Claes Cornelkisz Vinck en Adriaen Cornelisz Maeth transporteren een halve uitterwaarde names zichzelf en hun moeder Marrigje Jans, weduwe van Cornelis Claessen Maeth
Pleuntje Willems, weduwe Jan Cornelisz Maet, maakt een uitkoopakte op. Zij wordt ondersteunt door haar broer Pouweles Willemsz.
Haar 5 onmondige kinderen worden door Claes Cornelisz Vinck, broer van Jan Cornelisz Maeth vertegenwoordigd.
Oudste zoon Pleun Jansz Maet is aanwezig.
Op approbatie van jonker Fredrick de Brederode van Bolsweert, drossaard van Tienhoven etc. nevens schout als oppervoogd zijn akkoord met de uitkoop van alle goederen, goud, zilver, gemunt en ongemunt, actien en creditien door de dood van Jan Cornelisz Maet, hun vader heeft achtergelaten.
Pleuntje Willems zal eigendom behouden en zal gehouden zijn haar kinderen te voeden en onderhouden en naar school te laten gaan.
Bij trouwen krijgen ze 225 gulden en uitzet. Elke zoon krijgt een nieuwe mantel, elke dochter een huijck.
De akte wordt door de drossaard F.H. van Brederode goedgekeurd op 26-10-1668.
Claes Cornelissen Vinck |