Akkoord tussen de 2 mondige kinderen van Jan Cornelisz Maeth en Pleuntje Willemsdr, genaamd Pleun en Neeltje en de bloedvoogden van de 3 minderjarige kinderen., de ooms Adriaen Cornelisz Maet en Pouwelis Willems van Vliet.
De jongste broer Claes Jansz Vinck zal tot zijn 18e onderhouden worden uit de boedel bvan zijn overleden ouders. Ook als hij ouder dan 18 is en nog niet in staat is de kost te verdienen zal hij onderhouden moeten worden uit de boedel van zijn ouders.
Als de andere 2 onmondige kinderen door een ziekte in hun mondige dagen de kost niet kunnen verdienen, dan mogen zij onderhouden worden uit de gemenen boedel van hun overleden ouders.
Jan Cornelisz Vinck en Pleuntje Willems, in leven echtelieden, gewoond hebben aan de andere kant van de Lek, maar ze zijn hier (Tienhoven) overleden.
Ze hebben 5 kinderen nagelaten, waarvan 2 mondig zijn Pleun Jansz en Neeltje Jansdr. Neeltje Jansdr is getrouwd met Gerrit Jochemsz.
Voor de minderjarige overige 3 kinderen treden Adriaan Cornelisz Maet en Pouwelis Willemsz op als voogden.
Pleun Jansz zal voor een periode van 4 jaren, ingaande op petri 1671, het gebruik hebben van:
- van een huis en hofstede, staande aan de buitenkant van de Jaarveldsedijk
- 4 mergen land tegenover gelegen aan de hofstede, binnendijks
- 1 mergen land in de Vogelensang
- 5 hont land gelegen in de Wiel
Hij zal in eigendom hebben wagen, ploeg en eg uit in nboedel van zijn overleden ouders.
Hij belooft 100 gulden hiervoor per jaar te geven aan de gemenen boedel en het onderhoud te doen alsof het zijn eigen land betreft.
Hij zal ook zijn jongste broer onderhouden en naar school te laten gaan, op koste van de boedel
De akte wordt goedgekeurd door Schout Heijmen Ottelander en de schepenen Cornelis Ottelander en Reijer Bastiaensen van Tienhoven.
Pleuntje Willems, weduwe Jan Cornelisz Maet, maakt een uitkoopakte op. Zij wordt ondersteunt door haar broer Pouweles Willemsz.
Haar 5 onmondige kinderen worden door Claes Cornelisz Vinck, broer van Jan Cornelisz Maeth vertegenwoordigd.
Oudste zoon Pleun Jansz Maet is aanwezig.
Op approbatie van jonker Fredrick de Brederode van Bolsweert, drossaard van Tienhoven etc. nevens schout als oppervoogd zijn akkoord met de uitkoop van alle goederen, goud, zilver, gemunt en ongemunt, actien en creditien door de dood van Jan Cornelisz Maet, hun vader heeft achtergelaten.
Pleuntje Willems zal eigendom behouden en zal gehouden zijn haar kinderen te voeden en onderhouden en naar school te laten gaan.
Bij trouwen krijgen ze 225 gulden en uitzet. Elke zoon krijgt een nieuwe mantel, elke dochter een huijck.
Bij overlijden van een kind, zal zijn of haar erfdeel naar de overige kinderen gaan. Mochten alle kinderen overleden zijn, dan zal de erfenis naar de kinderen van de vrienden van Jan Cornelisz Maeth gaan.
Bij overlijden van een kind zal de weduwe Pleuntje Willems geen mantel of huijck kopen, maar een fatsoenlijk begrafenis betalen.
De akte wordt door de drossaard F.H. van Brederode goedgekeurd op 26-10-1668.
Hij is getrouwd met Pleuntje Willemsdr.
Zij zijn getrouwd
Kind(eren):
Jan Cornelisz Maeth | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||