Zij wordt in de volkstelling van Westkapelle van 1645 een oude weduwe
genoemd, wonende ‘in de keeth’ (= klein huisje).
Op 23 januari 1642 verkoopt mr. Lauris Mattijs een heel huis en hele hofstede aan Prijntge d’Auster, weduwe van Willem Vrecke, voor 133 pond, 6 schellingen en 8 Vlaams groot.
Zij geeft hierop een hypotheek aan Laurijs Mattijs (schuldbrief) voor dit bedrag. De schuldz al zij, na een eerste aanbetaling, deelsgewijs ieder jaar op 11 februari aflossen (paijments) met een bedrag van 7 pond en 10 schellingen. Bij het passeren van de akte wordt Prijntge geassisteerd door haar zoon Willem Vereecke, haar gekoren voogd. Bijna twee jaar later, op 5 december 1643, wordt deze verplichting door Willem, met medeweten van zijn broer Joos Vereecke, overgenomen. Prijntge was, zo blijkt, door het trouwen van haar beide zoons, alleen komen te staan (‘naervolgens den afscheijt van’t huyshouden bij haer bedreven uit trauwen van W(ille)m: ende Joos’).
Uit de volkstelling van Westkapelle op 23 oktober 1645 blijkt de weduwe Pijrijntge d’Austers inmiddels in een ‘keeth’ te wonen, naast haar zonen Willem Vereecke met zijn vrouw Janneken, hun twee kinderen en twee ‘cnapen die lynen laken weven’ en Joos Ve reecke, ‘lijnenwever’, met zijn vrouw Barbel Pietersdr. met twee kinderen.
Het dorp Westkapelle telde toen 140 huisgezinnen en in totaal 635 zielen.
Op 20 februari 1708 wordt verklaard dat ene Jan Krop de ‘eijgen kosijn’
was Willem ‘Verheeke’, en Catelintje Jansdr. van Onckel die getrouwd is geweest met Pieter Klincke, die ‘eijgen nigte’ was van Willem ‘Verheeke’ en van Jan Krop.
Jan Krop blijkt ook getrouwd te zijn geweest met Catelintje van Onckel.Een dag later verklaart de 92-jarige (!) Jacomintje Cornelisdr., weduwe van Boene Jansz., als getuige dat zij zich Prijntje d’Auster als moeder van Willem ‘Verheeke’ en als grootmoeder van Willem en Arenout ‘Verheeke’ goed kan her-
inneren, en dat Prijntje ‘de eijgen moeije’ was van Catelintje Jansdr. van Onckel
die getrouwd was met Pieter Klincke, en ook ’de eijgen moeije’ was van ene Jan
Krop. Het woordgebruik duidt erop dat er (bloed)verwantschap moet zijn tussen
Prijntje d’Auster en de families Klincke, Van Onckel, Krop en Verheecke.
Als het geheugen van de 92-jarige Jacomintje haar niet in de steek heeft gelaten, zou het kunnen betekenen dat Jan Krop was getrouwd met zijn nicht Catelintje Jans van Onckel die ook trouwde met Pieter Klincke. Een tweede conclusie is dat Jan van Onckel en de vader van Jan Krop mogelijk getrouwd waren met zusters van Pijrijntje d’Auster. Verder lijkt Josintje Krop een zuster te zijn van genoemde Jan Krop.
In het bron-document staat een geneagram op basis van diverse gegevens (en een onderzoek naar de families Krop in Axel en Meulebeke, België) waarin een mogelijke familierelatie inzichtelijk gemaakt. Zie Ons Voorgeslacht juni 2021
Zij moet zijn overleden na 30 april 1661 omdat zij tussen 5 oktober 1653 en 30 april 1661 nog de zorg aanneemt voor haar kleinkind Claeijs Joos Vereecke. Na die tijd wordt Claeijs
bij iemand anders uitbesteed.
Ons Voorgeslacht juni 2021, IR.ing Hans.P.Noppen
Zij is getrouwd met Willem Vereecke.
Ze zijn in de kerk getrouwdBron 1
Kind(eren):
Prijntje D'Austers | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willem Vereecke | |||||||||||||||||||||||||||||||||||