Stamboom Kooiman - Bruijn - Mantel - de Boer » Claes Sijmensz (1650-1696)

Persoonlijke gegevens Claes Sijmensz 

• Hij is geboren in het jaar 1650 in Wervershoof.
• Hij is overleden op 25 februari 1696 in Andijk, Noord-Holland, Nederland, hij was toen 46 jaar oud.
• De biologische ouders zijn Sijmen Cornelisz en Leentje Claas
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 4 juni 2023.

Gezin van Claes Sijmensz

Hij is getrouwd met Elberigh Sijmens'.

In the first half of the 17th century, large capital was earned through trade in the Indies. The wealthy merchants in the cities had to invest their surplus money somewhere. Land ownership was the safest. They bought or built farmsteads in the countryside and rented them out. Duck decoys were also a lucrative business at that time. For example, two wealthy merchants from Enkhuizen founded the duck decoy on Zwaagdijk in 1658, which still exists today as a natural monument. In 1671 the Enkhuizer Jan Dirksz. Admiral a duck decoy at the Klampsloot south of the Kleingouw in Andijk. The first cage farmer was Pieter Frederiksz., who moved from Grootebroek to the cage with his wife and family in the autumn of 1671.
On March 3, 1687, Claes Sijmensz, married to Elberig Sijmens, bought the cage. He was then about 37 years old and had four children, the oldest of whom was 13 years old. The cage did not remain in his possession for long, because he died on February 25, 1696, still young about 46 years old. His widow Elberig Sijmens continued the business with the help of her son-in-law Jan Ydesz and her sons Pieter and Reinder, who were now 20 and 16 years old respectively, but the cage did not prosper as well. After seven years, on July 16, 1713, Elberig Sijmens sold the cage with 5,250 rods of land to Antje Willems, widow of Jan Palensteijn and her children Willem, Claasje and Jacob, all in Enkhuizen. The Jacobsz Palensteijnen belonged to a very wealthy family. Pieter and Reinder, who had meanwhile adopted the name Cooyman, could continue to live in the cage. Jan Ydesz married to Leentje Claes left after 1704. The name was all that was left to them. From now on the cage belonged to the Palensteijnen and would remain so for many years. The name Kooiman lives on to the present day. 31 March 1709 Willem Palensteijn married Neeltje Jans van Westwoud. She was probably the daughter of Pieter Jansz Raven mayor of Westwoud. They married antinuptially, i.e. on a prenuptial agreement, transferring each to his property. They immediately came to live in the cage. That cage was the duck decoy, which used to be on the east side of the Klampsloot in Andijk banne Bovenkarspel. The cage house was a few hundred meters N-E of it on the spot where Karreman's car dealership is now. That cage was founded in 1671 and bought on March 3, 1687 by Claes Sijmensz and Elbregh Sijmens, the ancestors of the Kooyman family. The Kooimans continued to run the company, because the son of Antje Willems Palensteijn was still too young to do that. On March 31, 1709 Willem Palensteijn married Neeltje Jans and they came to live in the cage. Jan Ydesz then left, but Pieter and Reindert remained as advisers. The cage business is a separate profession and Willem Palensteijn still had to learn that. He died on April 16, 1723 aged 46. The children Jan and Antje were taken home by their uncle and guardian Frans Stellingwerf, weighing master in Enkhuizen, who was married to Claasje Palensteijn. They were well accommodated there, because Palensteijn was a wealthy family. On February 20, 1728, the children received a bequest from their aunt Marijtje Maria van den Broek for 2,000 guilders each in bonds from the common Landskantoor. At that time a capital sum and a safe investment.
The names willem Palensteijn (1677-1723), Frans Stellingwerf (1681-1750) and Marijtje Maria van den Broek (1667-1749) can be found in this familytree.

In de eerste helft van de 17e eeuw werden met handel op Indie grote kapitalen verdiend. De rijke kooplui in de steden moesten hun overtollige geld ergens in beleggen. Grondbezit was wel het veiligste. Ze kochten of bouwden boerenplaatsen op het platteland en verhuurden die. Ook eendenkooien waren in die tijd een lucratief bedrijf. Zo stichtten twee rijke kooplui uit Enkhuizen in 1658 de eendenkooi op Zwaagdijk, die nu nog als natuurmonument bestaat. In 1671 stichtte de Enkhuizer Jan Dirksz. Admiraal een eendenkooi aan de Klampsloot bezuiden het Kleingouw te Andijk. De eerste kooiboer was Pieter Frederiksz., die met zijn vrouw en gezin in de herfst van 1671 van Grootebroek naar de kooi verhuisde.
Op 3 Maart 1687 kocht Claes Sijmensz gehuwd met Elberig Sijmens de kooi. Hij was toen plm 37 jaar oud en had vier kinderen, waarvan de oudste 13 jaar was. Lang is de kooi niet in zijn bezit gebleven, want reeds op 25 Februari 1696 overleed hij, nog jong plm 46 jaar oud. Zijn weduwe Elberig Sijmens zette het bedrijf voort met hulp van haar schoonzoon Jan Ydesz en haar zonen Pieter en Reinder, die nu resp 20 en 16 jaar oud waren, maar de kooi floreerde minder goed. Na zeven jaar, op 16 Juli 1713, verkocht Elberig Sijmens de kooi met 5 250 roeden land aan Antje Willems, weduwe van Jan Palensteijn en haar kinderen Willem, Claasje en Jacob, allen te Enkhuizen. De Jacobsz Palensteijnen behoorden tot een zeer welgestelde familie. Pieter en Reinder die intussen de naam Cooyman hadden aangenomen, konden op de kooi blijven wonen. Jan Ydesz getrouwd met Leentje Claes is na 1704 vertrokken. De naam het enige wat hun overbleef. Van nu af aan was de kooi bezit van de Palensteijnen en zou dat jarenlang blijven. De naam Kooiman leeft voort tot heden. 31 Maart 1709 trouwde Willem Palensteijn met Neeltje Jans van Westwoud. Zij was waarschijnlijk de dochter van Jan Pietersz Raven, burgemeester van Westwoud. Zij trouwden antinuptiaal, d.w.z op huwelijkse voorwaarden, aanbrengende elck zijn eigendom. Zij kwamen meteen in de kooi te wonen. Die kooi was de eendenkooi, die vroeger stond aan de oostkant van de Klampsloot te Andijk banne Bovenkarspel. Het kooihuis stond een paar honderd meter ten N-O daarvan op de plek waar nu het autobedrijf van Karreman is. Die kooi was in 1671 gesticht en op 3 Maart 1687 gekocht door Claes Sijmensz en Elbregh Sijmens, de stamouders van de familie Kooyman. De Kooimannen bleven het bedrijf runnen, want de zoon van Antje Willems Willem Palensteijn was nog te jong om dat te doen. Op 31 Maart 1709 trouwde Willem Palensteijn met Neeltje Jans en ze kwamen op de kooi te wonen. Jan Ydesz is toen vertrokken, maar Pieter en Reindert bleven als adviseurs. Het kooibedrijf is een apart vak en Willem Palensteijn moest dat nog leren. Hij stierf op 16 April 1723 46 jaar oud. De kinderen Jan en Antje werden thuisgehaald door hun oom en voogd Frans Stellingwerf, waagmeester te Enkhuizen, die getrouwd was met Claasje Palensteijn. Ze waren daar goed onderdak, want Palensteijn was een welgestelde familie. Op 20 Februari 1728 kregen de kinderen een legaat van hun tante Marijtje Maria van den Broek groot voor ieder 2 000 gulden in obligaties van gemene Landskantoor. In die tijd een kapitale som en een veilige belegging.

Zij zijn getrouwd op 12 januari 1673 te Andijk, Noord-Holland, Nederland, hij was toen 23 jaar oud.

Kind(eren):

1. Leentje Claas' Kooyman  1674-1704 
2. Pieter Claasz Kooyman  1676-1734 
3. Reynder Claasz  1678-± 1679
4. Reynder Claasz Kooyman  1680-1737 
5. Sijmen Claasz Backer  1683-1765 

Notities over Claes Sijmensz

In de eerste helft van de 17e eeuw werden met handel op Indie grote kapitalen verdiend. De rijke kooplui in de steden moesten hun overtollige geld ergens in beleggen. Grondbezit was wel het veiligste. Ze kochten of bouwden boerenplaatsen op het platteland en verhuurden die. Ook eendenkooien waren in die tijd een lucratief bedrijf. Zo stichtten twee rijke kooplui uit Enkhuizen in 1658 de eendenkooi op Zwaagdijk, die nu nog als natuurmonument bestaat. In 1671 stichtte de Enkhuizer Jan Dirksz. Admiraal een eendenkooi aan de Klampsloot bezuiden het Kleingouw te Andijk. De eerste kooiboer was Pieter Frederiksz., die met zijn vrouw en gezin in de herfst van 1671 van Grootebroek naar de kooi verhuisde.
Op 3 Maart 1687 kocht Claes Sijmensz gehuwd met Elberig Sijmens de kooi. Hij was toen plm 37 jaar oud en had vier kinderen, waarvan de oudste 13 jaar was. Lang is de kooi niet in zijn bezit gebleven, want reeds op 25 Februari 1696 overleed hij, nog jong plm 46 jaar oud. Zijn weduwe Elberig Sijmens zette het bedrijf voort met hulp van haar schoonzoon Jan Ydesz en haar zonen Pieter en Reinder, die nu resp 20 en 16 jaar oud waren, maar de kooi floreerde minder goed. Na zeven jaar, op 16 Juli 1713, verkocht Elberig Sijmens de kooi met 5 250 roeden land aan Antje Willems, weduwe van Jan Palensteijn en haar kinderen Willem, Claasje en Jacob, allen te Enkhuizen. De Jacobsz Palensteijnen behoorden tot een zeer welgestelde familie. Pieter en Reinder die intussen de naam Cooyman hadden aangenomen, konden op de kooi blijven wonen. Jan Ydesz getrouwd met Leentje Claes is na 1704 vertrokken. De naam het enige wat hun overbleef. Van nu af aan was de kooi bezit van de Palensteijnen en zou dat jarenlang blijven. De naam Kooiman leeft voort tot heden. 31 Maart 1709 trouwde Willem Palensteijn met Neeltje Jans van Westwoud. Zij was waarschijnlijk de dochter van Pieter Jansz Raven burgemeester van Westwoud. Zij trouwden antinuptiaal, d.w.z op huwelijkse voorwaarden, aanbrengende elck zijn eigendom. Zij kwamen meteen in de kooi te wonen. Die kooi was de eendenkooi, die vroeger stond aan de oostkant van de Klampsloot te Andijk banne Bovenkarspel. Het kooihuis stond een paar honderd meter ten N-O daarvan op de plek waar nu het autobedrijf van Karreman is. Die kooi was in 1671 gesticht en op 3 Maart 1687 gekocht door Claes Sijmensz en Elbregh Sijmens, de stamouders van de familie Kooyman. De Kooimannen bleven het bedrijf runnen, want de zoon van Antje Willems Willem Palensteijn was nog te jong om dat te doen. Op 31 Maart 1709 trouwde Willem Palensteijn met Neeltje Jans en ze kwamen op de kooi te wonen. Jan Ydesz is toen vertrokken, maar Pieter en Reindert bleven als adviseurs. Het kooibedrijf is een apart vak en Willem Palensteijn moest dat nog leren. Hij stierf op 16 April 1723 46 jaar oud. De kinderen Jan en Antje werden thuisgehaald door hun oom en voogd Frans Stellingwerf, waagmeester te Enkhuizen, die getrouwd was met Claasje Palensteijn. Ze waren daar goed onderdak, want Palensteijn was een welgestelde familie. Op 20 Februari 1728 kregen de kinderen een legaat van hun grootmoeder Marijtje Maria van den Broek groot voor ieder 2 000 gulden in obligaties van gemene Landskantoor. In die tijd een kapitale som en een veilige belegging.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Claes Sijmensz?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Claes Sijmensz

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen