Stamboom Diepenbroek » Evert/Eberhard Diepenbruck (± 1590-????)

Persoonlijke gegevens Evert/Eberhard Diepenbruck 

• Hij is geboren rond 1590 in Rees.
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 27 februari 2021.

Gezin van Evert/Eberhard Diepenbruck

Kind(eren):

1. Ida Diepenbruck  ± 1620-????
2. Diederich/Dirck/Theodorus Diepenbruck  ± 1620-???? 
3. Henrich Diepenbruck  ± 1630-1695 

Notities over Evert/Eberhard Diepenbruck

Rond 1634 was hij schepen van Grieth.

Notitie bij Evert/Eberhard: 0481 Familie Van Rhemen
01-12-1634 -- 939 Diederick van Rhemen en Magdalena Streuff van Loewenstein, echtelieden, dragen op aan de kinderen van wijlen Herman van der Beeck hun aandeel en gerechtigheid aan de onderste Steutsche tiend, op Steussweerd, in het gericht van Grieth. Geschied voor Diederich van Diepenbroek en Nicolaus Horninck, schepenen van Grieth.
Gezegeld met het zegel van het schependom.
Met twee afschriften (287 rood), 1634 December 1. 1 charter en 2 stukken

Zou het onderstaande misschien met onze Everhardus te maken hebben of zijn opa??

5814-- Aktenzeichen : V 265/696
Person : (2) Kläger: Mechtild Schwems, Witwe des Wilhelm von Vinnen, und ihr Schwiegersohn Gerhard Paelick
(3) Beklagter: Clara, Witwe des Johann (von) Heidtfeld, Pastor zu Wesel „auf derMatena“, Wesel
(4) Prokuratoren (Kl.): Dr. Johann Friedrich Haug 1605 – Dr. Johann Pistorius –Dr. Johann Konrad Lasser – Dr. Johann Jakob Kolblein
Prokuratoren (Bekl.): Dr. Georg Melchior Reinhart 1605
Sachverhalt : Streitgegenstand: Ihren Angaben nach waren die Appellanten wegen Nichtzahlung einer von Eberhard von Diepenbrock eingegangenen Schuld 1690 in die als Sicherheit gesetzten Güter Diepenbrocks zu Ingenhaeven in der Bauerschaft Haffen (Kr. Rees) immittiert worden und hatten nach Ediktladung an alle Gläubiger, die Anspruch auf das Land zu haben glaubten, in einer Versteigerung 2 Stücke, Langenwand und Beboicker, erworben. Die Vorinstanzen hatten Räumung dieser Stücke zugunsten der Appellatin angeordnet. Der Appellant macht geltend, Heidtfeld sei auf die Ediktalladung nicht erschienen, danach könne nach rechtsgültigem Verkauf kein Gläubigeranspruch mehr geltend gemacht werden. Für Heidtfelds Forderung sei Diepenbrocker Land in Götterswickerhamm als Sicherheit gesetzt gewesen. Ohne das Spezialpfand einzuklagen, habe Heidtfeld sich um die Ingenhaevener Stücke bemüht. Der Appellant wirft ihm vor, hinreichende Gründe dafür ebensowenig belegt zu haben wie versucht zu haben, die Schuld vom Hauptschuldner Diepenbrock einzutreiben, was einem Eingriff in Rechte Dritter notwendig vorausgehen müsse. Zunächst in einem mündlichen Antrag des Prokurators, dann schriftlich bestreitet die Appellatin die Zulässigkeit der Appellation wegen Nichterreichens der Appellationssumme. Sie bestreitet die Rechtsförmlichkeit des Verfahrens, durch das die Appellanten das Land erhalten hatten.
Prozessart : (5) Prozeßart: Appellationis
Instanz : (6) Instanzen: 1. Gericht Haffen (? – 1597) – 2. Fürstlich klev. Hofgericht zu Kleve 1597 – 1604 – 3. RKG 1605 – 1612 (? – 1615)
Beweismittel : (7) Beweismittel: Acta priora (Bd. 2).
Formalbeschreibung : (8) Beschreibung: 2 Bde., 9 cm; Bd. 1: 2 cm, 55 Bl., lose; Q 1 – 10, 2 Beilagenprod. 14. November 1612 und 25. Juni 1615; Bd. 2: 7 cm, 323 Bl., geb.; prod. 12. Dezember 1605, der Termin der Übergabe ist im Protokoll möglicherweise von späterer Hand, jedenfalls ohne Protokollierung einer Handlung aufgenommen

-- Hoort dit misschien hier?
1579 Februar ll 1001,1
Nachdem unter Bezugnahme auf die vorherige Urkunde (Abs. 2) abgemacht worden ist, daß die Söhne ihrem Vater Adolf von Wylich die dort bezeichneten Renten aus den ihnen zugeteilten Güter entrichten sollen, werden die Güter vorsorglich unter die 4 Söhne verteilt.
D i e t r i c h , der älteste Sohn, erhält H e r r I i c h k e i t u n d H a u s D i e r s f o r d t mit Gräben, Wällen, Mauern, Vorburg, Bongardt, Lust- und Kohlgarten, Mühlen und sonstigem Zubehör, den Hof Lorewardt im Kirchspiel M e h r mit Ausnahme des Großen und Kleinen Loecken und den zugehörigen Weidehen des Arnt von Rees, Leibgewinnsgut der Propstei Xanten, einen halben Hof zu V i s s e I , der zur anderen Hälfte in die Vikarie Pithan zu W esel auf der Mathena gehört und den Derich Maeß
in Pacht hat, einen Hof zu J o e c k e.r e n , den Derich Maeß und Henr. tyr Furth innehaben, 1 Kamp Land von 81/2 Maltersaat, den gleichfalls Dietrich Maeß in Pacht hat, zu E l l e r d e n den Hof des Gerit Roggen und den Schodekampshof sowie das Land des Derich Druyen, zu M a r w i c k die Kate der Tryn Berentz.
Die anderen Güter wurden unter die 3 Brüder verlost, und zwar erhielten: A cl o l f den Schultenhof im Kirchspiel E e l l und Gericht Lymbech mit dem zugehörigen Markenrecht, dem E r b h o 1 z r i c h t e r a m t und dem P a t r o n a t s r e c h t z u E e l l , Dorper Hof, Dorper Bruch, Dorper Kamp, Gantefurth, Bisschop, Leenckingh, Oistendorp im Kirchspiel und Gaugericht B o r k e n , weiter Middendorp zu S t a t l o e n , Geisicken zu W e s e c k e n , lmminck zu B o c h o I t , den Zehnten zu R e ·
h e d e im Stift Münster, weiter eine Rente von 50 Talern, sprechend auf Graf Jost von Schouwenburg, Herrn zu Gehmen, aus den Pächten des Hauses Gehmen, speziell aus dem Gute zum Schirmbergh im Kirchspiel Borken (Kapitalsumme 1000 Taler), ein Haus in der S t a d t B o r k e n neben dem Kloster von St. Johann, im R i n g e n b e r g e r B r u c h diejenigen Ländereien, die der Richter Knippenberg, Lisbeth Bolx, Joh. Mais, jetzt Kornelis Furknecht, Lisbeth ingen Wall, N olde Ißhorst, Gcrit Moyers und Bernt Foppen in Pacht haben, weiter den Diepenbruckschen Schlag, den Bioern W essels, Derich Rouhoff und Joh. von Toevern in Pacht haben, die Ganzweide, gepachtet von Rutger Kueningh und Wilhelm ten Rassel, und den Kieffacker. Weiter fallen Adolf zu im Gericht B i s I i c h "twe veren tinssen up der Beeck" und die Gerechtigkeit der Bergerfurtschen Gerste sowie eine Rente von 50 Talern aus dem Mühlenzwang daselbst, aus der Accise eine Rente von 6 Goldgulden, aus den Brüchten zu Bislich, Raffen und Mehr jährlich 10 Goldgulden.

Diepenbrock ( -broick) [Hof in Damm Kr. Rees] D .scher Schlag 1001,1
- Derick v. D.(1495-1524 t) 434 (s. Frau Ulandt) 523, 561, 627
- Elisabeth v. D., Prokuratorirr des Klosters Marienkamp zu Dinslaken (1481-82) 349, 357
- Henr. v. D.(1514-24) 561, 627
- Maria v. D., Subpriorin des Klosters Averdorp (1581) 350,3
- Rutger v. D (1451) 231 - - Amtmann zu Bocholt (1528) 679

Kinderen van Evert/Eberhard uit onbekende relatie:
1 [waarschijnlijk] Ida Diepenbruck.
2 [misschien] Diederich/Dirck/Theodorus Diepenbruck, geboren omstreeks 1620 in Rees ?. Volgt II-a.
3 [waarschijnlijk] Henrich Diepenbrock, geboren omstreeks 1630 in Rees (Dld) ?. Volgt II-b.
II-a Diederich/Dirck/Theodorus Diepenbruck is geboren omstreeks 1620 in Rees ?, zoon van [misschien] Evert/Eberhard Diepenbruck (zie I).
Notitie bij Diederich/Dirck/Theodorus: Urkunde 20 - Eermalink der Verzeichnungseinheit - 1667 September
00-09-1667 -- Gerard the Laeck genannt Gaienus, Kanonikus 26 zu Xanten und Bielefeld und Latenkommissar der Propstei Xanten, behandigt Dietherich von Diepenbroeck, Sohn des Dietherich [von Diepenbroeckl und der Elysabeth Lauwermans, zur ersten und Gerhardt Cruvell (?), Vikar zu Rees, Sohn des Hermann [Cruvell] und der Gertrud
Laurermans, zur zweiten Hand mit den Giitern Bocholt in Mehr. (Regest)
Allgemeine Formalbeschreibung ; Vermerke: Unterschrift des Xantener Sekretàrs Goswin Golt
NB. Hier was Dietrich dus nog maar 15 jaar oud!(Note Gerrit)

Zouden onderstaande personen tot dezelfde Diepenbroeks behoren? Misschien zijn Ida en Henricus de broer en zus van Theodorus.
Gegevens Rees ‘scans Kleef’:
07-06-1654 Maria – Joannes Schonenbosch/Catharina Hinsen – Gerhardus Hagh ipv Wilh Schonenbosch/Ida Diepenbrock/Mechtelt Hirsselmans (Hönnepel)
11-04-1655 Sophia - Wesselus Heck/………… - Henricus Klotert/Ida Diepenbroeck/Sybilla Offenbergh
07-02-1656 Maria – Conradus Laeckhuis/Aleidis Schillings – Thed van Diepenbroeck/Joanna Overcamps/Wilhelma Maess
03-08-1656 Henrica – Joes Schonenbosch/Catharina ………. – Henricus Diepenbroeck/Mecht Schonenbosch/Mechtildis Hinsen
13-04-1661 Henrica – Conrad Laechuis/Altien ………. – R:D: Henricus van Diepenbroeck/ Joanna Moom ipv Wilhelma Blanckewer?

Zouden Lisabeth en Petronella ook kinderen uit het gezin van Theodorus en Elisabeth zijn?
Lisabeth von Diepenbroeck & Jacob Plagg kind 1686 katholies.
Petronella von Diepenbroeck & Marus Falconius kind 1689 Theodorus Falconius.katholies.
Elisbetha Dipenbroick & Jacob Blaeck kind Maria Elisabeth 1688 katholies.
Petrenel von Diepenbroeck & Hans von Sweryn kind Lucia 1688 katholies.

-- Is Dirk hetzelfde als Theodorus?
Het zal veel genealogen wel eens gebeurd zijn: je bent op zoek naar, laten we zeggen, Dirk Jansen. Je kunt hem niet terugvinden, maar stuit plotseling wel op een Theodorus Jansen die in dezelfde tijd en in hetzelfde dorp woonde als Dirk. De voornaam is totaal anders, maar zou het niet toch dezelfde persoon kunnen zijn?
Het antwoord is:
Dat zou heel goed kunnen. Hoewel de namen Dirk en Theodorus een volkomen andere oorsprong hebben, worden ze vaak als synoniemen gebruikt.
Dirk is een verkorting van Diederik en dat is weer de Nederlandse versie van Theoderik, een Germaanse naam die zoveel betekent als “machtige onder het volk”.
De naam Theoderik was al bij de Romeinen bekend en zij vervormden hem tot Theodoricus. Ook in de eeuwen daarna bleef men Diederik en Dirk in documenten tot Theodoricus verlatijnsen.
Als een van de voorouders Dirk heette, zoek dan vooral ook op Theodorus, want de kans is aanzienlijk dat je hem in sommige documenten zo zult terugvinden.
Diederich/Dirck/Theodorus trouwde, ongeveer 25 jaar oud, omstreeks 1645 in Rees ? met Elisabeth/Lissbeth Lauwermans/Lagermans/Laurmans, ongeveer 20 jaar oud, nadat zij op 13-11-1644 in Rees (Dld) in ondertrouw zijn gegaan.
Notitie bij het huwelijk van Diederich/Dirck/Theodorus en Elisabeth/Lissbeth: Hoe moet ik de onderstaande Diepenbroecks plaatsen?
Lisabeth von Diepenbroeck&Jacob Plagg kind 1686 katholies.
Peronella von Diepenbroeck&Marus Falconius kind 1689 Theodorus Falconius.katholies.
Elisbetha Dipenbroick&Jacob Blaeck kind Maria Elisabeth 1688 katholies.
Petrenel von Diepenbroeck&Hans von Sweryn kind Lucia 1688 katholies.
Elisabeth/Lissbeth is geboren omstreeks 1625 in Rees ?.
Notitie bij Elisabeth/Lissbeth: Trouwen (ondertrouw) op 27 mei 1682 te Leeuwarden.
Bruidegom: Reinhardt Louwerman
Bruid: Anna van Schuyringh, wonende te Leeuwarden
Opmerking: Hij is kapitein in het leger

Gezin van Geertruid Alexandrina van Broeckhuijsen
Zij is geboren rond 1602. Beroep: Vrouwe van Ooijen. Zij is overleden op 27 september 1673 in Ooijen bij Broekhuizenvorst, Limburg, Nederland.
(1) -- Zij is getrouwd met Johannes Willem Louwerman. Hij is geboren rond 1600.[geschat],
Hij is overleden op 21 juli 1643 in Ooijen bij Broekhuizenvorst, Limburg, Nederland.

[Geertruid Alexandrina, dochter van Marten van Broekhuizen was reeds vóór 1626 getrouwd met
Johannes Willem Louwermans, die uit een bekend Emmericks geslacht stamde. Over deze tak van de
familie Louwerman is niet veel bekend, slechts een enkele keer komen we ze in de geschreven
stukken tegen. Rond 1626 zochten zij een geschikte woning. Ooijen was echter niet beschikbaar.
Heel toevallig waren de financiële middelen van Anna van Baexen, weduwe van Johan van Broekhuizen
- een neef van Geertruid’s vader - niet al te rooskleurig. Anna van Baexen wilde het schitterende
Broekhuizens familiegoed de Borggraaf onder Lottum verkopen. Op 19 november 1626 werd zelfs een
verkoopakte opgemaakt tussen de verkoopster en Hendrik van Aerdt met zijn vrouw Johanna Elisabeth
Vogels. Doch de verkoop werd door Geertruid Alexandrina van Broekhuizen met haar man Johannes
Willem Louwerman verijdeld. In januari 1627 maakte zij gebruik van een oud Gelders recht het
’beschudden’. Op dit recht kon men zich alleen beroepen, wanneer de eigenaar het oude
familiebezit wilde verkopen. Familieleden konden het bewuste goed binnen een jaar, tegen de
geboden prijs, overnemen. Toch hebben zij niet lang op de Borggraaf in Lottum gewoond, want op 17
mei 1632 werd Geertruid Alexandrina van Broekhuizen beleend met huis en heerlijkheid Ooijen.,
Zij was de enige erfgename van haar overleden broer. Plotseling zat het echtpaar Louwerman en Van
Broekhuizen met twee kasteeltjes: Ooijen en de Borggraaf. De keuze was voor haar niet moeilijk,
zij koos voor het ouderlijk huis waaraan een heerlijkheid was verbonden. Op 22 november 1633
verkocht zij haar Lottumse bezittingen aan de bekende aspirant-koper Hendrik van Aerdt. Johan
Willem Louwerman overleed op 21 juli 1643 te Ooijen; zijn vrouw overleefde haar man vele jaren.
Zij hertrouwde zelfs nog op 22 februari 1645 te Broekhuizenvorst met ene Jacob Ingen Haeff. Na de
dood van Geertruid Alexandrina van Broekhuizen - zij overleed op 27 september 1673 te Ooijen -
werd in 1682 haar kleinzoon, die eveneens jonker Johan Willem Louwerman heette met Ooijen
beleend. Hoewel zijn vader Martinus Louwerman In 1656 als heer van Ooijen wordt vermeld, werd hij
nooit met Ooijen beleend],
voor 1626.Bronnen 1, 2, 3

(2) -- Zij is getrouwd met Jacob Ingen Haeff op 22 februari 1645 te Broekhuizenvorst, Limburg, Nederland
Kinderen van Diederich/Dirck/Theodorus en Elisabeth/Lissbeth:
1 Adolphus Diepenbruck, geboren in Rees ?. Hij is gedoopt op 24-08-1646 in Rees [bron: R.K.-kerk].
Notitie bij Adolphus: Zou dit onze Adolf uit Rees zijn?
Regiment van Jacques de Fariaux Heer van Maulde (1673-1675)
Compagnie Kapitein Diepenbroeck -- Commandant: Kapitein Diepenbroeck
Datum komst: 20-9-1673 -- Aantal manschappen: 48 -- Bron: Stadsarchief OSA 4153 (1)
Militair: Adollef van Depenbroeck -- Bijzonderheden: Woont op zichzelf, in logement; huurlijk gelogeerd.
2 Everhardus Diepenbruck, geboren in Rees ?. Hij is gedoopt op 30-10-1647 in Rees [bron: R.K.-kerk].
Notitie bij de geboorte van Everhardus: Getuigen: Henricy Berndt (Licitiary?) en Beatrix Tonnis
Notitie bij Everhardus: Everhardus Deipenbrock is gedoopt in het klooster Schledenhorst.

Zou het onderstaande misschien met onze Everhardus te maken hebben of zijn opa??

5814-- Aktenzeichen : V 265/696
Person : (2) Kläger: Mechtild Schwems, Witwe des Wilhelm von Vinnen, und ihr Schwiegersohn Gerhard Paelick
(3) Beklagter: Clara, Witwe des Johann (von) Heidtfeld, Pastor zu Wesel „auf derMatena“, Wesel
(4) Prokuratoren (Kl.): Dr. Johann Friedrich Haug 1605 – Dr. Johann Pistorius –Dr. Johann Konrad Lasser – Dr. Johann Jakob Kolblein
Prokuratoren (Bekl.): Dr. Georg Melchior Reinhart 1605
Sachverhalt : Streitgegenstand: Ihren Angaben nach waren die Appellanten wegen Nichtzahlung einer von Eberhard von Diepenbrock eingegangenen Schuld 1690 in die als Sicherheit gesetzten Güter Diepenbrocks zu Ingenhaeven in der Bauerschaft Haffen (Kr. Rees) immittiert worden und hatten nach Ediktladung an alle Gläubiger, die Anspruch auf das Land zu haben glaubten, in einer Versteigerung 2 Stücke, Langenwand und Beboicker, erworben. Die Vorinstanzen hatten Räumung dieser Stücke zugunsten der Appellatin angeordnet. Der Appellant macht geltend, Heidtfeld sei auf die Ediktalladung nicht erschienen, danach könne nach rechtsgültigem Verkauf kein Gläubigeranspruch mehr geltend gemacht werden. Für Heidtfelds Forderung sei Diepenbrocker Land in Götterswickerhamm als Sicherheit gesetzt gewesen. Ohne das Spezialpfand einzuklagen, habe Heidtfeld sich um die Ingenhaevener Stücke bemüht. Der Appellant wirft ihm vor, hinreichende Gründe dafür ebensowenig belegt zu haben wie versucht zu haben, die Schuld vom Hauptschuldner Diepenbrock einzutreiben, was einem Eingriff in Rechte Dritter notwendig vorausgehen müsse. Zunächst in einem mündlichen Antrag des Prokurators, dann schriftlich bestreitet die Appellatin die Zulässigkeit der Appellation wegen Nichterreichens der Appellationssumme. Sie bestreitet die Rechtsförmlichkeit des Verfahrens, durch das die Appellanten das Land erhalten hatten.
Prozessart : (5) Prozeßart: Appellationis
Instanz : (6) Instanzen: 1. Gericht Haffen (? – 1597) – 2. Fürstlich klev. Hofgericht zu Kleve 1597 – 1604 – 3. RKG 1605 – 1612 (? – 1615)
Beweismittel : (7) Beweismittel: Acta priora (Bd. 2).
Formalbeschreibung : (8) Beschreibung: 2 Bde., 9 cm; Bd. 1: 2 cm, 55 Bl., lose; Q 1 – 10, 2 Beilagenprod. 14. November 1612 und 25. Juni 1615; Bd. 2: 7 cm, 323 Bl., geb.; prod. 12. Dezember 1605, der Termin der Übergabe ist im Protokoll möglicherweise von späterer Hand, jedenfalls ohne Protokollierung einer Handlung aufgenommen
3 Maria Diepenbruck, geboren in Rees. Zij is gedoopt in 1649 in Rees.
Notitie bij de geboorte van Maria: Getuigen: Hermanny Weninck en Ida von Diepenbrock
4 [waarschijnlijk] Geertruijt/Gertrudis van Diepenbroeck, geboren op 28-11-1650 in Rees. Volgt III-a.
5 Diederich/Theodorus/Theodori Diepenbroeck, geboren in Rees ?. Volgt III-b.
II-b Henrich Diepenbrock is geboren omstreeks 1630 in Rees (Dld) ?, zoon van [waarschijnlijk] Evert/Eberhard Diepenbruck (zie I). Henrich is overleden in 1695, ongeveer 65 jaar oud.
Notitie bij Henrich: In Aus der Geschichte von Wissel und Griet:
Heinrich von Diepenbruck, Sohn des langjärigen Kapittels-Amtmannes Theodor, zugleich Rhetor an der Schule zu Emmerich, seit 17-03-1654, gestorben in 1695.

Op 15 oktober 1672 was Hendrik van Diepenbroek getuige bij de doop van Margrieta Degenaer. De ouders waren Dirck Degenaer en Mechtelt Schellinx. De andere getuigen waren Willemijn van Blanckenweert en Anneke Huijberts. Bron: Doopregister Nederduits-Gereformeerde gemeente Nijmegen (RBS1166/378)
Kind van Henrich uit onbekende relatie:
1 [waarschijnlijk] Evert Henrichs Diepenbrock, geboren omstreeks 1660 in Nijmegen ?. Volgt III-c.
III-a Geertruijt/Gertrudis van Diepenbroeck is geboren op 28-11-1650 in Rees, dochter van [waarschijnlijk] Diederich/Dirck/Theodorus Diepenbruck (zie II-a) en [waarschijnlijk] Elisabeth/Lissbeth Lauwermans/Lagermans/Laurmans.
Notitie bij Geertruijt/Gertrudis: Is dit misschien Geertruijt/Gertrudis dochter van Theodorus en Elisabeth uit Rees? Gezien de vernoemingen van de kinderen zou het zeer wel mogelijk zijn.
Geertruijt/Gertrudis trouwde met Steven Herman van Lendt.
Notitie bij het huwelijk van Geertruijt/Gertrudis en Steven: 4713-- Aktenzeichen : R 701/2433
Person : (2) Kläger: Eberhard (Evert) Riswick (Rischwick) und Konsorten: Stephan von Lendt; Maria von Diepenbrock; Dietrich von Diepenbrock; Elisabeth Kreuwels; Hermann ten Bergh; Helena ten Berch, (Bekl.)
(3) Beklagter: Erben von Heinrich Schilling, nämlich Susanna Margareta Schilling, Wesel, und Konsorten (Kl.)
(4) Prokuratoren (Kl.): Lic. Johann Konrad Albrecht 1680 ? Subst.: Dr. Högele
Prokuratoren (Bekl.): Dr. Moritz Wilhelm von Gülchen 1680 ?? Subst.: Dr. Georg Friedrich Müeg
Sachverhalt : Streitgegenstand: Anspruch auf den Hagenshof (bei Haffen; Kr. Rees), der 1507 in Erbpacht von den Gebrüdern Johann und Stefan von Wylich an Rutger Hagen, der Gertrud von Wylich – eine Tochter von Johann von Wylich – geheiratet hatte, und an dessen Sohn Heinrich Hagen verliehen wurde und ein Lehen der Propstei zu Xanten war. Auf die Klage von Heinrich Schilling namens seiner Frau Anna Maria von Wylich und als Kurator der von Hans Goddart von Wylich hinterlassenen unmündigen Kinder erging der Bescheid, daß entweder zwischen den beiden beteiligten Parteien ein neues Pachtverhältnis zu beginnen oder der Hof von den Appellanten an die Gegenpartei abzutreten sei. Außerdem war den Appellanten auferlegt worden, den Preis zweier arrestierter und verkaufter Pferde zu entrichten. Die Appellanten verweisen bei ihrer Berufung an das RKG darauf, daß durch Änderung des Verfahrens der Prozeß statt wie zuvor „in petitorio“ nun „in possessorio“ geführt werde und daher wegen der fehlenden Ermächtigung des Kurators das Verfahren der Vorinstanz keine Gültigkeit habe. Die Appellaten bestehen darauf, daß der Hagenshof nur als Leibzucht ausgegeben worden sei. Zur Weiterführung des Verfahrens vgl. RKG 4714 (R 702/2434)).
Prozessart : (5) Prozeßart: Appellationis
Instanz : (6) Instanzen: 1. Klev.–märk. Hofgericht zu Kleve 1675 – 1680 ? 2. RKG 1680 –1686 (1537 – 1682)
Beweismittel : (7) Beweismittel: Acta priora mit Rationes decidendi (Bd. 2).
Formalbeschreibung : (8) Beschreibung: 2 Bde., 7 cm; Bd. 1: 68 Bl., lose, Q 1 – 18, Q 20 – 29, 1 Beilage; Bd. 2: 144 Bl., gebunden, Q 19. Lit.: Dieter Kastner, Inventar der Urkunden des Archivs von Schloß Diersfordt bei Wesel, Köln 1993 (=Inventare nichtstaatlicher Archive, hrsg. v. Archivberatungsstelle Rheinland, Bd. 34) S. 126, Nr. 278, S. 144, Nr. 347 und S. 145, Nr. 349.

618 Matthijs Derrixen van der Borcht potentiavit Steven van Linth, Johan Schaep den ouden en Jan Schaep den jongen om voor de gerichte van Zevenaar te cederen en te transporteren aan Engell Engelen, beziender, en Naelleken Hermans, zijn vrouw, Item aan Henrick de Groen zijn recht en gerechtigdheid aan de helft van zeker stuk lands, groot vierdenhalve morgen, gelegen in de Liemer in de kerspel van Duiven, dye Kyvith genaamd, met nog zijn recht en gerechtigdheid van zeker stuk lands, het Langewandt genoemd, gelegen onder de bannerheerlijkheid van Baer en Lathum, wezende een leengoed [enz.];
Datering:
27-05-1616
Steven is geboren omstreeks 1645, zoon van Herman van Lendt en Alitgen Muller.
Kinderen van Geertruijt/Gertrudis en Steven:
1 Theodorum Adrianum van Lendt, geboren omstreeks 1675 in Rees ?. Hij is gedoopt in Rees.
2 Herman van Lendt, geboren in 1676.
3 Adolph van Lendt, geboren in 1678.
4 Gerardus Theodos van Lendt. Hij is gedoopt op 28-02-1679 in Huissen Stad [bron: GA-0176].
Notitie bij de geboorte van Gerardus: Doopgetuigen zijn: Katharina Haax en Johannes van Lent
III-b Diederich/Theodorus/Theodori Diepenbroeck is geboren in Rees ?, zoon van Diederich/Dirck/Theodorus Diepenbruck (zie II-a) en Elisabeth/Lissbeth Lauwermans/Lagermans/Laurmans. Hij is gedoopt op 13-05-1652 in Rees [bron: R.K.-kerk].
Notitie bij de geboorte van Diederich/Theodorus/Theodori: Getuigen: Bruno van Loon, Hermanny Lansing, Adelheid ’Vin Anin?’
Notitie bij Diederich/Theodorus/Theodori: Urkunde 20 - Eermalink der Verzeichnungseinheit - 1667 September
00-09-1667 -- Gerard the Laeck genannt Gaienus, Kanonikus 26 zu Xanten und Bielefeld und Latenkommissar der Propstei Xanten, behandigt Dietherich von Diepenbroeck, Sohn des Dietherich [von Diepenbroeck] und der Elysabeth Lauwermans, zur ersten und Gerhardt Cruvell (?), Vikar zu Rees, Sohn des Hermann [Cruvell] und der Gertrud
Laurermans, zur zweiten Hand mit den Giitern Bocholt in Mehr. (Regest)
Allgemeine Formalbeschreibung ; Vermerke: Unterschrift des Xantener Sekretàrs Goswin Golt

701/2433

- 1680 - 1686 (1537 - 1682)
-- 1680-1686b -- Anspruch auf den Hagenshof (bei Haffen; Kr. Rees), der 1507 in Erbpacht von den Gebrüdern Johann und Stefan von Wylich an Rutger Hagen, der Gertrud von Wylich - eine Tochter von Johann von Wylich - geheiratet hatte, und an dessen Sohn Heinrich Hagen verliehen wurde und ein Lehen der Propstei zu Xanten war. Auf die Klage von Heinrich Schilling namens seiner Frau Anna Maria von Wylich und als Kurator der von Hans Goddart von Wylich hinterlassenen unmündigen Kinder erging der Bescheid, daß entweder zwischen den beiden beteiligten Parteien ein neues Pachtverhältnis zu beginnen oder der Hof von den Appellanten an die Gegenpartei abzutreten sei. Außerdem war den Appellanten auferlegt worden, den Preis zweier arrestierter und verkaufter Pferde zu entrichten. Die Appellanten verweisen bei ihrer Berufung an das RKG darauf, daß durch Änderung des Verfahrens der Prozeß statt wie zuvor „in petitorio“ nun „in possessorio“ geführt werde und daher wegen der fehlenden Ermächtigung des Kurators das Verfahren der Vorinstanz keine Gültigkeit habe. Die Appellaten bestehen darauf, daß der Hagenshof nur als Leibzucht ausgegeben worden sei. Zur Weiterführung des Verfahrens vgl. RKG 4714 (R 702/2434)).
Aktenzeichen : R 701/2433
Enthaeltvermerke : Kläger: Eberhard (Evert) Riswick (Rischwick) und Konsorten: Stephan von Lendt; Maria von Diepenbrock; Dietrich von Diepenbrock; Elisabeth Kreuwels; Hermann ten Bergh; Helena ten Berch, (Bekl.)
Beklagter: Erben von Heinrich Schilling, nämlich Susanna Margareta Schilling, Wesel, und Konsorten (Kl.)
Prokuratoren (Kl.): Lic. Johann Konrad Albrecht 1680 ? Subst.: Dr. Högele
Prokuratoren (Bekl.): Dr. Moritz Wilhelm von Gülchen 1680 ?? Subst.: Dr. Georg Friedrich Müeg
Prozeßart: Appellationis
Instanzen: 1. Klev.-märk. Hofgericht zu Kleve 1675 - 1680 ? 2. RKG 1680 - 1686 (1537 - 1682)
Beweismittel: Acta priora mit Rationes decidendi (Bd. 2).
Beschreibung: 2 Bde., 7 cm; Bd. 1: 68 Bl., lose, Q 1 - 18, Q 20 - 29, 1 Beilage; Bd. 2: 144 Bl., gebunden, Q 19. Lit.: Dieter Kastner, Inventar der Urkunden des Archivs von Schloß Diersfordt bei Wesel, Köln 1993 (=Inventare nichtstaatlicher Archive, hrsg. v. Archivberatungsstelle Rheinland, Bd. 34) S. 126, Nr. 278, S. 144, Nr. 347 und S. 145,

Landesarchiv NRW Abteilung Rheinland -- RW 1053 / Familienarchiv Haus Bellinghoven bei Mehr RW 1053, Nr. Urkunden 22
15-07-1683 -- Die Eheleute Henrich Kempken verkaufen dem Grafen Franz Caspar von Schellart und seiner Gattin M.G.M. von Bernsau das Gut Bucholt in der Herrlichkeit Haffen-Mehr zu Mehrhoog, von der Propstei Xanten leibgewinnsrührig, belastet jährlich mit 9 Scheffel Roggen an die Propstei und 5 Schilling an die Rentmeisterei Dinslaken, an dem noch Diethrich von Diepenbruch mit einer Hand behandigt ist, für 1500 Taler klevisch.
ALLGEMEINE FORMALBESCHREIBUNGVermerke: Unterschriften der Parteien - Darauf Quittungen von 1683 und 1687 - LAUFZEIT1683 Juli 15

Landesarchiv NRW Abteilung Rheinland - RW 1053 / Familienarchiv Haus Bellinghoven bei Mehr RW 1053, Nr. Urkunden 24
09-09-1688 -- Johann von Alpen, Propst zu Xanten und Dechant von St. Martin zu Münster, behandigt nach Resignation des Dietrich Diepenbroick den kaiserlichen Generalwachtmeister, pfalz-neuburgischen Geheimrat und Generalfeldmarschall Franz Caspar Graf von Schellart zur ersten, Margaretha Gertrude Maria von Bernsau zur zweiten und beider Tochter Elisabetha Hendrina Maria zur dritten Hand mit dem Gut Bucholt.
ALLGEMEINE FORMALBESCHREIBUNGVermerke: Unterschrift des Franz Twist, Sekretärs der Propstei
LAUFZEIT1688 September 9
Diederich/Theodorus/Theodori trouwde, ongeveer 30 jaar oud, omstreeks 1682 in Rees ? met Annae Bossboom, ongeveer 27 jaar oud. Annae is geboren omstreeks 1655 in Rees ?.
Kinderen van Diederich/Theodorus/Theodori en Annae:
1 Georgium Diepenbroeck. Hij is gedoopt op 10-11-1683 in Rees [bron: R.K.- kerk].
Notitie bij de geboorte van Georgium: Tweelingbroer van Elizabetham.
Getuigen bij de doop van Georgium en Elizabetham: Theodory Diepenbroeck en Lamberta Rutgers, Lamberty Condey en Gertrudy Bossboom.
Zou vader Theodory hier zelf getuige zijn of misschien toch opa? Is moeder Annae overleden of ligt ze nog ziek in het kraambed?
2 Elizabetham Diepenbroeck, geboren in Rees ?. Zij is gedoopt op 10-11-1683 in Rees [bron: R.K.- kerk].
Notitie bij de geboorte van Elizabetham: Tweelingzus van Georgium.
Getuigen bij de doop van Georgium en Elizabetham waren: Theodory Diepenbroeck en Lamberta Rutgers (Lutgery?), Lamberty Condey en Gertrudy Bossboom.
III-c Evert Henrichs Diepenbrock is geboren omstreeks 1660 in Nijmegen ?, zoon van [waarschijnlijk] Henrich Diepenbrock (zie II-b).
Notitie bij Evert: Evert Henrik Diepenbroek was, samen met Jan Henrikss Benneken en Grietje van Millendonk, op 22-06-1686 getuige bij de doop van Clara Maria Benneken, dochter van Willem Benneken en Wilmken van Millendonk. Bron: Doopregister Nederduits-Gereformeerde gemeente Nijmegen (RBS1167/18)
Evert trouwde, ongeveer 26 jaar oud, op 03-10-1686 in Nijmegen [bron: Huwelijksregister Evangelisch-Lutherse gemeente Nijmegen 1674-1907 (RBS 1204 /153v)] met Helena Klings (Klinck?), ongeveer 21 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Evert en Helena: Bij zijn trouwen in 1686 was Evert soldaat.
Helena is geboren omstreeks 1665 in Nijmegen ?.
Kinderen van Evert en Helena:
1 Elisabet Diepenbrock, gedoopt op 03-08-1687 in Nijmegen. Volgt IV.
2 Angenis Henderichs Diepenbrock. Zij is gedoopt op 24-08-1688 in Nijmegen [bron: Doopregister Evangelisch-Lutherse gemeente Nijmegen 1674-1907 (RBS 1204 /010v)].
Notitie bij de geboorte van Angenis: Getuigen waren: Herman Pikespam, Angenis Klings, Ariantjen Krüllenbergs
Notitie bij Angenis: Waarom heeft Angenis het patroniem ’Henderichs’ als ze een dochter van Evert zou zijn? (Opm: GD)
IV Elisabet Diepenbrock, dochter van Evert Henrichs Diepenbrock (zie III-c) en Helena Klings (Klinck?). Zij is gedoopt op 03-08-1687 in Nijmegen [bron: Doopregister Evangelisch-Lutherse gemeente Nijmegen 1674-1907 (RBS 1204 /009)].
Notitie bij de geboorte van Elisabet: Getuigen waren: Matthias Ries, Jan Gullenberg, Herman Lindener, Maria Klings
Elisabet trouwde, 24 jaar oud, op 13-12-1711 in Nijmegen [bron: Huwelijksregister NGG-Nijmegen, 1592 - 1811 (RBS 1176/109)] met Albert Bessink/Pessink, ongeveer 26 jaar oud, nadat zij op 29-11-1711 in Nijmegen in ondertrouw zijn gegaan [bron: Huwelijksregister Nederduits-Gereformeerde Gemeente, 1592 - 1811 (RBS 1176/109)].
Notitie bij het huwelijk van Elisabet en Albert: Ik weet niet zeker of deze Elisabeth wel de dochter is van Evert Henrichs Diepenbrock. De kinderen van EHD zijn namelijk Evangelisch-Luthers gedoopt en deze Elisabeth trouwde NGG.
Albert is geboren omstreeks 1685 in Nijmegen ?.
Notitie bij Albert: Albert was soldaat in het regiment van de Heer Slangenborg.Hij was getuige bij het huwelijk van zijn schoonzusje Catrina met Warner Brouwer, ook soldaat.
Index (25 personen)
Bessink/Pessink, Albert (*±1685) [Partner van IV] IV
Bossboom, Annae (*±1655) [Partner van III-b] III-b
Diepenbrock, Angenis Henderichs (~24-08-1688) [Dochter van III-c] III-c,2
Diepenbrock, Elisabet (~03-08-1687) [Nummer IV] IV
Diepenbrock, Evert Henrichs (*±1660) [Nummer III-c] III-c; IV
Diepenbrock, Henrich (*±1630, †1695) [Nummer II-b] II-b; III-c
Diepenbroeck, Diederich/Theodorus/Theodori (~13-05-1652) [Nummer III-b] III-b
Diepenbroeck, Elizabetham (~10-11-1683) [Dochter van III-b] III-b,2
Diepenbroeck, Geertruijt/Gertrudis van (*28-11-1650) [Nummer III-a] III-a
Diepenbroeck, Georgium (~10-11-1683) [Zoon van III-b] III-b,1
Diepenbruck, Adolphus (~24-08-1646) [Zoon van II-a] II-a,1
Diepenbruck, Diederich/Dirck/Theodorus (*±1620) [Nummer II-a] II-a; III-a; III-b
Diepenbruck, Everhardus (~30-10-1647) [Zoon van II-a] II-a,2
Diepenbruck, Evert/Eberhard (*±1590) [Nummer I] I; II-a; II-b
Diepenbruck, Ida [Dochter van I] I,1
Diepenbruck, Maria (~1649) [Dochter van II-a] II-a,3
Klings (Klinck?), Helena (*±1665) [Partner van III-c] III-c; IV
Lauwermans/Lagermans/Laurmans, Elisabeth/Lissbeth (*±1625) [Partner van II-a] II-a; III-a; III-b
Lendt, Adolph van (*1678) [Zoon van III-a] III-a,3
Lendt, Gerardus Theodos van (~28-02-1679) [Zoon van III-a] III-a,4
Lendt, Herman van (*±1605, †1655) [Schoonvader van III-a] III-a
Lendt, Herman van (*1676) [Zoon van III-a] III-a,2
Lendt, Steven Herman van (*±1645) [Partner van III-a] III-a
Lendt, Theodorum Adrianum van (*±1675) [Zoon van III-a] III-a,1
Muller, Alitgen (*±1620) [Schoonmoeder van III-a] III-a
Gegenereerd met Aldfaer-versie 8.1 op 26-02-2021 17:41:22 door Gerrit Diepenbroek

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Evert/Eberhard Diepenbruck?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!