René van Winsen:
Transcript uit missaal: A[nno] 1542 obiit Adriana de Assendelf, D. Bartholdi filia, vxor Francisci de Almaras. " Entries made by Reynold de Brederode, last recorded owner of the Missal.The English historical review (Volume 33), p 232, dans une bible de fam Assendelft., The English historical review (Volume 33), p 229, dans une bible de fam Assendelft.
Adriana Barthoutsdr Van Assendelft | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Franchois Van Almaras |
Zij is getrouwd met Franchois Van Almaras.
Zij zijn getrouwd.
Kind(eren):
Bron René van Winsen;
Algemeen Rijksarchief -Leuven Schepenbank van Steenhuffel Boek 1 –Register nr. 6936ca 1541-1580 Gedigitaliseerd door Raf Meert. Transcriptie Louis De Bondt
Gezin van Francois en Adriana staat vermeld in Schepenregister van Steenhuffel: Volgens 1 bron is Francois van Almaras (x Adriana van Assendelft) overleden in 1549. Uit Schepenbank van Steenhuffel: uit 1552 dit: ... dach der maent van meye inden jaer XVc ende tweenvijftich (1552) voer scepenen der banck van Londersele tot behoeff van Franchoisen Joosen Nicolaesen ende Anna van Almaras bruederen ende susteren kinderen wijlen joncker Franchois van Almaras die hij hadde van wijlen jouffrouwe Adriaene van Assendelft zijnder huysvrouwe was heeft gesedt ende verbindt gehad op verscheyde panden..
Martien Lops
N A T I O N A A L A R C H I E F ’S – G R A V E N H A G E
1e R E K E N I N G W E G E N S D E O N T V A N G S T
V A N D E O M S L A G O P D E S C H I L D- E N M O R G E N T A L E N
E N D E V E R P A C H T E I M P O S T E N O P W A A G,
O L I E, H A R I N G, G E M A A L, G E S L A C H T, Z I J D E N,
W O L L E N, L I N N E N S T O F F E N
R E K E N K A M E R T E R A U D I T I E
I N V E N T A R I S 3 2 8
0 1 – 04 – 1 5 7 1 t/m 3 1 – 0 3 – 1 5 7 2
8 4 8 D U B B E L E F O L I O’ S
W A A R V A N F O L I O 1 t / m 5 1 W O R D E N V E R M I S T
B E W E R K I N G D O O R
A N T H O N I U S V A N D E R T U I J N
T E R H O O N
Folio 605. (1571-1572)
Heijnrick van Assendelft zoe voor hem zelven mede als voocht vande wesen van Almeras geprocreert
bij joncvrouwe Adriana van Assendelft zijn suster zes ponden vijff schellingen over een jaer renten,
hem verscheenen opde voorn. twee termijnen als sint Jan ende Kersmisse anno 1500 een ende
tseventich voorsz. Alhijer de zelve £ 6-05-00.
Collectie Groesbeek
1554-07-18 |
R.A.H. Coll Aanw 257 fol 579v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
request van Aelbrecht van Beloijs van Treslonge heere van Veenhuysen dat hij suppliant bij den Hove geordonneert es curator van de kinderen van wijlen jvr Adriane van Assendelft, geprocreert bij Franchoys van Almaras, welke kinderen toebehoort ⅓ deel van zeker land tot Veenhuysen, groot 25 geers 9 snees, genaempt "de saet", met een huis daarop staande, waarvan het andere ⅓ deel toebehoort jvr Marie van Assendelft, weduwe Aelbrecht Albout van Avesaet, ende het derde ⅓ deel Henrick van Assendelft. Welck land gebruyct heeft in de jaren 1551, 1552, 1553, Jan Symonsz, poorter tot Veenhuizen, elke geers voor 2 R gld 2st, daervan hij de voors. 3 handen als reste noch schuldig is de somma van omtrent 127 R gld. Maer alsoe hij t lant te diere inne gehuyert ende daerop veel jegenspoets gehad heeft, is hij geheel verbijstert ende tot armoede gecoemen. Es oock waer dat Gerrit Symonsz, broeder van de voorn. Jan Symonsz, mede inwonende tot Veenhuijsen, ende Pieter Jansz, deszelfs Jans huisvrouwen zwager, wonende in de ban van Hoochwoude, om Jan Symonsz te hulp te komen en hem, zijn vrouw en cleine kindertjes te hunnen laste te nemen, en zijn schulden te betalen, indien zij daarvoor 4 jaar tijd krijgen "ende elcke handt hen quyt schelden 9 Car gld". Dat jvr Marie en Henrick hier reeds mee ingestemd hebben. Dat hij nu authorisatie van het Hof verzoekt. Het Hof willigt dit in
1554-03-12 |
R.A.H. Coll Aanw 257 fol 437-443/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
alzoo Aelbrecht van Treslonge heere van Veenhuysen als geordonneert voocht van de achtergelaten onbejaerde kinderen van wijlen jvr Adriane van Assendelft, geprocreert bij Franchois van Amaras, den Hove bij requeste te kennen gegeven heeft, dat hij sedert St Jacob 1552 zo ziek is geweest dat hij niet in staat is zijn eigen zaken of die van zijn pupil te behartigen. Hij is zo bevangen geweest met ziecte daarmede hij alsnoch zulcx gequelt wordt, dat hij suppliant (mede goedt weder zijnde zonder groote winden) nijet en mach comen omme te gaen vuijten huyse van zynder nichte van Assendelft, weduwe van Aelbrecht van Avesaet tot den here van Wassenhoven, als commissaris geordonneerd tot schifting, scheidinge en deling van de achtergelaten goeden van wijlen Barthout van Assendelft, ofte hij suppliant moet een ½ uur van te voren uytgaen en bovendien wel tweemaal onderweg rusten. In september j.l. was hij naar den Haag gereisd om te spreken over de boedelscheiding, maar mr Carel van der Nytssen zyn adjonct was op dat moment voor een commissie naar Brussel. Hij had enige tijd op hem gewacht docht ging tenslotte zwaar ziek naar huis terug, 4 maanden lang kon hij zijn huis niet meer verlaten. Hij verzoekt van de voogdij ontlast te worden, en het Hof ontlast hem hiervan. In de volgende akte wordt Evert van Albout Willemsz als voogd aangesteld