 1859 daadwerkelijk werd besloten.
Adriana GROOTENHUIZEN | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1817 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willem EKDOM |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.