Uit het geslacht van Kleef;
Balderik bisschop van Utrecht, noemt zich zelven in een brief van 24 Juni 943 zoon van graaf Reinier zijn eerste vader? (Rickfried was zijn 2e stiefvader), wiens andere zoon , alzoo bisschops halfbroeder , Neveling, vader was van een jongeren graaf Reinier. Zoons van dezen neef des bisschops waren Balderik en Rudolf.
De bisschop schonk aan zijn neef en diens zoons in vruchtgebruik goederen te Rura (Roermond?), Lietdorp, Linne, Soletheim , Flothorp , Ascalin , Malicaliol en Curnelo d. i. te Rurich bij Linnich, Linne a/d Maas, Selsen bij Heinsberg, Vlodorp bij Heinsberg, Eschweiler bij idem, Melik bij Roermond, Kirkhoven bij idem, alle in de Maasgou i). Na den dood van Reinier zouden die goederen komen aan diens zoon Balderik en als deze stierf aan Rudolf.
Bisschop Balderik wordt gezegd geboren te zijn te Kleef.
5. 943 .juni 24 (Trajecti)
Balderik, bisschop van Utrecht, geeft aan de zoon van graaf Reinier en diens zonen Baldricus en Rodulfus:
uit de goederen van de abdij genaamd Hereberc, met het klooster gewijd aan St.Petrus, 65 mansiones met 3B3 laten, gelegen te Rura, Liethorp, Linne, Sulethum, Flothorp, Ascalon, Malicalieol, Curnelo en ontvangt daarvoor terug het allodium Willeresita met de kerk te Buochem en de kerk in Fischelo en 45 mansiones en 190 laten enz. enz. Sivr£ 5 sub. 15- Regesten Roermond
Balderic I van Utrecht (Bisschop van Utrecht 908-976) |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.