Trijntges ouders zijn Pieter Jansz.Waegemaecker en Grietje Pieters Vermaet. De grootouders van vaderszijde zijn vermoedelijk afkomsltig uit Rotterdam; het frappeert althans dat bij de doop van haar en van haar zuster resp. 17 dec. 1597 en 12 nov. 1600 zes doopgetuigen worden genoemd, waarvan vier met de toevoeging ,,,tot Rotterdam”.
De namen van de grootouders van moederszijde leren we kennen uit een tweetal inschrijvingen uit het doopboek, waarin vermeld worden als ,,gevaeder” d.i. doopgetuige:
” 5 maart 1595: ,.Grietge Mr. Pieter Cornelis Vermaetsdochter”. 22 nov. 1590: ,,Maritge Cornelis wijf van Mr. Pieter”.
Het huwelijk van Mr. Pieter Cornelisz. Vermaet en Maritge Cornelis moet gesloten zijn voór 1574, In dat jaar is hun zoon Corne!is geboren volgens het opschrift van de grafzerk van hem en van zijn vader (Mr. P. C. Bloys van Treslong Prins, gen. en Herald. Gedenkw. in en uit de kerken der Prov. Z-H,
IIa, bladz. 306. Onjuist is daar vermeld ,,V Maet”. De letter V is doorstreept: de afkorting voor ,,Ver”. Beiden staan vermeld als dijkgraaf van Albrandswaard. De eerste overleed 24 maart 1601, zijn zoon 19 april 1649 ,,oudt weesende onttrent 75 jaaren.“)
Van het voorgeslacht van Mr. Pieter Cornelisz. is niets te vinden in tot nog toe geraadpleegde bronnen, zoals in de kohieren van de tiende penning van Poortugaal van 1543, Albrandswaard 1553, 1556, 1561 en Rhoon 1553, 1556, 1561 (Inv. Staten v. Holland vóór 1572, no. 350, 545 886, 1201, 765, 1088, 1415 A.R.A.). Dit wekt de indruk dat hij van elders kwam, Wij hebben over zijn naaste familie een gedachte, voornamelijk gebaseerd op de doopnamen, die aan de kinderen gegeven werden. In deze omgeving werd slechts hoogstzelden afgeweken van de bekende gewoonte om denamen van de grootouders aan de eerste kinderen te geven; daarna kwamen de namen van de ooms en tantes aan de beurt. Pieter Cornelisz Vermaef wordt altijd aangeduid als
Meester, wat wel aan een bizonder beroep doet denken. Nu komt in het doopboek de volgende inschrijving voor:
,,Philipus soon van Mr. Pieter Cornelis barbier, gedoopt in Januario 1584”. We menen hiermede het beroep en het derde kind van Mr. Pieter Cornelisz. Vermaet te hebben gevonden.
Het behoeft in het geheel niet onwaarschijnlijk te zijn dat een dijkgraaf, schout en schepen tevens barbier is. Jan Claesse Erckenbout, secretaris van Heenvliet, is op 28 mei 1542, 8 mei 1543, 30 jan. en 10 juni 1546 barbier of chirurgijn (Inv.. Huisarchief der Vrijheren van Heenvliet, deel 120). Olaert Jansz. Erckenbout, op 28 oktober 1574 aangesteld als stedehouder in plaats van de heer van Heenvliet door prins Willem van Oranje (Idem, reg, 41) , op 6 sept. 1587 rentmeester van de heer van Heenvliet, op 10 dec. 1590 kerkmeester, op 13 aug. 1611 burgemeester. Hij wordt afwisselend barbier en chirurgijn genoemd. Op 10 juni 1576 moest hij zijn medische kennis aanwenden, waarvoor hem ,,.meesterloon” betaald moest worden (Hist. beschrijving van de Hoge Heerlijkheid van Heenvliet, door G. ‘t Hart, bladz. 154).
Dat deze doop werkelijk betrof een zoon van Mr. P. C. Vermaet, menen we te moeten opmaken uit de namen, die zijn andere zoon, Cornelis, weer aan zijn eigen zonen gaf.
Eerst uit zijn eerste huwelijk met JanIneke Pieters, op 4 april 1604 Pieterken, daarna, uit zijn tweede huwelijk met Arjaentje Aertsdr, van Driel, op 19 februari 1608 een tweeling, genaamd Aert en Pieter, bepaald genoemd naar de wederzijdse grootvaders: Aert Hendriksz. van Drie en onze Mr. Pieter. Daarna, in 1609, nà 10 mei en vóór 7 juli ,,sijn kint”. Later blijkt dit Hendrik te zijn, blijkbaar genoemd naar de enige broeder van zijn moeder: Hendrik Aertszoon van Driel (Geslachtboom enz.). De vierde zoon was Philip; zijn doop is niet te
vinden, maar volgens testament, verleden voor secretaris en schepenen van Poortugaal op 16 april 1649, was hij ,,haerlieder jongste soone” (R.A. Poortugaal A.R.A.). De veronderstelling lijkt niet gewaagd dat hem de naam is gegeven van een broeder van de vader, de enige waarvan we het bestaan
reeds veronderstelden: Philipus, die jan. 1584 is gedoopt, en is overleden vóór 21 juli 1601 (zie boven R.A. Rhoon E 39-1, fol. 54, d.d. 21 juli 1601). Ook deze Philipus moet de naam van een oom gegeven zijn, immers de beide grootvaders heetten Cornelis en zijn moeder had maar één broeder, Bastiaan (Geslachtboom enz.), zodat de naam Philipus afkomstig moet zijn van een broeder van zijn vader, wiens naam dan zou zijn Philipus Cornelisz.
In Rhoon komt in 1561 iemand voor van die naam in het kohier van de tiende penning (No. 1415). Hij bewoont zijn eigen huis, dat is getaxeerd op de hoge jaarlijkse huur van 7 5. In de kohieren van 1553 en 1556 komt hij niet voor,
en worden andere bewoners van dat huis genoemd. Niet is uit te maken of deze Philippus tot het geslacht behoort.
Toch zijn er aanwijzingen, die inderdaad op het bestaan van
Datering: 04-mei-1618 Rotterdam
Jan Janssoon (Cooman/Vrijland), ionckgeselle te Roon, geassisteerd door Sebastiaen Pieters Spruyt te Poortugael en Sebastiaen Leenderts Wercker te Roon, en Trijntgen Pieters, j.d., geassisteerd door Pieter Jans, wagemaecker, haar vader, Cornelis Pieters Vermaet, haar voogd, allen te Portegael, Jan en Revert Huygens en Jan Henricx, wantslaeger, man van Aechtgen Huygens, haar ceusijn en nichte, maken huwelijksvoorwaarden.
Toegangsnummer:18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)Inventarisnummer:21
Zij is getrouwd met Pieter Jansz Wagenmaecker.
Ze zijn in de kerk getrouwd op 8 december 1594 te Poortugaal.Bron 5
Pieter Jansz wagemaker jongman woonend in Poortegael en Grietgen Pieters jongedochter nae drie gebooden trouden donderdag den 8 december 1594
Kind(eren):
134.22 in de parenteel van Doen Beijens
Grietje Pieterse Vermaet (Vermaat) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1594 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Pieter Jansz Wagenmaecker |
schatting op basis van huwelijk, dan 23 jaar
De Nederlandsche Leeuw 1962, pagina 19/246
https://stadsarchief.rotterdam.nl/zoek-en-ontdek/notariele-akten/zoekresultaat-notarieel/?mivast=184&miadt=184&mizig=365&miview=ldt&milang=nl&micols=1&misort=unitdate%7Casc&mizk_alle=vermaet
de parenteel van Doen Beijensz. door J.J. Vervloet in samenwerking met de werkgroep Doen Beijensz
De Nederlandsche Leeuw 1962, pagina 19/246, https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/3.04.16.115/invnr/3.I/file/NL-HaNA_3.04.16.115_3.I_0026?tab=transcription