Hij is getrouwd met Anna Catharina HUYBS.
Zij zijn getrouwd op 17 april 1785 te Ravels, Province of Antwerp (Middle Brabant), Belgium, hij was toen 34 jaar oud.
Kind(eren):
Uit het dagboek van Cornelius Heyns (bron: Heemkunde Kring Nicolaus Poppelius)
Toestand te Ravels tijdens het Franse Bewind:
Beschrijvinge van het eijnde der aghtiende eeuwe, voor het gene ik Cornelius Heijns bij ware ooggetui- genisse oft memorie voor mijne kinderen en naerkome lingen hoe dat keijzer josephus den 2de naer doodt van Maria Tresia zijn moeder zaeliger gedachtenisse de alder christelijkste Coninginnen, desen josephus heeft beginnen te regeren omtrent anno 1785 met alle ongodtvrughtigheid en Cloosters te vernietigen en ten onder te brengen de bedevaerten aflaten processsieen wirden verboden, hij maekte een placant over het contracteren des houwelijks, de kerckhoven wirden verandert, enz. En volgens het wereldlijk de reghtbanken moesten verandert worden, naer in forma gelijk de france naer datum, heeft gedaen welcke Cantoen genoemt wird, waer van naer maels meer zal worden gesproken. De staen van Braband en andere heren van Capitalen en van mere kunde en vervuld met iver voor het rooms geloof en welsijn van ons Nederland hebben hun hier tegens gestelt en regimenten en soldaten gewerft die patriotten genoemt wirden en alsoo den kijzer joseph ten dien tijde omtrent 1788 en 1789 oock oorlog had de tegens den Teurck en daerom wijnig volck hier te lande oft terhand hadde zoo hebben dan de Staten ten eersten zeer voorspoedig geweest en in korten tijd alle Brabantse steden en sterckten ingenomen maer gij verloop en zoo zij quamen tot het Limborgse en Luxemborgse en dat de inwoonders aldaer oock seer keysers gesint waren en hebben de Staten niet meer voorspoe dige geweest en zijn gedwongen daer van af te zien. En zijn alsoo de kijsers soldaten wederom in het Land gekomen, Josephus heeft niet lange geregeert, naer hem is zijnen broeder Leopoldus op den troon gekomen en heeft ook niet lange geregeert naer Leopoldus is zijnen Zone Franciscus de Croone op het hoofd geset den welcken den naem heeft te zijn van goed gedrage geloof en religie. Onder desen franciscus is opgesten eene allegodelooste france Natie die hun nen wettigen konink en Coninginne heeft gedoot Aertsbisschoppen, bisschoppen en priesters den halsbijl oft seker instrument genaemt Guilliotin doen passeren en aller wat geloof oft religie raekte voor zoovele in haer was vernietigt Dese Natie als scheijnende te wesen de straffe Godts, heeft ons Nederland ook in bedwang gekregen in het jaer 1794 wanneer ik Collecteur van Eel was. En alhoewel de eerste strengigheid van dese natie in Vrankrijk onder eenen Robbespierre en andere ten jaren 1791 en 92 wat scheen gestilt te zijn zoo is nog tans die vervolginge van Priesters en geestelijken oock begost te hernemen ten jare 1796 en sequentiën in der voege dat alle die Eet van haat aen het koningdom en getrouwigheid wijgerden te beloven aen de republique haren godsdienst teenemael mosten laten en als schelmen en dieven wirden vervolgd de kercken wirden gesloten en de vervolginge was zoo groot dat nouwelijks imand eenigen bupliquen godtsdienst dorste plegen, de priesters die in hare handen geraekten, wirden in ballingschap gezonden enz. En volgens het wereldlijk regiem wat heeft men in 't jaer 1798 en 99 al niet geleden wegen de requisitie der jongens, ouders en kinderen heeft men van vreese en segerijn zien uijt teiren en te niet gaen (heeft geduurt tot anno 1814) tot wanneer Godt zijn genade aan het Nederland heeft bewezen. Omdat oock de ouders en naestbestaenden voor deze jongens aengepakt en vastgehouden wirden en hun goet verbeurt en door miliaire gedwongen wirden, ja bor- gers oft gijselaers in hunne plaetsen genomen. Adriaen Lurinckx in den Eel alhier heeft eenige dagen als gijselaer tot Turnhout geseten ik zelfs heb hier oock voor gevreest en verschijden nachten en eenige dagen mijn huijs verlaten; maar wee wee die jongens die in hunne cotten en honger en vuijligheid vergingen in Ano 1798 1799. En volgens de administratie der gemeijnte den dorpen de oude regtsbanken wirden teenemael vernietigt de Schouten schepens en secretarissen wirden afgeseth 5-6-7 oft meerdere dorpen tot een geregtsbanke genaemd Canton geleydt hetgeen een aldergrootste kosten was besonders voor de kleijne gemijntens gelijk Ravels. wilk nu nog een wijnig spreken van het jaer 1799 en voor eerst wat harden winter dat men heeft gehadt te weten dat alle veldvrugten van koolen, slooren teene- mael bedorven zijn en het koorn zoodanig bevrosen dat er in het laatste van Meij nog weijnige hairen te zien waren en te half Augustij maaijden met het eerste koorn en ik heb es nog zien maeyen op den 2den 7ber den oigst was ook zoo slegt dat vele eckers hun zaet niet weder gaven de dierte van het graen was voor den oist groot te weten van het koorn 7-8- ja 9 gls. stelt het hem wederom al tot dierte. De boter door den geheelen zomer niet onder Seven st. te bamis 8 ½ st. Den Godsdienst in anno 1799 circa Bamis weder wat herstelt zijnde, zoo dat de Pastoors en vicepastoors in kamers en verholen plaetsen wederom begonsten dienst te doen, hetwelck door de vingers wegens de gendarmen wirt gesien, hetwelk alsoo heeft geconti- nueert zonder nog in de kercken het Sacrificie te derven oft mogen doen tot heden 12 Julij 1801 en kan nog al lang blijven duren. Maer de Misse en Lof zonder Sacrificie wordt door de keuster en zangers nu al 't sedert een halfjaer in de kerck gesongen, selcken dienst Borgerlijken dienst wordt genoempt. De onrechtvaerdigheid die in dese droeve tijden moet voor goet erckent worden niet tenemael achter te laten is onbeschrijfbaer. De goederen der geestelijken en wereldlijken die niet teenemael aen hunne wetten voldoen, wirden hun afgenomen, de Tinden vernietigd. kloosters en broederschappen vernietigt en kercken, beneficien en fondatien verhogt en de priesters die den Eed doen, moeten dese verkoopingen in gevolge de constitutiën voor goet erkennen. En hoe menigen mensch sig met het koopen van eenige van dese goederen 't zij hoeven, Erven, Bosschen, boomen oft andere Effecten die sommige niet het tiende van hun rechtveerdigen prijs en gelden en waarmede een ontalrijke menigte van baetsoekende en wereldse menschen verlijd worden, tot hun verderf, en een tweede onrechtveerdigheijt die in desen tijdt oock niet geacht wordt is dat: Bijnaer eenider weijgert oft ten minsten uijt steldt zijn schulden te betalen alle welcken handel een oprechten Christenen te betalen alle welcken handel een oprechten Christenen en godtvresende siele doet zuchten en weenen siende in desen tijden besondelijk waer gemaeckt de woorden Christi dat er vele geroepen zijn en luttel uijtverkoren en dat hem wijnige menschen sullen ingaen.
Cornelius HEYNS | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1785 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna Catharina HUYBS |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.