Zijn oorspronkelijke naam was Willem van Til. Uiteindelijk is hij onder een andere naam in de Burgerlijke Stand opgenomen: Willem Pantjes.
______________________________________________________________________________________________________________
Geboorte 05-08-1876 Doezum gem. Grootegast
Kind Willem Pantjes, Vondeling; erkend door Sjouktje van Valen op 22-07-1879 te Marum en gewettigd bij huwelijk op 27-01-1894 te Marum met Popko Pantjes.
Geslacht m
Bron Geboorteregister Grootegast 1876
Aktenummer 92
________________________________________________________________________________________________________________
"In het jaar duizend achthonderd zes en zeventig, den vijfden der maand Augustus is voor ons, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Grootegast, Arrondissement en Provincie Groningen, verschenen Jan van Valen, oud negenendertig jaren, van beroep wever, wonende te Doezum, welke heeft verklaard, dat op den vijfden der maand Augustus dezes jaars, des morgens te een uur, na door iemand buiten's huis, terwijl hij te bed lag, te zijn gewekt en verzocht op te staan, door hem opgestaan en naar buiten geloopen zijnde op de stoep voor de deur zijner woning, staande aan de grintweg bij het zoogenaamde Doezumertilje te Doezum, binnen deze gemeente is gevonden een kind van het mannelijk geslacht, oud naar gissing één of twee dagen, gewikkeld in een wit wollen dekentje met roode strepen, een rood baaijen dito en twee wit katoenen doeken; gekleed met een wit katoenen mutsje, dito jaakje, hemd en navelbandje en gebreid wit katoenen borstrokje en liggend in eene ovaal ronde, met bloemen geschilderde houten doos, alles zonder eenig merk of nummer, terwijl hij niemand bij dat kind of in de nabijheid zijner woning heeft ontdekt. Hebbende het kind geen uiterlijk zichtbaar gebrek noch op het ligchaam eenig bijzonder vlek of teeken, welk kind zal genaamd worden Willem van Til. Zijnde dat kind op verzoek van den comparant Jan van Valen bij hem verbleven."
Onderaan de geboorteakte staat: "Bovenstaande Willem van Til is erkend door Sjouktje van Valen, van beroep landbouwersche, wonende te Marum, bij akte opgemaakt door de ambtenaar van de Burgerlijke Stand der gemeente Marum den 22-7-1879."
Willem Pantjes was een vondeling. Op 5 augustus 1876 werd de enkele dagen oud zijnde baby gevonden door de wever Jan van Valen in Doezum, die woonde bij de Doezumer til. Die werd midden in de nacht gewekt door een voorbijganger. In eerste instantie werd de vondeling ingeschreven als Willem van Til. De achternaam Van Til is een verwijzing naar de til (= ophaalbrug), waar hij werd gevonden. Zijn voornaam Willem komt waarschijnlijk van Willem Jans van Valen, de vader van de vinder. De vondeling werd liefdevol opgenomen in het gezin van Jan van Valen. Na vier maanden verhuisde hij naar Sjouktje van Valen, een zus van de vinder/stiefvader Jan van Valen. Sjouktje erkende hem onder zijn vondelingnaam Willem van Til als haar kind. Bij haar tweede huwelijk met Popke Pantjes kreeg dit kind de achternaam van zijn nieuwe stiefvader Popke Pantjes. Onder de naam Willem Pantjes is hij tenslotte terechtgekomen in de boeken van de Burgerlijke Stand. Zelfs in zijn geboorteakte van 1876 wordt de naam Willem Pantjes al gehanteerd, hoewel het huwelijk van zijn stiefouders Popke Pantjes met Sjouktje van Valen pas in 1894 plaatsvond.
Bij het huwelijk van Sjouktje van Valen en Popke Pantjes werden de kinderen Trijntje van Valen en de vondeling Willem van Til erkend. Vanaf ongeveer 1890 bewoonde het gezin Pantjes-van Valen een boerderij ten noordwesten van de huidige Noorderweg te Marum. Willem Pantjes volgde zijn stiefvader Popke Pantjes op als landbouwer. De boerderij moest later plaats maken voor industriële aktiviteit en werd afgebroken. Omstreeks 1924 kocht hij het woonhuis met erf en schuur (de voormalige boerderij "Swanenburg") van de erven IJpe Cuperij aan de huidige Kruisweg in Marum. Die boerderij werd in 1935 verkocht.
De wever Jan van Valen (39) lag in diepe rust op zijn bed, toen hij op 5 augustus 1876 om 1 uur ‘s nachts werd wakker gemaakt door iemand buiten zijn huis. Hij stond op, liep naar buiten om te zien wat er aan de hand was en zag op de stoep van zijn woning, die aan de grintweg bij het Doezumertiltje stond, een jongetje liggen:
“…oud naar gissing een of twee dagen, gewikkeld in een wit wollen dekentje met roode strepen, een rood baaijen dito en twee wit katoenen doeken, gekleed met een wit katoenen mutsje, dito jurkje, hemd en navelbandje, en gebreid wit katoenen borstrokje, en liggende in eene ovaal ronde met bloemen geschilderde houten doos, alles zonder eenig merk of nummer, terwijl hij niemand bij dat kind, of in de nabijheid zijner woning heeft ontdekt. Hebbende het kind geen uiterlijk zichtbaar gebrek, noch op het ligchaam eenig bijzonder vlek of teeken.”
Dezelfde dag nog deed van Valen aangifte bij de Burgerlijke Stand in Grootegast, de gemeente waaronder zijn woonplaats Doezum nog steeds valt. De vondeling werd ingeschreven als Willem van Til, naar het ophaalbruggetje voor de weverswoning. Op verzoek van Van Valen bleef het kind bij hem thuis.
Het geval haalde noch de Provinciale, noch de stedelijke Groninger Courant. Normaliter werd er wel een strafrechtelijk onderzoek ingesteld naar vondelingen, maar als dat hier gehouden is, leverde dat geen moeder op, want het jochie werd vier maanden later onder zijn vondelingennaam erkend door Sjouktje van Valen, landbouwster te Marum en de jongere zuster van de wever die het jongetje op zijn stoep aantrof. Opmerkelijk is, dat zij tegelijkertijd, in dezelfde akte, een 16-jarige zoon Johannes van haar erkende. Willem was dus niet het enige kind bij deze boerin in huis.
Op het moment dat Sjouktje het vondelingetje Willem van Til in huis opnam, was ze weduwvrouw met twee oudere kinderen. Als weduwe zou ze in 1882 nog een dochter, Trijntje, krijgen van een onbekende man. De aangifte werd bij die gelegenheid echter gedaan door de 41-jarige landbouwer Popke Pantjes, met wie ze in 1894 zou trouwen. Op dat moment was haar dochter Grietje Holtrop al het huis uit, want die trouwde in 1890 met een student. Ook niet meer in huis was waarschijnlijk haar oudste zoon Johannes van Valen, want die trouwde hetzelfde jaar als onderwijzer. De twee overgebleven, schijnbaar vaderloze kinderen, de dan 18-jarige Willem en de 12-jarige Trijntje, werden bij het huwelijk echter beide erkend door Pantjes, wiens naam ze voortaan ook gingen dragen.
En zo kwam het dat de vondeling Willem van Til nergens meer in de bronnen terug te vinden is. Na de dubbele erkenning, eerst door zijn ‘moeder’ (1879) en vervolgens door zijn ‘vader’ (1894) stond hij tot zijn dood te boek als Willem Pantjes.
Bron Burgerlijke stand - Overlijden
Archieflocatie Groninger Archieven
Algemeen Gemeente: Groningen
Soort akte: overlijden
Aktenummer: 100
Aangiftedatum: 21-01-1943
Overledene Willem Pantjes
Geslacht: M
Overlijdensdatum: 20-01-1943
Leeftijd: 66
Overlijdensplaats: Groningen
Vader Popke Pantjes
Moeder Sjouktje van Valen
Partner
Nadere informatie geboortepl: Grootegast
___________________________________
Bron Burgerlijke stand - Overlijden
Archieflocatie Groninger Archieven
Algemeen Gemeente: Marum
Soort akte: overlijden
Aktenummer: 14
Aangiftedatum: 26-01-1943
Overledene Willem Pantjes
Geslacht: M
Overlijdensdatum: 20-01-1943
Leeftijd: 66
Overlijdensplaats: Groningen
Vader Popke Pantjes
Moeder Sjouktje van Valen
Partner
Nadere informatie elders overleden; geboortepl: Grootegast
Willem Pantjes |
Geboorteregister Grootegast 1876, aktenr. 92
http://loketvoorliefenleed.wordpress.com/2011/12/07/een-dubbel-erkende-vondeling/
BS Groningen 21-1-1943, aktenr. 100