MIJNLIEFF (MIJN LIEFFKEN), Geerit (Gerardt) Ariensz., geb. Ridderkerk ca. 1555, wedr. won. IJsselmonde 1598, vermeld als eigenaar van landerijen te Ridderkerk 1579, 1581, koper van de korentienden in het 4e blok van Oost-IJsselmonde 1580, overl. tussen 12-8-1626 en 23-11-1627, begr. IJsselmonde in de beuk van de kerk, huwt 1e Alblasserdam 21-3-1590 (ondertr. Ridderkerk 25-2- 1590) met Hilleken Ariens, huwt 2e IJsselmonde (ondertr. 2e Ridderkerk 19-8-1601, bescheid geg. Ridderkerk 9-9-1601):
Yckgen (Ingeke) Lenerts (Leenderts), j.d. van IJsselmonde, huurt een hofstede met 20 morgen land voor 7 jaar ingaande Kerstmis 1643, haar zoon (nr. 2.520) zal op 1-5-1644 de huur overnemen, overl. tussen 16-12-1651 en 13-12-1652, begr. IJsselmonde in de beuk van de kerk.
97 recto – 97 verso #274#
testament geerraet ariensz mynlieff ende ingetgen lenertsdr syn huysvrou
inden naeme ons heeren amen kondt ende kennelick zy eenen yegelicken die desen openbaeren instrumente zal worden vertoondt dat inden jaere der geboorte onses heylants ende zalichmaeckers jesum cristum anno XVIC ende zes en twintich den vierden dach der maent april voir ons lenert jansz zoetentyt schout cornelis roochusz smidt ende heindrick jansz int velt heemraden tot yselmonde in eygener parsone zyn gecompareert geweest d eersaeme geeraert adriaensz mynlieff zieckelick te bedde leggende ende ingetgen lenertsdr geechte man ende wyff onse mede inwoonderen hebbende beyde haer volcommen kennisse redenen ende verstant als ons evidentelick is gebleecken welcke nochtans overdenckende de menschelicke swachheyt considererende datter niet sekerder zy dan de algemeene doot ende niet onseeckerder dan d uuyre ende tyt vandien verclaerden geresolveert te wesen alvorens haer comparanten de tydelicke doot mocht commen te overvallen te willen disponneren vande goederen haerluyden by godt almachtich genadelick op deser aerden verleent ende dat uut haer eygen vrywillich moitieff zonder persuasie ofte sinistere inductie van yemanden recommanderende alvorens haer comparanten ziele naer d affscheyden vanden lichaeme de handt des heeren ende haere doode lichaemen den eerlicke begraeffenisse der aerden commende voorts tot haere dispositie testamentaire hebben zy comparanten verclaert uut sonderlinge affectie ende lieffde die sy malcandren toedragende syn gemaeckt gewilt ende gelegateert te hebben gelyck zy maecken willen ende legateren by desen rechiprochelicken dats over ende weder over den eerst overlydende aende lancxtlevende alle syne ofte haere goederen roerende ende onroerende actien ende crediten in ende uutschulden niet ter werelt uutgesondert in aller vougen ende manieren als den eerst overlydende van hen beyde testanten deselve mitter doot sal commen te ruymen ende naer te laeten ende dat onder sulcke conditien ende met dien last dat den lancxt levende van haer beyde testanten zal gehouden syn elcx van haere t saemen geprocreerde kinderen wanneer deselve ten huwelicken staete soude mogen commen ende eerder niet uut te reycken ende te betaelen tot een huwelicxe mede gave de somme van tien hondert caroli guldens van XX stuyvers t stuck aen gelde ofte lant naer de beste gelegentheyt vande lancxtlevende ende dat in aller discretie item dat gebeurde dat de lancxtlevende van haer testanten hem wederom ten huwelicken staet quame te begeven dat deselve in sulcken gevalle sal gehouden syn jegens derselver kinderen alvorens te doen behoorlicke ende wettige boelscheydinge ende dat dienvolgens dese maeckagie alsdan sal cesseren verclaerende sy testanten dit te wesen haeren beyden uuterste wille ende dispositie testamentaire willende ende begerende dat hetselve alsoo als voorschreven staet achtervolcht sal worden ende syn volkommen effect sorteren t sy by forme van testamente codicille gifte uut saecke des doots ofte sulcx als dat alderbest naer rechte sal connen subsisteren ende geobmitteert syn terconde vande waerheyt zoo hebben wy schout ende heemraeden voornoemt desen mit eygener name onderteeckent ten dagen maende ende jaere als boven my tegenwoordich als secretaeris.
Ongedateerd, na 24 february 1626, voor 7 augustus 1626
Op 4-4-1626 maakten Geeraert Adriaensse Myn Lieff, ziek te bed liggend, en zijn vrouw Ingetgen Lenertssedr., een mutueel testament. De langstlevende was gehouden om aan elk van hun kinderen bij huwelijk - en eerder niet - 1000 Car. gld. ofwel een perceel land met die waarde uit te reiken. Bij hertrouwen van de langstlevende diende deze met hun kinderen tot behoorlijke boedelscheiding te komen.66 In de 1000c penning van Oost-IJsselmonde over 1626 is Gerrit Adriaens Mijnlieff aangeslagen voor een gegoedheid van 8000 pond. De niet bij name genoemde weduwe van Geerart Arijens Mijnlieff is in de 200e penning van 1638 geboekt voor een gegoedheid van wederom 8000 pond.28 Gerardt (Gerit) Mijnlieff overleed in 1626 of 1627 en Bloys van Treslong Prins beschrijft in zijn ‘Gedenkwaardigheden’ uit 1922 twee zerken in de kerk te IJsselmonde waaronder - zonder nader opschrift - een Gerrit A(e)ryensen begraven Dorp IJsselmonde anno 1560 ligt, waarvan één met de leeftijd van 77 jaar. In het Ridderkerkse verpondingskohier van 1627 is ‘Ingetge Lenertsen we(duwe)’ aangeslagen voor 2 morgen eigen land in ‘De Westhouff 23 morgen 300 roede’ in Nieuw-Reijerwaard. Vóór haar staat haar zwager Hendrick Jansen in’t
Velt geboekt met 2 morgen 300 roede.68 Hendrick Jans in ’t Velt, als gemachtigd door Intgen (Ingetgen) Leenderts Jaeffette, die een hofstede met 20 morgen in Oost-IJsselmonde in huur had van Adriaen van der Goes, deed namens haar de huur hiervan, bij akte van 24-11-1643 over aan haar zoon Aeryaen Gerrits. Getuige hierbij was (voomoemde) Adriaen Gerritsz., mede voor zijn broer Huych en zuster Lijsbeth. Gemachtigde In ’t Velt is dan als oostelijke belender aangeduid. Dit moet dan de hofstede in de 14e Houve betreffen. In het kohier van de 200' penning over Oost-IJsselmonde van 1667 is sprake van de kinderen en erfgenamen van Geerit Arijnse Mijnlieff met een aanslag voor een gegoedheid van 9000 pond. Bij de doop van zoon Leendert op 22-8-1602 te Ridderkerk was een Mariken Leenderts doopgetuige, die misschien een zuster van ’s kinds moeder was, en bij de doop van hun zoon Huygh op 16-10- 1604 aldaar waren Jacob Arisz., Japhet Lenertsz.en Grietgen Japhetten doopgetuigen. Zie voor meer gegevens over dit echtpaar de kwartierstaat Van Wimersma Greidanus.
begr. IJsselmonde (‘inden buijck van de kercke’) tussen 16-12-1651 en 14-
Zij is getrouwd met Gerrit Adriaensz (Gerardt Geerit) Mijnlief (Mijn Lieffken).
Toestemming voor het huwelijk is 19 augustus 1601 verkregen te IJsselmonde.Bron 5
Ze zijn in de kerk getrouwd op 9 september 1601 te Ridderkerk.Bron 619-08-1601 Gerardt Adriaensz wd, van Ridderkerk
Ingeken Leenderts jd, van IJsselmonde
att van IJsselmonde, att naar IJsselmonde 09-01
Kind(eren):
kopie trouwboek aanwezig, is ws in IJsselmonde in ondertrouw gegaan gezien aantekeing bove tekst in originele aantekening in trouwboek.
kinderen uit dit huwelijk:
1. Leendert Gerritsz Mijnlief, ged. 22 aug 1602, Ridderkerk, Zuid-Holland, NLD ovl. 3 jun 1677, Ridderkerk
2. Huijch Gerritsz Mijnlief, ged. 16 okt 1605, Ridderkerk, Zuid-Holland, NLD,
3. Elisabeth Gerritsdr Mijnlief, ged. 11 okt 1609, Ridderkerk, Zuid-Holland, NLD
4. Adrijaen Gerritsz Mijnlief, ged. 19 aug 1612, Ridderkerk, Zuid-Holland, NLD
5. Cornelis Gerritsz Mijnlief, ged. 19 aug 1612, Ridderkerk, Zuid-Holland, NLD
geboorteplaats bij huwelijk vermeld
https://www.hogenda.nl/wp-content/plugins/hogenda-search/download_attachment.php?id=106&type=pedigree
Dingboek Oost-IJsselmonde 1603-1640 Stadsarchief Rotterdam – Toegang No 8 – Inventarisnummer 158, Michel G.A. Ball
ONS VOORGESLACHT I Jaargang 68 I april 2013 I 654
http://www.voorouder.nl/genealogie/getperson.php?personID=I8717&tree=voorouders
trouwregister Ridderkerk, Hogenda, https://www.hogenda.nl/wp-content/plugins/hogenda-search/download_attachment.php?id=11241&type=source