Datum: [bron Bex-genealogie Limburg Wiki]
Datum: [bron Bex-genealogie Limburg Wiki; Gendalim 7]
(1) Hij is getrouwd met Anna Maria van Rolshausen.
Zij zijn getrouwd
(2) Hij is getrouwd met Helena Panhoesen.
Zij zijn getrouwd
Ze zijn in de kerk getrouwd op 4 februari 1703 te Brunssum, Limburg, Nederland.getuige: Jan Walpot, Joannes Cremers
Datum: [bron Bex-genealogie Limburg Wiki; bron Gendalim 7]
Kind(eren):
Hij koopt in 1643 het Bexhuis / Bexleen van zijn oom Reiner IV Bex.
In de begraafakte wordt geen echtgenote vermeld. Het is dus niet helemaal zeker of de in 1703 overledene dezelfde persoon is als de man die getrouwd is geweest met Anna Maria Rolshausen en/of Helena Panhoesen
Uit: Moonen W, Brunssum de Eeuwen door, 1952. pg 108-109:
Ulrich, zoon van Peter Bex en Margaretha van Bocholtz, verhief op 2 mei 1643 het Bexleen en bouwde hetzelfde jaar, blijkens inschrift boven de inrijpoort, de hoeve, die er nu nog staat. Hij schijnt in geldelijke nood verkeerd te hebben; het legaat, dat hij kreeg van zijn heeroom Jan van Bocholtz, domheer te Luik en proost der kerk van het H. Kruis, kon hem er niet bovenop brengen. 26 aug. 1662 leende hij een kapitaal van 100 pattacons bij graaf Herman Frederik van den Berg en diens vrouw Josina gravin van Leeuwensteijn-Rochefort. Ulrich huwde met Anna Maria van Holshausen; kinderen uit dit huwelijk vinden we niet vermeld. Bij akte van 17 jan. 1681, opgemaakt te zijnen huize te Brunssum, gaf hij, om in bezit van contanten te komen, volmacht om zijn aandeel in de erflating van Hieronymus van der Horst, bestaande uit een deel van de Kaetmolen te Lobberich, te verkopen. Op 17 dec. 1686 werd het Bexhuis met landerijen publiek verkocht en verbleef "bij het uitgaan der kaars" aan Philip Willem, graaf van Hoensbroek-Geul, wonend te Geul. Hans Ulrich Bex mocht in zijn huis blijven wonen en de hoeve werd verpacht aan collecteur Claes Dormans.Na de dood zijner echtgenote huwde Hans Ulrich opnieuw met een dienstmeisje uit Brunssum, Helena Panhoesen, op 4 febr. 1702. Van deze had hij een zoon Joannes Bex genaamd, die, zoals later blijkt, de hoge stand zijner voorouders niet kon ophouden. Ulrich overleed een jaar later, op 5 febr. 1703 en werd bij zijn voorvaderen in de kerk van Brunssum begraven. Enige jaren na zijn dood werd het Bexleen en in 1732 ook het Bexhuis, nadat het korte tijd had toebehoord aan Gabriël van Eupen, verkocht aan de graaf van Hoensbroek-Geul, wonen te Geul. (Opmerking: is dit de tweede keer dat verkoop plaats vindt aan een graaf van Hoensbroek-Geul?)
In een publikatie van "Bron van Brunsham", de heemkundevereniging van Brussum, worden de wederwaardigheden van Hans Ulrich als volgt verteld:
Deze zoon van Peter Bex schijnt al in 1643 de bezittingen van zijn oom, Reinier IV gekocht te hebben. In 1643 bouwde hij ook de hoeve bij het Bexhuis, die in de jaren 50 van de 20e eeuw gesloopt is. Hij huwde Anna Maria Holshausen, maar zij hadden geen kinderen. Ulrich verwekte 1669 een onwettige zoon, Jan Bex bij zijn dienstmeisje Helena Panhoesen. Door onbekende oorzaken kwam Ulrich in toenemende financiële moeilijkheden. Zo leende hij in 1662 400 pattacons ofwel F 1.600.- van Herman Frederik, graaf van Berg. De weduwe van de graaf heeft tevergeefs jarenlange processen voor diverse rechtbanken gevoerd om de rente en dit geld betaald te krijgen. Een legaat van zijn oom, Jan van Bocholt (1651), noch de verkoop van een erfenis uit 1681 leverden voldoende op om Ulrich uit de nood te halen. Uiteindelijk werd op 17 december 1686 het Bexhuis met zijn landerijen verkocht aan Philip Willem graaf van Hoensbroek-Geul. Ulrich mocht wel in zijn huis blijven wonen. Precies een jaar en een dag voor zijn dood op 5 februari 1703, trouwde hij nog met Helena Panhoesen, de moeder van zijn zoon Jan. Met de dood van Hans Ulrich Bex was deze adellijke familie in Brunssum uitgestorven, hoewel de naam tot op de dag van vandaag voortbestaat.
De Bex-genealogie Limburg Wiki 2011 zegt: Ridder Joannes Ulicus à Bex koopt in 1643 het Bexhuis/Bexleen van zijn oom Reinier IV Bex. Hans Ulrich von Bexs kreeg in 1679 toestemming voor de verkoop van zijn aandelen in de Gelderse leengoederen Oederade in Vlodrop, In gen Have te Lobberich (D), Wielerhof te Swalmen, de hof Oliemeulen te Horst alsmede goederen te Grefrath (D). Zijn eerste vrouw had hem toen al enkele jaren verlaten zonder hem kinderen na te laten. De Swalmer goederen werden in 1686 verkocht aan de regenten van het Gereformeerd Weeshuis te Maastricht.
Jaarboek 2000 van de Veersjprunk zegt op pg 50 dat Bex een bekende familie in Brunssum en omgeving was. Reeds in 1381 is er sprake van een familie Bex afkomstig van de Wijershof, een verdwenen hoeve gelegen nabij de Onderste Hof aan de beek en dichtbij de Clemenskerk. Als oudste leenbezitter van de Wijershof wordt genoemd Reyner Beck van Merkelbeek Hier ligt de bakermat van de adellijke familie Beck of Becx met een familietak in Brunssum op het kasteeltje het Bexhuis of De Spieker/ Spiekert later "Höfke"genaamd [zie ook "Ommetje om Oud Merkelbeek", een wandeling van VVV Zuid Limburg]
Joannes Ulricus/à Bex Bex | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna Maria van Rolshausen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1703 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Helena Panhoesen |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.