34 1316 mei 25 "Datum anno Domini MCCCXVI, in die beati Urbani pape et martiris"
Reynoldus, heer van Monyoie en Valkenborch (Reinoud I) verklaart, dat Winkinus de Hoitheym, zoon van wijlen Hasart, aan Maria, moniale in het klooster van de H. Gerlacus, dochter van wijlen Ogerus, ridder, voogd van Maastricht, een jaarrente van drie pond uit anderhalve bunder land te Blandisheyke verkocht heeft, welke zij bestemd heeft als stipendium voor de missen.
Getuigen: Winricus Faber de Sancto Gerlaco, schepen; Gerardus, genoemd Hornsberch, schepen; Giso de Sancto Gerlaco, schepen
Maria van Haren (Moniale te St. Gerlach 1316) |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.