Margreta van de Ceele | ||||||||||
TRANSCRIPT
Procuratie van de gezusters van de Ceele aan Jan Kerkhoffs om goederen te verkopen aan onder meer Antonet Huijbregs, echtgenote van Anthonie Joost Anthonies, 13 april 1772, Notarieel Archief van Bladel, inventarisnr. 349, akte 13, folio 25 recto. (Notabene: van deze akte is geen copie aanwezig)
(folio 25 recto)
Compereerde voor mij, Johan Wilhelmus van
Crullenberg, openbaar notaris bij den Edelen Sou-
vrijne Raade en Leenhoove van Braband in
s(Graven)Hage gecreeert en geadmitteert, resideerende
binnen de dingbanke van Bladel, en voor de
getuijgen nagenoemt, Willemijne van
de Ceele en Margreta van de Ceele, meerder-
jaarige jonge dochters, ten deese met mij nota-
ris geadsisteert, kinderen van Gerit van
der Ceele, daer moeder van wasch Helena van der
Ceele, inwoonderen tot Mil, Lande van Kuijk,
en tot K(?)ennooij, geleegen in Gelderland, mij no-
taris ende getuijgen bekent, de welke ver-
klaerden ende bekennen bij deesen op de
kragtigste wijse te constitueeren, magtig te
maeken en in haare steede te stellen
Jan Kerkhoffs, inwoonder tot Reusel, speciaelijk
omme uijt den naeme ende van weegens haere
comparanten verkooperen, te compareeren voor
heeren Wethouderen van Reusel, en aldaer
voor de selve aen Antonet Huijbregs, in egte
met Anthonie Joost Anthonies, mitsgaders Ma-
ria Huijbregs in egte met Andries ....(?) coop-
ren, meede wonende tot Reusel voors(egd), volgens cos-
tuijme en regten aldaer gebruijkelijk op te
draagen en aen te vesten, seekere haare com-
paranten geregte erffportien in eene steede en
gronden van erven daer aen gehoorende, niets
gereserveert, geleegen tot Reusel ten gehugten de
Peel, mits het overlijden van Jan Huijbregs, haare
(folio 25 verso)
comparantes stiefvader, als geweesene togte
haer van die goederen agter gelaaten, zulkx
voor en omme eene somme van drie
hondert en tien gulden, valuatie van
Holland, los en vrij, boven alle uijtgaende
renten, chijnsen off pagten, hoe genaamd
doe (?) van voor gemelde Wethouderen door
de voorn(oemde) cooperen geloffte ter saeke des
coops te passeeren, onder verbandt van de
voorn(oemde) goederen en voorts hunne personen
en verdere goederen hebbende ofte verkrijgende,
te zult (?) twee guldens en tien stuivers jaerlijks pro-
cento, in te saem bij het doen de voors(egde veste
veratistnood (?) quitantien te passeeren en
voorts generalijk alles verders te doen handelen
en verrigten als oft sij, constituanten, zelfs pre-
sent sijnde, soude kunnen mogen en moeten
doen, al waert soo dat tot hetgeene voors(egd) eenige
nadere oft speciaeldere last wierde gerequireert
die alhier gehouden wat voor geinkreert (?) be-
loovende voorgoed vast en van waerden te
sullen houden en doen houden allent
geene bij den geconstitueerde, uijt cragte deeses
zal worden gedaen en verrigt onder verband
als na regten, des blijft den geconstitueerde
gehouden voor sijn bewint kragte deeses
gehad te doen behorelijke verantwoordinge.
Aldus gedaen en gepasseert ten overstaen
van detten (?) Johannes Arn(oldus) van Assen en
(folio 26 recto)
Joseph Swanen, geloofwaardige getuijgen hier-
toe versogt, die de minute deeses ten protho-
colle neffens de comparanten en mij notaris
eijgenhandig hebben onderteekent binnen
Bladel den 13e april 1700 twee en seventigh.
(Getekend;) (Kruisjes met aantekeningen:)
dit merk stelt Willemijne van de Ceele
dit merk stelt Margreta van de Ceele
verklaren bijde niet onder te konnen
schrijven, tgeene wij ondergeteekende
meede attesteeren
J.A.van Assen
Ioseph Zwanen
mij present J.W.Crullenberg
not(ari)s publ(ique)