Uit een hypotheekakte van 28 augustus 1644 blijkt dat Cornelis Claesz Keesman Schuijtevoerder en Biersteecker was. In deze akte ruilt hij een "stuckje weijdtland", gelegen in de Wester Kaegh, voor een huis aan de "Zeedijck" van Kolhorn. In deze akte regelt hij met de heer Wilhelm van Schagen, Barsingerhorn, Haringhuijsen en Colhorn het alleenrecht voor de Biersteeckerij in Colhorn voor de jaren 1642 tot 1662.
Op xxx 1642 verkoopt Gerrit Jansz Houtcoop een huis naast hem aan Huijbert Pietersz. De buurman aan de noordkant van dit huis is Cornelis Keesmans en aan de zuidkant woont Gerrit Jansz Houtcoop zelf.
Nadat Cornelis in 1644 een stuk grond ruilde voor een huis aan de Zeedijk in Colhorn is hij daar met zijn gezin ook gaan wonen. Dit blijkt uit een akte van 12 maart 1645 waarbij de herberg waar de Vlieboot uithangt als zijn buurman aan de zuidkant wordt genoemd. De naam van de herbergier bleek heel toepasselijk Gerrit Adrieansz Dorstich. De buurman aan de noordkant is nu Gerrit Jansz Houtcooper. Cornelis is dus twee huizen naar het zuiden opgeschoven.
Volgens de Schepenrol gehouden op 10 april 1663 van Barsingerhorn eist Cornelis Claesse Keesman van Pieter Cornelisz Bijkruft vier gulden, 9 stuijvers en 8 penningen over "gehaelde" bieren in het jaar 1661. Op de rechtdag van 18 november 1665 eisen zijn kinderen geld van Simon Jacobse Speck, Jacob Louwerisse en Boodt Jan wegens geleverde bieren. In deze akte wordt Cornelis Claesz Keesman voor het eerst saliger genoemt. Cornelis Claesz Keesman moet dus overleden zijn tussen 10 april 1663 en 18 november 1665.
Hij is getrouwd met N.N. Dircksd?? NN.
Zij zijn getrouwd voor 1624.Bron 2
Kind(eren):
Deze Cornelis Claes wordt voor het eerst Keesman genoemt in de schepenrolle van Barsingerhorn van 11 november 1625. Hij heeft zijn huishuur niet betaalt van 26 gulden. In een hypotheekakte van 25 januari 1643 verkoopt hij een"gedende Schuijt"( dit is een vaartuig met een dek of een ruim) aan Pieter Cornelisse, die in de "Oude-Sijpe" woont. Hij laat zich registreren onder de naam" Cornelis Claesse anders Keesman". Met andere woorden de naam Keesman gebruikte hij al als een soort synoniem. De biersteeckerij in Colhorn ging vast voor de wind want op 26 april 1659 kocht Cornelis Claesz nog een stukje groedtlandt. Dit stuckje grond was gelegen bewesten de Leeck op het hoogh belent Joncker Servaes van Panhuijsen ten noorden en Joncker Nobell ten zuijden. Aan het einde van de termijn, dat Cornelis het alleenrecht had op de verkoop van bier in Colhorn, machtigd hij advokaat Theodorus Graswinkel op 5 november 1661 om nog geld uit de boedel van de overleden heer Wiilem van Schagen te halen. Heer Willem had een grote schuld aan Cornelis wegens de levering van bier en betaalde accijnsen.
grootouders
ouders
broers/zussen
kinderen
Cornelis Claesz Keesman | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
< 1624 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
N.N. Dircksd?? NN | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||