Stamboom I.D.M. de Vries » Udo "Otto" van Toul (Graaf van Heerlen en Steinfeld, Bisschop van Toul 1052 - 1069 ) (± 1004-1069)

Persoonlijke gegevens Udo "Otto" van Toul (Graaf van Heerlen en Steinfeld, Bisschop van Toul 1052 - 1069 ) 

• Roepnaam is Otto.
• Hij is geboren rond 1004.
• Hij is overleden op 24 juli 1069.
• Een kind van Richwin I van Ripuarie (Graaf in de Eifel 992 - 1033, Wildban Kempenich 992, Heer te Heerlen) en Mathildis van Saksen - Ludolf (Dochter v.d. Hertog v. Beieren)
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 25 december 2018.

Gezin van Udo "Otto" van Toul (Graaf van Heerlen en Steinfeld, Bisschop van Toul 1052 - 1069 )

Hij is getrouwd met Mechthildis van Arlon (Gravin van Heerlen).

Zij zijn getrouwd rond 1030.

Notities over Udo "Otto" van Toul (Graaf van Heerlen en Steinfeld, Bisschop van Toul 1052 - 1069 )

Udo (Otto) van Toul was van hoge afkomst. Zijn vader was Richwin I van Ripuarië, zijn moeder Mathildis van Alemannia de zus van Keizer Hendrik II van Beieren
Udo Bishop of Toul in favour of the abbey of Bleurville. Theodorich van Are was een Cousin van Udo von Toul en in 1121 genoemd als volgende bezitter van Heerlen.
Udo was gehuwd met Mathilda Comtessa de Herla (Zeer waarschijnlijk van Arlon waardoor Hendrik die reeds eerder als erve wordt genoemd ook de Graafschap Arlon verkrijgt 1081) vermeld voor 1050 in de "Miracula S.Trudensis" van de Monnik Steppolinus.
Udo werd pas laat 1049 gevraagd door de paus om Bischop te worden en werd toen hij op de Domschool te Toul opgeleid door Bruno van Egisheim 1026-1049 die zijn beschermeling was. Udo werd aanvankelijk zijn Kanselier en bibliothecaris. Bron; G.Waitz Gesta episcoporum Tullensium
Udo bezat de Allodia (eigen Goederen) 3 huven met weinbergen in de Mainzgau te Arenheim , Hesbaye, Heerlen, Voerendaal etc.
In een akte uit 1064 nr 201 bij Lacomblet wordt Udo van Toul bij een ruil van 3 wijnberge te Mainzgau en een Allodium te Hesbaye tegen het kasteel Tullense (Toul) hebben ontvangen, hier wordt ook zijn broer Graaf Sigibodo III genoemd.
1064 April 15 Bron; Lacomblet Deel I , nr. 201, blz. 129
Beschreibung : Heinricus (IV.) puer d. g. Romanorum rex bestätigt einen Tausch, den Udo, Bischof Tullensis (Toul), und Uvinricus, Abt Indensis, mit Zustimmung seines Vaters Heinrici III. Romanorum imperatoris augusti, vorgenommen haben: der Bischof und sein Vogt Arnulfus haben an den Altar s. Cornelii 3 Hufen mit Weinbergen zu 10 Fuder Wein im Gau Magonciacensi (Mainz), nämlich zu Arenheim, dazu einen in Magoncia wohnenden Hörigen namens Ruothardum samt dessen Haus und Besitz übertragen: ferner hat der Bischof mit seinem Bruder Graf Sigebodo, advocatus capitis eius, sein Eigengut Grusmithis im Gau Hasbanio bei dem Kloster s. Trudonis mitsamt der Kirche dort und allem Zubehör übereignet; der Abt hat dafür das Gut der Kirche b. Aniani vor dem castrum Tullense und alles übrige Gut in dieser Gegend mit 2 dazugehörigen Kirchen und allem Zubehör in Tausch gegeben. Tausch und Besitzergreifung ist zu Juliaco vor dem Kölner Erzbischof Annonem erfolgt; und zwar hat das Gut des Bischofs dessen Bruder und Kirchenvogt Graf Sigebodo dem Grafen Herimanno als dem Vogt s. Cornelii übertragen, während Graf Herimannus das Klostergut auf Anordnung des Bischofs dem Miloni militi als dem Vertreter des Vogtes übertragen hat. Zeugen: comes palatinus Herimannus, Graf Euerhardus, Graf Herimannus und sein Sohn, Graf Unruoch, Graf Sigebodo, Graf Gerardus, nochmals Graf Gerardus, Graf Lutharius, viele Freie, nämlich Imgrammus, Adalbar, Gerlach, Theodericus, Milo, Brunolfus, Folcuuinus u. a. m. Siegelankündigung.Sigehardus cancellarius vice Sigifridi archicancellarii regognovi. Monogramm. Data XVII. Kal. Mai a. d. i. MLXIII indict. II., anno autem ordinatione domni Heinrici quanti regis VIII., regni vero VIII. Actum Leodio.
Kornelimünster, Urkunden Nr. 4
Theodorich van Are was een Cousin van Udo von Toul en in 1121 genoemd als bezitter van Heerlen.
J.F. van Agt schrijft in 1962 (Zuid-Limburg uitgezonderd Maastricht) In 1065 staat Bisschop Udo van Toul , een Afstammeling van Gerberga zijn alodium te Herloe, vermoedelijk een Karolingisch domein, af aan zijn kerk te Toul. 1122 blijkt het dan in bezit van Dietrich von Aare te zijn.
Bij een schenking aan het Gengulfus Klooster en de Kerk te Toul in 1065 uit het Allodium Heerlen in het Bisdom Luik gelegen naast de Moederkerk te Voerendaal deze ook tot het Allodium Heerlen behorend wordt 1/4 deel van beide kapellen een te Heerlen en te Welten geschonken lenen die van Udo afhangen, met alle vrije erfgronden en immuniteit, zoals die ons zijn toegekomen door erfenis van vader - of moederszijde, met molens, bebouwde en onbebouwde gronden, opstanden, wateren, en waterlopen, bossen,weiden, onvrijen van beidferlij geslacht. Bron; vertaling Tesser er zijn 2 versie's echter van beide en de hierboven beschreven versie gaat het over 1/4 deel en de overige zijn reeds door hun ouders geschonken. Dat inhoud dat Richizo zijn vader of moeder reeds Heer te Heerlen was.
Het klooster Steinfeld was in 1069 gesticht door Graaf Sigebodo, de broer van Udo. Zie akte 1059 beneden.
De Sigebodo’s waren de voorvaderen van de graven Van Are.
Zij hadden vooral bezittingen in het bedied van Moezel, Rijn en Maas. We treffen in die tijd ook een aantal personen met de naam Richwin aan. Zij zijn eveneens voorvaderen van de Graven Van Are.
Das "Allodium" umfasst in dieser Zeit das Kirchspiel Steinfeld mit den späteren Herrschaften Reifferscheid, Wildenburg, Schleiden, Steinfeld; möglicherweise dehnte es sich bis Udenbreth in der späteren Herrschaft Kronenburg aus. Nach dem Tode des Bischofs Udo von Toul geht die Schenkung zurück an seine Erben, die Grafen von Are und Hendrik von Limburg. Sie teilen Spater das Allodium, wobei Limburg das Gebiet der Herrschaft Reifferscheid erhält. Dit moet dan 1069 Udo reeds hebben verkregen. Bron; http://srv11a.weiss-intermedia.de/cu_t3_hellenthal/index.php?id=46
Gerard I van Limburg tauschte Wassenberg ein das er geerbt hatte, wo er dan 1153 herr von war, gegen Reifferscheidt en bouwde daar de nieuwe burg verder uit en noemde zich van die tijd af van Reifferscheid.
Uit Annalen Rodensis Klooster Rolduc.
Channat schrijft dat zijn vader Walram I Paganus (De kleinzoon van Udo) nog in akte 1130 nog als Heer van Reifferscheid (bezitter) wordt genoemd en dit later aan zijn zoon Gerard deed toekomen die zich daar dan ook ging vestigen in zich erna vernoemde.
Die Herren von Reifferscheid, eine jüngere Linie der zu Herzogen aufgestiegenen Limburger Grafen, werden erstmals Ende des 12. Jahrhunderts im Besitze Reifferscheids genannt, das zu diesem Zeitpunkt noch das Gebiet der späteren Herrschaften Reifferscheid und Wildenburg umfasst.
Die Brüder Gerhard und Philipp teilen um 1195 das Land.
Gerhard behält Reifferscheid mit der Repräsentation beim Reich und dem Hochgericht für beide Herrschaften. Philipp bekommt Wildenburg, das aus einem östlichen Teil um die Burg auf dem "wilden Berg" und einem west- lichen um die frühmittelalterliche Wehranlage auf dem "Burgkopp" bei Giescheid besteht.
So ergibt es sich, dass der größte Teil des heutigen Gemeindegebietes Bestandteil der Herrschaften Reifferscheid und Wildenburg bildete 1059 Januar 2, – (IIII non. ian.). 156

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Udo "Otto" van Toul (Graaf van Heerlen en Steinfeld, Bisschop van Toul 1052 - 1069 )?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Udo "Otto" van Toul (Graaf van Heerlen en Steinfeld, Bisschop van Toul 1052 - 1069 )

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen